Programmawet (1) | Programmawet (1) |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER | FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER |
4 JULI 2011. - Programmawet (I) (1) | 4 JULI 2011. - Programmawet (I) (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : | De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : |
TITEL I. - Algemene bepaling | TITEL I. - Algemene bepaling |
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel |
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel |
78 van de Grondwet. | 78 van de Grondwet. |
TITEL II. - Werk | TITEL II. - Werk |
HOOFDSTUK I. - Herstructureringskaarten | HOOFDSTUK I. - Herstructureringskaarten |
voor werknemers van ondernemingen in faling | voor werknemers van ondernemingen in faling |
Art. 2.In artikel 3bis /1 van de wet van 20 december 1999 tot |
Art. 2.In artikel 3bis /1 van de wet van 20 december 1999 tot |
toekenning van een werkbonus onder de vorm van een vermindering van de | toekenning van een werkbonus onder de vorm van een vermindering van de |
persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage | persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage |
lonen en aan sommige werknemers die het slachtoffer waren van een | lonen en aan sommige werknemers die het slachtoffer waren van een |
herstructurering, ingevoegd bij de wet van 19 juni 2009, wordt een | herstructurering, ingevoegd bij de wet van 19 juni 2009, wordt een |
tweede lid ingevoegd, luidende : | tweede lid ingevoegd, luidende : |
"Onverminderd artikel 31 van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse | "Onverminderd artikel 31 van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse |
bepalingen over tewerkstelling in tijden van crisis, is artikel 3bis | bepalingen over tewerkstelling in tijden van crisis, is artikel 3bis |
van toepassing voor de werknemers die als gevolg van faillissement, | van toepassing voor de werknemers die als gevolg van faillissement, |
sluiting of vereffening van de onderneming ontslagen worden vanaf 1 | sluiting of vereffening van de onderneming ontslagen worden vanaf 1 |
juli 2011." | juli 2011." |
Art. 3.In artikel 353bis van de programmawet (I) van 24 december |
Art. 3.In artikel 353bis van de programmawet (I) van 24 december |
2002, ingevoegd bij de wet van 22 december 2003 en gewijzigd bij de | 2002, ingevoegd bij de wet van 22 december 2003 en gewijzigd bij de |
wet van 19 juni 2009, wordt een vierde lid ingevoegd, luidende : | wet van 19 juni 2009, wordt een vierde lid ingevoegd, luidende : |
"Onverminderd artikel 31 van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse | "Onverminderd artikel 31 van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse |
bepalingen over tewerkstelling in crisis, is dit artikel van | bepalingen over tewerkstelling in crisis, is dit artikel van |
toepassing voor de werknemers die als gevolg van faillissement, | toepassing voor de werknemers die als gevolg van faillissement, |
sluiting of vereffening van de onderneming ontslagen worden vanaf 1 | sluiting of vereffening van de onderneming ontslagen worden vanaf 1 |
juli 2011." | juli 2011." |
Art. 4.Dit hoofdstuk treedt in werking op 1 juli 2011. |
Art. 4.Dit hoofdstuk treedt in werking op 1 juli 2011. |
HOOFDSTUK II. - Veralgemening van de elektronische aangifte van de | HOOFDSTUK II. - Veralgemening van de elektronische aangifte van de |
mededelingen bedoeld bij de artikelen 49, 50 en 51 van de wet van 3 | mededelingen bedoeld bij de artikelen 49, 50 en 51 van de wet van 3 |
juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten | juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten |
Art. 5.In artikel 49 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de |
Art. 5.In artikel 49 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de |
arbeidsovereenkomsten, gewijzigd bij de wetten van 26 juni 1992 en 30 | arbeidsovereenkomsten, gewijzigd bij de wetten van 26 juni 1992 en 30 |
december 2001 en bij het koninklijk besluit nr. 254 van 31 december | december 2001 en bij het koninklijk besluit nr. 254 van 31 december |
1983, worden de volgende wijzigingen aangebracht : | 1983, worden de volgende wijzigingen aangebracht : |
1° het vierde en vijfde lid worden vervangen als volgt : | 1° het vierde en vijfde lid worden vervangen als volgt : |
"Uiterlijk de eerste werkdag na de dag van de technische stoornis | "Uiterlijk de eerste werkdag na de dag van de technische stoornis |
deelt de werkgever op elektronische wijze, overeenkomstig de nadere | deelt de werkgever op elektronische wijze, overeenkomstig de nadere |
regelen die door de Koning worden bepaald, het volgende mee aan de | regelen die door de Koning worden bepaald, het volgende mee aan de |
Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening : | Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening : |
1° de datum en de aard van de technische stoornis; | 1° de datum en de aard van de technische stoornis; |
2° de datum van het begin van de schorsing van de uitvoering van de | 2° de datum van het begin van de schorsing van de uitvoering van de |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
Binnen zes dagen na de dag van de technische stoornis deelt de | Binnen zes dagen na de dag van de technische stoornis deelt de |
werkgever op elektronische wijze, overeenkomstig de nadere regelen die | werkgever op elektronische wijze, overeenkomstig de nadere regelen die |
door de Koning worden bepaald, aan de Rijksdienst voor | door de Koning worden bepaald, aan de Rijksdienst voor |
Arbeidsvoorziening een lijst mee met de naam, de voornamen en het | Arbeidsvoorziening een lijst mee met de naam, de voornamen en het |
identificatienummer van de sociale zekerheid van de werklieden van wie | identificatienummer van de sociale zekerheid van de werklieden van wie |
de arbeidsovereenkomst in haar uitvoering is geschorst."; | de arbeidsovereenkomst in haar uitvoering is geschorst."; |
2° het artikel wordt aangevuld met een tiende lid, luidende : | 2° het artikel wordt aangevuld met een tiende lid, luidende : |
"De Koning bepaalt de voorwaarden waaronder de elektronische | "De Koning bepaalt de voorwaarden waaronder de elektronische |
mededeling, bedoeld in het vierde en het vijfde lid, vervangen kan | mededeling, bedoeld in het vierde en het vijfde lid, vervangen kan |
worden door een mededeling bij een ter post aangetekende brief die | worden door een mededeling bij een ter post aangetekende brief die |
verzonden wordt aan het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor | verzonden wordt aan het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor |
Arbeidsvoorziening van de plaats waar de onderneming gevestigd is." | Arbeidsvoorziening van de plaats waar de onderneming gevestigd is." |
Art. 6.Artikel 50, derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende |
Art. 6.Artikel 50, derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende |
de arbeidsovereenkomsten, gewijzigd bij de wet van 30 december 2001, | de arbeidsovereenkomsten, gewijzigd bij de wet van 30 december 2001, |
wordt vervangen als volgt : | wordt vervangen als volgt : |
"De werkgever is verplicht de eerste dag van de werkelijke schorsing | "De werkgever is verplicht de eerste dag van de werkelijke schorsing |
van de uitvoering van de overeenkomst, krachtens dit artikel, in elke | van de uitvoering van de overeenkomst, krachtens dit artikel, in elke |
kalendermaand onmiddellijk op elektronische wijze mede te delen aan de | kalendermaand onmiddellijk op elektronische wijze mede te delen aan de |
Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. De Koning bepaalt de nadere | Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. De Koning bepaalt de nadere |
regelen betreffende het bewijs van het slechte weder en betreffende | regelen betreffende het bewijs van het slechte weder en betreffende |
deze mededeling. Hij bepaalt eveneens de voorwaarden waaronder de | deze mededeling. Hij bepaalt eveneens de voorwaarden waaronder de |
elektronische mededeling vervangen kan worden door een mededeling bij | elektronische mededeling vervangen kan worden door een mededeling bij |
een ter post aangetekende brief of door een faxbericht verzonden aan | een ter post aangetekende brief of door een faxbericht verzonden aan |
het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van | het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van |
de plaats waar de onderneming gevestigd is." | de plaats waar de onderneming gevestigd is." |
Art. 7.In artikel 51 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de |
Art. 7.In artikel 51 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de |
arbeidsovereenkomsten, gewijzigd bij de wetten van 22 december 1989, | arbeidsovereenkomsten, gewijzigd bij de wetten van 22 december 1989, |
29 december 1990, 26 juni 1992, 26 maart 1999, 30 december 2001 en 12 | 29 december 1990, 26 juni 1992, 26 maart 1999, 30 december 2001 en 12 |
april 2011 en bij het koninklijk besluit nr. 254 van 31 december 1983, | april 2011 en bij het koninklijk besluit nr. 254 van 31 december 1983, |
worden de volgende wijzigingen aangebracht : | worden de volgende wijzigingen aangebracht : |
1° in paragraaf 1 wordt het derde lid vervangen als volgt : | 1° in paragraaf 1 wordt het derde lid vervangen als volgt : |
"Mededeling van de aanplakking of van de individuele kennisgeving moet | "Mededeling van de aanplakking of van de individuele kennisgeving moet |
de dag zelf van de aanplakking of van de individuele kennisgeving door | de dag zelf van de aanplakking of van de individuele kennisgeving door |
de werkgever op elektronische wijze worden meegedeeld aan de | de werkgever op elektronische wijze worden meegedeeld aan de |
Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. De Koning bepaalt de nadere | Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. De Koning bepaalt de nadere |
regelen betreffende deze mededeling. Hij bepaalt eveneens de | regelen betreffende deze mededeling. Hij bepaalt eveneens de |
voorwaarden waaronder de elektronische mededeling vervangen kan worden | voorwaarden waaronder de elektronische mededeling vervangen kan worden |
door een mededeling bij een ter post aangetekende brief, verzonden aan | door een mededeling bij een ter post aangetekende brief, verzonden aan |
het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van | het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van |
de plaats waar de onderneming gevestigd is."; | de plaats waar de onderneming gevestigd is."; |
2° in paragraaf 1 wordt het vijfde lid vervangen als volgt : | 2° in paragraaf 1 wordt het vijfde lid vervangen als volgt : |
"De in het tweede lid, 1°, bedoelde kennisgeving en de in het derde | "De in het tweede lid, 1°, bedoelde kennisgeving en de in het derde |
lid bedoelde mededeling vermelden : | lid bedoelde mededeling vermelden : |
1° de datum waarop de volledige schorsing van de uitvoering van de | 1° de datum waarop de volledige schorsing van de uitvoering van de |
overeenkomst of de regeling van gedeeltelijke arbeid zal ingaan en de | overeenkomst of de regeling van gedeeltelijke arbeid zal ingaan en de |
datum waarop die schorsing of die regeling een einde zal nemen; | datum waarop die schorsing of die regeling een einde zal nemen; |
2° de data waarop de werklieden werkloos zullen zijn. De in het derde | 2° de data waarop de werklieden werkloos zullen zijn. De in het derde |
lid bedoelde mededeling aan de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening | lid bedoelde mededeling aan de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening |
bevat evenwel slechts de voorziene regeling inzake schorsing van de | bevat evenwel slechts de voorziene regeling inzake schorsing van de |
uitvoering van de arbeidsovereenkomst."; | uitvoering van de arbeidsovereenkomst."; |
3° in paragraaf 1 wordt het zesde lid vervangen als volgt : | 3° in paragraaf 1 wordt het zesde lid vervangen als volgt : |
"De in het derde lid bedoelde mededeling vermeldt daarenboven : | "De in het derde lid bedoelde mededeling vermeldt daarenboven : |
1° de economische redenen die de volledige schorsing van de uitvoering | 1° de economische redenen die de volledige schorsing van de uitvoering |
van de overeenkomst of het instellen van een regeling van | van de overeenkomst of het instellen van een regeling van |
gedeeltelijke arbeid rechtvaardigen; | gedeeltelijke arbeid rechtvaardigen; |
2° hetzij de naam, de voornamen en het identificatienummer van de | 2° hetzij de naam, de voornamen en het identificatienummer van de |
sociale zekerheid van de werkloos gestelde werklieden, hetzij de | sociale zekerheid van de werkloos gestelde werklieden, hetzij de |
afdeling(en) van de onderneming waar de arbeid wordt geschorst."; | afdeling(en) van de onderneming waar de arbeid wordt geschorst."; |
4° in paragraaf 2 wordt het derde lid vervangen als volgt : | 4° in paragraaf 2 wordt het derde lid vervangen als volgt : |
"De kennisgeving moet vermelden : | "De kennisgeving moet vermelden : |
1° hetzij de naam, de voornamen en het identificatienummer van de | 1° hetzij de naam, de voornamen en het identificatienummer van de |
sociale zekerheid van de werkloos gestelde werklieden, hetzij de | sociale zekerheid van de werkloos gestelde werklieden, hetzij de |
afdeling(en) van de onderneming waar de arbeid wordt geschorst; | afdeling(en) van de onderneming waar de arbeid wordt geschorst; |
2° het aantal werkloosheidsdagen en de data waarop elke werkman | 2° het aantal werkloosheidsdagen en de data waarop elke werkman |
werkloos zal zijn; de in het vijfde lid bedoelde mededeling aan de | werkloos zal zijn; de in het vijfde lid bedoelde mededeling aan de |
Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening bevat evenwel slechts de voorziene | Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening bevat evenwel slechts de voorziene |
regeling inzake schorsing van de uitvoering van de | regeling inzake schorsing van de uitvoering van de |
arbeidsovereenkomst; | arbeidsovereenkomst; |
3° de datum waarop de volledige schorsing van de uitvoering van de | 3° de datum waarop de volledige schorsing van de uitvoering van de |
overeenkomst of de regeling van gedeeltelijke arbeid zal ingaan, en de | overeenkomst of de regeling van gedeeltelijke arbeid zal ingaan, en de |
datum waarop die schorsing of die regeling een einde zal nemen."; | datum waarop die schorsing of die regeling een einde zal nemen."; |
5° in paragraaf 2 wordt het vijfde lid vervangen als volgt : | 5° in paragraaf 2 wordt het vijfde lid vervangen als volgt : |
"Mededeling van de aanplakking of van de individuele kennisgeving | "Mededeling van de aanplakking of van de individuele kennisgeving |
wordt de dag zelf van de aanplakking of van de individuele | wordt de dag zelf van de aanplakking of van de individuele |
kennisgeving door de werkgever op elektronische wijze overgemaakt aan | kennisgeving door de werkgever op elektronische wijze overgemaakt aan |
de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. De Koning bepaalt de nadere | de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. De Koning bepaalt de nadere |
regelen betreffende deze mededeling. Hij bepaalt eveneens de | regelen betreffende deze mededeling. Hij bepaalt eveneens de |
voorwaarden waaronder de elektronische mededeling vervangen kan worden | voorwaarden waaronder de elektronische mededeling vervangen kan worden |
door een mededeling bij een ter post aangetekende brief, verzonden aan | door een mededeling bij een ter post aangetekende brief, verzonden aan |
het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van | het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van |
de plaats waar de onderneming gevestigd is."; | de plaats waar de onderneming gevestigd is."; |
6° in paragraaf 3quater wordt het eerste lid vervangen als volgt : | 6° in paragraaf 3quater wordt het eerste lid vervangen als volgt : |
"Op advies van het paritair comité of van de Nationale Arbeidsraad, | "Op advies van het paritair comité of van de Nationale Arbeidsraad, |
kan de Koning de verplichting opleggen de eerste dag van de werkelijke | kan de Koning de verplichting opleggen de eerste dag van de werkelijke |
schorsing van de uitvoering van de overeenkomst, krachtens dit | schorsing van de uitvoering van de overeenkomst, krachtens dit |
artikel, in elke kalendermaand onmiddellijk elektronisch mede te delen | artikel, in elke kalendermaand onmiddellijk elektronisch mede te delen |
aan het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor | aan het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor |
Arbeidsvoorziening. De Koning bepaalt de nadere regelen betreffende | Arbeidsvoorziening. De Koning bepaalt de nadere regelen betreffende |
deze mededeling. Hij bepaalt eveneens de voorwaarden waaronder de | deze mededeling. Hij bepaalt eveneens de voorwaarden waaronder de |
elektronische mededeling vervangen kan worden door een mededeling bij | elektronische mededeling vervangen kan worden door een mededeling bij |
een ter post aangetekende brief, verzonden aan het werkloosheidsbureau | een ter post aangetekende brief, verzonden aan het werkloosheidsbureau |
van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van de plaats waar de | van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van de plaats waar de |
onderneming gevestigd is."; | onderneming gevestigd is."; |
7° paragraaf 5bis wordt opgeheven. | 7° paragraaf 5bis wordt opgeheven. |
Art. 8.Dit hoofdstuk treedt in werking op 1 oktober 2011. |
Art. 8.Dit hoofdstuk treedt in werking op 1 oktober 2011. |
De Koning kan voor ditzelfde hoofdstuk een datum van inwerkingtreding | De Koning kan voor ditzelfde hoofdstuk een datum van inwerkingtreding |
bepalen voorafgaand aan de datum vermeld in het eerste lid. | bepalen voorafgaand aan de datum vermeld in het eerste lid. |
HOOFDSTUK III. - Wijziging van artikel 190, § 3, van de wet van 27 | HOOFDSTUK III. - Wijziging van artikel 190, § 3, van de wet van 27 |
december 2006 houdende diverse bepalingen (I) | december 2006 houdende diverse bepalingen (I) |
Art. 9.Artikel 190, § 3, van de wet van 27 december 2006 houdende |
Art. 9.Artikel 190, § 3, van de wet van 27 december 2006 houdende |
diverse bepalingen (I), gewijzigd bij de wet van 30 december 2009, | diverse bepalingen (I), gewijzigd bij de wet van 30 december 2009, |
wordt aangevuld met een vierde lid, luidende : | wordt aangevuld met een vierde lid, luidende : |
"De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de | "De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de |
Ministerraad, administratieve sancties instellen van 10 euro tot 3.000 | Ministerraad, administratieve sancties instellen van 10 euro tot 3.000 |
euro. Deze administratieve sancties hebben de aard van een | euro. Deze administratieve sancties hebben de aard van een |
administratieve geldboete zoals bedoeld in artikel 101 van het Sociaal | administratieve geldboete zoals bedoeld in artikel 101 van het Sociaal |
Strafwetboek van 6 juni 2010. | Strafwetboek van 6 juni 2010. |
De administratieve sanctie is onderworpen aan dezelfde voorwaarden | De administratieve sanctie is onderworpen aan dezelfde voorwaarden |
voor zover de regels bedoeld in het 1ste boek van het Sociaal | voor zover de regels bedoeld in het 1ste boek van het Sociaal |
Strafwetboek van 6 juni 2010 nageleefd worden : | Strafwetboek van 6 juni 2010 nageleefd worden : |
1) ten laste van de instellingen die in de in § 1 bedoelde collectieve | 1) ten laste van de instellingen die in de in § 1 bedoelde collectieve |
arbeidsovereenkomst zijn aangeduid en die belast zijn met de besteding | arbeidsovereenkomst zijn aangeduid en die belast zijn met de besteding |
en het gebruik van de gelden van de in § 1 bedoelde inspanning, | en het gebruik van de gelden van de in § 1 bedoelde inspanning, |
wanneer het evaluatieverslag en het financieel overzicht van de | wanneer het evaluatieverslag en het financieel overzicht van de |
uitvoering van de in § 1 bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst niet | uitvoering van de in § 1 bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst niet |
werden neergelegd, wanneer deze, na het verstrijken van de in § 2 | werden neergelegd, wanneer deze, na het verstrijken van de in § 2 |
vermelde uiterste datum van neerlegging, niet werden neergelegd of | vermelde uiterste datum van neerlegging, niet werden neergelegd of |
wanneer deze onvolledig werden opgemaakt; | wanneer deze onvolledig werden opgemaakt; |
2) ten laste van ondernemingen wanneer het evaluatieverslag en het | 2) ten laste van ondernemingen wanneer het evaluatieverslag en het |
financieel overzicht van de uitvoering van de in § 1 bedoelde | financieel overzicht van de uitvoering van de in § 1 bedoelde |
collectieve arbeidsovereenkomst niet werden neergelegd, wanneer deze, | collectieve arbeidsovereenkomst niet werden neergelegd, wanneer deze, |
na het verstrijken van de in § 2 vermelde uiterste datum van | na het verstrijken van de in § 2 vermelde uiterste datum van |
neerlegging, niet werden neergelegd of wanneer deze onvolledig werden | neerlegging, niet werden neergelegd of wanneer deze onvolledig werden |
opgemaakt. | opgemaakt. |
De ambtenaren die aangeduid werden door de Koning houden toezicht op | De ambtenaren die aangeduid werden door de Koning houden toezicht op |
de naleving van de verplichtingen van dit artikel." | de naleving van de verplichtingen van dit artikel." |
HOOFDSTUK IV. - Wijzigingen van de wet van 20 juli 2001 tot | HOOFDSTUK IV. - Wijzigingen van de wet van 20 juli 2001 tot |
bevordering van buurtdiensten en -banen | bevordering van buurtdiensten en -banen |
Art. 10.In artikel 2, § 2, eerste lid, van de wet van 20 juli 2001 |
Art. 10.In artikel 2, § 2, eerste lid, van de wet van 20 juli 2001 |
tot bevordering van buurtdiensten en -banen, ingevoegd bij de wet van | tot bevordering van buurtdiensten en -banen, ingevoegd bij de wet van |
22 december 2003, en gewijzigd bij de wetten van 27 december 2006, 8 | 22 december 2003, en gewijzigd bij de wetten van 27 december 2006, 8 |
juni 2008, 22 december 2008 en 30 december 2009, worden de bepalingen | juni 2008, 22 december 2008 en 30 december 2009, worden de bepalingen |
onder f. en g. vervangen als volgt : | onder f. en g. vervangen als volgt : |
"f. De onderneming verbindt zich ertoe om : | "f. De onderneming verbindt zich ertoe om : |
- niet in staat van faillissement te verkeren; | - niet in staat van faillissement te verkeren; |
- onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd | - onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd |
om de onderneming te verbinden, geen personen te hebben aan wie het | om de onderneming te verbinden, geen personen te hebben aan wie het |
uitoefenen van dergelijke functies verboden is krachtens het | uitoefenen van dergelijke functies verboden is krachtens het |
koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het | koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het |
gerechtelijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om | gerechtelijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om |
bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen; | bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen; |
- onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd | - onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd |
om de onderneming te verbinden, geen personen te hebben die de | om de onderneming te verbinden, geen personen te hebben die de |
voorbije vijf jaar aansprakelijk zijn gesteld voor de verbintenissen | voorbije vijf jaar aansprakelijk zijn gesteld voor de verbintenissen |
of schulden van een gefailleerde vennootschap met toepassing van de | of schulden van een gefailleerde vennootschap met toepassing van de |
artikelen 213, 229, 231, 265, 314, 315, 456, 4°, of 530 van het | artikelen 213, 229, 231, 265, 314, 315, 456, 4°, of 530 van het |
Wetboek van vennootschappen, of die door de rechtbank niet | Wetboek van vennootschappen, of die door de rechtbank niet |
verschoonbaar zijn verklaard op basis van artikel 80 van de | verschoonbaar zijn verklaard op basis van artikel 80 van de |
faillissementswet van 8 augustus 1997; | faillissementswet van 8 augustus 1997; |
- onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd | - onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd |
om de onderneming te verbinden, geen personen te hebben die de | om de onderneming te verbinden, geen personen te hebben die de |
voorbije drie jaar verwikkeld waren in een faillissement, liquidatie | voorbije drie jaar verwikkeld waren in een faillissement, liquidatie |
of gelijkaardige verrichting. | of gelijkaardige verrichting. |
g. de onderneming heeft deelgenomen aan de door de RVA georganiseerde | g. de onderneming heeft deelgenomen aan de door de RVA georganiseerde |
informatiesessie over de dienstencheques." | informatiesessie over de dienstencheques." |
Art. 11.In dezelfde wet wordt een artikel 3bis ingevoegd, luidende : |
Art. 11.In dezelfde wet wordt een artikel 3bis ingevoegd, luidende : |
" Art. 3bis.De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening kan de gebruiker, |
" Art. 3bis.De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening kan de gebruiker, |
die opzettelijk heeft deelgenomen aan een inbreuk gepleegd door de | die opzettelijk heeft deelgenomen aan een inbreuk gepleegd door de |
onderneming, verbieden om gedurende een periode van ten hoogste één | onderneming, verbieden om gedurende een periode van ten hoogste één |
jaar dienstencheques te bestellen en te gebruiken. | jaar dienstencheques te bestellen en te gebruiken. |
Dit verbod kan worden hernieuwd ten aanzien van de gebruiker die | Dit verbod kan worden hernieuwd ten aanzien van de gebruiker die |
opnieuw zou deelgenomen hebben aan een door de onderneming gepleegde | opnieuw zou deelgenomen hebben aan een door de onderneming gepleegde |
inbreuk nadat hij reeds een dergelijk verbod heeft ondergaan. | inbreuk nadat hij reeds een dergelijk verbod heeft ondergaan. |
In de gevallen, onder de voorwaarden en volgens de regelen vastgesteld | In de gevallen, onder de voorwaarden en volgens de regelen vastgesteld |
door de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de | door de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de |
Ministerraad, kan de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van de | Ministerraad, kan de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening van de |
gebruiker die opzettelijk heeft deelgenomen aan een inbreuk gepleegd | gebruiker die opzettelijk heeft deelgenomen aan een inbreuk gepleegd |
door de onderneming, haar aangestelde of lasthebber, de terugbetaling | door de onderneming, haar aangestelde of lasthebber, de terugbetaling |
vorderen van de federale tegemoetkoming voor de ten onrechte | vorderen van de federale tegemoetkoming voor de ten onrechte |
ingediende cheques." | ingediende cheques." |
Art. 12.In artikel 7, tweede lid, van dezelfde wet, gewijzigd bij de |
Art. 12.In artikel 7, tweede lid, van dezelfde wet, gewijzigd bij de |
wetten van 22 december 2003 en 17 juni 2009, wordt de zin "Hij bepaalt | wetten van 22 december 2003 en 17 juni 2009, wordt de zin "Hij bepaalt |
eveneens de voorwaarden en de nadere regels betreffende de teruggave | eveneens de voorwaarden en de nadere regels betreffende de teruggave |
van de ten onrechte toegekende financiële tegemoetkomingen." vervangen | van de ten onrechte toegekende financiële tegemoetkomingen." vervangen |
als volgt : | als volgt : |
"Hij bepaalt eveneens de voorwaarden en de nadere regels betreffende | "Hij bepaalt eveneens de voorwaarden en de nadere regels betreffende |
de teruggave van de ten onrechte toegekende tegemoetkoming van de | de teruggave van de ten onrechte toegekende tegemoetkoming van de |
federale staat in de kostprijs van de dienstencheque en van het ten | federale staat in de kostprijs van de dienstencheque en van het ten |
onrechte toegekende bedrag van de aanschafprijs van de | onrechte toegekende bedrag van de aanschafprijs van de |
dienstencheque." | dienstencheque." |
Art. 13.Dit hoofdstuk treedt in werking de dag waarop deze wet in het |
Art. 13.Dit hoofdstuk treedt in werking de dag waarop deze wet in het |
Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
De ondernemingen die erkend zijn vóór de inwerkingtreding van dit | De ondernemingen die erkend zijn vóór de inwerkingtreding van dit |
hoofdstuk en na 31 december 2009, zijn, in toepassing van artikel 2, § | hoofdstuk en na 31 december 2009, zijn, in toepassing van artikel 2, § |
2, eerste lid, g., van de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van | 2, eerste lid, g., van de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van |
buurtdiensten en -banen, zoals gewijzigd door dit hoofdstuk, ertoe | buurtdiensten en -banen, zoals gewijzigd door dit hoofdstuk, ertoe |
gehouden om binnen het jaar na de inwerkingtreding van dit hoofdstuk | gehouden om binnen het jaar na de inwerkingtreding van dit hoofdstuk |
aan de door de RVA georganiseerde informatiesessie over de | aan de door de RVA georganiseerde informatiesessie over de |
dienstencheques deel te nemen." | dienstencheques deel te nemen." |
HOOFDSTUK V. - Afroming van de reserves van de PWA's Wijziging van de | HOOFDSTUK V. - Afroming van de reserves van de PWA's Wijziging van de |
artikelen 102 en 103 van de programmawet van 23 december 2009 | artikelen 102 en 103 van de programmawet van 23 december 2009 |
Art. 14.In artikel 102, eerste lid, van de programmawet van 23 |
Art. 14.In artikel 102, eerste lid, van de programmawet van 23 |
december 2009 worden de woorden "gedurende het eerste kwartaal van | december 2009 worden de woorden "gedurende het eerste kwartaal van |
2011" opgeheven. | 2011" opgeheven. |
Art. 15.In artikel 103, eerste lid, van dezelfde programmawet worden |
Art. 15.In artikel 103, eerste lid, van dezelfde programmawet worden |
de woorden "gedurende het eerste kwartaal van 2011" opgeheven. | de woorden "gedurende het eerste kwartaal van 2011" opgeheven. |
TITEL III. - Sociale Zaken en Volksgezondheid | TITEL III. - Sociale Zaken en Volksgezondheid |
HOOFDSTUK I. - Wijziging van de wet betreffende de verplichte | HOOFDSTUK I. - Wijziging van de wet betreffende de verplichte |
verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd | verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd |
op 14 juli 1994 | op 14 juli 1994 |
Art. 16.In artikel 100 van de wet betreffende de verplichte |
Art. 16.In artikel 100 van de wet betreffende de verplichte |
verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd | verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd |
op 14 juli 1994, gewijzigd bij de wetten van 3 juli 2005 en 13 juli | op 14 juli 1994, gewijzigd bij de wetten van 3 juli 2005 en 13 juli |
2006, wordt paragraaf 2 vervangen als volgt : | 2006, wordt paragraaf 2 vervangen als volgt : |
"§ 2. Wordt als arbeidsongeschikt erkend, de werknemer die een | "§ 2. Wordt als arbeidsongeschikt erkend, de werknemer die een |
toegelaten arbeid hervat op voorwaarde dat hij, van een geneeskundig | toegelaten arbeid hervat op voorwaarde dat hij, van een geneeskundig |
oogpunt uit, een vermindering van zijn vermogen van ten minste 50 pct. | oogpunt uit, een vermindering van zijn vermogen van ten minste 50 pct. |
behoudt. | behoudt. |
De Koning bepaalt binnen welke termijn en onder welke voorwaarden de | De Koning bepaalt binnen welke termijn en onder welke voorwaarden de |
toelating tot werkhervatting als bedoeld in het eerste lid wordt | toelating tot werkhervatting als bedoeld in het eerste lid wordt |
verleend." | verleend." |
Art. 17.In artikel 101, § 1, eerste lid, van de wet betreffende de |
Art. 17.In artikel 101, § 1, eerste lid, van de wet betreffende de |
verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen | verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen |
gecoördineerd op 14 juli 1994, gewijzigd bij de wet van 28 april 2010 | gecoördineerd op 14 juli 1994, gewijzigd bij de wet van 28 april 2010 |
houdende diverse bepalingen, wordt het woord "voorafgaande" opgeheven. | houdende diverse bepalingen, wordt het woord "voorafgaande" opgeheven. |
Art. 18.Dit hoofdstuk treedt in werking op de door de Koning bepaalde |
Art. 18.Dit hoofdstuk treedt in werking op de door de Koning bepaalde |
datum. | datum. |
HOOFDSTUK II. - Sociaal akkoord 2011 voor de non-profit sector | HOOFDSTUK II. - Sociaal akkoord 2011 voor de non-profit sector |
Art. 19.In de titel X van de programmawet van 2 januari 2001 wordt |
Art. 19.In de titel X van de programmawet van 2 januari 2001 wordt |
het volgende hoofdstuk IIquater ingevoegd : | het volgende hoofdstuk IIquater ingevoegd : |
"Hoofdstuk IIquater. Tegemoetkoming voor de meest representatieve | "Hoofdstuk IIquater. Tegemoetkoming voor de meest representatieve |
federale werkgeversorganisatie van de niet-commerciële sector. | federale werkgeversorganisatie van de niet-commerciële sector. |
Art. 59quinquies.Dit hoofdstuk voert een regeling in voor de |
Art. 59quinquies.Dit hoofdstuk voert een regeling in voor de |
tenlasteneming van een tegemoetkoming voor de meest representatieve | tenlasteneming van een tegemoetkoming voor de meest representatieve |
federale werkgeversorganisatie van de niet-commerciële sector die | federale werkgeversorganisatie van de niet-commerciële sector die |
vertegenwoordigd is in de Nationale Arbeidsraad zoals bedoeld in de | vertegenwoordigd is in de Nationale Arbeidsraad zoals bedoeld in de |
wet van 29 mei 1952 tot inrichting van de Nationale Arbeidsraad. Deze | wet van 29 mei 1952 tot inrichting van de Nationale Arbeidsraad. Deze |
tegemoetkoming dekt de dienstverlening van deze organisatie aan | tegemoetkoming dekt de dienstverlening van deze organisatie aan |
werkgevers van de federale sectoren van de gezondheidszorg met het oog | werkgevers van de federale sectoren van de gezondheidszorg met het oog |
op de bevordering van de kwaliteit ten aanzien van de personeelsleden | op de bevordering van de kwaliteit ten aanzien van de personeelsleden |
die erin zijn tewerkgesteld alsook ten aanzien van de personen die er | die erin zijn tewerkgesteld alsook ten aanzien van de personen die er |
worden door verzorgd en behandeld, evenals de financiële | worden door verzorgd en behandeld, evenals de financiële |
toegankelijkheid. | toegankelijkheid. |
Art. 59sexies.De Koning bepaalt de nadere regels met het oog op de |
Art. 59sexies.De Koning bepaalt de nadere regels met het oog op de |
vaststelling van de financiële weerslag, het bedrag en de betaling van | vaststelling van de financiële weerslag, het bedrag en de betaling van |
de financiële tegemoetkoming voor de meest representatieve federale | de financiële tegemoetkoming voor de meest representatieve federale |
werkgeversorganisatie zoals bedoeld in artikel 59quinquies. | werkgeversorganisatie zoals bedoeld in artikel 59quinquies. |
Daartoe kan Hij : | Daartoe kan Hij : |
1° de administratieve gegevens aanduiden op basis waarvan de | 1° de administratieve gegevens aanduiden op basis waarvan de |
tegemoetkoming wordt berekend; | tegemoetkoming wordt berekend; |
2° de wijze bepalen waarop de tegemoetkoming moet worden berekend en | 2° de wijze bepalen waarop de tegemoetkoming moet worden berekend en |
worden besteed; | worden besteed; |
3° de periode bepalen waarop deze tegemoetkoming van toepassing is; | 3° de periode bepalen waarop deze tegemoetkoming van toepassing is; |
4° de natuurlijke of rechtspersonen of de instellingen aanduiden | 4° de natuurlijke of rechtspersonen of de instellingen aanduiden |
waaraan de tegemoetkoming moet worden betaald en de tijdstippen waarop | waaraan de tegemoetkoming moet worden betaald en de tijdstippen waarop |
dit moet gebeuren; | dit moet gebeuren; |
5° de overheidsdiensten aanduiden, belast met de berekeningen en de | 5° de overheidsdiensten aanduiden, belast met de berekeningen en de |
betaling van de tegemoetkoming en met het toezicht op de aanwending | betaling van de tegemoetkoming en met het toezicht op de aanwending |
ervan." | ervan." |
Art. 20.In titel X van de programmawet van 2 januari 2001 wordt het |
Art. 20.In titel X van de programmawet van 2 januari 2001 wordt het |
volgende hoofdstuk IIquinquies ingevoegd : | volgende hoofdstuk IIquinquies ingevoegd : |
"Hoofdstuk IIquinquies. Tegemoetkoming voor het Instituut | "Hoofdstuk IIquinquies. Tegemoetkoming voor het Instituut |
Functieclassificatie | Functieclassificatie |
Art. 59septies.Dit hoofdstuk voorziet in een tegemoetkoming van |
Art. 59septies.Dit hoofdstuk voorziet in een tegemoetkoming van |
275.000 euro ten voordele van het Instituut Functieclassificatie om 5 | 275.000 euro ten voordele van het Instituut Functieclassificatie om 5 |
voltijdse equivalenten in dit Instituut te kunnen behouden. | voltijdse equivalenten in dit Instituut te kunnen behouden. |
Art. 59octies.De Koning bepaalt de nadere regels voor de uitvoering |
Art. 59octies.De Koning bepaalt de nadere regels voor de uitvoering |
van deze tegemoetkoming. | van deze tegemoetkoming. |
Daartoe kan Hij : | Daartoe kan Hij : |
1° het maximumbedrag van de tegemoetkoming per voltijdse equivalent | 1° het maximumbedrag van de tegemoetkoming per voltijdse equivalent |
vaststellen, evenals de geldende barema's voor deze functies; | vaststellen, evenals de geldende barema's voor deze functies; |
2° de overheidsdiensten aanduiden, belast met de betaling van de | 2° de overheidsdiensten aanduiden, belast met de betaling van de |
tegemoetkoming, evenals diegene die belast zijn met het toezicht | tegemoetkoming, evenals diegene die belast zijn met het toezicht |
ervan." | ervan." |
Art. 21.Dit hoofdstuk treedt in werking de dag waarop deze wet in het |
Art. 21.Dit hoofdstuk treedt in werking de dag waarop deze wet in het |
Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
HOOFDSTUK III. - Financiering van de representatieve patiëntenkoepels | HOOFDSTUK III. - Financiering van de representatieve patiëntenkoepels |
Art. 22.In artikel 245, § 2, van de programmawet (I) van 27 december |
Art. 22.In artikel 245, § 2, van de programmawet (I) van 27 december |
2006, gewijzigd bij de wet van 23 december 2009, worden de woorden | 2006, gewijzigd bij de wet van 23 december 2009, worden de woorden |
"Voor 2010" telkens vervangen door de woorden "Voor 2010 en 2011". | "Voor 2010" telkens vervangen door de woorden "Voor 2010 en 2011". |
HOOFDSTUK V. - Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie | HOOFDSTUK V. - Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie |
Art. 23.In artikel 343 van de programmawet (I) van 27 december 2006, |
Art. 23.In artikel 343 van de programmawet (I) van 27 december 2006, |
gewijzigd bij de wet van 22 december 2008 en de wet van 30 december | gewijzigd bij de wet van 22 december 2008 en de wet van 30 december |
2009, worden de woorden "en uiterlijk op 1 januari 2010" vervangen | 2009, worden de woorden "en uiterlijk op 1 januari 2010" vervangen |
door de woorden "en uiterlijk op 1 januari 2012". | door de woorden "en uiterlijk op 1 januari 2012". |
Art. 24.Artikel 23 heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2010. |
Art. 24.Artikel 23 heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2010. |
TITEL IV. - Financiën | TITEL IV. - Financiën |
ENIG HOOFDSTUK. - Belasting over de toegevoegde waarde | ENIG HOOFDSTUK. - Belasting over de toegevoegde waarde |
Art. 25.Artikel 1bis van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli |
Art. 25.Artikel 1bis van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli |
1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de | 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de |
toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij | toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij |
die tarieven, hersteld bij het koninklijk besluit van 18 januari 2000 | die tarieven, hersteld bij het koninklijk besluit van 18 januari 2000 |
en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 februari 2009, 2 juni | en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 februari 2009, 2 juni |
2010 en 17 november 2010, wordt opgeheven. | 2010 en 17 november 2010, wordt opgeheven. |
Art. 26.Artikel 1ter van hetzelfde besluit, vervangen bij het |
Art. 26.Artikel 1ter van hetzelfde besluit, vervangen bij het |
koninklijk besluit van 18 januari 2000 en gewijzigd bij het koninklijk | koninklijk besluit van 18 januari 2000 en gewijzigd bij het koninklijk |
besluit van 17 november 2010, wordt opgeheven. | besluit van 17 november 2010, wordt opgeheven. |
Art. 27.In tabel A van de bijlage bij hetzelfde besluit wordt een |
Art. 27.In tabel A van de bijlage bij hetzelfde besluit wordt een |
rubriek XXXVIII ingevoegd, luidende : | rubriek XXXVIII ingevoegd, luidende : |
"XXXVIII. Renovatie en herstel van privéwoningen | "XXXVIII. Renovatie en herstel van privéwoningen |
§ 1. Het werk in onroerende staat en de andere handelingen bedoeld in | § 1. Het werk in onroerende staat en de andere handelingen bedoeld in |
§ 3, met uitsluiting van de materialen die een beduidend deel | § 3, met uitsluiting van de materialen die een beduidend deel |
vertegenwoordigen van de verstrekte dienst, worden onderworpen aan het | vertegenwoordigen van de verstrekte dienst, worden onderworpen aan het |
verlaagd tarief, voor zover de volgende voorwaarden zijn vervuld : | verlaagd tarief, voor zover de volgende voorwaarden zijn vervuld : |
1° de handelingen moeten de omvorming, renovatie, rehabilitatie, | 1° de handelingen moeten de omvorming, renovatie, rehabilitatie, |
verbetering, herstelling of het onderhoud, met uitsluiting van de | verbetering, herstelling of het onderhoud, met uitsluiting van de |
reiniging, geheel of ten dele van een woning tot voorwerp hebben; | reiniging, geheel of ten dele van een woning tot voorwerp hebben; |
2° de handelingen moeten betrekking hebben op een woning die, na de | 2° de handelingen moeten betrekking hebben op een woning die, na de |
uitvoering ervan, hetzij uitsluitend, hetzij hoofdzakelijk, als | uitvoering ervan, hetzij uitsluitend, hetzij hoofdzakelijk, als |
privéwoning wordt gebruikt; | privéwoning wordt gebruikt; |
3° de handelingen moeten worden verricht aan een woning waarvan de | 3° de handelingen moeten worden verricht aan een woning waarvan de |
eerste ingebruikneming ten minste vijf jaar voorafgaat aan het eerste | eerste ingebruikneming ten minste vijf jaar voorafgaat aan het eerste |
tijdstip van verschuldigdheid van de btw dat zich voordoet | tijdstip van verschuldigdheid van de btw dat zich voordoet |
overeenkomstig artikel 22 van het Wetboek; | overeenkomstig artikel 22 van het Wetboek; |
4° de handelingen moeten worden verstrekt en gefactureerd aan een | 4° de handelingen moeten worden verstrekt en gefactureerd aan een |
eindverbruiker; | eindverbruiker; |
5° de door de dienstverrichter uitgereikte factuur en het dubbel dat | 5° de door de dienstverrichter uitgereikte factuur en het dubbel dat |
hij bewaart, moeten, op basis van een duidelijk en nauwkeurig attest | hij bewaart, moeten, op basis van een duidelijk en nauwkeurig attest |
van de afnemer, melding maken van het voorhanden zijn van de elementen | van de afnemer, melding maken van het voorhanden zijn van de elementen |
die de toepassing van het verlaagd tarief rechtvaardigen; behalve in | die de toepassing van het verlaagd tarief rechtvaardigen; behalve in |
geval van samenspanning tussen de partijen of klaarblijkelijk niet | geval van samenspanning tussen de partijen of klaarblijkelijk niet |
naleven van onderhavige bepaling, ontlast het attest van de afnemer de | naleven van onderhavige bepaling, ontlast het attest van de afnemer de |
dienstverrichter van de aansprakelijkheid betreffende de vaststelling | dienstverrichter van de aansprakelijkheid betreffende de vaststelling |
van het tarief. | van het tarief. |
§ 2. Worden aangemerkt als eindverbruikers in de zin van deze | § 2. Worden aangemerkt als eindverbruikers in de zin van deze |
bepaling, voor het werk in onroerende staat en de andere handelingen | bepaling, voor het werk in onroerende staat en de andere handelingen |
omschreven in § 3, met betrekking tot de woningen daadwerkelijk | omschreven in § 3, met betrekking tot de woningen daadwerkelijk |
gebruikt voor de huisvesting van bejaarden, leerlingen en studenten, | gebruikt voor de huisvesting van bejaarden, leerlingen en studenten, |
minderjarigen, thuislozen, personen in moeilijkheden, personen met een | minderjarigen, thuislozen, personen in moeilijkheden, personen met een |
psychische stoornis, mentaal gehandicapten en psychiatrische | psychische stoornis, mentaal gehandicapten en psychiatrische |
patiënten, de publiekrechtelijke of privaatrechtelijke personen die | patiënten, de publiekrechtelijke of privaatrechtelijke personen die |
beheren : | beheren : |
1° verblijfsinrichtingen voor bejaarden welke door de bevoegde | 1° verblijfsinrichtingen voor bejaarden welke door de bevoegde |
overheid zijn erkend in het kader van de wetgeving inzake | overheid zijn erkend in het kader van de wetgeving inzake |
bejaardenzorg; | bejaardenzorg; |
2° internaten die zijn toegevoegd aan scholen of universiteiten of die | 2° internaten die zijn toegevoegd aan scholen of universiteiten of die |
ervan afhangen; | ervan afhangen; |
3° jeugdbeschermingstehuizen en residentiële voorzieningen die op | 3° jeugdbeschermingstehuizen en residentiële voorzieningen die op |
duurzame wijze, in dag- en nachtverblijf, minderjarigen huisvesten en | duurzame wijze, in dag- en nachtverblijf, minderjarigen huisvesten en |
die erkend zijn door de bevoegde overheid in het kader van de | die erkend zijn door de bevoegde overheid in het kader van de |
wetgeving op de jeugdbescherming of de bijzondere jeugdbijstand; | wetgeving op de jeugdbescherming of de bijzondere jeugdbijstand; |
4° opvangtehuizen die in dag- en nachtverblijf thuislozen en personen | 4° opvangtehuizen die in dag- en nachtverblijf thuislozen en personen |
in moeilijkheden huisvesten en die erkend zijn door de bevoegde | in moeilijkheden huisvesten en die erkend zijn door de bevoegde |
overheid; | overheid; |
5° psychiatrische verzorgingstehuizen die op een duurzame wijze in | 5° psychiatrische verzorgingstehuizen die op een duurzame wijze in |
dag- en nachtverblijf personen met een langdurige en gestabiliseerde | dag- en nachtverblijf personen met een langdurige en gestabiliseerde |
psychische stoornis of mentaal gehandicapten huisvesten en die door de | psychische stoornis of mentaal gehandicapten huisvesten en die door de |
bevoegde overheid erkend zijn; | bevoegde overheid erkend zijn; |
6° gebouwen waar, ten titel van een initiatief van beschut wonen | 6° gebouwen waar, ten titel van een initiatief van beschut wonen |
erkend door de bevoegde overheid, het op een duurzame wijze huisvesten | erkend door de bevoegde overheid, het op een duurzame wijze huisvesten |
in dag- en nachtverblijf en het begeleiden van psychiatrische | in dag- en nachtverblijf en het begeleiden van psychiatrische |
patiënten plaatsheeft. | patiënten plaatsheeft. |
§ 3. Worden beoogd : | § 3. Worden beoogd : |
1° het verbouwen, het afwerken, het inrichten, het herstellen en het | 1° het verbouwen, het afwerken, het inrichten, het herstellen en het |
onderhouden, met uitsluiting van het reinigen, geheel of ten dele, van | onderhouden, met uitsluiting van het reinigen, geheel of ten dele, van |
een uit zijn aard onroerend goed; | een uit zijn aard onroerend goed; |
2° prestaties die erin bestaan een roerend goed te leveren en het | 2° prestaties die erin bestaan een roerend goed te leveren en het |
meteen op zodanige wijze aan te brengen aan een onroerend goed dat het | meteen op zodanige wijze aan te brengen aan een onroerend goed dat het |
onroerend uit zijn aard wordt; | onroerend uit zijn aard wordt; |
3° iedere handeling, ook indien niet beoogd in de bepaling onder 2°, | 3° iedere handeling, ook indien niet beoogd in de bepaling onder 2°, |
die tot voorwerp heeft zowel de levering als de aanhechting aan een | die tot voorwerp heeft zowel de levering als de aanhechting aan een |
gebouw : | gebouw : |
a) van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een | a) van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een |
installatie voor centrale verwarming of airconditioning, daaronder | installatie voor centrale verwarming of airconditioning, daaronder |
begrepen de branders, de reservoirs en de regel- en controletoestellen | begrepen de branders, de reservoirs en de regel- en controletoestellen |
verbonden aan de ketel of aan de radiatoren; | verbonden aan de ketel of aan de radiatoren; |
b) van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een | b) van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een |
sanitaire installatie van een gebouw en, meer algemeen, van al de | sanitaire installatie van een gebouw en, meer algemeen, van al de |
vaste toestellen voor sanitair of hygiënisch gebruik aangesloten op | vaste toestellen voor sanitair of hygiënisch gebruik aangesloten op |
een waterleiding of een riool; | een waterleiding of een riool; |
c) van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een | c) van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een |
elektrische installatie van een gebouw, met uitzondering van | elektrische installatie van een gebouw, met uitzondering van |
toestellen voor de verlichting en van lampen; | toestellen voor de verlichting en van lampen; |
d) van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een | d) van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een |
elektrische belinstallatie, van brandalarmtoestellen, van | elektrische belinstallatie, van brandalarmtoestellen, van |
alarmtoestellen tegen diefstal en van een huistelefoon; | alarmtoestellen tegen diefstal en van een huistelefoon; |
e) van opbergkasten, gootstenen, gootsteenkasten en meubels met | e) van opbergkasten, gootstenen, gootsteenkasten en meubels met |
ingebouwde gootsteen, wastafels en meubels met ingebouwde wasbak, | ingebouwde gootsteen, wastafels en meubels met ingebouwde wasbak, |
zuigkappen, ventilators en luchtverversers waarmee een keuken of een | zuigkappen, ventilators en luchtverversers waarmee een keuken of een |
badkamer is uitgerust; | badkamer is uitgerust; |
f) van luiken, rolluiken en rolgordijnen die aan de buitenkant van het | f) van luiken, rolluiken en rolgordijnen die aan de buitenkant van het |
gebouw worden geplaatst; | gebouw worden geplaatst; |
4° iedere handeling, ook indien niet beoogd in de bepaling onder 2°, | 4° iedere handeling, ook indien niet beoogd in de bepaling onder 2°, |
die tot voorwerp heeft zowel de levering van wandbekleding of | die tot voorwerp heeft zowel de levering van wandbekleding of |
vloerbekleding of -bedekking als de plaatsing ervan in een gebouw | vloerbekleding of -bedekking als de plaatsing ervan in een gebouw |
ongeacht of die bekleding of bedekking aan het gebouw wordt | ongeacht of die bekleding of bedekking aan het gebouw wordt |
vastgehecht of eenvoudig ter plaatse op maat gesneden volgens de | vastgehecht of eenvoudig ter plaatse op maat gesneden volgens de |
afmetingen van de te bedekken oppervlakte; | afmetingen van de te bedekken oppervlakte; |
5° het aanhechten, het plaatsen, het herstellen en het onderhouden, | 5° het aanhechten, het plaatsen, het herstellen en het onderhouden, |
met uitsluiting van het reinigen, van goederen bedoeld in de bepaling | met uitsluiting van het reinigen, van goederen bedoeld in de bepaling |
onder 3° en 4°; | onder 3° en 4°; |
6° de terbeschikkingstelling van personeel met het oog op het | 6° de terbeschikkingstelling van personeel met het oog op het |
verrichten van de hierboven bedoelde handelingen. | verrichten van de hierboven bedoelde handelingen. |
§ 4. Het verlaagd tarief is in geen geval van toepassing op : | § 4. Het verlaagd tarief is in geen geval van toepassing op : |
1° werk in onroerende staat en andere onroerende handelingen, die geen | 1° werk in onroerende staat en andere onroerende handelingen, die geen |
betrekking hebben op de eigenlijke woning, zoals | betrekking hebben op de eigenlijke woning, zoals |
bebouwingswerkzaamheden, tuinaanleg en oprichten van afsluitingen; | bebouwingswerkzaamheden, tuinaanleg en oprichten van afsluitingen; |
2° werk in onroerende staat en andere onroerende handelingen, die tot | 2° werk in onroerende staat en andere onroerende handelingen, die tot |
voorwerp hebben de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen | voorwerp hebben de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen |
van zwembaden, sauna's, midgetgolfbanen, tennisterreinen en dergelijke | van zwembaden, sauna's, midgetgolfbanen, tennisterreinen en dergelijke |
installaties; | installaties; |
3° het gedeelte van de prijs met betrekking tot de levering van | 3° het gedeelte van de prijs met betrekking tot de levering van |
verwarmingsketels in appartementsgebouwen alsook op de levering van de | verwarmingsketels in appartementsgebouwen alsook op de levering van de |
bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van | bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van |
liftinstallaties." | liftinstallaties." |
Art. 28.In tabel A van de bijlage bij hetzelfde besluit wordt een |
Art. 28.In tabel A van de bijlage bij hetzelfde besluit wordt een |
rubriek XXXIX ingevoegd, luidende : | rubriek XXXIX ingevoegd, luidende : |
"XXXIX. Kleine hersteldiensten | "XXXIX. Kleine hersteldiensten |
1. De herstelling van fietsen. | 1. De herstelling van fietsen. |
2. De herstelling van schoeisel en lederwaren. | 2. De herstelling van schoeisel en lederwaren. |
3. De herstelling en het vermaken van kleding en huishoudlinnen." | 3. De herstelling en het vermaken van kleding en huishoudlinnen." |
Art. 29.De artikelen 25 tot 28 treden in werking op 1 juli 2011. |
Art. 29.De artikelen 25 tot 28 treden in werking op 1 juli 2011. |
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden | Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden |
bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. | bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. |
Gegeven te Brussel, 4 juli 2011. | Gegeven te Brussel, 4 juli 2011. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Eerste Minister, | De Eerste Minister, |
Y. LETERME | Y. LETERME |
De Minister van Financiën, | De Minister van Financiën, |
D. REYNDERS | D. REYNDERS |
De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, | De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. J. MILQUET | Mevr. J. MILQUET |
De Minister van Begroting, | De Minister van Begroting, |
G. VANHENGEL | G. VANHENGEL |
De Staatssecretaris voor Begroting, | De Staatssecretaris voor Begroting, |
M. WATHELET | M. WATHELET |
Met 's Lands zegel gezegeld : | Met 's Lands zegel gezegeld : |
De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
S. DE CLERCK | S. DE CLERCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : | (1) Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : |
53-1481/ (2010/2011) : | 53-1481/ (2010/2011) : |
001 : Ontwerp van programmawet. | 001 : Ontwerp van programmawet. |
002 : Amendementen. | 002 : Amendementen. |
003 en 004 : Verslagen. | 003 en 004 : Verslagen. |
005 : Amendementen. | 005 : Amendementen. |
006 : Verslag. | 006 : Verslag. |
007 : Tekst aangenomen door de commissies. | 007 : Tekst aangenomen door de commissies. |
008 en 009 : Amendementen. | 008 en 009 : Amendementen. |
010 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de | 010 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de |
Senaat. | Senaat. |
Integraal verslag : 16 juni 2011. | Integraal verslag : 16 juni 2011. |
Stukken van de Senaat : | Stukken van de Senaat : |
5-1098 - 2010/2011 : | 5-1098 - 2010/2011 : |
Nr. 1 : Ontwerp geëvoceerd door de Senaat. | Nr. 1 : Ontwerp geëvoceerd door de Senaat. |
Nr. 2 : Amendementen. | Nr. 2 : Amendementen. |
Nrs. 3 en 4 : Verslagen. | Nrs. 3 en 4 : Verslagen. |
Nr. 5 : Amendementen. | Nr. 5 : Amendementen. |
Nr. 6 : Beslissing om niet te amenderen. | Nr. 6 : Beslissing om niet te amenderen. |
Handelingen van de Senaat : 30 juni 2011. | Handelingen van de Senaat : 30 juni 2011. |