| Ordonnantie houdende de Middelenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2022 | Ordonnantie houdende de Middelenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2022 |
|---|---|
| BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST | BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST |
| 24 DECEMBER 2021. - Ordonnantie houdende de Middelenbegroting van het | 24 DECEMBER 2021. - Ordonnantie houdende de Middelenbegroting van het |
| Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2022 | Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2022 |
| Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, | Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, |
| Regering, bekrachtigen, hetgeen volgt : | Regering, bekrachtigen, hetgeen volgt : |
Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in |
Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in |
| artikel 39 van de Grondwet. | artikel 39 van de Grondwet. |
Art. 2.Voor het begrotingsjaar 2022 : |
Art. 2.Voor het begrotingsjaar 2022 : |
| § 1. Worden de algemene ontvangsten geraamd op : 6.189.136.000 euro, | § 1. Worden de algemene ontvangsten geraamd op : 6.189.136.000 euro, |
| overeenkomstig Opdracht 01 van de bijgevoegde tabel. | overeenkomstig Opdracht 01 van de bijgevoegde tabel. |
| § 2. Worden de specifieke ontvangsten geraamd op : 411.149.000 euro, | § 2. Worden de specifieke ontvangsten geraamd op : 411.149.000 euro, |
| overeenkomstig Opdracht 02 van de bijgevoegde tabel. | overeenkomstig Opdracht 02 van de bijgevoegde tabel. |
| Hetzij samen : 6.600.285.000 euro. | Hetzij samen : 6.600.285.000 euro. |
| Bijlage I bevat de tabel met de ontvangsten voor rekening van derden | Bijlage I bevat de tabel met de ontvangsten voor rekening van derden |
| (fiscaliteit). | (fiscaliteit). |
Art. 3.De op 31 december 2021 bestaande belastingen ten behoeve van |
Art. 3.De op 31 december 2021 bestaande belastingen ten behoeve van |
| het Gewest worden tijdens het jaar 2022 ingevorderd volgens de wetten, | het Gewest worden tijdens het jaar 2022 ingevorderd volgens de wetten, |
| ordonnanties, besluiten en tarieven die er de zetting en invordering | ordonnanties, besluiten en tarieven die er de zetting en invordering |
| van regelen. | van regelen. |
Art. 4.De Regering wordt gemachtigd om het overschot van de uitgaven |
Art. 4.De Regering wordt gemachtigd om het overschot van de uitgaven |
| op de ontvangsten van de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk | op de ontvangsten van de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk |
| Gewest voor de begrotingsjaren 1989 tot en met 2022 door leningen te | Gewest voor de begrotingsjaren 1989 tot en met 2022 door leningen te |
| dekken, met inbegrip van de hernieuwing van reeds bestaande leningen | dekken, met inbegrip van de hernieuwing van reeds bestaande leningen |
| en (her)consolideringen. | en (her)consolideringen. |
| Deze machtiging houdt met name de mogelijkheid in om via leningen de | Deze machtiging houdt met name de mogelijkheid in om via leningen de |
| financieringen te dekken, toegekend door het Brussels Hoofdstedelijk | financieringen te dekken, toegekend door het Brussels Hoofdstedelijk |
| Gewest, aan de entiteiten die de mogelijkheid hebben om schulden aan | Gewest, aan de entiteiten die de mogelijkheid hebben om schulden aan |
| te gaan bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, in het kader van de | te gaan bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, in het kader van de |
| begroting 2022. | begroting 2022. |
| Deze toestemming omvat ook de mogelijkheid leningen aan te gaan om de | Deze toestemming omvat ook de mogelijkheid leningen aan te gaan om de |
| aankoop te financieren van titels (op korte en lange termijn) | aankoop te financieren van titels (op korte en lange termijn) |
| uitgegeven door gewestelijke entiteiten in het kader van het | uitgegeven door gewestelijke entiteiten in het kader van het |
| thesaurieprogramma van het Gewest. | thesaurieprogramma van het Gewest. |
| Nieuwe leningen kunnen ook aangegaan worden voor de consolidatie van | Nieuwe leningen kunnen ook aangegaan worden voor de consolidatie van |
| schulden op korte termijn of schulden die tijdens het jaar vervallen. | schulden op korte termijn of schulden die tijdens het jaar vervallen. |
Art. 5.De Regering wordt gemachtigd om elke financiële |
Art. 5.De Regering wordt gemachtigd om elke financiële |
| beheersverrichting in het algemeen belang van de gewestelijke | beheersverrichting in het algemeen belang van de gewestelijke |
| thesaurie en elke beheersverrichting met betrekking tot de | thesaurie en elke beheersverrichting met betrekking tot de |
| gewestschuld uit te voeren, met inbegrip van de verrichtingen die na | gewestschuld uit te voeren, met inbegrip van de verrichtingen die na |
| het begrotingsjaar 2022 van start kunnen gaan. | het begrotingsjaar 2022 van start kunnen gaan. |
Art. 6.De Regering wordt gemachtigd om de vervroegde terugbetaling |
Art. 6.De Regering wordt gemachtigd om de vervroegde terugbetaling |
| van leningen en afgeleide producten, overeenkomstig de bepalingen van | van leningen en afgeleide producten, overeenkomstig de bepalingen van |
| de leningovereenkomsten en de overeenkomsten voor de afgeleide | de leningovereenkomsten en de overeenkomsten voor de afgeleide |
| producten, net zoals de in het algemeen belang van de gewestelijke | producten, net zoals de in het algemeen belang van de gewestelijke |
| thesaurie gerealiseerde verrichtingen inzake financieel beheer en de | thesaurie gerealiseerde verrichtingen inzake financieel beheer en de |
| uitgaven die voortvloeien uit verrichtingen inzake het beheer van de | uitgaven die voortvloeien uit verrichtingen inzake het beheer van de |
| gewestschuld via leningen te dekken. | gewestschuld via leningen te dekken. |
Art. 7.De Regering wordt gemachtigd om rentedragende |
Art. 7.De Regering wordt gemachtigd om rentedragende |
| financieringsmiddelen te creëren met inbegrip van de thesauriebewijzen | financieringsmiddelen te creëren met inbegrip van de thesauriebewijzen |
| als bedoeld door de wet van 22 juli 1991 betreffende de | als bedoeld door de wet van 22 juli 1991 betreffende de |
| thesauriebewijzen en de depositobewijzen. | thesauriebewijzen en de depositobewijzen. |
Art. 8.In afwijking van artikel 69, § 1, tweede lid, van de organieke |
Art. 8.In afwijking van artikel 69, § 1, tweede lid, van de organieke |
| ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van | ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van |
| toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, worden | toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, worden |
| de titelvoerende en/of plaatsvervangende rekenplichtigen van de | de titelvoerende en/of plaatsvervangende rekenplichtigen van de |
| ontvangsten niet verplicht gekozen uit de ambtenaren onderworpen aan | ontvangsten niet verplicht gekozen uit de ambtenaren onderworpen aan |
| het statuut. | het statuut. |
| De plaatsvervangende centraliserende rekenplichtige van de | De plaatsvervangende centraliserende rekenplichtige van de |
| ontvangsten, de rekenplichtige van de geschillen en de rekenplichtige | ontvangsten, de rekenplichtige van de geschillen en de rekenplichtige |
| van de liggende gelden worden niet verplicht gekozen uit de ambtenaren | van de liggende gelden worden niet verplicht gekozen uit de ambtenaren |
| van niveau A onderworpen aan het statuut. | van niveau A onderworpen aan het statuut. |
| In afwijking van artikel 69, § 1, van de organieke ordonnantie van 23 | In afwijking van artikel 69, § 1, van de organieke ordonnantie van 23 |
| februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de | februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de |
| begroting, de boekhouding en de controle, kan de door de Minister van | begroting, de boekhouding en de controle, kan de door de Minister van |
| Financiën en Begroting aangewezen rekenplichtige | Financiën en Begroting aangewezen rekenplichtige |
| ontvangstverrichtingen voor rekening van derden uitvoeren in het kader | ontvangstverrichtingen voor rekening van derden uitvoeren in het kader |
| van de door de Minister van Financiën en Begroting gespecifieerde | van de door de Minister van Financiën en Begroting gespecifieerde |
| activiteiten, op voorwaarde dat die financiële stromen geen | activiteiten, op voorwaarde dat die financiële stromen geen |
| budgettaire weerslag hebben en de door Brussel Financiën en Begroting | budgettaire weerslag hebben en de door Brussel Financiën en Begroting |
| vastgestelde procedures eerbiedigen. De gedelegeerde ordonnateur voor | vastgestelde procedures eerbiedigen. De gedelegeerde ordonnateur voor |
| bovenvermelde verrichtingen is de door de Minister van Financiën en | bovenvermelde verrichtingen is de door de Minister van Financiën en |
| Begroting aangewezen gedelegeerde ordonnateur. | Begroting aangewezen gedelegeerde ordonnateur. |
Art. 9.§ 1. In afwijking van artikel 13, § 2, tweede lid, van het |
Art. 9.§ 1. In afwijking van artikel 13, § 2, tweede lid, van het |
| besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 | besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 |
| met betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden | met betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden |
| interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het | interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het |
| goede financiële beheer, krijgt de in artikel 12, § 2 van voormeld | goede financiële beheer, krijgt de in artikel 12, § 2 van voormeld |
| besluit bedoelde administratieve eenheid op eenvoudige aanvraag | besluit bedoelde administratieve eenheid op eenvoudige aanvraag |
| onbeperkt toegang tot alle informatie, documenten en materiële of | onbeperkt toegang tot alle informatie, documenten en materiële of |
| immateriële goederen, met inachtneming van de wettelijke of | immateriële goederen, met inachtneming van de wettelijke of |
| reglementaire verbodsbepalingen. Zij kan elk personeelslid om de | reglementaire verbodsbepalingen. Zij kan elk personeelslid om de |
| informatie vragen die zij nodig acht voor het vervullen van haar | informatie vragen die zij nodig acht voor het vervullen van haar |
| opdrachten. | opdrachten. |
| § 2. In afwijking van artikel 13, § 4, 1° van het besluit van de | § 2. In afwijking van artikel 13, § 4, 1° van het besluit van de |
| Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met betrekking | Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met betrekking |
| tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden interne | tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden interne |
| controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het goede | controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het goede |
| financiële beheer, zijn de werkzaamheden geprogrammeerd op jaarbasis | financiële beheer, zijn de werkzaamheden geprogrammeerd op jaarbasis |
| of tweejaarlijkse basis. Iedere periode legt de in artikel 12, § 2 van | of tweejaarlijkse basis. Iedere periode legt de in artikel 12, § 2 van |
| voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid, vóór 31 december, | voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid, vóór 31 december, |
| het analyseprogramma voor de volgende periode ter goedkeuring neer bij | het analyseprogramma voor de volgende periode ter goedkeuring neer bij |
| de Inspecteur van Financiën en/of de Regeringscommissarissen, voor de | de Inspecteur van Financiën en/of de Regeringscommissarissen, voor de |
| autonome bestuursinstellingen die daarover beschikken. | autonome bestuursinstellingen die daarover beschikken. |
| § 3. In afwijking van artikel 13, § 4, 3°, eerste lid, van het besluit | § 3. In afwijking van artikel 13, § 4, 3°, eerste lid, van het besluit |
| van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met | van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met |
| betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden | betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden |
| interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het | interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het |
| goede financiële beheer, worden de controleresultaten voorgesteld in | goede financiële beheer, worden de controleresultaten voorgesteld in |
| een ontwerp-controleverslag dat wordt meegedeeld aan de gecontroleerde | een ontwerp-controleverslag dat wordt meegedeeld aan de gecontroleerde |
| eenheid. | eenheid. |
| § 4. In afwijking van artikel 13, § 4, 3°, tweede lid, van het besluit | § 4. In afwijking van artikel 13, § 4, 3°, tweede lid, van het besluit |
| van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met | van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met |
| betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden | betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden |
| interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het | interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het |
| goede financiële beheer, bevat het ontwerp van controleverslag de | goede financiële beheer, bevat het ontwerp van controleverslag de |
| opmerkingen, de vaststellingen en de conclusies over de | opmerkingen, de vaststellingen en de conclusies over de |
| controledoelstellingen alsook de aanbevelingen. Dit wordt overgemaakt | controledoelstellingen alsook de aanbevelingen. Dit wordt overgemaakt |
| aan de gecontroleerde entiteit in het kader van een tegensprekelijke | aan de gecontroleerde entiteit in het kader van een tegensprekelijke |
| procedure waarvan de modaliteiten en duurtijd door de in artikel 12, § | procedure waarvan de modaliteiten en duurtijd door de in artikel 12, § |
| 2 van voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid zullen worden | 2 van voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid zullen worden |
| meegedeeld. Op het einde van die procedure, wordt het definitieve | meegedeeld. Op het einde van die procedure, wordt het definitieve |
| controleverslag opgesteld en, in voorkomend geval, aangevuld met een | controleverslag opgesteld en, in voorkomend geval, aangevuld met een |
| voortgangsverslag over de vroegere aanbevelingen. | voortgangsverslag over de vroegere aanbevelingen. |
| § 5. In afwijking van artikel 13, § 4, 3°, derde lid, van het besluit | § 5. In afwijking van artikel 13, § 4, 3°, derde lid, van het besluit |
| van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met | van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met |
| betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden | betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden |
| interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het | interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het |
| goede financiële beheer, wordt het definitieve controleverslag | goede financiële beheer, wordt het definitieve controleverslag |
| meegedeeld aan de ambtenaar-generaal van de gecontroleerde entiteit, | meegedeeld aan de ambtenaar-generaal van de gecontroleerde entiteit, |
| aan de Inspecteur van Financiën of de Regeringscommissarissen, aan de | aan de Inspecteur van Financiën of de Regeringscommissarissen, aan de |
| Minister van Financiën en aan de functioneel bevoegde Minister. | Minister van Financiën en aan de functioneel bevoegde Minister. |
| § 6. In afwijking van artikel 13, § 4, 3°, vierde lid, van het besluit | § 6. In afwijking van artikel 13, § 4, 3°, vierde lid, van het besluit |
| van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met | van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met |
| betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden | betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden |
| interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het | interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het |
| goede financiële beheer, spreekt de ambtenaar-generaal van de | goede financiële beheer, spreekt de ambtenaar-generaal van de |
| gecontroleerde entiteit zich uit over de opvolging die moet worden | gecontroleerde entiteit zich uit over de opvolging die moet worden |
| gegeven aan de aanbevelingen en deelt dit mee aan de in artikel 12, § | gegeven aan de aanbevelingen en deelt dit mee aan de in artikel 12, § |
| 2, van voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid. | 2, van voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid. |
Art. 10.§ 1. In afwijking van artikel 14, § 5, eerste lid, van het |
Art. 10.§ 1. In afwijking van artikel 14, § 5, eerste lid, van het |
| besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 | besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 |
| met betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden | met betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden |
| interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het | interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het |
| goede financiële beheer, bevat het ontwerp van controleverslag de | goede financiële beheer, bevat het ontwerp van controleverslag de |
| opmerkingen, de vaststellingen en de conclusies over de | opmerkingen, de vaststellingen en de conclusies over de |
| controledoelstellingen alsook de aanbevelingen. Dit wordt overgemaakt | controledoelstellingen alsook de aanbevelingen. Dit wordt overgemaakt |
| aan de gecontroleerde entiteit in het kader van een tegensprekelijke | aan de gecontroleerde entiteit in het kader van een tegensprekelijke |
| procedure waarvan de modaliteiten en duurtijd door de in artikel 12, § | procedure waarvan de modaliteiten en duurtijd door de in artikel 12, § |
| 2 van voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid zullen worden | 2 van voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid zullen worden |
| meegedeeld. Op het einde van die procedure, wordt het definitieve | meegedeeld. Op het einde van die procedure, wordt het definitieve |
| controleverslag opgesteld en, in voorkomend geval, aangevuld met een | controleverslag opgesteld en, in voorkomend geval, aangevuld met een |
| voortgangsverslag over de vroegere aanbevelingen. | voortgangsverslag over de vroegere aanbevelingen. |
| § 2. In afwijking van artikel 14, § 5, tweede lid, van het besluit van | § 2. In afwijking van artikel 14, § 5, tweede lid, van het besluit van |
| de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met | de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met |
| betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden | betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden |
| interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het | interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het |
| goede financiële beheer, wordt het definitieve controleverslag | goede financiële beheer, wordt het definitieve controleverslag |
| meegedeeld aan de ambtenaar-generaal van de gecontroleerde entiteit, | meegedeeld aan de ambtenaar-generaal van de gecontroleerde entiteit, |
| aan de Inspecteur van Financiën, aan de Minister van Financiën en aan | aan de Inspecteur van Financiën, aan de Minister van Financiën en aan |
| de functioneel bevoegde Minister. | de functioneel bevoegde Minister. |
| § 3. In afwijking van artikel 14, § 5, derde lid, van het besluit van | § 3. In afwijking van artikel 14, § 5, derde lid, van het besluit van |
| de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met | de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met |
| betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden | betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden |
| interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het | interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het |
| goede financiële beheer, spreekt de ambtenaar-generaal van de | goede financiële beheer, spreekt de ambtenaar-generaal van de |
| gecontroleerde entiteit zich uit over de opvolging die moet worden | gecontroleerde entiteit zich uit over de opvolging die moet worden |
| gegeven aan de aanbevelingen en deelt dit mee aan de in artikel 12 § 2 | gegeven aan de aanbevelingen en deelt dit mee aan de in artikel 12 § 2 |
| van voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid. | van voormeld besluit bedoelde administratieve eenheid. |
Art. 11.In afwijking van artikel 46, tweede lid, van het besluit van |
Art. 11.In afwijking van artikel 46, tweede lid, van het besluit van |
| de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2006 betreffende | de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2006 betreffende |
| de financiële actoren, worden de ambtenaren die deel maken van het | de financiële actoren, worden de ambtenaren die deel maken van het |
| toezichtsorgaan niet verplicht onderworpen aan het statuut. | toezichtsorgaan niet verplicht onderworpen aan het statuut. |
Art. 12.In het kader van de financiering van aankoopverrichtingen met |
Art. 12.In het kader van de financiering van aankoopverrichtingen met |
| betrekking tot obligatie-uitgiftes (op korte en lange termijn) | betrekking tot obligatie-uitgiftes (op korte en lange termijn) |
| uitgegeven door gewestelijke entiteiten via het obligatieprogramma van | uitgegeven door gewestelijke entiteiten via het obligatieprogramma van |
| het Gewest, wordt er een specifieke afdeling opgericht binnen het | het Gewest, wordt er een specifieke afdeling opgericht binnen het |
| Fonds voor het beheer van de gewestschuld (BFB 12). | Fonds voor het beheer van de gewestschuld (BFB 12). |
| Deze afdeling heeft als doel de stromen van de externe | Deze afdeling heeft als doel de stromen van de externe |
| financieringsverrichtingen in overeenstemming te brengen met de | financieringsverrichtingen in overeenstemming te brengen met de |
| aankoopverrichtingen met betrekking tot de uitgiftes van de entiteiten | aankoopverrichtingen met betrekking tot de uitgiftes van de entiteiten |
| die ze spiegelen. | die ze spiegelen. |
| Het eventuele saldo van de afdeling zal uitsluitend dienen voor het | Het eventuele saldo van de afdeling zal uitsluitend dienen voor het |
| dekken van de operationele tekorten binnen de afdeling. | dekken van de operationele tekorten binnen de afdeling. |
Art. 13.In afwijking van artikel 23 van de ordonnantie van 17 juli |
Art. 13.In afwijking van artikel 23 van de ordonnantie van 17 juli |
| 2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode, wordt negentig procent | 2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode, wordt negentig procent |
| van de totale opbrengst van de geldboeten in het « Fonds openbaar | van de totale opbrengst van de geldboeten in het « Fonds openbaar |
| beheersrecht » (BFB16 - BA 02.310.06.08.38.50) gestort, dat opgericht | beheersrecht » (BFB16 - BA 02.310.06.08.38.50) gestort, dat opgericht |
| werd door de ordonnantie van 20 juli 2006 houdende wijziging van de | werd door de ordonnantie van 20 juli 2006 houdende wijziging van de |
| ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van | ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van |
| begrotingsfondsen. Tien procent van de totale opbrengst van de | begrotingsfondsen. Tien procent van de totale opbrengst van de |
| geldboeten wordt toegewezen aan de algemene middelen (BA | geldboeten wordt toegewezen aan de algemene middelen (BA |
| 02.310.03.04.38.50) van de Middelenbegroting. | 02.310.03.04.38.50) van de Middelenbegroting. |
| Van voormelde negentig procent wordt een bedrag, dat overeenstemt met | Van voormelde negentig procent wordt een bedrag, dat overeenstemt met |
| vijfentachtig procent van de totale opbrengst van de geldboeten, | vijfentachtig procent van de totale opbrengst van de geldboeten, |
| doorgestort aan de gemeente op wier grondgebied het leegstaand goed | doorgestort aan de gemeente op wier grondgebied het leegstaand goed |
| zich bevindt, voor zover ze uitdrukkelijk de onbewoonde woningen | zich bevindt, voor zover ze uitdrukkelijk de onbewoonde woningen |
| geweerd heeft uit het toepassingsgebied van haar belastingreglement | geweerd heeft uit het toepassingsgebied van haar belastingreglement |
| betreffende de verlaten, onbewoonde of onafgewerkte woningen. De | betreffende de verlaten, onbewoonde of onafgewerkte woningen. De |
| gemeente wendt de opbrengst aan voor de werkingskosten in het kader | gemeente wendt de opbrengst aan voor de werkingskosten in het kader |
| van de ontwikkeling van haar huisvestingsbeleid. | van de ontwikkeling van haar huisvestingsbeleid. |
| Van voormelde negentig procent blijft een bedrag, dat overeenstemt met | Van voormelde negentig procent blijft een bedrag, dat overeenstemt met |
| vijf procent van de totale opbrengst van de geldboeten, in het | vijf procent van de totale opbrengst van de geldboeten, in het |
| voormelde Fonds, om aangewend te worden, in voorkomend geval, voor de | voormelde Fonds, om aangewend te worden, in voorkomend geval, voor de |
| voorziene uitgaven van het Fonds. | voorziene uitgaven van het Fonds. |
Art. 14.Het « Gewestelijk Begrotingsfonds voor Solidariteit - BFB14 |
Art. 14.Het « Gewestelijk Begrotingsfonds voor Solidariteit - BFB14 |
| », opgericht door artikel 16, § 1, van de ordonnantie van 17 juli 2003 | », opgericht door artikel 16, § 1, van de ordonnantie van 17 juli 2003 |
| houdende de Brusselse Huisvestingscode, gewijzigd door artikel 11, § | houdende de Brusselse Huisvestingscode, gewijzigd door artikel 11, § |
| 1, van de ordonnantie van 11 juli 2013, is een organiek | 1, van de ordonnantie van 11 juli 2013, is een organiek |
| begrotingsfonds zoals bedoeld in artikel 8 van de organieke | begrotingsfonds zoals bedoeld in artikel 8 van de organieke |
| ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van | ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van |
| toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle. | toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle. |
Art. 15.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
Art. 15.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
| 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de | 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de |
| begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 5°, van | begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 5°, van |
| hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende de | hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende de |
| oprichting van begrotingsfondsen, worden de ontvangsten uit de verkoop | oprichting van begrotingsfondsen, worden de ontvangsten uit de verkoop |
| van boeken en uit de terugbetalingen van ten onrechte ontvangen | van boeken en uit de terugbetalingen van ten onrechte ontvangen |
| subsidies in verband met stedenbouw en planning eveneens toegewezen | subsidies in verband met stedenbouw en planning eveneens toegewezen |
| aan het « Fonds voor stedenbouw en grondbeheer - BFB 05 ». | aan het « Fonds voor stedenbouw en grondbeheer - BFB 05 ». |
Art. 16.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
Art. 16.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
| 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de | 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de |
| begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 5°, van | begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 5°, van |
| hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende | hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende |
| oprichting van begrotingsfondsen, worden de ontvangsten uit | oprichting van begrotingsfondsen, worden de ontvangsten uit |
| terugbetalingen van kosten en de verkoopopbrengsten die resulteren uit | terugbetalingen van kosten en de verkoopopbrengsten die resulteren uit |
| ambtshalve uitvoeringsmaatregelen, genomen in uitvoering van artikel | ambtshalve uitvoeringsmaatregelen, genomen in uitvoering van artikel |
| 305 van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening (BWRO), eveneens | 305 van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening (BWRO), eveneens |
| toegewezen aan het « Fonds voor stedenbouw en grondbeheer - BFB 05 ». | toegewezen aan het « Fonds voor stedenbouw en grondbeheer - BFB 05 ». |
Art. 17.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
Art. 17.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
| 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de | 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de |
| begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 5°, van | begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 5°, van |
| hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende | hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende |
| oprichting van begrotingsfondsen, worden de terugbetalingen door de | oprichting van begrotingsfondsen, worden de terugbetalingen door de |
| gemeenten en OCMW's van ten onrechte ontvangen subsidies voor | gemeenten en OCMW's van ten onrechte ontvangen subsidies voor |
| stadsvernieuwing eveneens toegewezen aan het « Fonds voor stedenbouw | stadsvernieuwing eveneens toegewezen aan het « Fonds voor stedenbouw |
| en grondbeheer - BFB 05 ». | en grondbeheer - BFB 05 ». |
Art. 18.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
Art. 18.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
| 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de | 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de |
| begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 5°, van | begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 5°, van |
| hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende | hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende |
| oprichting van begrotingsfondsen, worden het bedrag van de | oprichting van begrotingsfondsen, worden het bedrag van de |
| administratieve dadingen en elk ander bedrag dat het Gewest int naar | administratieve dadingen en elk ander bedrag dat het Gewest int naar |
| aanleiding van beslissingen van hoven en rechtbanken ten laste van | aanleiding van beslissingen van hoven en rechtbanken ten laste van |
| overtreders van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening, evenals | overtreders van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening, evenals |
| het bedrag van administratieve boetes opgelegd aan overtreders wegens | het bedrag van administratieve boetes opgelegd aan overtreders wegens |
| de misdrijven opgesomd in artikel 300 van voornoemd Wetboek, op grond | de misdrijven opgesomd in artikel 300 van voornoemd Wetboek, op grond |
| van een beslissing genomen vóór 1 januari 2016, eveneens toegewezen | van een beslissing genomen vóór 1 januari 2016, eveneens toegewezen |
| aan het « Fonds voor stedenbouw en grondbeheer - BFB 05 ». | aan het « Fonds voor stedenbouw en grondbeheer - BFB 05 ». |
Art. 19.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
Art. 19.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
| 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de | 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de |
| begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 6°, vierde | begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 6°, vierde |
| streepje, van hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 | streepje, van hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 |
| houdende de oprichting van begrotingsfondsen, worden eveneens | houdende de oprichting van begrotingsfondsen, worden eveneens |
| toegewezen aan het « Fonds voor investeringen en aflossing van de | toegewezen aan het « Fonds voor investeringen en aflossing van de |
| schuldenlast in de sector van de sociale woningbouw - BFB 06 » : « | schuldenlast in de sector van de sociale woningbouw - BFB 06 » : « |
| Alle andere inkomsten inzake sociale huisvesting, met inbegrip van | Alle andere inkomsten inzake sociale huisvesting, met inbegrip van |
| terugbetalingen en toevallige ontvangsten ». | terugbetalingen en toevallige ontvangsten ». |
Art. 20.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
Art. 20.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
| 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de | 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de |
| begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 9°, van | begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 9°, van |
| hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende de | hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende de |
| oprichting van begrotingsfondsen, wordt de forfaitaire bijdrage van « | oprichting van begrotingsfondsen, wordt de forfaitaire bijdrage van « |
| Fost Plus » tot de financiering van het beleid van het Brussels | Fost Plus » tot de financiering van het beleid van het Brussels |
| Hoofdstedelijk Gewest inzake de preventie en het beheer van | Hoofdstedelijk Gewest inzake de preventie en het beheer van |
| verpakkingsafval, eveneens toegewezen aan het « Fonds voor de | verpakkingsafval, eveneens toegewezen aan het « Fonds voor de |
| bescherming van het milieu - BFB 09 ». | bescherming van het milieu - BFB 09 ». |
Art. 21.In afwijking van artikel 8 van de ordonnantie van 23 februari |
Art. 21.In afwijking van artikel 8 van de ordonnantie van 23 februari |
| 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, | 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, |
| de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 12°, van hoofdstuk II | de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 12°, van hoofdstuk II |
| van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van | van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van |
| begrotingsfondsen, worden de middelen afkomstig van de « fees » die | begrotingsfondsen, worden de middelen afkomstig van de « fees » die |
| door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gevraagd worden aan de | door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gevraagd worden aan de |
| instanties die financiële operaties wensen aan te gaan waarvoor ze de | instanties die financiële operaties wensen aan te gaan waarvoor ze de |
| gewestwaarborg vragen, eveneens toegewezen aan het « Fonds voor het | gewestwaarborg vragen, eveneens toegewezen aan het « Fonds voor het |
| beheer van de gewestschuld - BFB 12 ». | beheer van de gewestschuld - BFB 12 ». |
| De waarborgfees worden binnen het Fonds voor het beheer van de | De waarborgfees worden binnen het Fonds voor het beheer van de |
| gewestschuld opgenomen in een afzonderlijk compartiment. | gewestschuld opgenomen in een afzonderlijk compartiment. |
Art. 22.In afwijking van artikel 8 van de ordonnantie van 23 februari |
Art. 22.In afwijking van artikel 8 van de ordonnantie van 23 februari |
| 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, | 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, |
| de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 13°, van hoofdstuk II | de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 13°, van hoofdstuk II |
| van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van | van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van |
| begrotingsfondsen, worden de middelen afkomstig van subsidies die door | begrotingsfondsen, worden de middelen afkomstig van subsidies die door |
| Europese of internationale instellingen gestort worden aan het | Europese of internationale instellingen gestort worden aan het |
| Brussels Hoofdstedelijk Gewest in zijn hoedanigheid van projectleider | Brussels Hoofdstedelijk Gewest in zijn hoedanigheid van projectleider |
| of partner eveneens toegewezen aan het « Fonds van het onroerend | of partner eveneens toegewezen aan het « Fonds van het onroerend |
| erfgoed - BFB 15 ». | erfgoed - BFB 15 ». |
Art. 23.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
Art. 23.In afwijking van artikel 8 van de organieke ordonnantie van |
| 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de | 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de |
| begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 14°, derde | begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 14°, derde |
| streepje, van hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 | streepje, van hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 |
| houdende de oprichting van begrotingsfondsen, worden eveneens | houdende de oprichting van begrotingsfondsen, worden eveneens |
| toegewezen aan het « Fonds openbaar beheersrecht - BFB 16 » : « Alle | toegewezen aan het « Fonds openbaar beheersrecht - BFB 16 » : « Alle |
| andere inkomsten inzake openbaar beheersrecht, met inbegrip van | andere inkomsten inzake openbaar beheersrecht, met inbegrip van |
| terugbetalingen en toevallige ontvangsten ». | terugbetalingen en toevallige ontvangsten ». |
Art. 24.In het kader van de uitvoering van de wet van 19 juli 2012 |
Art. 24.In het kader van de uitvoering van de wet van 19 juli 2012 |
| houdende wijziging van de wet van 10 augustus 2001 tot oprichting van | houdende wijziging van de wet van 10 augustus 2001 tot oprichting van |
| een Fonds ter financiering van de internationale rol en de | een Fonds ter financiering van de internationale rol en de |
| hoofdstedelijke functie van Brussel en tot wijziging van de organieke | hoofdstedelijke functie van Brussel en tot wijziging van de organieke |
| wet van 27 december 1990 houdende oprichting van begrotingsfondsen, | wet van 27 december 1990 houdende oprichting van begrotingsfondsen, |
| heeft de FOD Binnenlandse Zaken een tegemoetkoming voor taalpremies | heeft de FOD Binnenlandse Zaken een tegemoetkoming voor taalpremies |
| rechtstreeks aan bepaalde Brusselse instellingen gestort. | rechtstreeks aan bepaalde Brusselse instellingen gestort. |
| De betrokken instellingen betalen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest | De betrokken instellingen betalen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest |
| het niet-gebruikte deel van de subsidie terug, rekening houdend met | het niet-gebruikte deel van de subsidie terug, rekening houdend met |
| het door de Regering vastgestelde bedrag. | het door de Regering vastgestelde bedrag. |
Art. 25.Alle ordonnateurs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn |
Art. 25.Alle ordonnateurs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn |
| gemachtigd om hun elektronische handtekening aan te wenden. | gemachtigd om hun elektronische handtekening aan te wenden. |
Art. 26.In aanvulling op artikel 45 van het besluit van de Brusselse |
Art. 26.In aanvulling op artikel 45 van het besluit van de Brusselse |
| Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2006 betreffende de financiële | Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2006 betreffende de financiële |
| actoren, moet de bijlage, die de beheersrekening van de | actoren, moet de bijlage, die de beheersrekening van de |
| rekenplichtigen vormt, worden ondertekend met een gekwalificeerde | rekenplichtigen vormt, worden ondertekend met een gekwalificeerde |
| elektronische handtekening. Dit artikel heeft geen betrekking op het | elektronische handtekening. Dit artikel heeft geen betrekking op het |
| kasverslag en het overdrachtsverslag. | kasverslag en het overdrachtsverslag. |
Art. 27.Deze ordonnantie treedt in werking op 1 januari 2022. |
Art. 27.Deze ordonnantie treedt in werking op 1 januari 2022. |
| Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch | Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch |
| Staatsblad zal worden bekendgemaakt. | Staatsblad zal worden bekendgemaakt. |
| Brussel, 24 december 2021. | Brussel, 24 december 2021. |
| De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, | De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, |
| belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de | belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de |
| promotie van het Imago van Brussel en Biculturele zaken van | promotie van het Imago van Brussel en Biculturele zaken van |
| gewestelijk belang, | gewestelijk belang, |
| R. VERVOORT | R. VERVOORT |
| De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met | De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met |
| Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, | Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, |
| E. VAN DEN BRANDT | E. VAN DEN BRANDT |
| De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met | De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met |
| Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, | Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, |
| A. MARON | A. MARON |
| De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met | De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met |
| Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en | Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en |
| van het Imago van Brussel, | van het Imago van Brussel, |
| S. GATZ | S. GATZ |
| De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk | De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk |
| en Beroepsopleiding, Digitalisering en de Plaatselijke Besturen, | en Beroepsopleiding, Digitalisering en de Plaatselijke Besturen, |
| B. CLERFAYT | B. CLERFAYT |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| Documenten van het Parlement : | Documenten van het Parlement : |
| Gewone zitting 2021-2022 | Gewone zitting 2021-2022 |
| A-451/1 Ontwerp van ordonnantie | A-451/1 Ontwerp van ordonnantie |
| A-451/2 Verslag (verwijzing) | A-451/2 Verslag (verwijzing) |
| Integraal verslag : | Integraal verslag : |
| Bespreking : vergadering van donderdag 23 december 2021 | Bespreking : vergadering van donderdag 23 december 2021 |
| Aanneming : vergadering van vrijdag 24 december 2021 | Aanneming : vergadering van vrijdag 24 december 2021 |
| Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |