| Wijzigingen aan het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer van 9 mei 1980, zoals gewijzigd door het Protocol van 3 juni 1999, goedgekeurd door de Algemene Vergadering tijdens haar 13de zitting | Wijzigingen aan het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer van 9 mei 1980, zoals gewijzigd door het Protocol van 3 juni 1999, goedgekeurd door de Algemene Vergadering tijdens haar 13de zitting |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER | FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER |
| 2 APRIL 2021. - Wijzigingen aan het Verdrag betreffende het | 2 APRIL 2021. - Wijzigingen aan het Verdrag betreffende het |
| internationale spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980, zoals gewijzigd | internationale spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980, zoals gewijzigd |
| door het Protocol van 3 juni 1999, goedgekeurd door de Algemene | door het Protocol van 3 juni 1999, goedgekeurd door de Algemene |
| Vergadering tijdens haar 13de zitting | Vergadering tijdens haar 13de zitting |
| Dames, | Dames, |
| Heren, | Heren, |
| Met de wet van 15 februari 2007 houdende instemming met het Protocol | Met de wet van 15 februari 2007 houdende instemming met het Protocol |
| houdende wijziging van het Verdrag betreffende het internationale | houdende wijziging van het Verdrag betreffende het internationale |
| spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980, gedaan te Vilnius op 3 juni | spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980, gedaan te Vilnius op 3 juni |
| 1999, heeft België ingestemd met de wijzigingen die dit Protocol heeft | 1999, heeft België ingestemd met de wijzigingen die dit Protocol heeft |
| aangebracht aan het Verdrag betreffende het internationale | aangebracht aan het Verdrag betreffende het internationale |
| spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980 en met de latere wijzigingen | spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980 en met de latere wijzigingen |
| aan dit Verdrag en zijn aanhangsels en bijlagen, aangebracht in | aan dit Verdrag en zijn aanhangsels en bijlagen, aangebracht in |
| toepassing van de artikelen 34 en 35 van het Verdrag. | toepassing van de artikelen 34 en 35 van het Verdrag. |
| De opmaak van dit verslag is verplicht ingevolge artikel 2, tweede | De opmaak van dit verslag is verplicht ingevolge artikel 2, tweede |
| lid, van voormelde wet van 15 februari 2007 dat het volgende bepaalt: | lid, van voormelde wet van 15 februari 2007 dat het volgende bepaalt: |
| "De Koning stelt het Parlement in kennis van iedere wijziging | "De Koning stelt het Parlement in kennis van iedere wijziging |
| aangenomen met toepassing van de artikelen 34 en 35 van het Verdrag, | aangenomen met toepassing van de artikelen 34 en 35 van het Verdrag, |
| bij middel van een schriftelijk verslag en voor de inwerkingtreding | bij middel van een schriftelijk verslag en voor de inwerkingtreding |
| van de aangenomen wijziging.". | van de aangenomen wijziging.". |
| Dit verslag beoogt u in kennis te stellen van de wijzigingen aan het | Dit verslag beoogt u in kennis te stellen van de wijzigingen aan het |
| Verdrag en sommige van zijn Aanhangsels, aangebracht, overeenkomstig | Verdrag en sommige van zijn Aanhangsels, aangebracht, overeenkomstig |
| artikel 34 van het Verdrag. | artikel 34 van het Verdrag. |
| Deze wijzigingen waarover de Algemene Vergadering tijdens haar 13de | Deze wijzigingen waarover de Algemene Vergadering tijdens haar 13de |
| zitting, gehouden in Bern op 25 en 26 september 2018 beslist heeft, | zitting, gehouden in Bern op 25 en 26 september 2018 beslist heeft, |
| betreffen de COTIF en zijn Aanhangsels E (CUI) en G (ATMF) en de | betreffen de COTIF en zijn Aanhangsels E (CUI) en G (ATMF) en de |
| invoeging van een nieuw Aanhangsel H (EST). | invoeging van een nieuw Aanhangsel H (EST). |
| Overeenkomstig artikel 34, § 2, van het Verdrag treden de wijzigingen | Overeenkomstig artikel 34, § 2, van het Verdrag treden de wijzigingen |
| aan het Verdrag zelf en het nieuwe Aanhangsel H (EST) in werking | aan het Verdrag zelf en het nieuwe Aanhangsel H (EST) in werking |
| twaalf maanden na hun goedkeuring door twee derden van de Lidstaten, | twaalf maanden na hun goedkeuring door twee derden van de Lidstaten, |
| hetzij 32 Lidstaten op dit ogenblik. | hetzij 32 Lidstaten op dit ogenblik. |
| Overeenkomstig § 3 van hetzelfde artikel treden de wijzigingen aan de | Overeenkomstig § 3 van hetzelfde artikel treden de wijzigingen aan de |
| andere Aanhangsels van het Verdrag in werking twaalf maanden na hun | andere Aanhangsels van het Verdrag in werking twaalf maanden na hun |
| goedkeuring door de helft van de Lidstaten die op grond van artikel | goedkeuring door de helft van de Lidstaten die op grond van artikel |
| 42, § 1, eerste zin, van het COTIF niet verklaard hebben een | 42, § 1, eerste zin, van het COTIF niet verklaard hebben een |
| voorbehoud te hebben, hetzij op dit ogenblik: | voorbehoud te hebben, hetzij op dit ogenblik: |
| - voor wat betreft de wijzigingen aan Aanhangsel E (CUI), op dit | - voor wat betreft de wijzigingen aan Aanhangsel E (CUI), op dit |
| ogenblik 21 Staten; | ogenblik 21 Staten; |
| - voor wat betreft de wijzigingen aan Aanhangsel G (ATMF), op dit | - voor wat betreft de wijzigingen aan Aanhangsel G (ATMF), op dit |
| ogenblik 22 Lidstaten. | ogenblik 22 Lidstaten. |
| Het Secretariaat van het OTIF heeft de Lidstaten geïnformeerd dat op | Het Secretariaat van het OTIF heeft de Lidstaten geïnformeerd dat op |
| 18 oktober 2020, vijf Lidstaten bij het OTIF het instrument hadden | 18 oktober 2020, vijf Lidstaten bij het OTIF het instrument hadden |
| neergelegd tot goedkeuring van de wijzigingen aan het COTIF en aan | neergelegd tot goedkeuring van de wijzigingen aan het COTIF en aan |
| zijn aanhangsels E, G en H, aangenomen door de 13de Algemene | zijn aanhangsels E, G en H, aangenomen door de 13de Algemene |
| Vergadering in september 2018 (Finland, Zwitserland, Frankrijk, | Vergadering in september 2018 (Finland, Zwitserland, Frankrijk, |
| Duitsland en Hongarije). Op dit ogenblik heeft de Secretaris-Generaal | Duitsland en Hongarije). Op dit ogenblik heeft de Secretaris-Generaal |
| geen andere goedkeuringen meegedeeld. | geen andere goedkeuringen meegedeeld. |
| Overeenkomstig artikel 45, § 1, van het Verdrag, is deze opgesteld in | Overeenkomstig artikel 45, § 1, van het Verdrag, is deze opgesteld in |
| de Franse, de Duitse en de Engelse taal. In geval van afwijking is het | de Franse, de Duitse en de Engelse taal. In geval van afwijking is het |
| enkel de Franse tekst die authentiek is. De Nederlandse versie van dit | enkel de Franse tekst die authentiek is. De Nederlandse versie van dit |
| verslag omvat dan ook een vertaling. | verslag omvat dan ook een vertaling. |
| A) Wijziging van het COTIF Verdrag | A) Wijziging van het COTIF Verdrag |
| De artikelen 2, 6, 20, 33, 34, 35, van het Verdrag betreffende het | De artikelen 2, 6, 20, 33, 34, 35, van het Verdrag betreffende het |
| internationale spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980, zoals gewijzigd | internationale spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980, zoals gewijzigd |
| door het Protocol van 3 juni 1999 (Protocol van Vilnius), worden | door het Protocol van 3 juni 1999 (Protocol van Vilnius), worden |
| gewijzigd als volgt: | gewijzigd als volgt: |
| Artikel 2 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 2 wordt gewijzigd als volgt: |
| 1. In § 1, littera a), luidt punt 3 als volgt: | 1. In § 1, littera a), luidt punt 3 als volgt: |
| "3. de overeenkomst betreffende het gebruik van de | "3. de overeenkomst betreffende het gebruik van de |
| spoorweginfrastructuur in het internationale spoorwegverkeer;"; | spoorweginfrastructuur in het internationale spoorwegverkeer;"; |
| 2. In § 1 wordt na littera d) de volgende littera e) ingevoegd: | 2. In § 1 wordt na littera d) de volgende littera e) ingevoegd: |
| "e) door het vaststellen van de voorwaarden voor de veilige | "e) door het vaststellen van de voorwaarden voor de veilige |
| exploitatie van treinen in het internationaal verkeer;"; | exploitatie van treinen in het internationaal verkeer;"; |
| 3. In § 1 wordt de oude littera e), de littera f); | 3. In § 1 wordt de oude littera e), de littera f); |
| 4. In § 1 wordt de oude littera f), de littera g), die luidt als | 4. In § 1 wordt de oude littera f), de littera g), die luidt als |
| volgt: | volgt: |
| "g) door de onder littera a) tot en met f) bedoelde uniforme | "g) door de onder littera a) tot en met f) bedoelde uniforme |
| rechtsstelsels, regels en procedures verder te ontwikkelen met | rechtsstelsels, regels en procedures verder te ontwikkelen met |
| inachtneming van de juridische, economische en technische | inachtneming van de juridische, economische en technische |
| ontwikkelingen.". | ontwikkelingen.". |
| Artikel 6 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 6 wordt gewijzigd als volgt: |
| 1. In § 1 luidt littera e) als volgt: | 1. In § 1 luidt littera e) als volgt: |
| "e) de "Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst inzake het | "e) de "Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst inzake het |
| gebruik van de spoorweginfrastructuur in het internationale | gebruik van de spoorweginfrastructuur in het internationale |
| spoorwegverkeer (CUI)", Aanhangsel E bij het Verdrag,"; | spoorwegverkeer (CUI)", Aanhangsel E bij het Verdrag,"; |
| 2. In § 1 wordt een nieuwe littera h) ingevoegd, die luidt als volgt: | 2. In § 1 wordt een nieuwe littera h) ingevoegd, die luidt als volgt: |
| h) de "Uniforme Regelen betreffende de veilige exploitatie van treinen | h) de "Uniforme Regelen betreffende de veilige exploitatie van treinen |
| in het internationaal verkeer (EST)", Aanhangsel H bij het Verdrag,"; | in het internationaal verkeer (EST)", Aanhangsel H bij het Verdrag,"; |
| 3. In § 1 wordt de oude littera h), de littera i). | 3. In § 1 wordt de oude littera h), de littera i). |
| Artikel 20 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 20 wordt gewijzigd als volgt: |
| 1. In § 1 luidt littera e) als volgt: | 1. In § 1 luidt littera e) als volgt: |
| "e) behandelt alle overige aangelegenheden die haar overeenkomstig de | "e) behandelt alle overige aangelegenheden die haar overeenkomstig de |
| Uniforme Regelen APTU, de Uniforme Regelen ATMF en de Uniforme Regelen | Uniforme Regelen APTU, de Uniforme Regelen ATMF en de Uniforme Regelen |
| EST worden opgedragen."; | EST worden opgedragen."; |
| 2. § 2 luidt als volgt: | 2. § 2 luidt als volgt: |
| " § 2 Het quorum (artikel 13, § 3) van de Commissie van technisch | " § 2 Het quorum (artikel 13, § 3) van de Commissie van technisch |
| deskundigen wordt bereikt wanneer de helft van de Lidstaten, in de zin | deskundigen wordt bereikt wanneer de helft van de Lidstaten, in de zin |
| van artikel 16, § 1, hierin is vertegenwoordigd. Bij het nemen van | van artikel 16, § 1, hierin is vertegenwoordigd. Bij het nemen van |
| besluiten over de bepalingen van de Bijlagen van de Uniforme Regelen | besluiten over de bepalingen van de Bijlagen van de Uniforme Regelen |
| APTU hebben de Lidstaten die, overeenkomstig artikel 35, § 4, ten | APTU hebben de Lidstaten die, overeenkomstig artikel 35, § 4, ten |
| aanzien van de desbetreffende bepalingen bezwaar hebben gemaakt of, | aanzien van de desbetreffende bepalingen bezwaar hebben gemaakt of, |
| overeenkomstig artikel 9, § 1, van de Uniforme Regelen APTU, een | overeenkomstig artikel 9, § 1, van de Uniforme Regelen APTU, een |
| verklaring hebben afgelegd, geen stemrecht met betrekking tot de | verklaring hebben afgelegd, geen stemrecht met betrekking tot de |
| desbetreffende Bijlage. Bij het nemen van besluiten over de bepalingen | desbetreffende Bijlage. Bij het nemen van besluiten over de bepalingen |
| van een Bijlage van de Uniforme Regelen EST hebben de Lidstaten die, | van een Bijlage van de Uniforme Regelen EST hebben de Lidstaten die, |
| overeenkomstig artikel 35, § 4, ten aanzien van de desbetreffende | overeenkomstig artikel 35, § 4, ten aanzien van de desbetreffende |
| bepalingen bezwaar hebben gemaakt of, overeenkomstig artikel 9, § 1, | bepalingen bezwaar hebben gemaakt of, overeenkomstig artikel 9, § 1, |
| van de Uniforme Regelen EST, een verklaring hebben afgelegd, geen | van de Uniforme Regelen EST, een verklaring hebben afgelegd, geen |
| stemrecht met betrekking tot de desbetreffende Bijlage.". | stemrecht met betrekking tot de desbetreffende Bijlage.". |
| Artikel 33 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 33 wordt gewijzigd als volgt: |
| 1. In § 4 luidt littera g) als volgt: | 1. In § 4 luidt littera g) als volgt: |
| "g) de Uniforme Regelen ATMF, met uitzondering van de artikelen 1, 3 | "g) de Uniforme Regelen ATMF, met uitzondering van de artikelen 1, 3 |
| en 9, alsmede de Bijlagen van deze Uniforme Regelen;"; | en 9, alsmede de Bijlagen van deze Uniforme Regelen;"; |
| 2. In § 4 wordt na littera g) de volgende littera h) ingevoegd: | 2. In § 4 wordt na littera g) de volgende littera h) ingevoegd: |
| "h) de Uniforme Regelen EST, met uitzondering van de artikelen 1 en 9, | "h) de Uniforme Regelen EST, met uitzondering van de artikelen 1 en 9, |
| alsmede de Bijlagen van deze Uniforme Regelen."; | alsmede de Bijlagen van deze Uniforme Regelen."; |
| 3. § 6 luidt als volgt: | 3. § 6 luidt als volgt: |
| " § 6 De Commissie van technisch deskundigen beslist over voorstellen | " § 6 De Commissie van technisch deskundigen beslist over voorstellen |
| tot het aannemen van een nieuwe Bijlage of tot het wijzigen van de | tot het aannemen van een nieuwe Bijlage of tot het wijzigen van de |
| bestaande Bijlagen van de Uniforme Regelen APTU, ATMF en EST. Wanneer | bestaande Bijlagen van de Uniforme Regelen APTU, ATMF en EST. Wanneer |
| dergelijke voorstellen aan de Commissie van technisch deskundigen | dergelijke voorstellen aan de Commissie van technisch deskundigen |
| worden voorgelegd, kan een derde van de in de Commissie | worden voorgelegd, kan een derde van de in de Commissie |
| vertegenwoordigde Staten verlangen dat deze voorstellen ter beslissing | vertegenwoordigde Staten verlangen dat deze voorstellen ter beslissing |
| aan de Algemene Vergadering worden voorgelegd.". | aan de Algemene Vergadering worden voorgelegd.". |
| Artikel 34 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 34 wordt gewijzigd als volgt: |
| § 3 tot en met § 6 luiden als volgt: | § 3 tot en met § 6 luiden als volgt: |
| " § 3 De wijzigingen van de Aanhangsels bij het Verdrag waartoe de | " § 3 De wijzigingen van de Aanhangsels bij het Verdrag waartoe de |
| Algemene Vergadering heeft besloten, treden zesendertig maanden na | Algemene Vergadering heeft besloten, treden zesendertig maanden na |
| kennisgeving daarvan door de Secretaris-Generaal in werking voor alle | kennisgeving daarvan door de Secretaris-Generaal in werking voor alle |
| Lidstaten met uitzondering van deze die, voordat de wijzigingen in | Lidstaten met uitzondering van deze die, voordat de wijzigingen in |
| werking treden, een verklaring hebben afgelegd waarin zij stellen dat | werking treden, een verklaring hebben afgelegd waarin zij stellen dat |
| zij de genoemde wijzigingen niet goedkeuren en van deze die een | zij de genoemde wijzigingen niet goedkeuren en van deze die een |
| verklaring overeenkomstig artikel 42, § 1, eerste volzin hebben | verklaring overeenkomstig artikel 42, § 1, eerste volzin hebben |
| afgelegd. De Algemene Vergadering kan, met de in artikel 14, § 6, | afgelegd. De Algemene Vergadering kan, met de in artikel 14, § 6, |
| bedoelde meerderheid, voor wat betreft de besluiten met betrekking tot | bedoelde meerderheid, voor wat betreft de besluiten met betrekking tot |
| de voorstellen tot wijziging van het Verdrag, besluiten de | de voorstellen tot wijziging van het Verdrag, besluiten de |
| inwerkingtreding van de wijzigingen uit te stellen. | inwerkingtreding van de wijzigingen uit te stellen. |
| § 4 De Lidstaten doen de Secretaris-Generaal hun kennisgevingen | § 4 De Lidstaten doen de Secretaris-Generaal hun kennisgevingen |
| toekomen inzake de goedkeuring van de wijzigingen van het Verdrag zelf | toekomen inzake de goedkeuring van de wijzigingen van het Verdrag zelf |
| waartoe de Algemene Vergadering heeft besloten, alsmede hun | waartoe de Algemene Vergadering heeft besloten, alsmede hun |
| verklaringen waarin zij stellen dat zij de wijzigingen van het Verdrag | verklaringen waarin zij stellen dat zij de wijzigingen van het Verdrag |
| zelf of van de Aanhangsels daarbij niet goedkeuren. De | zelf of van de Aanhangsels daarbij niet goedkeuren. De |
| Secretaris-Generaal stelt de andere Lidstaten hiervan op de hoogte. | Secretaris-Generaal stelt de andere Lidstaten hiervan op de hoogte. |
| § 5 De in § 2 bedoelde termijn loopt te rekenen van de dag van de | § 5 De in § 2 bedoelde termijn loopt te rekenen van de dag van de |
| kennisgeving van de Secretaris-Generaal dat aan de voorwaarden voor | kennisgeving van de Secretaris-Generaal dat aan de voorwaarden voor |
| het in werking treden van de wijzigingen is voldaan. | het in werking treden van de wijzigingen is voldaan. |
| § 6 De Algemene Vergadering kan op het tijdstip van de aanneming van | § 6 De Algemene Vergadering kan op het tijdstip van de aanneming van |
| een wijziging aangeven dat deze wijziging van zodanige betekenis is | een wijziging aangeven dat deze wijziging van zodanige betekenis is |
| dat elke Lidstaat, die een verklaring zoals bedoeld in § 2 of § 3 | dat elke Lidstaat, die een verklaring zoals bedoeld in § 2 of § 3 |
| aflegt en die de wijziging binnen de termijn van achttien maanden te | aflegt en die de wijziging binnen de termijn van achttien maanden te |
| rekenen van de inwerkingtreding daarvan niet goedkeurt of die zijn | rekenen van de inwerkingtreding daarvan niet goedkeurt of die zijn |
| verklaring niet intrekt, na afloop van deze termijn niet langer | verklaring niet intrekt, na afloop van deze termijn niet langer |
| Lidstaat van de Organisatie is.". | Lidstaat van de Organisatie is.". |
| Artikel 35 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 35 wordt gewijzigd als volgt: |
| 1. § 4 luidt als volgt: | 1. § 4 luidt als volgt: |
| " § 4 De Lidstaten kunnen binnen een termijn van vier maanden, te | " § 4 De Lidstaten kunnen binnen een termijn van vier maanden, te |
| rekenen van de dag waarop de in § 3 bedoelde kennisgeving is gedaan, | rekenen van de dag waarop de in § 3 bedoelde kennisgeving is gedaan, |
| bezwaar aantekenen. In geval van bezwaar door een kwart van de | bezwaar aantekenen. In geval van bezwaar door een kwart van de |
| Lidstaten treedt de wijziging niet in werking. In de Lidstaten die | Lidstaten treedt de wijziging niet in werking. In de Lidstaten die |
| binnen de gestelde termijn bezwaar hebben aangetekend tegen een | binnen de gestelde termijn bezwaar hebben aangetekend tegen een |
| besluit, wordt de toepassing van het desbetreffende Aanhangsel | besluit, wordt de toepassing van het desbetreffende Aanhangsel |
| volledig geschorst voor het verkeer met en tussen de Lidstaten vanaf | volledig geschorst voor het verkeer met en tussen de Lidstaten vanaf |
| het tijdstip waarop de besluiten van kracht worden. Evenwel, in geval | het tijdstip waarop de besluiten van kracht worden. Evenwel, in geval |
| van bezwaar tegen de verbindendverklaring van een technische norm of | van bezwaar tegen de verbindendverklaring van een technische norm of |
| tegen de aanneming van een uniform technisch voorschrift, worden | tegen de aanneming van een uniform technisch voorschrift, worden |
| alleen deze normen of voorschriften geschorst met betrekking tot het | alleen deze normen of voorschriften geschorst met betrekking tot het |
| verkeer met en tussen de Lidstaten, te rekenen van het tijdstip waarop | verkeer met en tussen de Lidstaten, te rekenen van het tijdstip waarop |
| de besluiten van kracht worden; hetzelfde geldt in geval van | de besluiten van kracht worden; hetzelfde geldt in geval van |
| gedeeltelijk bezwaar. In geval van bezwaar tegen de aanneming of | gedeeltelijk bezwaar. In geval van bezwaar tegen de aanneming of |
| wijziging van een Bijlage bij de Uniforme Regelen EST, wordt alleen | wijziging van een Bijlage bij de Uniforme Regelen EST, wordt alleen |
| deze Bijlage geschorst met betrekking tot het verkeer met en tussen de | deze Bijlage geschorst met betrekking tot het verkeer met en tussen de |
| Lidstaten, te rekenen van het tijdstip waarop de besluiten van kracht | Lidstaten, te rekenen van het tijdstip waarop de besluiten van kracht |
| worden; hetzelfde geldt in geval van gedeeltelijk bezwaar."; | worden; hetzelfde geldt in geval van gedeeltelijk bezwaar."; |
| 2. In § 6 luidt littera c) als volgt: | 2. In § 6 luidt littera c) als volgt: |
| "c) een verklaring hebben afgelegd overeenkomstig artikel 9, § 1, van | "c) een verklaring hebben afgelegd overeenkomstig artikel 9, § 1, van |
| de Uniforme Regelen APTU;"; | de Uniforme Regelen APTU;"; |
| 3. In § 6 wordt na littera c) de volgende littera d) ingevoegd: | 3. In § 6 wordt na littera c) de volgende littera d) ingevoegd: |
| "d) een verklaring hebben afgelegd overeenkomstig artikel 9, § 1, van | "d) een verklaring hebben afgelegd overeenkomstig artikel 9, § 1, van |
| de Uniforme Regelen EST.". | de Uniforme Regelen EST.". |
| B) Wijziging van het Aanhangsel E (CUI) | B) Wijziging van het Aanhangsel E (CUI) |
| De Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst inzake het gebruik van | De Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst inzake het gebruik van |
| de infrastructuur bij internationaal spoorwegvervoer, Aanhangsel E bij | de infrastructuur bij internationaal spoorwegvervoer, Aanhangsel E bij |
| het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer van 9 mei | het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer van 9 mei |
| 1980, zoals gewijzigd bij het Protocol van 3 juni 1999 (Protocol van | 1980, zoals gewijzigd bij het Protocol van 3 juni 1999 (Protocol van |
| Vilnius), worden gewijzigd als volgt: | Vilnius), worden gewijzigd als volgt: |
| De titel wordt gewijzigd als volgt: | De titel wordt gewijzigd als volgt: |
| De titel luidt als volgt: | De titel luidt als volgt: |
| "Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst inzake het gebruik van | "Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst inzake het gebruik van |
| de spoorweginfrastructuur in het internationale spoorwegverkeer" | de spoorweginfrastructuur in het internationale spoorwegverkeer" |
| Artikel 1 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 1 wordt gewijzigd als volgt: |
| 1. § 1 luidt als volgt: | 1. § 1 luidt als volgt: |
| "Deze Uniforme Regelen zijn van toepassing op elke overeenkomst inzake | "Deze Uniforme Regelen zijn van toepassing op elke overeenkomst inzake |
| het gebruik van een spoorweginfrastructuur (gebruiksovereenkomst) in | het gebruik van een spoorweginfrastructuur (gebruiksovereenkomst) in |
| een Lidstaat in het kader van het internationale spoorwegverkeer ten | een Lidstaat in het kader van het internationale spoorwegverkeer ten |
| behoeve van internationaal vervoer in de zin van de Uniforme Regelen | behoeve van internationaal vervoer in de zin van de Uniforme Regelen |
| CIV en Uniforme Regelen CIM."; | CIV en Uniforme Regelen CIM."; |
| 2. Na § 1 wordt de volgende § 2 ingevoegd: | 2. Na § 1 wordt de volgende § 2 ingevoegd: |
| " § 2 Deze Uniforme Regelen zijn van toepassing ongeacht de zetel en | " § 2 Deze Uniforme Regelen zijn van toepassing ongeacht de zetel en |
| de nationaliteit van de partijen bij de overeenkomst en eveneens | de nationaliteit van de partijen bij de overeenkomst en eveneens |
| wanneer de spoorweginfrastructuur wordt beheerd of gebruikt door | wanneer de spoorweginfrastructuur wordt beheerd of gebruikt door |
| Staten of overheidsinstellingen of -organisaties."; | Staten of overheidsinstellingen of -organisaties."; |
| 3. De oude § 2 wordt § 3. | 3. De oude § 2 wordt § 3. |
| Artikel 3 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 3 wordt gewijzigd als volgt: |
| 1. Na littera a) wordt de volgende littera aa) ingevoegd: | 1. Na littera a) wordt de volgende littera aa) ingevoegd: |
| "aa) "internationaal spoorwegverkeer", verkeer dat het gebruik vereist | "aa) "internationaal spoorwegverkeer", verkeer dat het gebruik vereist |
| van een internationaal treinpad of meerdere opeenvolgende nationale | van een internationaal treinpad of meerdere opeenvolgende nationale |
| treinpaden die zich in ten minste twee Staten bevinden en worden | treinpaden die zich in ten minste twee Staten bevinden en worden |
| gecoördineerd door de betrokken infrastructuurbeheerders of instanties | gecoördineerd door de betrokken infrastructuurbeheerders of instanties |
| die verantwoordelijk zijn voor de toewijzing van de betreffende | die verantwoordelijk zijn voor de toewijzing van de betreffende |
| treinpaden;"; | treinpaden;"; |
| 2. Littera b) luidt als volgt: | 2. Littera b) luidt als volgt: |
| "b) "beheerder", degene die een spoorweginfrastructuur ter beschikking | "b) "beheerder", degene die een spoorweginfrastructuur ter beschikking |
| stelt en verantwoordelijkheden draagt overeenkomstig de wetten en | stelt en verantwoordelijkheden draagt overeenkomstig de wetten en |
| voorschriften die van kracht zijn in de Staat waarin de | voorschriften die van kracht zijn in de Staat waarin de |
| spoorweginfrastructuur zich bevindt;"; | spoorweginfrastructuur zich bevindt;"; |
| 3. Littera c) luidt als volgt: | 3. Littera c) luidt als volgt: |
| "c) "vervoerder", de natuurlijke persoon of rechtspersoon die personen | "c) "vervoerder", de natuurlijke persoon of rechtspersoon die personen |
| en/of goederen vervoert in het internationale spoorwegverkeer en die | en/of goederen vervoert in het internationale spoorwegverkeer en die |
| een vergunning heeft overeenkomstig de wetten en voorschriften inzake | een vergunning heeft overeenkomstig de wetten en voorschriften inzake |
| de afgifte en erkenning van vergunningen die van kracht zijn in de | de afgifte en erkenning van vergunningen die van kracht zijn in de |
| Staat waar deze persoon deze activiteiten verricht;"; | Staat waar deze persoon deze activiteiten verricht;"; |
| 4. Littera g) luidt als volgt: | 4. Littera g) luidt als volgt: |
| "g) "veiligheidscertificaat", het document waaruit, overeenkomstig de | "g) "veiligheidscertificaat", het document waaruit, overeenkomstig de |
| wetten en voorschriften die van kracht zijn in de Staat waarin de | wetten en voorschriften die van kracht zijn in de Staat waarin de |
| spoorweginfrastructuur zich bevindt, met betrekking tot de vervoerder | spoorweginfrastructuur zich bevindt, met betrekking tot de vervoerder |
| blijkt dat: | blijkt dat: |
| - de interne organisatie van de onderneming, | - de interne organisatie van de onderneming, |
| - alsook het in te zetten personeel en de te gebruiken voertuigen op | - alsook het in te zetten personeel en de te gebruiken voertuigen op |
| de spoorweginfrastructuur, | de spoorweginfrastructuur, |
| voldoen aan de gestelde veiligheidseisen teneinde op deze | voldoen aan de gestelde veiligheidseisen teneinde op deze |
| spoorweginfrastructuur een dienst zonder gevaar te waarborgen.". | spoorweginfrastructuur een dienst zonder gevaar te waarborgen.". |
| Artikel 5 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 5 wordt gewijzigd als volgt: |
| § 1 luidt als volgt: | § 1 luidt als volgt: |
| " § 1 De betrekkingen tussen de beheerder en de vervoerder of elke | " § 1 De betrekkingen tussen de beheerder en de vervoerder of elke |
| andere persoon die, overeenkomstig de wetten en voorschriften die van | andere persoon die, overeenkomstig de wetten en voorschriften die van |
| kracht zijn in de Staat waarin de spoorweginfrastructuur zich bevindt, | kracht zijn in de Staat waarin de spoorweginfrastructuur zich bevindt, |
| gemachtigd is een dergelijke overeenkomst aan te gaan, worden geregeld | gemachtigd is een dergelijke overeenkomst aan te gaan, worden geregeld |
| in een gebruiksovereenkomst.". | in een gebruiksovereenkomst.". |
| Artikel 5bis wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 5bis wordt gewijzigd als volgt: |
| § 1 en 2 luiden als volgt: | § 1 en 2 luiden als volgt: |
| " § 1 De bepalingen van artikel 5 alsmede die van de artikelen 6, 7 en | " § 1 De bepalingen van artikel 5 alsmede die van de artikelen 6, 7 en |
| 22 laten de verplichtingen waaraan de partijen bij de | 22 laten de verplichtingen waaraan de partijen bij de |
| gebruiksovereenkomst moeten voldoen overeenkomstig de wetten en | gebruiksovereenkomst moeten voldoen overeenkomstig de wetten en |
| voorschriften die van kracht zijn in de Staat waarin de | voorschriften die van kracht zijn in de Staat waarin de |
| spoorweginfrastructuur zich bevindt, met inbegrip van, in voorkomend | spoorweginfrastructuur zich bevindt, met inbegrip van, in voorkomend |
| geval, het recht van de Europese Unie, onverlet. | geval, het recht van de Europese Unie, onverlet. |
| § 2 De bepalingen van de artikelen 8 en 9 laten de verplichtingen | § 2 De bepalingen van de artikelen 8 en 9 laten de verplichtingen |
| waaraan de partijen bij de gebruiksovereenkomst moeten voldoen in een | waaraan de partijen bij de gebruiksovereenkomst moeten voldoen in een |
| Lidstaat van de Europese Unie of in een Staat waar het recht van de | Lidstaat van de Europese Unie of in een Staat waar het recht van de |
| Europese Unie van toepassing is uit hoofde van internationale | Europese Unie van toepassing is uit hoofde van internationale |
| overeenkomsten met de Europese Unie, onverlet.". | overeenkomsten met de Europese Unie, onverlet.". |
| Artikel 7 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 7 wordt gewijzigd als volgt: |
| § 2 luidt als volgt: | § 2 luidt als volgt: |
| " § 2 De vervoerder kan de gebruiksovereenkomst onmiddellijk opzeggen | " § 2 De vervoerder kan de gebruiksovereenkomst onmiddellijk opzeggen |
| wanneer de beheerder zijn recht op het beheren van de | wanneer de beheerder zijn recht op het beheren van de |
| spoorweginfrastructuur verliest.". | spoorweginfrastructuur verliest.". |
| Artikel 8 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 8 wordt gewijzigd als volgt: |
| 1. § 1 luidt als volgt: | 1. § 1 luidt als volgt: |
| " § 1 De beheerder is aansprakelijk voor: | " § 1 De beheerder is aansprakelijk voor: |
| a) personenschade (dood, verwonding of elk ander lichamelijk of | a) personenschade (dood, verwonding of elk ander lichamelijk of |
| geestelijk letsel), | geestelijk letsel), |
| b) zaakschade (vernieling of beschadiging van roerende en onroerende | b) zaakschade (vernieling of beschadiging van roerende en onroerende |
| zaken), | zaken), |
| toegebracht aan de vervoerder of aan zijn hulponderneming gedurende | toegebracht aan de vervoerder of aan zijn hulponderneming gedurende |
| het gebruik van de spoorweginfrastructuur en waarvan de oorzaak in de | het gebruik van de spoorweginfrastructuur en waarvan de oorzaak in de |
| spoorweginfrastructuur ligt. | spoorweginfrastructuur ligt. |
| De beheerder is eveneens aansprakelijk voor vermogensschade | De beheerder is eveneens aansprakelijk voor vermogensschade |
| voortvloeiend uit de door de vervoerder krachtens de Uniforme Regelen | voortvloeiend uit de door de vervoerder krachtens de Uniforme Regelen |
| CIV en Uniforme Regelen CIM verschuldigde schadevergoeding wanneer de | CIV en Uniforme Regelen CIM verschuldigde schadevergoeding wanneer de |
| oorzaak van deze schade in de spoorweginfrastructuur ligt tijdens het | oorzaak van deze schade in de spoorweginfrastructuur ligt tijdens het |
| gebruik daarvan."; | gebruik daarvan."; |
| 2. In § 2, onder a), luidt punt 1 als volgt: | 2. In § 2, onder a), luidt punt 1 als volgt: |
| "1. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door | "1. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door |
| omstandigheden buiten het beheer van de spoorweginfrastructuur, die de | omstandigheden buiten het beheer van de spoorweginfrastructuur, die de |
| beheerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van | beheerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van |
| het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon | het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon |
| verhinderen,". | verhinderen,". |
| Artikel 9 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 9 wordt gewijzigd als volgt: |
| § 1 luidt als volgt: | § 1 luidt als volgt: |
| " § 1 De vervoerder is aansprakelijk voor: | " § 1 De vervoerder is aansprakelijk voor: |
| a) personenschade (dood, verwonding of elk ander lichamelijk of | a) personenschade (dood, verwonding of elk ander lichamelijk of |
| geestelijk letsel), | geestelijk letsel), |
| b) zaakschade (vernieling of beschadiging van roerende en onroerende | b) zaakschade (vernieling of beschadiging van roerende en onroerende |
| zaken), | zaken), |
| toegebracht aan de beheerder of aan zijn hulponderneming gedurende het | toegebracht aan de beheerder of aan zijn hulponderneming gedurende het |
| gebruik van de spoorweginfrastructuur door de gebruikte | gebruik van de spoorweginfrastructuur door de gebruikte |
| transportmiddelen of door de vervoerde personen of goederen.". | transportmiddelen of door de vervoerde personen of goederen.". |
| Artikel 10 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 10 wordt gewijzigd als volgt: |
| § 3 luidt als volgt: | § 3 luidt als volgt: |
| " § 3 In geval van schade zoals bedoeld in artikel 9, is § 1, eerste | " § 3 In geval van schade zoals bedoeld in artikel 9, is § 1, eerste |
| volzin van overeenkomstige toepassing wanneer oorzaken die hebben | volzin van overeenkomstige toepassing wanneer oorzaken die hebben |
| bijgedragen aan de schade, toe te rekenen zijn aan meerdere | bijgedragen aan de schade, toe te rekenen zijn aan meerdere |
| vervoerders die dezelfde spoorweginfrastructuur hebben gebruikt. | vervoerders die dezelfde spoorweginfrastructuur hebben gebruikt. |
| Indien niet kan worden vastgesteld in welke mate de verschillende | Indien niet kan worden vastgesteld in welke mate de verschillende |
| oorzaken aan de schade hebben bijgedragen, zijn de vervoerders jegens | oorzaken aan de schade hebben bijgedragen, zijn de vervoerders jegens |
| de beheerder voor gelijke delen aansprakelijk.". | de beheerder voor gelijke delen aansprakelijk.". |
| C) Wijziging van het Aanhangsel G (ATMF) | C) Wijziging van het Aanhangsel G (ATMF) |
| De Uniforme Regelen betreffende de technische toelating van | De Uniforme Regelen betreffende de technische toelating van |
| spoorwegmaterieel dat wordt gebruikt in internationaal verkeer, | spoorwegmaterieel dat wordt gebruikt in internationaal verkeer, |
| Aanhangsel G bij het Verdrag betreffende het internationale | Aanhangsel G bij het Verdrag betreffende het internationale |
| spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980, zoals gewijzigd bij het | spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980, zoals gewijzigd bij het |
| Protocol van 3 juni 1999 (Protocol van Vilnius), worden gewijzigd als | Protocol van 3 juni 1999 (Protocol van Vilnius), worden gewijzigd als |
| volgt: | volgt: |
| Artikel 1 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 1 wordt gewijzigd als volgt: |
| Artikel 1 luidt als volgt: | Artikel 1 luidt als volgt: |
| "Deze Uniforme Regelen leggen de procedure vast volgens welke | "Deze Uniforme Regelen leggen de procedure vast volgens welke |
| voertuigen tot het rijden of het gebruik in het internationaal verkeer | voertuigen tot het rijden of het gebruik in het internationaal verkeer |
| worden toegelaten.". | worden toegelaten.". |
| Artikel 3 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 3 wordt gewijzigd als volgt: |
| § 1 tot en met § 3 luiden als volgt: | § 1 tot en met § 3 luiden als volgt: |
| " § 1 Om in het internationaal verkeer te rijden moet ieder voertuig | " § 1 Om in het internationaal verkeer te rijden moet ieder voertuig |
| overeenkomstig deze Uniforme Regelen zijn toegelaten. | overeenkomstig deze Uniforme Regelen zijn toegelaten. |
| § 2 De technische toelating heeft tot doel vast te stellen of de | § 2 De technische toelating heeft tot doel vast te stellen of de |
| voertuigen beantwoorden aan: | voertuigen beantwoorden aan: |
| a) de constructievoorschriften opgenomen in de UTP's, | a) de constructievoorschriften opgenomen in de UTP's, |
| b) de constructie- en uitrustingsvoorschriften opgenomen in het RID, | b) de constructie- en uitrustingsvoorschriften opgenomen in het RID, |
| c) de bijzondere toelatingsvoorwaarden uit hoofde van artikel 7a. | c) de bijzondere toelatingsvoorwaarden uit hoofde van artikel 7a. |
| § 3 De §§ 1 en 2 alsmede de volgende artikelen zijn van | § 3 De §§ 1 en 2 alsmede de volgende artikelen zijn van |
| overeenkomstige toepassing op de technische toelating van elementen | overeenkomstige toepassing op de technische toelating van elementen |
| van constructie.". | van constructie.". |
| Artikel 9 wordt gewijzigd als volgt: | Artikel 9 wordt gewijzigd als volgt: |
| § 1 luidt als volgt: | § 1 luidt als volgt: |
| " § 1 De spoorwegondernemingen die voertuigen gebruiken die zijn | " § 1 De spoorwegondernemingen die voertuigen gebruiken die zijn |
| toegelaten tot het rijden in het internationaal verkeer moeten voldoen | toegelaten tot het rijden in het internationaal verkeer moeten voldoen |
| aan de in de UTP's omschreven exploitatievoorschriften voor voertuigen | aan de in de UTP's omschreven exploitatievoorschriften voor voertuigen |
| in het internationaal verkeer.". | in het internationaal verkeer.". |
| D) Het nieuwe Aanhangsel H wordt als volgt ingevoegd: | D) Het nieuwe Aanhangsel H wordt als volgt ingevoegd: |
| "Uniforme Regelen betreffende de veilige exploitatie van treinen in | "Uniforme Regelen betreffende de veilige exploitatie van treinen in |
| het internationaal verkeer (EST - Aanhangsel H bij het Verdrag) | het internationaal verkeer (EST - Aanhangsel H bij het Verdrag) |
Artikel 1.- Toepassingsgebied |
Artikel 1.- Toepassingsgebied |
| De Uniforme Regelen leggen de eisen vast voor de veilige exploitatie | De Uniforme Regelen leggen de eisen vast voor de veilige exploitatie |
| van treinen in het internationaal verkeer, met inbegrip van de | van treinen in het internationaal verkeer, met inbegrip van de |
| veiligheidscertificaten en het toezicht. | veiligheidscertificaten en het toezicht. |
Artikel 2.- Begripsomschrijvingen |
Artikel 2.- Begripsomschrijvingen |
| Voor de toepassing van deze Uniforme Regelen, hun bijlagen en de UTP's | Voor de toepassing van deze Uniforme Regelen, hun bijlagen en de UTP's |
| wordt aanvullend op de uitdrukkingen omschreven in artikel 2 van de | wordt aanvullend op de uitdrukkingen omschreven in artikel 2 van de |
| Uniforme Regelen ATMF en artikel 2 van de Uniforme Regelen APTU, | Uniforme Regelen ATMF en artikel 2 van de Uniforme Regelen APTU, |
| verstaan onder de uitdrukking: | verstaan onder de uitdrukking: |
| a) "exploitatiegebied", de netwerken die in een of meer Verdragsstaten | a) "exploitatiegebied", de netwerken die in een of meer Verdragsstaten |
| zijn gelegen waarop een voertuig is bestemd om te worden gebruikt; | zijn gelegen waarop een voertuig is bestemd om te worden gebruikt; |
| b) "veiligheidscertificeringsinstantie", de nationale of | b) "veiligheidscertificeringsinstantie", de nationale of |
| internationale entiteit die belast is met de afgifte van | internationale entiteit die belast is met de afgifte van |
| veiligheidscertificaten aan spoorwegondernemingen; | veiligheidscertificaten aan spoorwegondernemingen; |
| c) "gecertificeerde spoorwegonderneming", elke spoorwegonderneming die | c) "gecertificeerde spoorwegonderneming", elke spoorwegonderneming die |
| beschikt over een veiligheidscertificaat dat is afgegeven door de | beschikt over een veiligheidscertificaat dat is afgegeven door de |
| veiligheidscertificeringsinstantie; | veiligheidscertificeringsinstantie; |
| d) "interoperabiliteit", de geschiktheid om op een spoorwegsysteem | d) "interoperabiliteit", de geschiktheid om op een spoorwegsysteem |
| veilig en ongehinderd te kunnen rijden evenals van of naar andere | veilig en ongehinderd te kunnen rijden evenals van of naar andere |
| spoorwegsystemen door treinen die voldoen aan de vereiste | spoorwegsystemen door treinen die voldoen aan de vereiste |
| prestatieniveaus; | prestatieniveaus; |
| e) "controle", het systeem dat door de spoorwegondernemingen of de | e) "controle", het systeem dat door de spoorwegondernemingen of de |
| infrastructuurbeheerders is ingesteld om te onderzoeken of hun | infrastructuurbeheerders is ingesteld om te onderzoeken of hun |
| veiligheidsbeheersysteem juist wordt toegepast en effectief is; | veiligheidsbeheersysteem juist wordt toegepast en effectief is; |
| f) "spoorwegsysteem", in elke Verdragsstaat, het netwerk dat is | f) "spoorwegsysteem", in elke Verdragsstaat, het netwerk dat is |
| opgebouwd uit lijnen, stations, knooppunten en terminals die bestemd | opgebouwd uit lijnen, stations, knooppunten en terminals die bestemd |
| zijn voor internationaal verkeer en alle voertuigen die op het gehele | zijn voor internationaal verkeer en alle voertuigen die op het gehele |
| netwerk of een deel ervan kunnen rijden; | netwerk of een deel ervan kunnen rijden; |
| g) "veiligheidscertificaat", het bewijs dat de betrokken | g) "veiligheidscertificaat", het bewijs dat de betrokken |
| spoorwegonderneming haar veiligheidsbeheersysteem heeft ingesteld en | spoorwegonderneming haar veiligheidsbeheersysteem heeft ingesteld en |
| dat zij in staat is veilig te werken in het exploitatiegebied van de | dat zij in staat is veilig te werken in het exploitatiegebied van de |
| Staat waarin het certificaat geldig is; | Staat waarin het certificaat geldig is; |
| h) "veiligheidsbeheersysteem", de organisatie, de werkwijzen en | h) "veiligheidsbeheersysteem", de organisatie, de werkwijzen en |
| procedures die door een infrastructuurbeheerder of spoorwegonderneming | procedures die door een infrastructuurbeheerder of spoorwegonderneming |
| zijn ingesteld om het veilige beheer van zijn eigen verrichtingen te | zijn ingesteld om het veilige beheer van zijn eigen verrichtingen te |
| waarborgen; | waarborgen; |
| i) "toezicht", het systeem dat door de toezichthoudende autoriteit is | i) "toezicht", het systeem dat door de toezichthoudende autoriteit is |
| ingesteld om de prestaties op het vlak van veiligheid te volgen van | ingesteld om de prestaties op het vlak van veiligheid te volgen van |
| elke spoorwegonderneming die een veiligheidscertificaat heeft | elke spoorwegonderneming die een veiligheidscertificaat heeft |
| ontvangen; | ontvangen; |
| j) "toezichthoudende autoriteit", de nationale of internationale | j) "toezichthoudende autoriteit", de nationale of internationale |
| entiteit die belast is met het toezicht op de juiste toepassing van | entiteit die belast is met het toezicht op de juiste toepassing van |
| het veiligheidsbeheersysteem. | het veiligheidsbeheersysteem. |
Artikel 3.- Eisen op het vlak van exploitatie en veiligheid |
Artikel 3.- Eisen op het vlak van exploitatie en veiligheid |
| § 1 In het internationaal verkeer worden de treinen geëxploiteerd | § 1 In het internationaal verkeer worden de treinen geëxploiteerd |
| conform de eisen op het vlak van exploitatie en veiligheid zoals | conform de eisen op het vlak van exploitatie en veiligheid zoals |
| vervat in deze Uniforme Regelen. | vervat in deze Uniforme Regelen. |
| § 2 Onverminderd de verantwoordelijkheden van de entiteiten die belast | § 2 Onverminderd de verantwoordelijkheden van de entiteiten die belast |
| zijn met het onderhoud van spoorvoertuigen en alle andere actoren die | zijn met het onderhoud van spoorvoertuigen en alle andere actoren die |
| invloed kunnen uitoefenen op de veilige exploitatie van het | invloed kunnen uitoefenen op de veilige exploitatie van het |
| spoorwegsysteem, waarborgen de Verdragsstaten dat op hun grondgebied | spoorwegsysteem, waarborgen de Verdragsstaten dat op hun grondgebied |
| de verantwoordelijkheid voor de veilige exploitatie van treinen in het | de verantwoordelijkheid voor de veilige exploitatie van treinen in het |
| internationaal verkeer en het beheer van daarmee verband houdende | internationaal verkeer en het beheer van daarmee verband houdende |
| risico's ligt bij de betrokken infrastructuurbeheerder of | risico's ligt bij de betrokken infrastructuurbeheerder of |
| infrastructuurbeheerders en de spoorwegonderneming of | infrastructuurbeheerders en de spoorwegonderneming of |
| spoorwegondernemingen die de trein laten rijden. | spoorwegondernemingen die de trein laten rijden. |
| § 3 De Verdragsstaten verplichten alle spoorwegondernemingen en alle | § 3 De Verdragsstaten verplichten alle spoorwegondernemingen en alle |
| infrastructuurbeheerders die betrokken zijn bij de exploitatie van | infrastructuurbeheerders die betrokken zijn bij de exploitatie van |
| treinen in het internationaal verkeer op hun grondgebied te beschikken | treinen in het internationaal verkeer op hun grondgebied te beschikken |
| over een veiligheidsbeheersysteem en de juiste toepassing daarvan te | over een veiligheidsbeheersysteem en de juiste toepassing daarvan te |
| controleren. | controleren. |
| § 4 De Verdragsstaten waarborgen dat alle verplichte exploitatie- en | § 4 De Verdragsstaten waarborgen dat alle verplichte exploitatie- en |
| veiligheidsregels openbaar worden gemaakt en ter beschikking worden | veiligheidsregels openbaar worden gemaakt en ter beschikking worden |
| gesteld van spoorwegondernemingen en infrastructuurbeheerders. | gesteld van spoorwegondernemingen en infrastructuurbeheerders. |
Artikel 4.- Veiligheidscertificeringsinstantie |
Artikel 4.- Veiligheidscertificeringsinstantie |
| § 1 Elke Verdragsstaat zorgt voor de oprichting van een | § 1 Elke Verdragsstaat zorgt voor de oprichting van een |
| veiligheidscertificeringsinstantie waarvan de organisatie, juridische | veiligheidscertificeringsinstantie waarvan de organisatie, juridische |
| structuur en besluitvorming onafhankelijk zijn van elke | structuur en besluitvorming onafhankelijk zijn van elke |
| spoorwegonderneming en infrastructuurbeheerder. | spoorwegonderneming en infrastructuurbeheerder. |
| De veiligheidscertificeringsinstantie en de toezichthoudende | De veiligheidscertificeringsinstantie en de toezichthoudende |
| autoriteit bedoeld in artikel 6, § 1, kunnen twee afzonderlijke | autoriteit bedoeld in artikel 6, § 1, kunnen twee afzonderlijke |
| entiteiten zijn of onderdelen van dezelfde organisatie. | entiteiten zijn of onderdelen van dezelfde organisatie. |
| § 2 Elke Verdragsstaat stelt de Secretaris-Generaal in kennis van zijn | § 2 Elke Verdragsstaat stelt de Secretaris-Generaal in kennis van zijn |
| veiligheidscertificeringsinstantie in ten minste een van de werktalen | veiligheidscertificeringsinstantie in ten minste een van de werktalen |
| van de Organisatie en houdt deze informatie actueel. | van de Organisatie en houdt deze informatie actueel. |
| § 3 De Secretaris-Generaal publiceert de in § 2 bedoelde informatie op | § 3 De Secretaris-Generaal publiceert de in § 2 bedoelde informatie op |
| de website van de Organisatie in de talen van de kennisgeving. | de website van de Organisatie in de talen van de kennisgeving. |
Artikel 5.- Veiligheidscertificering van spoorwegondernemingen |
Artikel 5.- Veiligheidscertificering van spoorwegondernemingen |
| § 1 De Verdragsstaten geven alleen toestemming voor de exploitatie van | § 1 De Verdragsstaten geven alleen toestemming voor de exploitatie van |
| treinen in het internationaal verkeer aan spoorwegondernemingen die | treinen in het internationaal verkeer aan spoorwegondernemingen die |
| een veiligheidscertificaat hebben dat geldig is op hun grondgebied. | een veiligheidscertificaat hebben dat geldig is op hun grondgebied. |
| § 2 De veiligheidscertificaten voor de exploitatie van treinen in het | § 2 De veiligheidscertificaten voor de exploitatie van treinen in het |
| internationaal verkeer worden afgegeven in overeenstemming met de | internationaal verkeer worden afgegeven in overeenstemming met de |
| bepalingen van deze Uniforme Regelen. | bepalingen van deze Uniforme Regelen. |
| § 3 Bij de afgifte van veiligheidscertificaten aan | § 3 Bij de afgifte van veiligheidscertificaten aan |
| spoorwegondernemingen die reeds in het bezit zijn van een | spoorwegondernemingen die reeds in het bezit zijn van een |
| veiligheidscertificaat in een andere Verdragsstaat, aanvaardt de | veiligheidscertificaat in een andere Verdragsstaat, aanvaardt de |
| veiligheidscertificeringsinstantie de resultaten van de | veiligheidscertificeringsinstantie de resultaten van de |
| conformiteitsbeoordelingen die door de | conformiteitsbeoordelingen die door de |
| veiligheidscertificeringsinstantie van de andere Verdragsstaat zijn | veiligheidscertificeringsinstantie van de andere Verdragsstaat zijn |
| uitgevoerd. | uitgevoerd. |
| Deze erkenning is slechts verplicht voor conformiteitsbeoordelingen | Deze erkenning is slechts verplicht voor conformiteitsbeoordelingen |
| die zijn uitgevoerd op basis van bepalingen die gelijkwaardig zijn aan | die zijn uitgevoerd op basis van bepalingen die gelijkwaardig zijn aan |
| de bepalingen in de bijlagen bij deze Uniforme Regelen of uniforme | de bepalingen in de bijlagen bij deze Uniforme Regelen of uniforme |
| technische voorschriften. | technische voorschriften. |
| De veiligheidscertificeringsinstanties werken hiertoe samen. | De veiligheidscertificeringsinstanties werken hiertoe samen. |
| § 4 Elke Verdragsstaat kan, onafhankelijk van wat bepaald is in § 3, | § 4 Elke Verdragsstaat kan, onafhankelijk van wat bepaald is in § 3, |
| overeenkomsten sluiten inzake de wederzijdse erkenning van de | overeenkomsten sluiten inzake de wederzijdse erkenning van de |
| volledige of een deel van de veiligheidscertificaten die zijn | volledige of een deel van de veiligheidscertificaten die zijn |
| afgegeven door de veiligheidscertificeringsinstantie van andere | afgegeven door de veiligheidscertificeringsinstantie van andere |
| Staten, op voorwaarde dat de beoordelingscriteria op basis waarvan de | Staten, op voorwaarde dat de beoordelingscriteria op basis waarvan de |
| veiligheidscertificaten zijn afgegeven de conformiteit met de criteria | veiligheidscertificaten zijn afgegeven de conformiteit met de criteria |
| die in deze Staten van toepassing zijn waarborgen. Deze overeenkomsten | die in deze Staten van toepassing zijn waarborgen. Deze overeenkomsten |
| worden ter kennis gebracht van de Secretaris-Generaal, die deze | worden ter kennis gebracht van de Secretaris-Generaal, die deze |
| informatie openbaar maakt. De voorwaarden voor wederzijdse erkenning | informatie openbaar maakt. De voorwaarden voor wederzijdse erkenning |
| van de volledige of een deel van de veiligheidscertificaten kunnen | van de volledige of een deel van de veiligheidscertificaten kunnen |
| eveneens worden vastgelegd in een bijlage bij deze Uniforme Regelen. | eveneens worden vastgelegd in een bijlage bij deze Uniforme Regelen. |
| § 5 De Verdragsstaten zorgen ervoor dat hun | § 5 De Verdragsstaten zorgen ervoor dat hun |
| veiligheidscertificeringsinstantie in een openbaar register de | veiligheidscertificeringsinstantie in een openbaar register de |
| spoorwegondernemingen inschrijft die een veiligheidscertificaat hebben | spoorwegondernemingen inschrijft die een veiligheidscertificaat hebben |
| dat op hun grondgebied geldig is voor de exploitatie van treinen in | dat op hun grondgebied geldig is voor de exploitatie van treinen in |
| het internationaal verkeer, tezamen met hun exploitatiegebied en de | het internationaal verkeer, tezamen met hun exploitatiegebied en de |
| geldigheid van elk certificaat, en dat zij deze lijst bijhoudt. | geldigheid van elk certificaat, en dat zij deze lijst bijhoudt. |
| § 6 De Commissie van technisch deskundigen is bevoegd de specificaties | § 6 De Commissie van technisch deskundigen is bevoegd de specificaties |
| en praktische modaliteiten van een gemeenschappelijke database vast te | en praktische modaliteiten van een gemeenschappelijke database vast te |
| stellen ten behoeve van de in § 5 bedoelde informatie. | stellen ten behoeve van de in § 5 bedoelde informatie. |
| § 7 De Commissie van technisch deskundigen is bevoegd aanbevelingen | § 7 De Commissie van technisch deskundigen is bevoegd aanbevelingen |
| aan te nemen over het instellen van een systeem van samenwerking en | aan te nemen over het instellen van een systeem van samenwerking en |
| collegiale toetsingen van veiligheidscertificeringsinstanties met het | collegiale toetsingen van veiligheidscertificeringsinstanties met het |
| oog op de in § 4 voorziene wederzijdse erkenning. | oog op de in § 4 voorziene wederzijdse erkenning. |
Artikel 6.- Toezicht |
Artikel 6.- Toezicht |
| § 1 Elke Verdragsstaat zorgt voor de oprichting van een | § 1 Elke Verdragsstaat zorgt voor de oprichting van een |
| toezichthoudende autoriteit waarvan de organisatie, juridische | toezichthoudende autoriteit waarvan de organisatie, juridische |
| structuur en besluitvorming onafhankelijk zijn van elke | structuur en besluitvorming onafhankelijk zijn van elke |
| spoorwegonderneming en infrastructuurbeheerder. | spoorwegonderneming en infrastructuurbeheerder. |
| De toezichthoudende autoriteit en de | De toezichthoudende autoriteit en de |
| veiligheidscertificeringsinstantie bedoeld in artikel 4, § 1, kunnen | veiligheidscertificeringsinstantie bedoeld in artikel 4, § 1, kunnen |
| twee afzonderlijke entiteiten zijn of onderdelen van dezelfde | twee afzonderlijke entiteiten zijn of onderdelen van dezelfde |
| organisatie. | organisatie. |
| § 2 De toezichthoudende autoriteit houdt toezicht op de juiste | § 2 De toezichthoudende autoriteit houdt toezicht op de juiste |
| toepassing van het veiligheidsbeheersysteem van spoorwegondernemingen | toepassing van het veiligheidsbeheersysteem van spoorwegondernemingen |
| met inachtneming van deze Uniforme Regelen. | met inachtneming van deze Uniforme Regelen. |
| § 3 Elke Verdragsstaat stelt de Secretaris-Generaal in kennis van zijn | § 3 Elke Verdragsstaat stelt de Secretaris-Generaal in kennis van zijn |
| toezichthoudende autoriteit in ten minste een van de werktalen van de | toezichthoudende autoriteit in ten minste een van de werktalen van de |
| Organisatie en houdt deze informatie actueel. | Organisatie en houdt deze informatie actueel. |
| § 4 De Secretaris-Generaal publiceert de in § 3 bedoelde informatie op | § 4 De Secretaris-Generaal publiceert de in § 3 bedoelde informatie op |
| de website van de Organisatie in de talen van de kennisgeving. | de website van de Organisatie in de talen van de kennisgeving. |
| § 5 De Commissie van technisch deskundigen is bevoegd aanbevelingen | § 5 De Commissie van technisch deskundigen is bevoegd aanbevelingen |
| aan te nemen over het instellen van een systeem van samenwerking en | aan te nemen over het instellen van een systeem van samenwerking en |
| collegiale toetsingen van toezichthoudende autoriteiten met het oog op | collegiale toetsingen van toezichthoudende autoriteiten met het oog op |
| de in artikel 5, § 4, voorziene wederzijdse erkenning. | de in artikel 5, § 4, voorziene wederzijdse erkenning. |
Artikel 7.- Beheer van de veiligheid en exploitatie van treinen |
Artikel 7.- Beheer van de veiligheid en exploitatie van treinen |
| § 1 De spoorwegondernemingen exploiteren treinen in het internationaal | § 1 De spoorwegondernemingen exploiteren treinen in het internationaal |
| verkeer binnen de grenzen van het exploitatiegebied dat op hun | verkeer binnen de grenzen van het exploitatiegebied dat op hun |
| veiligheidscertificaat is aangegeven. | veiligheidscertificaat is aangegeven. |
| § 2 De infrastructuurbeheerders en spoorwegondernemingen die betrokken | § 2 De infrastructuurbeheerders en spoorwegondernemingen die betrokken |
| zijn bij de exploitatie van treinen in het internationaal verkeer | zijn bij de exploitatie van treinen in het internationaal verkeer |
| beheren alle veiligheidsrisico's die verbonden zijn aan hun | beheren alle veiligheidsrisico's die verbonden zijn aan hun |
| activiteit. | activiteit. |
| § 3 De infrastructuurbeheerders en spoorwegondernemingen die betrokken | § 3 De infrastructuurbeheerders en spoorwegondernemingen die betrokken |
| zijn bij de exploitatie van treinen in het internationaal verkeer | zijn bij de exploitatie van treinen in het internationaal verkeer |
| werken samen om te waarborgen dat de treinen in het internationaal | werken samen om te waarborgen dat de treinen in het internationaal |
| verkeer waarvoor zij verantwoordelijk zijn veilig worden | verkeer waarvoor zij verantwoordelijk zijn veilig worden |
| geëxploiteerd. | geëxploiteerd. |
| § 4 De infrastructuurbeheerders en spoorwegondernemingen die betrokken | § 4 De infrastructuurbeheerders en spoorwegondernemingen die betrokken |
| zijn bij de exploitatie van treinen in het internationaal verkeer | zijn bij de exploitatie van treinen in het internationaal verkeer |
| stellen hun veiligheidsbeheersysteem op en controleren de goede | stellen hun veiligheidsbeheersysteem op en controleren de goede |
| werking daarvan uit hoofde van deze Uniforme Regelen. | werking daarvan uit hoofde van deze Uniforme Regelen. |
Artikel 8.- Bijlagen en aanbevelingen |
Artikel 8.- Bijlagen en aanbevelingen |
| § 1 De Commissie van technisch deskundigen beslist over het aannemen | § 1 De Commissie van technisch deskundigen beslist over het aannemen |
| en wijzigen van elke bijlage in overeenstemming met de procedure | en wijzigen van elke bijlage in overeenstemming met de procedure |
| neergelegd in de artikelen 16, 20 en 33, § 6, van het Verdrag. De | neergelegd in de artikelen 16, 20 en 33, § 6, van het Verdrag. De |
| beslissingen treden in werking volgens de bepalingen van artikel 35, § | beslissingen treden in werking volgens de bepalingen van artikel 35, § |
| 3 en 4, van het Verdrag. | 3 en 4, van het Verdrag. |
| § 2 Een verzoek om aanneming of wijziging van een bijlage kan worden | § 2 Een verzoek om aanneming of wijziging van een bijlage kan worden |
| ingediend door: | ingediend door: |
| a) elke Verdragsstaat; | a) elke Verdragsstaat; |
| b) elke regionale organisatie zoals omschreven in artikel 2, onder x), | b) elke regionale organisatie zoals omschreven in artikel 2, onder x), |
| van de Uniforme Regelen ATMF; | van de Uniforme Regelen ATMF; |
| c) elke representatieve internationale vereniging, voor de leden | c) elke representatieve internationale vereniging, voor de leden |
| waarvan het bestaan van de bijlage om veiligheids- en | waarvan het bestaan van de bijlage om veiligheids- en |
| bedrijfseconomische redenen onmisbaar is in de uitoefening van hun | bedrijfseconomische redenen onmisbaar is in de uitoefening van hun |
| activiteit. | activiteit. |
| § 3 Ten behoeve van de geharmoniseerde tenuitvoerlegging van de eisen | § 3 Ten behoeve van de geharmoniseerde tenuitvoerlegging van de eisen |
| vervat in deze Uniforme Regelen, omvatten de bijlagen bij deze | vervat in deze Uniforme Regelen, omvatten de bijlagen bij deze |
| Uniforme Regelen: | Uniforme Regelen: |
| a) een gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor de eisen van de | a) een gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor de eisen van de |
| veiligheidsbeheersystemen die moeten worden toegepast door | veiligheidsbeheersystemen die moeten worden toegepast door |
| veiligheidscertificeringsinstanties bij de afgifte van een | veiligheidscertificeringsinstanties bij de afgifte van een |
| veiligheidscertificaat en door de spoorwegondernemingen en | veiligheidscertificaat en door de spoorwegondernemingen en |
| infrastructuurbeheerders wanneer zij hun veiligheidsbeheersystemen | infrastructuurbeheerders wanneer zij hun veiligheidsbeheersystemen |
| ontwikkelen, invoeren, onderhouden en verbeteren; | ontwikkelen, invoeren, onderhouden en verbeteren; |
| b) een gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor de controle die moet | b) een gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor de controle die moet |
| worden uitgevoerd door spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders | worden uitgevoerd door spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders |
| en met onderhoud belaste entiteiten; | en met onderhoud belaste entiteiten; |
| c) de nodige links met de gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor | c) de nodige links met de gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor |
| risico-evaluatie en -beoordeling die moet worden toegepast door | risico-evaluatie en -beoordeling die moet worden toegepast door |
| spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders en met onderhoud | spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders en met onderhoud |
| belaste entiteiten wanneer zij een technische, operationele of | belaste entiteiten wanneer zij een technische, operationele of |
| organisatorische wijziging doorvoeren aan het spoorwegsysteem; | organisatorische wijziging doorvoeren aan het spoorwegsysteem; |
| d) een gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor toezicht die door de | d) een gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor toezicht die door de |
| toezichthoudende autoriteiten moet worden toegepast. | toezichthoudende autoriteiten moet worden toegepast. |
| De Commissie van technisch deskundigen onderzoekt het opnemen van | De Commissie van technisch deskundigen onderzoekt het opnemen van |
| geharmoniseerde bepalingen voor de afgifte van | geharmoniseerde bepalingen voor de afgifte van |
| veiligheidscertificaten. | veiligheidscertificaten. |
| § 4 Het ontwikkelen van bijlagen op basis van aanvragen ingediend in | § 4 Het ontwikkelen van bijlagen op basis van aanvragen ingediend in |
| overeenstemming met § 2 behoort tot het werkterrein van de Commissie | overeenstemming met § 2 behoort tot het werkterrein van de Commissie |
| van technisch deskundigen, bijgestaan door ad-hoc werkgroepen en de | van technisch deskundigen, bijgestaan door ad-hoc werkgroepen en de |
| Secretaris-Generaal. | Secretaris-Generaal. |
| § 5 De Commissie van technisch deskundigen kan een aanbeveling doen | § 5 De Commissie van technisch deskundigen kan een aanbeveling doen |
| voor methoden en praktijken met betrekking tot de veilige exploitatie | voor methoden en praktijken met betrekking tot de veilige exploitatie |
| van treinen in het internationaal verkeer. | van treinen in het internationaal verkeer. |
Artikel 9.- Verklaringen |
Artikel 9.- Verklaringen |
| § 1 Elke Verdragsstaat kan, binnen een termijn van vier maanden te | § 1 Elke Verdragsstaat kan, binnen een termijn van vier maanden te |
| rekenen vanaf de dag van de bekendmaking door de Secretaris-Generaal | rekenen vanaf de dag van de bekendmaking door de Secretaris-Generaal |
| van het besluit van de Commissie van technisch deskundigen, ten | van het besluit van de Commissie van technisch deskundigen, ten |
| overstaan van hem een met redenen omklede verklaring afleggen op grond | overstaan van hem een met redenen omklede verklaring afleggen op grond |
| waarvan hij een bijlage bij deze Uniforme Regelen niet zal toepassen | waarvan hij een bijlage bij deze Uniforme Regelen niet zal toepassen |
| wat de gehele of een deel van de spoorweginfrastructuur op zijn | wat de gehele of een deel van de spoorweginfrastructuur op zijn |
| grondgebied en het verkeer op deze infrastructuur betreft. | grondgebied en het verkeer op deze infrastructuur betreft. |
| § 2 De Verdragsstaten die een verklaring hebben afgelegd | § 2 De Verdragsstaten die een verklaring hebben afgelegd |
| overeenkomstig § 1 worden niet in aanmerking genomen bij het bepalen | overeenkomstig § 1 worden niet in aanmerking genomen bij het bepalen |
| van het aantal Staten die overeenkomstig artikel 35, § 4, van het | van het aantal Staten die overeenkomstig artikel 35, § 4, van het |
| Verdrag een bezwaar moeten aantekenen waardoor een beslissing van de | Verdrag een bezwaar moeten aantekenen waardoor een beslissing van de |
| Commissie van technisch deskundigen niet in werking treedt. | Commissie van technisch deskundigen niet in werking treedt. |
| § 3 Elke Staat die een verklaring heeft afgelegd overeenkomstig § 1 | § 3 Elke Staat die een verklaring heeft afgelegd overeenkomstig § 1 |
| kan deze op elk moment intrekken door de Secretaris-Generaal hiervan | kan deze op elk moment intrekken door de Secretaris-Generaal hiervan |
| in kennis te stellen. Deze intrekking wordt van kracht op de eerste | in kennis te stellen. Deze intrekking wordt van kracht op de eerste |
| dag van de tweede maand die volgt op de kennisgeving.". | dag van de tweede maand die volgt op de kennisgeving.". |
| Brussel, 2 april 2021. | Brussel, 2 april 2021. |
| FILIP | FILIP |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Buitenlandse en Europese Zaken, | De Minister van Buitenlandse en Europese Zaken, |
| S. WILMES | S. WILMES |
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
| V. VAN QUICKENBORNE | V. VAN QUICKENBORNE |
| De Minister van Mobiliteit, | De Minister van Mobiliteit, |
| G. GILKINET | G. GILKINET |