Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Wet van 13/07/2004
← Terug naar "Wet houdende instemming met het Besluit van de vertegenwoordigers van de Regeringen der lid-Staten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de voorrechten en immuniteiten die aan het Instituut voor veiligheidsstudies en het Satellietcentrum van de Europese Unie, alsmede aan hun organen en de leden van hun personeel worden verleend, gedaan te Brussel op 15 oktober 2001 "
Wet houdende instemming met het Besluit van de vertegenwoordigers van de Regeringen der lid-Staten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de voorrechten en immuniteiten die aan het Instituut voor veiligheidsstudies en het Satellietcentrum van de Europese Unie, alsmede aan hun organen en de leden van hun personeel worden verleend, gedaan te Brussel op 15 oktober 2001 Wet houdende instemming met het Besluit van de vertegenwoordigers van de Regeringen der lid-Staten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de voorrechten en immuniteiten die aan het Instituut voor veiligheidsstudies en het Satellietcentrum van de Europese Unie, alsmede aan hun organen en de leden van hun personeel worden verleend, gedaan te Brussel op 15 oktober 2001
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN
ONTWIKKELINGSSAMENWERKING ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
13 JULI 2004. - Wet houdende instemming met het Besluit van de 13 JULI 2004. - Wet houdende instemming met het Besluit van de
vertegenwoordigers van de Regeringen der lid-Staten van de Europese vertegenwoordigers van de Regeringen der lid-Staten van de Europese
Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de voorrechten en Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de voorrechten en
immuniteiten die aan het Instituut voor veiligheidsstudies en het immuniteiten die aan het Instituut voor veiligheidsstudies en het
Satellietcentrum van de Europese Unie, alsmede aan hun organen en de Satellietcentrum van de Europese Unie, alsmede aan hun organen en de
leden van hun personeel worden verleend, gedaan te Brussel op 15 leden van hun personeel worden verleend, gedaan te Brussel op 15
oktober 2001 (1) oktober 2001 (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel

77 van de Grondwet. 77 van de Grondwet.

Art. 2.Het Besluit van de vertegenwoordigers van de Regeringen der

Art. 2.Het Besluit van de vertegenwoordigers van de Regeringen der

lid-Staten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, lid-Staten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen,
betreffende de voorrechten en immuniteiten die aan het Instituut voor betreffende de voorrechten en immuniteiten die aan het Instituut voor
veiligheidsstudies en het Satellietcentrum van de Europese Unie, veiligheidsstudies en het Satellietcentrum van de Europese Unie,
alsmede aan hun organen en de leden van hun personeel worden verleend, alsmede aan hun organen en de leden van hun personeel worden verleend,
gedaan te Brussel op 15 oktober 2001, zal volkomen gevolg hebben. gedaan te Brussel op 15 oktober 2001, zal volkomen gevolg hebben.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden
bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 13 juli 2004. Gegeven te Brussel, 13 juli 2004.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Buitenlandse Zaken, De Minister van Buitenlandse Zaken,
L. MICHEL L. MICHEL
De Minister van Justitie, De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
De Minister van Binnenlandse Zaken, De Minister van Binnenlandse Zaken,
P. DEWAEL P. DEWAEL
De Minister van Financiën, De Minister van Financiën,
D. REYNDERS D. REYNDERS
De Staatssecretaris voor Europese Zaken en Buitenlandse Zaken, De Staatssecretaris voor Europese Zaken en Buitenlandse Zaken,
toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken,
F. RIES F. RIES
Met 's Lands zegel gezegeld : Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie, De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
_______ _______
Nota Nota
(1) Zitting 2003-2004. (1) Zitting 2003-2004.
Senaat Senaat
Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 19 februari 2004, nr. Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 19 februari 2004, nr.
3-521/1. - Tekst aangenomen door de Commissie, nr. 3-521/2. 3-521/1. - Tekst aangenomen door de Commissie, nr. 3-521/2.
Parlementaire Handelingen. - Bespreking en stemming. Vergadering van 1 Parlementaire Handelingen. - Bespreking en stemming. Vergadering van 1
april 2004. april 2004.
Kamer Kamer
Documenten. - Tekst overgezonden door de Senaat, nr. 51-997/1. - Tekst Documenten. - Tekst overgezonden door de Senaat, nr. 51-997/1. - Tekst
aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging
voorgelegd, nr. 51-997/2. voorgelegd, nr. 51-997/2.
Parlementaire Handelingen. - Bespreking en stemming. Vergadering van 6 Parlementaire Handelingen. - Bespreking en stemming. Vergadering van 6
mei 2004. mei 2004.
Besluit van de vertegenwoordigers van de Regeringen der lid-Staten van Besluit van de vertegenwoordigers van de Regeringen der lid-Staten van
de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, van 15 oktober de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, van 15 oktober
2001, betreffende de voorrechten en immuniteiten die aan het Instituut 2001, betreffende de voorrechten en immuniteiten die aan het Instituut
voor veiligheidsstudies en het Satellietcentrum van de Europese Unie, voor veiligheidsstudies en het Satellietcentrum van de Europese Unie,
alsmede aan hun organen en de leden van hun personeel worden verleend alsmede aan hun organen en de leden van hun personeel worden verleend
DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LIDSTATEN VAN DE EUROPESE DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LIDSTATEN VAN DE EUROPESE
UNIE, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN, UNIE, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,
Overwegende hetgeen volgt : Overwegende hetgeen volgt :
(1) Met het oog op een soepele werking van het Instituut en het (1) Met het oog op een soepele werking van het Instituut en het
Satellietcentrum voor veiligheidsstudies van de Europese Unie, die Satellietcentrum voor veiligheidsstudies van de Europese Unie, die
door de Raad als onafhankelijke agentschappen van de Europese Unie door de Raad als onafhankelijke agentschappen van de Europese Unie
zijn opgericht (1) (hierna « Agentschappen van de Europese Unie » zijn opgericht (1) (hierna « Agentschappen van de Europese Unie »
genoemd), dienen aan deze nieuwe entiteiten en aan hun personeel, genoemd), dienen aan deze nieuwe entiteiten en aan hun personeel,
uitsluitend in het belang van de Europese Unie, de voor hun werking uitsluitend in het belang van de Europese Unie, de voor hun werking
onontbeerlijke voorrechten, immuniteiten en faciliteiten te worden onontbeerlijke voorrechten, immuniteiten en faciliteiten te worden
verleend, verleend,
Besluiten : Besluiten :
Artikel 1 Artikel 1
Immuniteit van rechtsvervolging en vrijstelling van huiszoeking, Immuniteit van rechtsvervolging en vrijstelling van huiszoeking,
beslaglegging, vordering, verbeurdverklaring en iedere andere vorm van beslaglegging, vordering, verbeurdverklaring en iedere andere vorm van
dwangmaatregel dwangmaatregel
De lokalen en gebouwen, de eigendommen, fondsen en bezittingen van de De lokalen en gebouwen, de eigendommen, fondsen en bezittingen van de
Agentschappen van de Europese Unie, ongeacht waar deze zich op het Agentschappen van de Europese Unie, ongeacht waar deze zich op het
grondgebied van de lid-Staten bevinden en ongeacht wie deze onder zich grondgebied van de lid-Staten bevinden en ongeacht wie deze onder zich
heeft, zijn vrijgesteld van huiszoeking, beslaglegging, vordering, heeft, zijn vrijgesteld van huiszoeking, beslaglegging, vordering,
verbeurdverklaring en iedere andere vorm van dwangmaatregel van verbeurdverklaring en iedere andere vorm van dwangmaatregel van
bestuurlijke of gerechtelijke aard. bestuurlijke of gerechtelijke aard.
Artikel 2 Artikel 2
Onschendbaarheid van archieven Onschendbaarheid van archieven
De archieven van de Agentschappen van de Europese Unie zijn De archieven van de Agentschappen van de Europese Unie zijn
onschendbaar. onschendbaar.
Artikel 3 Artikel 3
Vrijstelling van belastingen en rechten Vrijstelling van belastingen en rechten
1. In het kader van hun officiële activiteiten zijn de Agentschappen 1. In het kader van hun officiële activiteiten zijn de Agentschappen
van de Europese Unie, hun bezittingen, inkomsten en andere eigendommen van de Europese Unie, hun bezittingen, inkomsten en andere eigendommen
vrijgesteld van alle directe belastingen. vrijgesteld van alle directe belastingen.
2. De Agentschappen van de Europese Unie zijn vrijgesteld van 2. De Agentschappen van de Europese Unie zijn vrijgesteld van
indirecte belastingen en van rechten welke een deel vormen van de indirecte belastingen en van rechten welke een deel vormen van de
prijs van roerende en onroerende goederen en diensten die zij voor hun prijs van roerende en onroerende goederen en diensten die zij voor hun
officieel gebruik hebben verworven en waarmee grote uitgaven gemoeid officieel gebruik hebben verworven en waarmee grote uitgaven gemoeid
zijn. De vrijstelling kan worden verleend in de vorm van teruggave of zijn. De vrijstelling kan worden verleend in de vorm van teruggave of
kwijtschelding. kwijtschelding.
3. Goederen die overeenkomstig dit artikel met vrijstelling van 3. Goederen die overeenkomstig dit artikel met vrijstelling van
belasting over de toegevoegde waarde of van accijnzen zijn verworven, belasting over de toegevoegde waarde of van accijnzen zijn verworven,
mogen niet onder bezwarende titel of anderszins worden overgedragen, mogen niet onder bezwarende titel of anderszins worden overgedragen,
tenzij in overeenstemming met de voorwaarden die zijn overeengekomen tenzij in overeenstemming met de voorwaarden die zijn overeengekomen
met de lid-Staat die de vrijstelling heeft verleend. met de lid-Staat die de vrijstelling heeft verleend.
4. Geen enkele vrijstelling wordt verleend van belastingen en rechten 4. Geen enkele vrijstelling wordt verleend van belastingen en rechten
die vergoedingen voor openbare nutsvoorzieningen zijn. die vergoedingen voor openbare nutsvoorzieningen zijn.
Artikel 4 Artikel 4
Faciliteiten en immuniteiten met betrekking tot berichtenverkeer Faciliteiten en immuniteiten met betrekking tot berichtenverkeer
De lid-Staten staan de Agentschappen van de Europese Unie toe om De lid-Staten staan de Agentschappen van de Europese Unie toe om
vrijelijk en zonder het vereiste van bijzondere toestemming te vrijelijk en zonder het vereiste van bijzondere toestemming te
communiceren voor alle officiële doeleinden en zij beschermen dit communiceren voor alle officiële doeleinden en zij beschermen dit
recht van de Agentschappen. De Agentschappen van de Europese Unie zijn recht van de Agentschappen. De Agentschappen van de Europese Unie zijn
gerechtigd codes te gebruiken en hun officiële correspondentie en gerechtigd codes te gebruiken en hun officiële correspondentie en
andere berichten te verzenden en te ontvangen per koerier of in andere berichten te verzenden en te ontvangen per koerier of in
verzegelde tassen, waarvoor dezelfde voorrechten en immuniteiten verzegelde tassen, waarvoor dezelfde voorrechten en immuniteiten
gelden als voor diplomatieke koeriers en tassen. gelden als voor diplomatieke koeriers en tassen.
Artikel 5 Artikel 5
Binnenkomst, verblijf en vertrek Binnenkomst, verblijf en vertrek
Indien nodig vergemakkelijken de lid-Staten de binnenkomst, het Indien nodig vergemakkelijken de lid-Staten de binnenkomst, het
verblijf en het vertrek voor dienstdoeleinden van de in artikel 6 verblijf en het vertrek voor dienstdoeleinden van de in artikel 6
bedoelde personen. Dit laat de mogelijkheid onverlet om te verlangen bedoelde personen. Dit laat de mogelijkheid onverlet om te verlangen
dat redelijk bewijs wordt geleverd waaruit blijkt dat de personen die dat redelijk bewijs wordt geleverd waaruit blijkt dat de personen die
zich op de in dit artikel bedoelde behandeling beroepen, onder de in zich op de in dit artikel bedoelde behandeling beroepen, onder de in
artikel 6 genoemde categorieën vallen. artikel 6 genoemde categorieën vallen.
Artikel 6 Artikel 6
Voorrechten en immuniteiten van de leden van de organen en van de Voorrechten en immuniteiten van de leden van de organen en van de
personeelsleden van de Agentschappen van de Europese Unie personeelsleden van de Agentschappen van de Europese Unie
1. De leden van de organen van de Agentschappen van de Europese Unie 1. De leden van de organen van de Agentschappen van de Europese Unie
en de personeelsleden van deze Agentschappen genieten de volgende en de personeelsleden van deze Agentschappen genieten de volgende
immuniteiten : immuniteiten :
a) vrijstelling van iedere vorm van rechtsvervolging voor hetgeen zij a) vrijstelling van iedere vorm van rechtsvervolging voor hetgeen zij
in de uitoefening van hun officiële taken hebben gezegd, geschreven of in de uitoefening van hun officiële taken hebben gezegd, geschreven of
gedaan; zij blijven daarvan vrijgesteld wanneer zij niet langer lid gedaan; zij blijven daarvan vrijgesteld wanneer zij niet langer lid
van een orgaan of personeelslid zijn; van een orgaan of personeelslid zijn;
b) al hun officiële papieren, documenten en ander officieel materiaal b) al hun officiële papieren, documenten en ander officieel materiaal
zijn onschendbaar; zijn onschendbaar;
2. De personeelsleden van de Agentschappen van de Europese Unie 2. De personeelsleden van de Agentschappen van de Europese Unie
waarvan de salarissen en emolumenten onderworpen zijn aan een waarvan de salarissen en emolumenten onderworpen zijn aan een
belasting ten bate van deze Agentschappen als bepaald in artikel 8, belasting ten bate van deze Agentschappen als bepaald in artikel 8,
zijn vrijgesteld van inkomstenbelasting op de door deze Agentschappen zijn vrijgesteld van inkomstenbelasting op de door deze Agentschappen
betaalde salarissen en emolumenten. Deze salarissen en emolumenten betaalde salarissen en emolumenten. Deze salarissen en emolumenten
mogen evenwel in aanmerking worden genomen bij de vaststelling van de mogen evenwel in aanmerking worden genomen bij de vaststelling van de
belasting op inkomsten uit andere bronnen. Dit lid is niet van belasting op inkomsten uit andere bronnen. Dit lid is niet van
toepassing op pensioenen en annuïteiten die worden uitgekeerd aan toepassing op pensioenen en annuïteiten die worden uitgekeerd aan
voormalige personeelsleden van de Agentschappen van de Europese Unie voormalige personeelsleden van de Agentschappen van de Europese Unie
en te hunnen laste komende personen. en te hunnen laste komende personen.
3. Artikel 14 van het Protocol betreffende de voorrechten en 3. Artikel 14 van het Protocol betreffende de voorrechten en
immuniteiten van de Europese Gemeenschappen is van toepassing op de immuniteiten van de Europese Gemeenschappen is van toepassing op de
personeelsleden van de Agentschappen van de Europese Unie. personeelsleden van de Agentschappen van de Europese Unie.
Artikel 7 Artikel 7
Uitzonderingen op immuniteiten Uitzonderingen op immuniteiten
De immuniteit die aan de in artikel 6 genoemde personen wordt De immuniteit die aan de in artikel 6 genoemde personen wordt
verleend, strekt zich niet uit tot civiele vorderingen van derden verleend, strekt zich niet uit tot civiele vorderingen van derden
wegens schade, lichamelijk letsel of overlijden ten gevolge van wegens schade, lichamelijk letsel of overlijden ten gevolge van
verkeersongelukken die door deze personen zijn veroorzaakt. verkeersongelukken die door deze personen zijn veroorzaakt.
Artikel 8 Artikel 8
Belastingen Belastingen
1. Onder de voorwaarden en volgens de procedure welke door de 1. Onder de voorwaarden en volgens de procedure welke door de
Agentschappen van de Europese Unie zijn vastgesteld en door de Raden Agentschappen van de Europese Unie zijn vastgesteld en door de Raden
van Bestuur zijn bekrachtigd, worden de personeelsleden van de van Bestuur zijn bekrachtigd, worden de personeelsleden van de
Agentschappen van de Europese Unie die voor ten minste een jaar in Agentschappen van de Europese Unie die voor ten minste een jaar in
dienst zijn genomen, op de door deze Agentschappen betaalde salarissen dienst zijn genomen, op de door deze Agentschappen betaalde salarissen
en emolumenten aan een belasting ten bate van de Agentschappen van de en emolumenten aan een belasting ten bate van de Agentschappen van de
Europese Unie onderworpen. Europese Unie onderworpen.
2. De namen en adressen van de in dit artikel bedoelde personeelsleden 2. De namen en adressen van de in dit artikel bedoelde personeelsleden
van de Agentschappen van de Europese Unie en die van andere op van de Agentschappen van de Europese Unie en die van andere op
contractbasis werkzame personeelsleden worden elk jaar aan de contractbasis werkzame personeelsleden worden elk jaar aan de
lid-Staten meegedeeld. De Agentschappen van de Europese Unie lid-Staten meegedeeld. De Agentschappen van de Europese Unie
verstrekken aan elk van hen jaarlijks een bewijs met vermelding van verstrekken aan elk van hen jaarlijks een bewijs met vermelding van
het bruto- en nettobedrag van elke door deze Agentschappen in het het bruto- en nettobedrag van elke door deze Agentschappen in het
desbetreffende jaar betaalde bezoldiging, met inbegrip van de sommen desbetreffende jaar betaalde bezoldiging, met inbegrip van de sommen
en de aard van de betalingen en de bedragen van de inhoudingen bij de en de aard van de betalingen en de bedragen van de inhoudingen bij de
bron. bron.
3. Dit artikel is niet van toepassing op pensioenen en annuïteiten die 3. Dit artikel is niet van toepassing op pensioenen en annuïteiten die
worden uitgekeerd aan voormalige personeelsleden van de Agentschappen worden uitgekeerd aan voormalige personeelsleden van de Agentschappen
van de Europese Unie en te hunnen laste komende personen. van de Europese Unie en te hunnen laste komende personen.
Artikel 9 Artikel 9
Bescherming van personeel Bescherming van personeel
Indien de directeur van het betrokken Agentschap van de Europese Unie Indien de directeur van het betrokken Agentschap van de Europese Unie
daar om verzoekt, nemen de lid-Staten alle nodige maatregelen om de daar om verzoekt, nemen de lid-Staten alle nodige maatregelen om de
veiligheid en bescherming te waarborgen van de in dit besluit bedoelde veiligheid en bescherming te waarborgen van de in dit besluit bedoelde
personen wier veiligheid gevaar loopt als gevolg van ten behoeve van personen wier veiligheid gevaar loopt als gevolg van ten behoeve van
de Agentschappen verrichte werkzaamheden. de Agentschappen verrichte werkzaamheden.
Artikel 10 Artikel 10
Opheffing van immuniteiten Opheffing van immuniteiten
1. De bij dit besluit verleende voorrechten en immuniteiten worden in 1. De bij dit besluit verleende voorrechten en immuniteiten worden in
het belang van de Agentschappen van de Europese Unie en niet tot het belang van de Agentschappen van de Europese Unie en niet tot
persoonlijk voordeel van de betrokkenen zelf verleend. Het is de persoonlijk voordeel van de betrokkenen zelf verleend. Het is de
plicht van de Agentschappen van de Europese Unie en alle personen die plicht van de Agentschappen van de Europese Unie en alle personen die
deze voorrechten en immuniteiten genieten, in alle andere opzichten de deze voorrechten en immuniteiten genieten, in alle andere opzichten de
wetten en voorschriften van de lid-Staten na te leven. wetten en voorschriften van de lid-Staten na te leven.
2. De directeuren zijn gehouden de immuniteit van de Agentschappen van 2. De directeuren zijn gehouden de immuniteit van de Agentschappen van
de Europese Unie en van hun personeelsleden op te heffen, in de de Europese Unie en van hun personeelsleden op te heffen, in de
gevallen waarin deze de rechtsgang zou belemmeren en opgeheven kan gevallen waarin deze de rechtsgang zou belemmeren en opgeheven kan
worden zonder dat de belangen van deze Agentschappen worden geschaad. worden zonder dat de belangen van deze Agentschappen worden geschaad.
Ten aanzien van de directeuren en de financieel controleurs hebben de Ten aanzien van de directeuren en de financieel controleurs hebben de
Raden van Bestuur een soortgelijke verplichting. Ten aanzien van de Raden van Bestuur een soortgelijke verplichting. Ten aanzien van de
leden van de Raden van Bestuur zijn de lid-Staten waarvan deze leden leden van de Raden van Bestuur zijn de lid-Staten waarvan deze leden
onderdanen zijn of de Commissie, al naar het geval, bevoegd om deze onderdanen zijn of de Commissie, al naar het geval, bevoegd om deze
immuniteiten op te heffen. immuniteiten op te heffen.
3. Wanneer de immuniteit van de Agentschappen van de Europese Unie als 3. Wanneer de immuniteit van de Agentschappen van de Europese Unie als
bedoeld in artikel 1, is opgeheven, vinden door de justitiële bedoeld in artikel 1, is opgeheven, vinden door de justitiële
autoriteiten van de lid-Staten bevolen huiszoekingen en autoriteiten van de lid-Staten bevolen huiszoekingen en
beslagleggingen plaats in aanwezigheid van de directeur van het beslagleggingen plaats in aanwezigheid van de directeur van het
Agentschap van de Europese Unie of van een door hem gemachtigd Agentschap van de Europese Unie of van een door hem gemachtigd
persoon, overeenkomstig de geheimhoudingsregels. persoon, overeenkomstig de geheimhoudingsregels.
4. De Agentschappen van de Europese Unie werken te allen tijde met de 4. De Agentschappen van de Europese Unie werken te allen tijde met de
betrokken autoriteiten van de lid-Staten samen om een goede betrokken autoriteiten van de lid-Staten samen om een goede
rechtsbedeling te vergemakkelijken, en voorkomen dat de bij dit rechtsbedeling te vergemakkelijken, en voorkomen dat de bij dit
besluit verleende voorrechten en immuniteiten worden misbruikt. besluit verleende voorrechten en immuniteiten worden misbruikt.
5. Wanneer een bevoegde autoriteit of een justitieel orgaan van een 5. Wanneer een bevoegde autoriteit of een justitieel orgaan van een
lid-Staat van mening is dat sprake is van misbruik van een bij dit lid-Staat van mening is dat sprake is van misbruik van een bij dit
besluit verleend voorrecht of verleende immuniteit, pleegt het orgaan besluit verleend voorrecht of verleende immuniteit, pleegt het orgaan
dat uit hoofde van lid 2 voor de opheffing van de immuniteit bevoegd dat uit hoofde van lid 2 voor de opheffing van de immuniteit bevoegd
is, op verzoek overleg met de betrokken autoriteiten om vast te is, op verzoek overleg met de betrokken autoriteiten om vast te
stellen of bedoeld misbruik heeft plaatsgevonden. Indien dat overleg stellen of bedoeld misbruik heeft plaatsgevonden. Indien dat overleg
niet tot een voor beide zijden bevredigend resultaat leidt, wordt de niet tot een voor beide zijden bevredigend resultaat leidt, wordt de
kwestie overeenkomstig de in artikel 11 vastgestelde procedure kwestie overeenkomstig de in artikel 11 vastgestelde procedure
opgelost. opgelost.
Artikel 11 Artikel 11
Regeling van geschillen Regeling van geschillen
1. Geschillen over weigering om de immuniteit op te heffen van een van 1. Geschillen over weigering om de immuniteit op te heffen van een van
de Agentschappen van de Europese Unie of van een persoon die uit de Agentschappen van de Europese Unie of van een persoon die uit
hoofde van zijn officiële functie immuniteit geniet als omschreven in hoofde van zijn officiële functie immuniteit geniet als omschreven in
artikel 6, lid 1, worden in de Raad besproken teneinde met artikel 6, lid 1, worden in de Raad besproken teneinde met
eenparigheid van stemmen tot een oplossing te komen. eenparigheid van stemmen tot een oplossing te komen.
2. Indien geen oplossing is gevonden, neemt de Raad met eenparigheid 2. Indien geen oplossing is gevonden, neemt de Raad met eenparigheid
van stemmen een besluit over de wijze waarop het geschil zal worden van stemmen een besluit over de wijze waarop het geschil zal worden
geregeld. geregeld.
Artikel 12 Artikel 12
Inwerkingtreding Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002, mits alle lid-Staten Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002, mits alle lid-Staten
vóór die datum aan het secretariaat-generaal hebben meegedeeld dat de vóór die datum aan het secretariaat-generaal hebben meegedeeld dat de
procedures voor de definitieve of tijdelijke inwerkingtreding in hun procedures voor de definitieve of tijdelijke inwerkingtreding in hun
interne rechtsordes zijn gevolgd. interne rechtsordes zijn gevolgd.
Artikel 13 Artikel 13
Evaluatie Evaluatie
Binnen twee jaar na de inwerkingtreding van dit besluit wordt het Binnen twee jaar na de inwerkingtreding van dit besluit wordt het
geëvalueerd onder toezicht van de Raden van Bestuur van de geëvalueerd onder toezicht van de Raden van Bestuur van de
Agentschappen van de Europese Unie. Agentschappen van de Europese Unie.
Artikel 14 Artikel 14
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad. Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad.
Gedaan te Brussel, 15 oktober 2001. Gedaan te Brussel, 15 oktober 2001.
_______ _______
Nota's Nota's
(1) Gemeenschappelijke Optredens 2001/554/GBVB (PB L 200 van 25 juli (1) Gemeenschappelijke Optredens 2001/554/GBVB (PB L 200 van 25 juli
2001, blz. 1) en 2001/555/GBVB (PB L 200 van 25 juli 2001, blz. 5). 2001, blz. 1) en 2001/555/GBVB (PB L 200 van 25 juli 2001, blz. 5).
LIJST GEBONDEN STATEN LIJST GEBONDEN STATEN
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Dit besluit is nog niet in werking getreden. Dit besluit is nog niet in werking getreden.
^