Rechterlijke Orde Huishoudelijk en procedurereglement van de Raadgevende Commissie bevoegd inzake rechtsbescherming van personen in dienst van de Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom De Raadgevende Commissie, Gelet op artikel Gelet op het bij Beschikking (M(2014)14) van het Benelux Comité van Ministers d.d. 10 november 2014(...) | Rechterlijke Orde Huishoudelijk en procedurereglement van de Raadgevende Commissie bevoegd inzake rechtsbescherming van personen in dienst van de Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom De Raadgevende Commissie, Gelet op artikel Gelet op het bij Beschikking (M(2014)14) van het Benelux Comité van Ministers d.d. 10 november 2014(...) |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE |
Rechterlijke Orde | Rechterlijke Orde |
Huishoudelijk en procedurereglement van de Raadgevende Commissie | Huishoudelijk en procedurereglement van de Raadgevende Commissie |
bevoegd inzake rechtsbescherming van personen in dienst van de | bevoegd inzake rechtsbescherming van personen in dienst van de |
Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom | Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom |
De Raadgevende Commissie, | De Raadgevende Commissie, |
Gelet op artikel 6, lid 5, van het Aanvullend Protocol bij het Verdrag | Gelet op artikel 6, lid 5, van het Aanvullend Protocol bij het Verdrag |
betreffende de instelling en het statuut van een Benelux-Gerechtshof | betreffende de instelling en het statuut van een Benelux-Gerechtshof |
inzake de rechtsbescherming van personen in dienst van de | inzake de rechtsbescherming van personen in dienst van de |
Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom (merken en | Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom (merken en |
tekeningen of modellen) (hierna: Aanvullend Protocol). | tekeningen of modellen) (hierna: Aanvullend Protocol). |
Gelet op het bij Beschikking (M(2014)14) van het Benelux Comité van | Gelet op het bij Beschikking (M(2014)14) van het Benelux Comité van |
Ministers d.d. 10 november 2014 vastgestelde Reglement voor de | Ministers d.d. 10 november 2014 vastgestelde Reglement voor de |
benoeming van de Raadgevende Commissie bevoegd inzake de | benoeming van de Raadgevende Commissie bevoegd inzake de |
rechtsbescherming van personen in dienst van de Benelux-Organisatie | rechtsbescherming van personen in dienst van de Benelux-Organisatie |
voor de Intellectuele Eigendom (merken en tekeningen of modellen). | voor de Intellectuele Eigendom (merken en tekeningen of modellen). |
Gelet op Beschikking (M(2015)1) van het Benelux Comité van Ministers | Gelet op Beschikking (M(2015)1) van het Benelux Comité van Ministers |
d.d. 27 maart 2015 tot benoeming van de Raadgevende Commissie bevoegd | d.d. 27 maart 2015 tot benoeming van de Raadgevende Commissie bevoegd |
inzake de rechtsbescherming van personen in dienst van de | inzake de rechtsbescherming van personen in dienst van de |
Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom (merken en | Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom (merken en |
tekeningen of modellen). | tekeningen of modellen). |
Heeft het volgende huishoudelijk en procedurereglement vastgesteld en | Heeft het volgende huishoudelijk en procedurereglement vastgesteld en |
heeft de eer dit ter goedkeuring aan het Comité van Ministers te | heeft de eer dit ter goedkeuring aan het Comité van Ministers te |
onderwerpen : | onderwerpen : |
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen | HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen |
Artikel 1.Zetel |
Artikel 1.Zetel |
De Raadgevende Commissie heeft haar administratieve zetel ter plaatse | De Raadgevende Commissie heeft haar administratieve zetel ter plaatse |
waar het Bureau is gevestigd. | waar het Bureau is gevestigd. |
Artikel 2.Besluitvorming |
Artikel 2.Besluitvorming |
1. De Raadgevende Commissie kan slechts op rechtsgeldige wijze | 1. De Raadgevende Commissie kan slechts op rechtsgeldige wijze |
beslissingen nemen indien de voorzitter of zijn plaatsvervanger en de | beslissingen nemen indien de voorzitter of zijn plaatsvervanger en de |
leden of hun plaatsvervangers aanwezig zijn. | leden of hun plaatsvervangers aanwezig zijn. |
2. De beslissingen worden bij gewone meerderheid van stemmen genomen. | 2. De beslissingen worden bij gewone meerderheid van stemmen genomen. |
Stemonthouding is niet toegestaan. Bij staking van stemmen is de stem | Stemonthouding is niet toegestaan. Bij staking van stemmen is de stem |
van de voorzitter doorslaggevend. | van de voorzitter doorslaggevend. |
Artikel 3.Secretaris |
Artikel 3.Secretaris |
1. De secretaris is werkzaam voor het Bureau. Hij wordt door de | 1. De secretaris is werkzaam voor het Bureau. Hij wordt door de |
voorzitter benoemd en is verantwoordelijk voor : | voorzitter benoemd en is verantwoordelijk voor : |
a. de ontvangst en verzending van alle mededelingen en stukken door | a. de ontvangst en verzending van alle mededelingen en stukken door |
dit reglement voorzien en het verschaffen van een afschrift daarvan | dit reglement voorzien en het verschaffen van een afschrift daarvan |
aan de andere partij in de procedure; | aan de andere partij in de procedure; |
b. de oproeping van de Raadgevende Commissie; | b. de oproeping van de Raadgevende Commissie; |
c. het opstellen van het proces-verbaal van de zitting; | c. het opstellen van het proces-verbaal van de zitting; |
d. het beheer van het proceduredossier en de verzorging van de | d. het beheer van het proceduredossier en de verzorging van de |
toegankelijkheid daarvan voor partijen; | toegankelijkheid daarvan voor partijen; |
e. de bewaring van de archieven en de documenten van de Raadgevende | e. de bewaring van de archieven en de documenten van de Raadgevende |
Commissie en de verzorging van de toegankelijkheid daarvan voor de | Commissie en de verzorging van de toegankelijkheid daarvan voor de |
voorzitter en de leden; | voorzitter en de leden; |
f. alle andere taken die hem in het kader van het goede functioneren | f. alle andere taken die hem in het kader van het goede functioneren |
van de Raadgevende Commissie door de voorzitter worden opgedragen. | van de Raadgevende Commissie door de voorzitter worden opgedragen. |
1. De in lid 1, sub a, bedoelde mededelingen en stukken die betrekking | 1. De in lid 1, sub a, bedoelde mededelingen en stukken die betrekking |
hebben op een procedure voor de Raadgevende Commissie worden per | hebben op een procedure voor de Raadgevende Commissie worden per |
aangetekende post aan partijen gezonden. Verzending per aangetekende | aangetekende post aan partijen gezonden. Verzending per aangetekende |
post kan vervangen worden door terhandstelling of een andere wijze van | post kan vervangen worden door terhandstelling of een andere wijze van |
verzending, mits de betrokken partij de ontvangst ervan bevestigt. | verzending, mits de betrokken partij de ontvangst ervan bevestigt. |
1. De secretaris is verantwoording verschuldigd aan de voorzitter. | 1. De secretaris is verantwoording verschuldigd aan de voorzitter. |
2. De voorzitter kan een plaatsvervangend secretaris benoemen. | 2. De voorzitter kan een plaatsvervangend secretaris benoemen. |
Artikel 4.Taakvervulling en geheimhouding |
Artikel 4.Taakvervulling en geheimhouding |
De voorzitter, de leden, de secretaris en hun plaatsvervangers zijn | De voorzitter, de leden, de secretaris en hun plaatsvervangers zijn |
verplicht hun taak naar eer en geweten en nauwgezet te vervullen en | verplicht hun taak naar eer en geweten en nauwgezet te vervullen en |
alles wat hen uit hoofde van hun taak over een zaak voor de | alles wat hen uit hoofde van hun taak over een zaak voor de |
Raadgevende Commissie bekend wordt geheim te houden. | Raadgevende Commissie bekend wordt geheim te houden. |
HOOFDSTUK 2. - De procedure | HOOFDSTUK 2. - De procedure |
Artikel 5.Inleiding door het gezag |
Artikel 5.Inleiding door het gezag |
1. Indien het gezag dat de aangevallen beslissing heeft genomen of | 1. Indien het gezag dat de aangevallen beslissing heeft genomen of |
geacht wordt te hebben genomen van oordeel is dat het intern beroep | geacht wordt te hebben genomen van oordeel is dat het intern beroep |
van het personeelslid niet of niet volledig moet worden toegewezen, | van het personeelslid niet of niet volledig moet worden toegewezen, |
maakt het de zaak middels een verzoekschrift om advies over aan de | maakt het de zaak middels een verzoekschrift om advies over aan de |
Raadgevende Commissie, binnen een termijn van een maand te rekenen van | Raadgevende Commissie, binnen een termijn van een maand te rekenen van |
de datum van ontvangst van het intern beroep. | de datum van ontvangst van het intern beroep. |
2. Bij het verzoekschrift om advies wordt een administratief dossier | 2. Bij het verzoekschrift om advies wordt een administratief dossier |
gevoegd, houdende: | gevoegd, houdende: |
- de aangevochten beslissing of administratieve handeling en het | - de aangevochten beslissing of administratieve handeling en het |
bewijs van de kennisgeving daarvan; | bewijs van de kennisgeving daarvan; |
- in voorkomend geval de stukken waarop de aangevochten beslissing | - in voorkomend geval de stukken waarop de aangevochten beslissing |
steunt; | steunt; |
- het intern beroep en het bewijs van de kennisgeving daarvan; | - het intern beroep en het bewijs van de kennisgeving daarvan; |
- in voorkomend geval de stukken ingediend door het personeelslid tot | - in voorkomend geval de stukken ingediend door het personeelslid tot |
staving van zijn intern beroep; | staving van zijn intern beroep; |
- een inventarisblad waarop de stukken worden vermeld die zich in het | - een inventarisblad waarop de stukken worden vermeld die zich in het |
administratief dossier bevinden. | administratief dossier bevinden. |
1. De secretaris stelt partijen ervan in kennis dat het verzoekschrift | 1. De secretaris stelt partijen ervan in kennis dat het verzoekschrift |
is ingediend. | is ingediend. |
2. Uiterlijk binnen een termijn van een maand, te rekenen vanaf de in | 2. Uiterlijk binnen een termijn van een maand, te rekenen vanaf de in |
lid 3 bedoelde kennisgeving, is het betrokken gezag gehouden een | lid 3 bedoelde kennisgeving, is het betrokken gezag gehouden een |
memorie in te dienen die de rechtvaardigingsgronden van het door hem | memorie in te dienen die de rechtvaardigingsgronden van het door hem |
ingenomen standpunt bevat. | ingenomen standpunt bevat. |
Artikel 6.Inleiding door het personeelslid |
Artikel 6.Inleiding door het personeelslid |
1. Indien het gezag verzuimt de Raadgevende Commissie om advies te | 1. Indien het gezag verzuimt de Raadgevende Commissie om advies te |
vragen binnen de in artikel 5, lid 1, voorziene termijn, kan binnen | vragen binnen de in artikel 5, lid 1, voorziene termijn, kan binnen |
een maand na het verstrijken van deze termijn het personeelslid zelf | een maand na het verstrijken van deze termijn het personeelslid zelf |
om advies vragen. Dit gebeurt middels een schriftelijk verzoek gericht | om advies vragen. Dit gebeurt middels een schriftelijk verzoek gericht |
aan de voorzitter, waarbij een afschrift van het intern beroep wordt | aan de voorzitter, waarbij een afschrift van het intern beroep wordt |
gevoegd. | gevoegd. |
2. Wanneer de zaak op deze wijze is ingeleid, stelt de secretaris het | 2. Wanneer de zaak op deze wijze is ingeleid, stelt de secretaris het |
in artikel 5, lid 2, bedoelde administratief dossier samen. Zo nodig | in artikel 5, lid 2, bedoelde administratief dossier samen. Zo nodig |
vraagt de voorzitter de benodigde stukken op bij het gezag, dat | vraagt de voorzitter de benodigde stukken op bij het gezag, dat |
gehouden is deze binnen vijftien dagen te verstrekken. | gehouden is deze binnen vijftien dagen te verstrekken. |
3. De zaak verloopt verder overeenkomstig artikel 5, lid 3 en 4. | 3. De zaak verloopt verder overeenkomstig artikel 5, lid 3 en 4. |
Artikel 7.Maatregelen van procedure |
Artikel 7.Maatregelen van procedure |
1. Indien de voorzitter daartoe gronden aanwezig acht, kan hij | 1. Indien de voorzitter daartoe gronden aanwezig acht, kan hij |
partijen uitnodigen om aanvullende argumenten of stukken in te dienen | partijen uitnodigen om aanvullende argumenten of stukken in te dienen |
of informatie te verschaffen. | of informatie te verschaffen. |
2. De voorzitter doet, zowel vóór als op de zitting, elk onderzoek, | 2. De voorzitter doet, zowel vóór als op de zitting, elk onderzoek, |
met inbegrip van deskundigenonderzoeken, al of niet op verzoek van | met inbegrip van deskundigenonderzoeken, al of niet op verzoek van |
partijen, uitvoeren dat hij nodig acht. De hieraan verbonden kosten | partijen, uitvoeren dat hij nodig acht. De hieraan verbonden kosten |
worden, voor zover nodig, begroot door de voorzitter en worden | worden, voor zover nodig, begroot door de voorzitter en worden |
beschouwd als werkingskosten in de zin van artikel 18. | beschouwd als werkingskosten in de zin van artikel 18. |
3. Iedere persoon kan door de Raadgevende Commissie worden opgeroepen | 3. Iedere persoon kan door de Raadgevende Commissie worden opgeroepen |
om als getuige gehoord te worden. | om als getuige gehoord te worden. |
4. De verklaringen van de getuigen worden opgenomen in een | 4. De verklaringen van de getuigen worden opgenomen in een |
proces-verbaal dat zij ondertekenen en dat mede-ondertekend wordt door | proces-verbaal dat zij ondertekenen en dat mede-ondertekend wordt door |
de voorzitter en de secretaris. | de voorzitter en de secretaris. |
5. De voorzitter wijst de getuigen en de deskundigen erop dat zij in | 5. De voorzitter wijst de getuigen en de deskundigen erop dat zij in |
eer en geweten verplicht zijn de gehele waarheid en niets dan de | eer en geweten verplicht zijn de gehele waarheid en niets dan de |
waarheid te zeggen en hun opdracht nauwgezet en eerlijk te vervullen. | waarheid te zeggen en hun opdracht nauwgezet en eerlijk te vervullen. |
Artikel 8.Schriftelijke procedure |
Artikel 8.Schriftelijke procedure |
De voorzitter kan, met instemming van partijen, besluiten om geen | De voorzitter kan, met instemming van partijen, besluiten om geen |
zitting te houden en de besluitvorming volgens een schriftelijke | zitting te houden en de besluitvorming volgens een schriftelijke |
procedure te laten verlopen. | procedure te laten verlopen. |
Artikel 9.Oproep voor de zitting |
Artikel 9.Oproep voor de zitting |
1. Indien een zitting wordt gehouden, worden plaats, dag en uur ervan | 1. Indien een zitting wordt gehouden, worden plaats, dag en uur ervan |
vastgesteld door de voorzitter, in overleg met de secretaris en de | vastgesteld door de voorzitter, in overleg met de secretaris en de |
leden. | leden. |
2. De leden van de Raadgevende Commissie worden schriftelijk voor de | 2. De leden van de Raadgevende Commissie worden schriftelijk voor de |
zitting opgeroepen tenminste vijftien dagen op voorhand. Wanneer een | zitting opgeroepen tenminste vijftien dagen op voorhand. Wanneer een |
lid verhinderd is, wordt diens plaatsvervanger opgeroepen. Wanneer ook | lid verhinderd is, wordt diens plaatsvervanger opgeroepen. Wanneer ook |
de plaatsvervanger verhinderd is, wordt hiervan akte genomen in het | de plaatsvervanger verhinderd is, wordt hiervan akte genomen in het |
proces-verbaal van de zitting en zetelt en beraadslaagt de Raadgevende | proces-verbaal van de zitting en zetelt en beraadslaagt de Raadgevende |
Commissie, in afwijking van artikel 2, rechtsgeldig met de ter zitting | Commissie, in afwijking van artikel 2, rechtsgeldig met de ter zitting |
aanwezige leden. | aanwezige leden. |
3. Partijen worden tenminste vijftien dagen tevoren door de secretaris | 3. Partijen worden tenminste vijftien dagen tevoren door de secretaris |
ter zitting opgeroepen. De oproep vermeldt datum en uur van de | ter zitting opgeroepen. De oproep vermeldt datum en uur van de |
zitting. | zitting. |
Artikel 10.De zitting |
Artikel 10.De zitting |
1. De zitting wordt gehouden met gesloten deuren. | 1. De zitting wordt gehouden met gesloten deuren. |
2. De voorzitter draagt zorg voor de goede gang van de procedure. | 2. De voorzitter draagt zorg voor de goede gang van de procedure. |
3. De plaatsvervangend voorzitter kan de zittingen van de Commissie | 3. De plaatsvervangend voorzitter kan de zittingen van de Commissie |
bijwonen; hij bezit in die hoedanigheid adviserende bevoegdheid. | bijwonen; hij bezit in die hoedanigheid adviserende bevoegdheid. |
4. Nadat partijen en in voorkomend geval de getuigen en deskundigen | 4. Nadat partijen en in voorkomend geval de getuigen en deskundigen |
gehoord zijn, worden de debatten gesloten. | gehoord zijn, worden de debatten gesloten. |
5. De voorzitter kan besluiten de debatten op een nieuwe zitting te | 5. De voorzitter kan besluiten de debatten op een nieuwe zitting te |
heropenen en aanvullende onderzoeken bevelen. | heropenen en aanvullende onderzoeken bevelen. |
Artikel 11.Het advies |
Artikel 11.Het advies |
1. Direct na de zitting, dan wel indien overeenkomstig artikel 8 is | 1. Direct na de zitting, dan wel indien overeenkomstig artikel 8 is |
besloten om geen zitting te houden zo spoedig mogelijk, beraadslagen | besloten om geen zitting te houden zo spoedig mogelijk, beraadslagen |
de voorzitter en de leden die daarbij aanwezig waren en nemen een | de voorzitter en de leden die daarbij aanwezig waren en nemen een |
besluit over het uit te brengen advies. | besluit over het uit te brengen advies. |
2. Het advies van de Raadgevende Commissie wordt op schrift gesteld en | 2. Het advies van de Raadgevende Commissie wordt op schrift gesteld en |
ondertekend door de voorzitter. Het wordt door de secretaris aan | ondertekend door de voorzitter. Het wordt door de secretaris aan |
partijen overgemaakt. | partijen overgemaakt. |
Artikel 12.Het proceduredossier |
Artikel 12.Het proceduredossier |
1. Voor elke zaak wordt door de secretaris een proceduredossier | 1. Voor elke zaak wordt door de secretaris een proceduredossier |
aangelegd. Dit bevat alle stukken die op de zaak betrekking hebben en | aangelegd. Dit bevat alle stukken die op de zaak betrekking hebben en |
met name: | met name: |
- het verzoekschrift om advies; | - het verzoekschrift om advies; |
- het administratief dossier; | - het administratief dossier; |
- de memorie van het gezag; | - de memorie van het gezag; |
- in voorkomend geval, het verzoekschrift tot het bekomen van | - in voorkomend geval, het verzoekschrift tot het bekomen van |
kosteloze rechtsbijstand, alsmede de desbetreffende beslissing van de | kosteloze rechtsbijstand, alsmede de desbetreffende beslissing van de |
voorzitter; | voorzitter; |
- de eventueel door partijen ter zitting overgelegde pleitnota's of | - de eventueel door partijen ter zitting overgelegde pleitnota's of |
schriftelijk uitgewisselde argumenten; | schriftelijk uitgewisselde argumenten; |
- in voorkomend geval, het proces-verbaal als bedoeld in artikel 7, | - in voorkomend geval, het proces-verbaal als bedoeld in artikel 7, |
lid 4, en het verslag van de deskundige; | lid 4, en het verslag van de deskundige; |
- het advies; | - het advies; |
- het proces-verbaal van de zitting, bevattende de verrichtingen eigen | - het proces-verbaal van de zitting, bevattende de verrichtingen eigen |
aan de zaak; | aan de zaak; |
- de bij dit reglement voorziene kennisgevingen; | - de bij dit reglement voorziene kennisgevingen; |
- een inventarisblad waarop de stukken worden vermeld die zich in het | - een inventarisblad waarop de stukken worden vermeld die zich in het |
proceduredossier bevinden. | proceduredossier bevinden. |
2. In geval van beroep wordt een afschrift van het proceduredossier | 2. In geval van beroep wordt een afschrift van het proceduredossier |
door de secretaris aan het Benelux-Gerechtshof overgemaakt. | door de secretaris aan het Benelux-Gerechtshof overgemaakt. |
HOOFDSTUK 3. -Vertegenwoordiging | HOOFDSTUK 3. -Vertegenwoordiging |
Artikel 13.Vertegenwoordiging van partijen |
Artikel 13.Vertegenwoordiging van partijen |
1. Op de vertegenwoordiging van de Organisatie en het personeelslid | 1. Op de vertegenwoordiging van de Organisatie en het personeelslid |
zijn de artikelen 3 en 4 van het Aanvullend Protocol van | zijn de artikelen 3 en 4 van het Aanvullend Protocol van |
overeenkomstige toepassing. | overeenkomstige toepassing. |
2. Wanneer een partij, ofschoon regelmatig opgeroepen, niet ter | 2. Wanneer een partij, ofschoon regelmatig opgeroepen, niet ter |
zitting is verschenen, noch iemand voor haar, kan de Raadgevende | zitting is verschenen, noch iemand voor haar, kan de Raadgevende |
Commissie desalniettemin de zaak behandelen en advies uitbrengen. | Commissie desalniettemin de zaak behandelen en advies uitbrengen. |
Artikel 14.Kosteloze rechtsbijstand |
Artikel 14.Kosteloze rechtsbijstand |
1. Het personeelslid kan kosteloze rechtsbijstand krijgen als hiertoe | 1. Het personeelslid kan kosteloze rechtsbijstand krijgen als hiertoe |
ernstige redenen bestaan. Hij dient hiertoe een verzoek aan de | ernstige redenen bestaan. Hij dient hiertoe een verzoek aan de |
voorzitter te richten, die hierover schriftelijk beslist. | voorzitter te richten, die hierover schriftelijk beslist. |
2. De kosteloze rechtsbijstand houdt in bijstand van een door de | 2. De kosteloze rechtsbijstand houdt in bijstand van een door de |
voorzitter aangewezen raadsman wiens staat van kosten en erelonen na | voorzitter aangewezen raadsman wiens staat van kosten en erelonen na |
taxatie door de voorzitter overeenkomstig artikel 18 als | taxatie door de voorzitter overeenkomstig artikel 18 als |
werkingskosten van de Raadgevende Commissie ten laste komen van het | werkingskosten van de Raadgevende Commissie ten laste komen van het |
Bureau. | Bureau. |
HOOFDSTUK 4. - Taalgebruik | HOOFDSTUK 4. - Taalgebruik |
Artikel 15.Proceduretaal en vertaling |
Artikel 15.Proceduretaal en vertaling |
1. Artikel 18 van het Aanvullend Protocol is van overeenkomstige | 1. Artikel 18 van het Aanvullend Protocol is van overeenkomstige |
toepassing op de procedure voor de Raadgevende Commissie, met dien | toepassing op de procedure voor de Raadgevende Commissie, met dien |
verstande dat de taal waarin het personeelslid zijn intern beroep | verstande dat de taal waarin het personeelslid zijn intern beroep |
heeft ingesteld bepalend is voor de proceduretaal. | heeft ingesteld bepalend is voor de proceduretaal. |
2. Vertaling van stukken en van het gesproken woord vindt, in opdracht | 2. Vertaling van stukken en van het gesproken woord vindt, in opdracht |
van de voorzitter, plaats door de zorg van het Bureau. | van de voorzitter, plaats door de zorg van het Bureau. |
3. Het advies wordt in de proceduretaal gesteld. | 3. Het advies wordt in de proceduretaal gesteld. |
HOOFDSTUK 5. - Wraking en verschoning | HOOFDSTUK 5. - Wraking en verschoning |
Artikel 16.Wraking |
Artikel 16.Wraking |
1. Een lid van de Raadgevende Commissie kan door partijen worden | 1. Een lid van de Raadgevende Commissie kan door partijen worden |
gewraakt indien er gegronde redenen bestaan om zijn onafhankelijkheid | gewraakt indien er gegronde redenen bestaan om zijn onafhankelijkheid |
en onpartijdigheid in twijfel te trekken. | en onpartijdigheid in twijfel te trekken. |
2. Hij die een wraking wil voordragen, moet dit doen ten laatste vóór | 2. Hij die een wraking wil voordragen, moet dit doen ten laatste vóór |
het sluiten der debatten, bedoeld in artikel 10, lid 4, door middel | het sluiten der debatten, bedoeld in artikel 10, lid 4, door middel |
van een gemotiveerd verzoek, waarover de Raadgevende Commissie | van een gemotiveerd verzoek, waarover de Raadgevende Commissie |
onmiddellijk beslist na het betrokken lid te hebben gehoord. Dit lid | onmiddellijk beslist na het betrokken lid te hebben gehoord. Dit lid |
neemt aan de beraadslaging en de stemming ter zake geen deel. | neemt aan de beraadslaging en de stemming ter zake geen deel. |
3. In geval de wraking gegrond wordt bevonden, wordt het | 3. In geval de wraking gegrond wordt bevonden, wordt het |
plaatsvervangende lid opgeroepen. Indien ook deze geen zitting kan | plaatsvervangende lid opgeroepen. Indien ook deze geen zitting kan |
nemen vindt artikel 9, lid 2, toepassing. | nemen vindt artikel 9, lid 2, toepassing. |
Artikel 17.Verschoning |
Artikel 17.Verschoning |
Ieder lid dat weet dat er een reden van wraking tegen hem bestaat, | Ieder lid dat weet dat er een reden van wraking tegen hem bestaat, |
moet daarvan mededeling doen aan de Raadgevende Commissie, die alsdan | moet daarvan mededeling doen aan de Raadgevende Commissie, die alsdan |
beslist of hij zich van de zaak moet onthouden. | beslist of hij zich van de zaak moet onthouden. |
HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen |
Artikel 18.Werkingskosten |
Artikel 18.Werkingskosten |
De werkingskosten en vergoedingen van de leden van de Raadgevende | De werkingskosten en vergoedingen van de leden van de Raadgevende |
Commissie komen ten laste van het Bureau. | Commissie komen ten laste van het Bureau. |
Artikel 19.Overtreding van vormvoorschriften |
Artikel 19.Overtreding van vormvoorschriften |
In geval van overtreding van enig voorschrift van dit Reglement | In geval van overtreding van enig voorschrift van dit Reglement |
beslist de Raadgevende Commissie van geval tot geval wat daarvan de | beslist de Raadgevende Commissie van geval tot geval wat daarvan de |
gevolgen zijn. | gevolgen zijn. |
Aldus vastgesteld door de voorzitter, in afstemming met de | Aldus vastgesteld door de voorzitter, in afstemming met de |
plaatsvervangend voorzitter, de leden en plaatsvervangend leden, op 24 | plaatsvervangend voorzitter, de leden en plaatsvervangend leden, op 24 |
april 2015, in de Nederlandse en de Franse taal, zijnde beide teksten | april 2015, in de Nederlandse en de Franse taal, zijnde beide teksten |
gelijkelijk authentiek. | gelijkelijk authentiek. |
En goedgekeurd door het Comité van Ministers op 1 juni 2015. | En goedgekeurd door het Comité van Ministers op 1 juni 2015. |
De voorzitter, | De voorzitter, |
Willem van den Brink | Willem van den Brink |