| Wet houdende diverse dringende bepalingen inzake gezondheid | Wet houdende diverse dringende bepalingen inzake gezondheid |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID FEDERALE OVERHEIDSDIENST | FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID FEDERALE OVERHEIDSDIENST |
| VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU | VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU |
| 19 JULI 2021. - Wet houdende diverse dringende bepalingen inzake | 19 JULI 2021. - Wet houdende diverse dringende bepalingen inzake |
| gezondheid (1) | gezondheid (1) |
| FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : | De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : |
| TITEL 1. - Inleidende bepaling | TITEL 1. - Inleidende bepaling |
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel |
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel |
| 74 van de Grondwet. | 74 van de Grondwet. |
| TITEL 2. - Federaal agentschap voor geneesmiddelen en | TITEL 2. - Federaal agentschap voor geneesmiddelen en |
| gezondheidsproducten | gezondheidsproducten |
| HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen aan de wet van 20 juli 2006 betreffende de | HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen aan de wet van 20 juli 2006 betreffende de |
| oprichting en de werking van het Federaal Agentschap voor | oprichting en de werking van het Federaal Agentschap voor |
| Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten | Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten |
Art. 2.In bijlage VI van dezelfde wet worden de bepalingen onder 3° |
Art. 2.In bijlage VI van dezelfde wet worden de bepalingen onder 3° |
| vervangen als volgt: | vervangen als volgt: |
| "3° : entiteit in de zin van Bijlage III.8.: een functionele eenheid, | "3° : entiteit in de zin van Bijlage III.8.: een functionele eenheid, |
| die op één dag kan worden geïnspecteerd, dan wel ter plaatse of op | die op één dag kan worden geïnspecteerd, dan wel ter plaatse of op |
| afstand, en die valt onder de vervaardigingsvergunning zoals bedoeld | afstand, en die valt onder de vervaardigingsvergunning zoals bedoeld |
| in artikel 12bis van de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen en | in artikel 12bis van de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen en |
| haar uitvoeringsbesluiten. De inschatting hoeveel functionele eenheden | haar uitvoeringsbesluiten. De inschatting hoeveel functionele eenheden |
| vallen onder één vervaardigingsvergunning, is afhankelijk van | vallen onder één vervaardigingsvergunning, is afhankelijk van |
| technische en praktische redenen, dewelke worden berekend op basis van | technische en praktische redenen, dewelke worden berekend op basis van |
| de meest actuele beschikbare richtsnoeren.'." | de meest actuele beschikbare richtsnoeren.'." |
Art. 3.In bijlage V van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 11 |
Art. 3.In bijlage V van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 11 |
| maart 2018, vervangen bij de wet van 7 april 2019 en gewijzigd bij de | maart 2018, vervangen bij de wet van 7 april 2019 en gewijzigd bij de |
| wet van 20 december 2020 worden in de tweede tabel, in de tweede kolom | wet van 20 december 2020 worden in de tweede tabel, in de tweede kolom |
| van de tweede rij, de woorden "artikel 14/7, § 2, tweede lid" | van de tweede rij, de woorden "artikel 14/7, § 2, tweede lid" |
| vervangen door de woorden "artikel 14/7, tweede lid" en worden in de | vervangen door de woorden "artikel 14/7, tweede lid" en worden in de |
| derde kolom van de tweede rij de woorden "dag ter plaatse per | derde kolom van de tweede rij de woorden "dag ter plaatse per |
| inspecteur" vervangen door de woorden "per inspecteur per dag ter | inspecteur" vervangen door de woorden "per inspecteur per dag ter |
| plaatse en/of vanop afstand". | plaatse en/of vanop afstand". |
Art. 4.In bijlage VII van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 11 |
Art. 4.In bijlage VII van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 11 |
| maart 2018, vervangen bij de wet van 7 april 2019 en gewijzigd bij de | maart 2018, vervangen bij de wet van 7 april 2019 en gewijzigd bij de |
| wet van 20 december 2020 worden de volgende wijzigingen aangebracht: | wet van 20 december 2020 worden de volgende wijzigingen aangebracht: |
| 1° in de derde kolom van de bepalingen onder VII.8.1.1 tot en met | 1° in de derde kolom van de bepalingen onder VII.8.1.1 tot en met |
| VII.8.1.20 worden de woorden "per dag ter plaatse per inspecteur" | VII.8.1.20 worden de woorden "per dag ter plaatse per inspecteur" |
| vervangen door de woorden "per inspecteur per dag ter plaatse en/of | vervangen door de woorden "per inspecteur per dag ter plaatse en/of |
| vanop afstand"; | vanop afstand"; |
| 2° in de eerste kolom van de bepaling onder VII.8.1.9 wordt in de | 2° in de eerste kolom van de bepaling onder VII.8.1.9 wordt in de |
| Nederlandstalige versie het woord "b" vervangen door de woorden "met | Nederlandstalige versie het woord "b" vervangen door de woorden "met |
| betrekking tot". | betrekking tot". |
| HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen aan de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 | HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen aan de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 |
| betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen | betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen |
Art. 5.Artikel 3 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 |
Art. 5.Artikel 3 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 |
| betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, ingevoegd | betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, ingevoegd |
| bij koninklijk besluit van 27 juni 2016, wordt aangevuld met een | bij koninklijk besluit van 27 juni 2016, wordt aangevuld met een |
| paragraaf 3, luidende als volgt: | paragraaf 3, luidende als volgt: |
| " § 3. In afwijking van paragraaf 1 zijn de personen die de | " § 3. In afwijking van paragraaf 1 zijn de personen die de |
| artsenijbereidkunde mogen uitoefenen overeenkomstig artikel 6, § 1, | artsenijbereidkunde mogen uitoefenen overeenkomstig artikel 6, § 1, |
| gemachtigd om, voorafgaandelijk aan de aflevering, vaccins enkel | gemachtigd om, voorafgaandelijk aan de aflevering, vaccins enkel |
| vergund voor de profylaxe van influenza voor te schrijven. De Koning | vergund voor de profylaxe van influenza voor te schrijven. De Koning |
| kan de nadere regelen en de te volgen procedure bepalen. De Koning kan | kan de nadere regelen en de te volgen procedure bepalen. De Koning kan |
| dit voorschrift beperken tot vooraf bepaalde types vaccins vergund | dit voorschrift beperken tot vooraf bepaalde types vaccins vergund |
| voor de profylaxe van influenza. De Koning kan dit voorschrift | voor de profylaxe van influenza. De Koning kan dit voorschrift |
| onderwerpen aan een te volgen voorschrijfprotocol.". | onderwerpen aan een te volgen voorschrijfprotocol.". |
| HOOFDSTUK 3. - Inwerkingtreding | HOOFDSTUK 3. - Inwerkingtreding |
Art. 6.De artikelen 2, 3 en 4 treden in werking op de datum waarop |
Art. 6.De artikelen 2, 3 en 4 treden in werking op de datum waarop |
| deze wet in het Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd. | deze wet in het Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd. |
| Artikel 5 treedt in werking op 1 oktober 2021 en treedt buiten werking | Artikel 5 treedt in werking op 1 oktober 2021 en treedt buiten werking |
| op 30 september 2022, behoudens indien de Koning bij een in | op 30 september 2022, behoudens indien de Koning bij een in |
| Ministerraad overlegd besluit de geldingsduur verlengt, na een | Ministerraad overlegd besluit de geldingsduur verlengt, na een |
| positieve evaluatie van het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen. | positieve evaluatie van het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen. |
| TITEL 3. - FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en | TITEL 3. - FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en |
| Leefmilieu | Leefmilieu |
| HOOFDSTUK 1. - Permanente vorming voor gezondheidszorgbeoefenaars in | HOOFDSTUK 1. - Permanente vorming voor gezondheidszorgbeoefenaars in |
| het kader van de COVID-crisis | het kader van de COVID-crisis |
Art. 7.De gezondheidszorgbeoefenaars bedoeld in de wet betreffende de |
Art. 7.De gezondheidszorgbeoefenaars bedoeld in de wet betreffende de |
| uitoefening van gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, | uitoefening van gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, |
| die onderworpen zijn aan een permanente vorming vereist krachtens | die onderworpen zijn aan een permanente vorming vereist krachtens |
| dezelfde wet of zijn uitvoeringsbesluiten, worden vrijgesteld van de | dezelfde wet of zijn uitvoeringsbesluiten, worden vrijgesteld van de |
| verplichting tot permanente vorming voor het jaar 2020 en 2021, als om | verplichting tot permanente vorming voor het jaar 2020 en 2021, als om |
| redenen buiten hun wil zij in de onmogelijkheid verkeerden om die | redenen buiten hun wil zij in de onmogelijkheid verkeerden om die |
| opleidingsuren te volgen door de crisis als gevolg van het coronavirus | opleidingsuren te volgen door de crisis als gevolg van het coronavirus |
| COVID-19. | COVID-19. |
| De opleidingsuren die de gezondheidszorgbeoefenaars bedoeld in het | De opleidingsuren die de gezondheidszorgbeoefenaars bedoeld in het |
| eerste lid eventueel in het jaar 2020 of 2021 hebben gevolgd, worden | eerste lid eventueel in het jaar 2020 of 2021 hebben gevolgd, worden |
| gevaloriseerd in het jaar 2022. | gevaloriseerd in het jaar 2022. |
| HOOFDSTUK 2. - Wijziging van de wet van 23 maart 2021 betreffende een | HOOFDSTUK 2. - Wijziging van de wet van 23 maart 2021 betreffende een |
| evenredigheidsbeoordeling voorafgaand aan de invoering of de wijziging | evenredigheidsbeoordeling voorafgaand aan de invoering of de wijziging |
| van een beroepsreglementering in de gezondheidssector | van een beroepsreglementering in de gezondheidssector |
Art. 8.Artikel 12 van de wet van 23 maart 2021 betreffende een |
Art. 8.Artikel 12 van de wet van 23 maart 2021 betreffende een |
| evenredigheidsbeoordeling voorafgaand aan de invoering of de wijziging | evenredigheidsbeoordeling voorafgaand aan de invoering of de wijziging |
| van een beroepsreglementering in de gezondheidssector, wordt aangevuld | van een beroepsreglementering in de gezondheidssector, wordt aangevuld |
| met een paragraaf 2, luidende: | met een paragraaf 2, luidende: |
| § 2. Eenieder die van een belang doet blijken, kan de autoriteit | § 2. Eenieder die van een belang doet blijken, kan de autoriteit |
| verzoeken om een evaluatie uit te voeren van de toepassing van | verzoeken om een evaluatie uit te voeren van de toepassing van |
| bepalingen tot reglementering van een beroep. De aanvraag tot | bepalingen tot reglementering van een beroep. De aanvraag tot |
| evaluatie vermeldt duidelijk de betrokken maatregel en, waar mogelijk, | evaluatie vermeldt duidelijk de betrokken maatregel en, waar mogelijk, |
| de bepaling die voor evaluatie wordt beoogd. De autoriteit dient | de bepaling die voor evaluatie wordt beoogd. De autoriteit dient |
| passend te antwoorden op het verzoek tot evaluatie. Wanneer de | passend te antwoorden op het verzoek tot evaluatie. Wanneer de |
| bepaling overeenkomstig § 1 geëvalueerd werd, vormt de verwijzing naar | bepaling overeenkomstig § 1 geëvalueerd werd, vormt de verwijzing naar |
| deze evaluatie een passend antwoord. De Koning kan de nadere | deze evaluatie een passend antwoord. De Koning kan de nadere |
| modaliteiten van het verzoek tot evaluatie bepalen. | modaliteiten van het verzoek tot evaluatie bepalen. |
| TITEL 4. - Ziekenfondsen en landsbonden van ziekenfondsen | TITEL 4. - Ziekenfondsen en landsbonden van ziekenfondsen |
| HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen aan de wet van 6 augustus 1990 betreffende | HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen aan de wet van 6 augustus 1990 betreffende |
| de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen | de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen |
Art. 9.In artikel 14 van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de |
Art. 9.In artikel 14 van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de |
| ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, gewijzigd bij de | ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, gewijzigd bij de |
| wet van 12 augustus 2000, worden de volgende wijzigingen aangebracht: | wet van 12 augustus 2000, worden de volgende wijzigingen aangebracht: |
| 1° in de paragrafen 1 en 2 worden de woorden "voor een duur van zes | 1° in de paragrafen 1 en 2 worden de woorden "voor een duur van zes |
| jaar" vervangen door de woorden "voor een maximale duur van zes jaar"; | jaar" vervangen door de woorden "voor een maximale duur van zes jaar"; |
| 2° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt: | 2° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt: |
| " § 3. De Koning bepaalt de wijze waarop de leden van de algemene | " § 3. De Koning bepaalt de wijze waarop de leden van de algemene |
| vergadering van een ziekenfonds of van een landsbond worden verkozen. | vergadering van een ziekenfonds of van een landsbond worden verkozen. |
| De Koning bepaalt daarnaast het minimum en het maximum aantal leden | De Koning bepaalt daarnaast het minimum en het maximum aantal leden |
| van de algemene vergadering van een ziekenfonds. | van de algemene vergadering van een ziekenfonds. |
| De Koning bepaalt het minimum aantal afgevaardigden van de aangesloten | De Koning bepaalt het minimum aantal afgevaardigden van de aangesloten |
| ziekenfondsen in de schoot van de algemene vergadering van een | ziekenfondsen in de schoot van de algemene vergadering van een |
| landsbond. | landsbond. |
| De statuten van een landsbond kunnen evenwel in een maximumaantal | De statuten van een landsbond kunnen evenwel in een maximumaantal |
| afgevaardigden van de aangesloten ziekenfondsen voorzien in de schoot | afgevaardigden van de aangesloten ziekenfondsen voorzien in de schoot |
| van de algemene vergadering, alsook in een maximumaantal | van de algemene vergadering, alsook in een maximumaantal |
| afgevaardigden per aangesloten ziekenfonds in de schoot van deze | afgevaardigden per aangesloten ziekenfonds in de schoot van deze |
| algemene vergadering."; | algemene vergadering."; |
| 3° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4 luidende: | 3° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4 luidende: |
| " § 4. De statuten van een ziekenfonds mogen een personeelslid van de | " § 4. De statuten van een ziekenfonds mogen een personeelslid van de |
| landsbond waarvan dat ziekenfonds deel uitmaakt niet verhinderen om | landsbond waarvan dat ziekenfonds deel uitmaakt niet verhinderen om |
| zich kandidaat te stellen om te zetelen in de algemene vergadering van | zich kandidaat te stellen om te zetelen in de algemene vergadering van |
| het betrokken ziekenfonds en stemrecht te hebben als hij verkozen | het betrokken ziekenfonds en stemrecht te hebben als hij verkozen |
| wordt. | wordt. |
| De statuten van een ziekenfonds mogen een personeelslid van een | De statuten van een ziekenfonds mogen een personeelslid van een |
| maatschappij van onderlinge bijstand bedoeld in artikel 43bis of | maatschappij van onderlinge bijstand bedoeld in artikel 43bis of |
| artikel 70, §§ 6 of 7, waarbij het ziekenfonds is aangesloten of | artikel 70, §§ 6 of 7, waarbij het ziekenfonds is aangesloten of |
| waarvan het ziekenfonds een afdeling uitmaakt, niet verhinderen om | waarvan het ziekenfonds een afdeling uitmaakt, niet verhinderen om |
| zich kandidaat te stellen om te zetelen in de algemene vergadering van | zich kandidaat te stellen om te zetelen in de algemene vergadering van |
| het betrokken ziekenfonds en stemrecht te hebben als hij verkozen | het betrokken ziekenfonds en stemrecht te hebben als hij verkozen |
| wordt.". | wordt.". |
Art. 10.Het artikel 20 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 9 |
Art. 10.Het artikel 20 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 9 |
| juli 2004, wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende: | juli 2004, wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende: |
| " § 4. De statuten van een ziekenfonds mogen een personeelslid van de | " § 4. De statuten van een ziekenfonds mogen een personeelslid van de |
| landsbond waarvan dat ziekenfonds deel uitmaakt niet verhinderen om | landsbond waarvan dat ziekenfonds deel uitmaakt niet verhinderen om |
| zich kandidaat te stellen om te zetelen in de raad van bestuur van het | zich kandidaat te stellen om te zetelen in de raad van bestuur van het |
| betrokken ziekenfonds en stemrecht te hebben als hij verkozen wordt. | betrokken ziekenfonds en stemrecht te hebben als hij verkozen wordt. |
| De statuten van een ziekenfonds mogen een personeelslid van een | De statuten van een ziekenfonds mogen een personeelslid van een |
| maatschappij van onderlinge bijstand bedoeld in artikel 43bis of | maatschappij van onderlinge bijstand bedoeld in artikel 43bis of |
| artikel 70, §§ 6 of 7 waarbij het ziekenfonds is aangesloten of | artikel 70, §§ 6 of 7 waarbij het ziekenfonds is aangesloten of |
| waarvan het ziekenfonds een afdeling uitmaakt, niet verhinderen om | waarvan het ziekenfonds een afdeling uitmaakt, niet verhinderen om |
| zich kandidaat te stellen om te zetelen in de raad van bestuur van het | zich kandidaat te stellen om te zetelen in de raad van bestuur van het |
| ziekenfonds en stemrecht te hebben als hij verkozen wordt.". | ziekenfonds en stemrecht te hebben als hij verkozen wordt.". |
Art. 11.In artikel 43bis van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van |
Art. 11.In artikel 43bis van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van |
| 26 april 2010, worden de volgende wijzigingen aangebracht: | 26 april 2010, worden de volgende wijzigingen aangebracht: |
| 1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt: | 1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt: |
| " § 1. Meerdere ziekenfondsen aangesloten bij eenzelfde landsbond | " § 1. Meerdere ziekenfondsen aangesloten bij eenzelfde landsbond |
| kunnen een maatschappij van onderlinge bijstand oprichten om enkel aan | kunnen een maatschappij van onderlinge bijstand oprichten om enkel aan |
| de leden een of meerdere diensten aan te bieden bedoeld in artikel 3, | de leden een of meerdere diensten aan te bieden bedoeld in artikel 3, |
| eerste lid, b) of c), van deze wet en in artikel 67, vijfde lid, van | eerste lid, b) of c), van deze wet en in artikel 67, vijfde lid, van |
| de wet van 26 april 2010 houdende diverse bepalingen inzake de | de wet van 26 april 2010 houdende diverse bepalingen inzake de |
| organisatie van de aanvullende ziekteverzekering (I). | organisatie van de aanvullende ziekteverzekering (I). |
| Een regionale maatschappij van onderlinge bijstand kan overigens door | Een regionale maatschappij van onderlinge bijstand kan overigens door |
| een landsbond of door alle bij een landsbond aangesloten ziekenfondsen | een landsbond of door alle bij een landsbond aangesloten ziekenfondsen |
| worden opgericht om uitsluitend aan de leden verstrekkingen aan te | worden opgericht om uitsluitend aan de leden verstrekkingen aan te |
| bieden voor aangelegenheden bedoeld in artikel 2, § 1, die onder de | bieden voor aangelegenheden bedoeld in artikel 2, § 1, die onder de |
| bevoegdheid van een bevoegde overheid, andere dan de federale | bevoegdheid van een bevoegde overheid, andere dan de federale |
| overheid, vallen en desgevallend eveneens, indien de betrokken | overheid, vallen en desgevallend eveneens, indien de betrokken |
| bevoegde overheid dit voorziet, diensten bedoeld in artikel 3, eerste | bevoegde overheid dit voorziet, diensten bedoeld in artikel 3, eerste |
| lid, b) en c), van deze wet. Voor elke landsbond kan er slechts een | lid, b) en c), van deze wet. Voor elke landsbond kan er slechts een |
| regionale maatschappij van onderlinge bijstand per bevoegde overheid, | regionale maatschappij van onderlinge bijstand per bevoegde overheid, |
| andere dan de federale overheid, zijn. | andere dan de federale overheid, zijn. |
| Alle ziekenfondsen die bij eenzelfde landsbond zijn aangesloten, zijn | Alle ziekenfondsen die bij eenzelfde landsbond zijn aangesloten, zijn |
| ambtshalve aangesloten bij alle regionale maatschappijen van | ambtshalve aangesloten bij alle regionale maatschappijen van |
| onderlinge bijstand opgericht door de landsbond waarbij ze behoren."; | onderlinge bijstand opgericht door de landsbond waarbij ze behoren."; |
| 2° in § 2, eerste lid, worden in de Nederlandse tekst de woorden | 2° in § 2, eerste lid, worden in de Nederlandse tekst de woorden |
| "bedoeld in § 1, eerste lid," ingevoegd tussen de woorden "De vorm van | "bedoeld in § 1, eerste lid," ingevoegd tussen de woorden "De vorm van |
| samenwerking" en de woorden "maakt het voorwerp uit van een | samenwerking" en de woorden "maakt het voorwerp uit van een |
| beraadslaging"; | beraadslaging"; |
| 3° een § 2bis wordt ingevoegd, luidende: | 3° een § 2bis wordt ingevoegd, luidende: |
| " § 2bis. De algemene vergadering van de landsbond beraadslaagt over | " § 2bis. De algemene vergadering van de landsbond beraadslaagt over |
| de vorm van samenwerking bedoeld in § 1, tweede lid. De bepalingen van | de vorm van samenwerking bedoeld in § 1, tweede lid. De bepalingen van |
| de artikelen 10, 11 en 12 zijn hierop van toepassing. | de artikelen 10, 11 en 12 zijn hierop van toepassing. |
| De bijeenroeping bevat deze punten: | De bijeenroeping bevat deze punten: |
| 1° de redenen voor de oprichting van deze maatschappij van onderlinge | 1° de redenen voor de oprichting van deze maatschappij van onderlinge |
| bijstand; | bijstand; |
| 2° de rechten en plichten van de ziekenfondsen die ambtshalve zullen | 2° de rechten en plichten van de ziekenfondsen die ambtshalve zullen |
| aangesloten zijn bij die maatschappijen van onderlinge bijstand, van | aangesloten zijn bij die maatschappijen van onderlinge bijstand, van |
| hun leden en hun personen ten laste; | hun leden en hun personen ten laste; |
| 3° de statuten van de nieuwe maatschappij van onderlinge bijstand."; | 3° de statuten van de nieuwe maatschappij van onderlinge bijstand."; |
| 4° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt: | 4° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt: |
| " § 3. De beraadslagingen van de ziekenfondsen over de oprichting van | " § 3. De beraadslagingen van de ziekenfondsen over de oprichting van |
| een maatschappij van onderlinge bijstand bedoeld in § 1, of de | een maatschappij van onderlinge bijstand bedoeld in § 1, of de |
| toetreding tot een dergelijke bestaande maatschappij van onderlinge | toetreding tot een dergelijke bestaande maatschappij van onderlinge |
| bijstand moeten worden goedgekeurd door de algemene vergadering van de | bijstand moeten worden goedgekeurd door de algemene vergadering van de |
| landsbond waar ze deel van uitmaken.". | landsbond waar ze deel van uitmaken.". |
| 5° een § 4bis wordt ingevoegd, luidende: | 5° een § 4bis wordt ingevoegd, luidende: |
| " § 4bis. Bij fusie van alle ziekenfondsen die aangesloten zijn bij | " § 4bis. Bij fusie van alle ziekenfondsen die aangesloten zijn bij |
| een maatschappij van onderlinge bijstand bedoeld in § 1, eerste lid, | een maatschappij van onderlinge bijstand bedoeld in § 1, eerste lid, |
| die tenminste een dienst bedoeld in artikel 3, eerste lid, b), | die tenminste een dienst bedoeld in artikel 3, eerste lid, b), |
| inrichtte, wordt deze maatschappij van onderlinge bijstand van | inrichtte, wordt deze maatschappij van onderlinge bijstand van |
| rechtswege ontbonden op de datum van deze fusie en worden haar | rechtswege ontbonden op de datum van deze fusie en worden haar |
| patrimonium en haar rechten en verplichtingen overgenomen door het | patrimonium en haar rechten en verplichtingen overgenomen door het |
| ziekenfonds dat uit de fusie ontstaat.". | ziekenfonds dat uit de fusie ontstaat.". |
| 6° paragraaf 5 wordt aangevuld met het volgende lid, luidende: | 6° paragraaf 5 wordt aangevuld met het volgende lid, luidende: |
| "De beraadslagingen in de twee voorgaande leden moeten worden | "De beraadslagingen in de twee voorgaande leden moeten worden |
| goedgekeurd door de algemene vergadering van de landsbond waarvan de | goedgekeurd door de algemene vergadering van de landsbond waarvan de |
| ziekenfondsen deel uitmaken.". | ziekenfondsen deel uitmaken.". |
Art. 12.In artikel 70 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 17 |
Art. 12.In artikel 70 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 17 |
| juli 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: | juli 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: |
| 1° in § 2, wordt het tweede lid vervangen als volgt: | 1° in § 2, wordt het tweede lid vervangen als volgt: |
| "Verkrijgt eveneens de hoedanigheid van "maatschappij van onderlinge | "Verkrijgt eveneens de hoedanigheid van "maatschappij van onderlinge |
| bijstand", de entiteit die krachtens artikel 43bis, § 1, is | bijstand", de entiteit die krachtens artikel 43bis, § 1, is |
| opgericht."; | opgericht."; |
| 2° in paragraaf 5 wordt het eerste lid vervangen als volgt: | 2° in paragraaf 5 wordt het eerste lid vervangen als volgt: |
| "De maatschappijen van onderlinge bijstand bedoeld in artikel 70, § 1, | "De maatschappijen van onderlinge bijstand bedoeld in artikel 70, § 1, |
| b), worden van rechtswege per 31 december 2021 ontbonden."; | b), worden van rechtswege per 31 december 2021 ontbonden."; |
| 3° in § 9 worden de woorden "70, §§ 6, 7 en 8," vervangen door de | 3° in § 9 worden de woorden "70, §§ 6, 7 en 8," vervangen door de |
| woorden "70, §§ 6 en 7,"; | woorden "70, §§ 6 en 7,"; |
| 4° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 10, luidende: | 4° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 10, luidende: |
| " § 10. De maatschappijen van onderlinge bijstand bedoeld in artikel | " § 10. De maatschappijen van onderlinge bijstand bedoeld in artikel |
| 43bis, § 1, eerste lid, kunnen, met goedkeuring van de landsbond | 43bis, § 1, eerste lid, kunnen, met goedkeuring van de landsbond |
| waarbij ze zijn aangesloten, zich omvormen tot een maatschappij van | waarbij ze zijn aangesloten, zich omvormen tot een maatschappij van |
| onderlinge bijstand bedoeld in artikel 43bis, § 1, tweede lid, op | onderlinge bijstand bedoeld in artikel 43bis, § 1, tweede lid, op |
| voorwaarde dat ze daar vooraf de erkenning van de Controledienst voor | voorwaarde dat ze daar vooraf de erkenning van de Controledienst voor |
| hebben gekregen en dat ze geen andere activiteiten uitoefenen dan de | hebben gekregen en dat ze geen andere activiteiten uitoefenen dan de |
| toekenning van verstrekkingen, uitsluitend aan de leden, in het kader | toekenning van verstrekkingen, uitsluitend aan de leden, in het kader |
| van aangelegenheden bedoeld in artikel 43bis, § 1, tweede lid, die | van aangelegenheden bedoeld in artikel 43bis, § 1, tweede lid, die |
| onder de bevoegdheid van een deelstaat vallen.". | onder de bevoegdheid van een deelstaat vallen.". |
| HOOFDSTUK 2. - Inwerkingtreding | HOOFDSTUK 2. - Inwerkingtreding |
Art. 13.De artikelen 9 tot 12 treden in werking de dag waarop deze |
Art. 13.De artikelen 9 tot 12 treden in werking de dag waarop deze |
| wet wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. | wet wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. |
| Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden | Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden |
| bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. | bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. |
| Gegeven te Brussel, 19 juli 2021. | Gegeven te Brussel, 19 juli 2021. |
| FILIP | FILIP |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Volksgezondheid, | De Minister van Volksgezondheid, |
| F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |
| Met 's Lands zegel gezegeld : | Met 's Lands zegel gezegeld : |
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
| V. VAN QUICKENBORNE | V. VAN QUICKENBORNE |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| (1) Kamer van volksvertegenwoordigers | (1) Kamer van volksvertegenwoordigers |
| (www.dekamer.be) | (www.dekamer.be) |
| Stukken. - 55K2097 | Stukken. - 55K2097 |
| Integraal Verslag : 15 juli 2021 | Integraal Verslag : 15 juli 2021 |