Wet houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar | Wet houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE |
11 FEBRUARI 2013. - Wet houdende organisatie van het beroep van | 11 FEBRUARI 2013. - Wet houdende organisatie van het beroep van |
vastgoedmakelaar (1) | vastgoedmakelaar (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : | De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : |
HOOFSTUK 1. - Inleidende bepaling | HOOFSTUK 1. - Inleidende bepaling |
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel |
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel |
78 van de Grondwet. | 78 van de Grondwet. |
HOOFDSTUK 2. - Definities | HOOFDSTUK 2. - Definities |
Art. 2.Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder : |
Art. 2.Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder : |
1° minister : de minister bevoegd voor de Middenstand; | 1° minister : de minister bevoegd voor de Middenstand; |
2° Hoge Raad : de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en | 2° Hoge Raad : de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en |
Middelgrote Ondernemingen, die ingesteld is bij artikel 13 van de | Middelgrote Ondernemingen, die ingesteld is bij artikel 13 van de |
wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op | wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op |
28 mei 1979. | 28 mei 1979. |
3° lidstaat : land waarop richtlijn 2005/36/EG van het Europees | 3° lidstaat : land waarop richtlijn 2005/36/EG van het Europees |
Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van | Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van |
beroepskwalificaties zoals gewijzigd bij de richtlijn 2006/100/EG van | beroepskwalificaties zoals gewijzigd bij de richtlijn 2006/100/EG van |
de Raad van 20 november 2006 tot aanpassing van een aantal richtlijnen | de Raad van 20 november 2006 tot aanpassing van een aantal richtlijnen |
op het gebied van het vrije verkeer van personen, in verband met de | op het gebied van het vrije verkeer van personen, in verband met de |
toetreding van de Republiek Bulgarije en Roemenië, van toepassing is; | toetreding van de Republiek Bulgarije en Roemenië, van toepassing is; |
4° vastgoedmakelaar : wie een of meer van de onder 5°, 6° en 7°, | 4° vastgoedmakelaar : wie een of meer van de onder 5°, 6° en 7°, |
vermelde activiteiten uitoefent; | vermelde activiteiten uitoefent; |
5° bemiddelaar : wie voor rekening van derden bepalende bijstand | 5° bemiddelaar : wie voor rekening van derden bepalende bijstand |
verleent met het oog op het tot stand komen van een overeenkomst van | verleent met het oog op het tot stand komen van een overeenkomst van |
verkoop, aankoop, ruil, verhuring of overdracht van onroerende | verkoop, aankoop, ruil, verhuring of overdracht van onroerende |
goederen, onroerende rechten of handelsfondsen; | goederen, onroerende rechten of handelsfondsen; |
6° syndicus : wie handelt in het kader van het beheer en behoud van de | 6° syndicus : wie handelt in het kader van het beheer en behoud van de |
gemene delen van de gedwongen mede-eigendom van gebouwen of groepen | gemene delen van de gedwongen mede-eigendom van gebouwen of groepen |
van gebouwen in de zin van de artikelen 577-2 en volgende van het | van gebouwen in de zin van de artikelen 577-2 en volgende van het |
Burgerlijk Wetboek; | Burgerlijk Wetboek; |
7° rentmeester : wie voor rekening van derden activiteiten ontwikkelt | 7° rentmeester : wie voor rekening van derden activiteiten ontwikkelt |
inzake het beheer van onroerende goederen of van onroerende rechten, | inzake het beheer van onroerende goederen of van onroerende rechten, |
andere dan de activiteit als syndicus; | andere dan de activiteit als syndicus; |
8° de kaderwet : de kaderwet betreffende de dienstverlenende | 8° de kaderwet : de kaderwet betreffende de dienstverlenende |
intellectuele beroepen, gecodificeerd bij koninklijk besluit van 3 | intellectuele beroepen, gecodificeerd bij koninklijk besluit van 3 |
augustus 2007; | augustus 2007; |
9° het Instituut : het Beroepsinstituut van Vastgoedmakelaars, | 9° het Instituut : het Beroepsinstituut van Vastgoedmakelaars, |
opgericht bij koninklijk besluit van 6 september 1993. | opgericht bij koninklijk besluit van 6 september 1993. |
HOOFDSTUK 3. - Het beroep van vastgoedmakelaar | HOOFDSTUK 3. - Het beroep van vastgoedmakelaar |
Afdeling 1. - De uitoefening en | Afdeling 1. - De uitoefening en |
de bescherming van de beroepstitel van vastgoedmakelaar | de bescherming van de beroepstitel van vastgoedmakelaar |
Art. 3.Bij het Instituut worden een tableau van vastgoedmakelaars en |
Art. 3.Bij het Instituut worden een tableau van vastgoedmakelaars en |
een lijst van stagiaires opgesteld. Deze worden opgesplitst in twee | een lijst van stagiaires opgesteld. Deze worden opgesplitst in twee |
kolommen, waarbij de ene de vastgoedmakelaars-bemiddelaars en de | kolommen, waarbij de ene de vastgoedmakelaars-bemiddelaars en de |
andere de vastgoedmakelaars-syndici bevat. | andere de vastgoedmakelaars-syndici bevat. |
De vastgoedmakelaars-bemiddelaars, de vastgoedmakelaars-syndici en de | De vastgoedmakelaars-bemiddelaars, de vastgoedmakelaars-syndici en de |
vastgoedmakelaars-rentmeesters zijn onderworpen aan | vastgoedmakelaars-rentmeesters zijn onderworpen aan |
opleidingsverplichtingen en aan bijzondere controles, waarvan de | opleidingsverplichtingen en aan bijzondere controles, waarvan de |
Koning de nadere regels bepaalt. | Koning de nadere regels bepaalt. |
Ingeval zij hun activiteit in het kader van een rechtspersoon | Ingeval zij hun activiteit in het kader van een rechtspersoon |
uitoefenen, zijn de vastgoedmakelaars-bemiddelaars, de | uitoefenen, zijn de vastgoedmakelaars-bemiddelaars, de |
vastgoedmakelaars-syndici en de vastgoedmakelaars-rentmeesters | vastgoedmakelaars-syndici en de vastgoedmakelaars-rentmeesters |
eveneens onderworpen aan vereisten met betrekking tot het | eveneens onderworpen aan vereisten met betrekking tot het |
minimumkapitaal, waarvan de Koning de nadere voorwaarden bepaalt. | minimumkapitaal, waarvan de Koning de nadere voorwaarden bepaalt. |
Art. 4.Elke natuurlijke persoon of rechtspersoon, die ertoe |
Art. 4.Elke natuurlijke persoon of rechtspersoon, die ertoe |
gemachtigd is overeenkomstig deze wet het beroep van vastgoedmakelaar | gemachtigd is overeenkomstig deze wet het beroep van vastgoedmakelaar |
uit te oefenen en wiens aansprakelijkheid kan worden verbonden wegens | uit te oefenen en wiens aansprakelijkheid kan worden verbonden wegens |
de handelingen die hij beroepshalve stelt of wegens de handelingen van | de handelingen die hij beroepshalve stelt of wegens de handelingen van |
zijn aangestelden, dient door een verzekering te worden gedekt. | zijn aangestelden, dient door een verzekering te worden gedekt. |
De Koning bepaalt de regels en de voorwaarden van de verzekering die | De Koning bepaalt de regels en de voorwaarden van de verzekering die |
een adequate risicodekking ten voordele van de ontvanger van de | een adequate risicodekking ten voordele van de ontvanger van de |
diensten, die geleverd worden door de vastgoedmakelaar, mogelijk dient | diensten, die geleverd worden door de vastgoedmakelaar, mogelijk dient |
te maken, onder meer : | te maken, onder meer : |
- het minimaal te waarborgen plafond; | - het minimaal te waarborgen plafond; |
- de duur van de waarborg; | - de duur van de waarborg; |
- de risico's die gedekt moeten worden. | - de risico's die gedekt moeten worden. |
Wanneer het beroep van vastgoedmakelaar overeenkomstig deze wet wordt | Wanneer het beroep van vastgoedmakelaar overeenkomstig deze wet wordt |
uitgeoefend door een rechtspersoon, zijn alle zaakvoerders, actieve | uitgeoefend door een rechtspersoon, zijn alle zaakvoerders, actieve |
vennoten, bestuurders en leden van het directiecomité hoofdelijk | vennoten, bestuurders en leden van het directiecomité hoofdelijk |
aansprakelijk voor de betaling van de verzekeringspremies. | aansprakelijk voor de betaling van de verzekeringspremies. |
Art. 5.§ 1. Niemand mag het beroep van vastgoedmakelaar-bemiddelaar |
Art. 5.§ 1. Niemand mag het beroep van vastgoedmakelaar-bemiddelaar |
of vastgoedmakelaar-syndicus in de hoedanigheid van zelfstandige in | of vastgoedmakelaar-syndicus in de hoedanigheid van zelfstandige in |
hoofd- of bijberoep uitoefenen, of deze titel dragen, indien hij niet | hoofd- of bijberoep uitoefenen, of deze titel dragen, indien hij niet |
ingeschreven is op het tableau van de beoefenaars in de kolom van het | ingeschreven is op het tableau van de beoefenaars in de kolom van het |
beroep dat hij uitoefent of op de lijst van stagiairs in de kolom van | beroep dat hij uitoefent of op de lijst van stagiairs in de kolom van |
het beroep dat hij uitoefent. | het beroep dat hij uitoefent. |
Niemand mag het beroep van vastgoedmakelaar-rentmeester uitoefenen, | Niemand mag het beroep van vastgoedmakelaar-rentmeester uitoefenen, |
indien hij niet ingeschreven is op ten minste een van de twee kolommen | indien hij niet ingeschreven is op ten minste een van de twee kolommen |
van het bewuste tableau. | van het bewuste tableau. |
§ 2. De vastgoedmakelaars zijn onderworpen aan de volgende | § 2. De vastgoedmakelaars zijn onderworpen aan de volgende |
verplichtingen, waarvan de Koning de nadere voorwaarden bepaalt : | verplichtingen, waarvan de Koning de nadere voorwaarden bepaalt : |
1. a) voor de natuurlijke personen, houder zijn van een diploma; | 1. a) voor de natuurlijke personen, houder zijn van een diploma; |
b) voor de rechtspersonen, beantwoorden aan de voorwaarden bedoeld in | b) voor de rechtspersonen, beantwoorden aan de voorwaarden bedoeld in |
artikel 10. | artikel 10. |
2. De voorschriften van de plichtenleer naleven; | 2. De voorschriften van de plichtenleer naleven; |
§ 3. De Koning kan de beoefenaars van vrije beroepen vrijstellen van | § 3. De Koning kan de beoefenaars van vrije beroepen vrijstellen van |
de verbodsbepalingen bedoeld in § 1. | de verbodsbepalingen bedoeld in § 1. |
In dat geval nemen de Ordes en Instituten die belast zijn met de | In dat geval nemen de Ordes en Instituten die belast zijn met de |
controle op de activiteiten van deze personen een specifiek onderdeel | controle op de activiteiten van deze personen een specifiek onderdeel |
voor de activiteiten van vastgoedmakelaar in hun plichtenleer op. | voor de activiteiten van vastgoedmakelaar in hun plichtenleer op. |
De personen die slechts hun familiepatrimonium beheren of het | De personen die slechts hun familiepatrimonium beheren of het |
patrimonium waarvan zij mede-eigenaar zijn, of het patrimonium van de | patrimonium waarvan zij mede-eigenaar zijn, of het patrimonium van de |
vennootschap waarvan zij aandeelhouder of vennoot zijn, zijn niet | vennootschap waarvan zij aandeelhouder of vennoot zijn, zijn niet |
onderworpen aan de verbodsbepalingen bedoeld in § 1. | onderworpen aan de verbodsbepalingen bedoeld in § 1. |
§ 4. De vastgoedmakelaars en de personen bedoeld in § 3, eerste lid, | § 4. De vastgoedmakelaars en de personen bedoeld in § 3, eerste lid, |
moeten uiterlijk op 1 januari van elk jaar de lijst van | moeten uiterlijk op 1 januari van elk jaar de lijst van |
mede-eigendommen waarvan zij syndicus zijn aan het Instituut | mede-eigendommen waarvan zij syndicus zijn aan het Instituut |
overzenden. | overzenden. |
Art. 6.Niemand mag een titel voeren, noch aan die onder dewelke hij |
Art. 6.Niemand mag een titel voeren, noch aan die onder dewelke hij |
is ingeschreven op het in artikel 3 bedoelde tableau een vermelding | is ingeschreven op het in artikel 3 bedoelde tableau een vermelding |
toevoegen, waardoor verwarring kan ontstaan met de beroepstitel van | toevoegen, waardoor verwarring kan ontstaan met de beroepstitel van |
vastgoedmakelaar-bemiddelaar, vastgoedmakelaar-syndicus of | vastgoedmakelaar-bemiddelaar, vastgoedmakelaar-syndicus of |
vastgoedmakelaar-rentmeester. | vastgoedmakelaar-rentmeester. |
Art. 7.Elke natuurlijke persoon, die op een van de kolommen van het |
Art. 7.Elke natuurlijke persoon, die op een van de kolommen van het |
tableau van vastgoedmakelaars of van de lijst van stagiairs is | tableau van vastgoedmakelaars of van de lijst van stagiairs is |
ingeschreven, is verplicht tijdens de uitoefening van zijn | ingeschreven, is verplicht tijdens de uitoefening van zijn |
beroepsactiviteiten de beroepstitel te voeren waaronder hij in de | beroepsactiviteiten de beroepstitel te voeren waaronder hij in de |
kolom op het tableau van vastgoedmakelaars of op de lijst van | kolom op het tableau van vastgoedmakelaars of op de lijst van |
stagiaires is ingeschreven. | stagiaires is ingeschreven. |
Art. 8.Voor de toepassing van deze wet wordt op onweerlegbare wijze |
Art. 8.Voor de toepassing van deze wet wordt op onweerlegbare wijze |
vermoed dat de vastgoedmakelaars deze werkzaamheid als zelfstandige | vermoed dat de vastgoedmakelaars deze werkzaamheid als zelfstandige |
uitoefenen. | uitoefenen. |
Aan de uit het artikel 5 voortvloeiende verplichtingen moet niet | Aan de uit het artikel 5 voortvloeiende verplichtingen moet niet |
worden voldaan om het beroep in het kader van een arbeidsovereenkomst | worden voldaan om het beroep in het kader van een arbeidsovereenkomst |
uit te oefenen en de personen, die van deze mogelijkheid gebruik | uit te oefenen en de personen, die van deze mogelijkheid gebruik |
maken, zijn niet gemachtigd de beroepstitel te voeren. | maken, zijn niet gemachtigd de beroepstitel te voeren. |
Afdeling 2. - Vrije dienstverrichting | Afdeling 2. - Vrije dienstverrichting |
Art. 9.De dienstverrichters, die zich voor het eerst van een lidstaat |
Art. 9.De dienstverrichters, die zich voor het eerst van een lidstaat |
naar België begeven om er het beroep van vastgoedmakelaar uit te | naar België begeven om er het beroep van vastgoedmakelaar uit te |
oefenen, zijn gemachtigd om tijdelijk en occasioneel de activiteit van | oefenen, zijn gemachtigd om tijdelijk en occasioneel de activiteit van |
vastgoedmakelaar uit te oefenen zonder de voorwaarden van artikel 5 te | vastgoedmakelaar uit te oefenen zonder de voorwaarden van artikel 5 te |
moeten vervullen, indien zij op wettige wijze zijn gevestigd in een | moeten vervullen, indien zij op wettige wijze zijn gevestigd in een |
lidstaat om er hetzelfde beroep uit te oefenen. Als het beroep van | lidstaat om er hetzelfde beroep uit te oefenen. Als het beroep van |
vastgoedmakelaar, of de opleiding die toegang verleent tot dit beroep, | vastgoedmakelaar, of de opleiding die toegang verleent tot dit beroep, |
niet gereglementeerd is in deze lidstaat, moeten zij dit gedurende ten | niet gereglementeerd is in deze lidstaat, moeten zij dit gedurende ten |
minste twee jaar tijdens de tien jaar, die hun vrije dienstverrichting | minste twee jaar tijdens de tien jaar, die hun vrije dienstverrichting |
voorafgaan, hebben uitgeoefend. Het tijdelijke en occasionele karakter | voorafgaan, hebben uitgeoefend. Het tijdelijke en occasionele karakter |
van de dienstverrichting wordt geval per geval beoordeeld door de | van de dienstverrichting wordt geval per geval beoordeeld door de |
Uitvoerende Kamer, inzonderheid in functie van de duur, de frequentie, | Uitvoerende Kamer, inzonderheid in functie van de duur, de frequentie, |
de periodiciteit en de continuïteit van die dienstverrichting. | de periodiciteit en de continuïteit van die dienstverrichting. |
De personen bedoeld in het eerste lid moeten voor de eerste | De personen bedoeld in het eerste lid moeten voor de eerste |
dienstverrichting, of indien zich een wezenlijke verandering heeft | dienstverrichting, of indien zich een wezenlijke verandering heeft |
voorgedaan in de door de documenten gestaafde situatie, een | voorgedaan in de door de documenten gestaafde situatie, een |
voorafgaande verklaring overzenden aan het Instituut, waarbij zij | voorafgaande verklaring overzenden aan het Instituut, waarbij zij |
volgende zaken leveren : | volgende zaken leveren : |
1° een bewijs van nationaliteit; | 1° een bewijs van nationaliteit; |
2° a) een attest waaruit blijkt dat ze rechtmatig in een andere | 2° a) een attest waaruit blijkt dat ze rechtmatig in een andere |
lidstaat gevestigd zijn om er de betrokken werkzaamheden uit te | lidstaat gevestigd zijn om er de betrokken werkzaamheden uit te |
oefenen, en dat hun op het moment van afgifte van het attest geen | oefenen, en dat hun op het moment van afgifte van het attest geen |
beroepsverbod is opgelegd, zelfs maar tijdelijk; | beroepsverbod is opgelegd, zelfs maar tijdelijk; |
b) ofwel het bewijs dat ze gedurende ten minste twee jaar tijdens de | b) ofwel het bewijs dat ze gedurende ten minste twee jaar tijdens de |
tien jaar die deze dienstverrichting in België voorafgaan deze | tien jaar die deze dienstverrichting in België voorafgaan deze |
activiteit in die lidstaat hebben uitgeoefend; | activiteit in die lidstaat hebben uitgeoefend; |
c) ofwel het bewijs dat zij een gereglementeerde opleiding hebben | c) ofwel het bewijs dat zij een gereglementeerde opleiding hebben |
gevolgd in de lidstaat van vestiging. | gevolgd in de lidstaat van vestiging. |
3° de gegevens betreffende de verzekeringsdekking of soortgelijke | 3° de gegevens betreffende de verzekeringsdekking of soortgelijke |
individuele of collectieve vormen van bescherming ten aanzien van hun | individuele of collectieve vormen van bescherming ten aanzien van hun |
beroepsaansprakelijkheid. Deze verklaring wordt eenmaal per jaar | beroepsaansprakelijkheid. Deze verklaring wordt eenmaal per jaar |
vernieuwd indien de dienstverrichter voornemens is om gedurende dat | vernieuwd indien de dienstverrichter voornemens is om gedurende dat |
jaar in die lidstaat tijdelijke of incidentele diensten te verrichten. | jaar in die lidstaat tijdelijke of incidentele diensten te verrichten. |
De dienstverrichter mag de verklaring met alle middelen aanleveren. | De dienstverrichter mag de verklaring met alle middelen aanleveren. |
De attesten afgeleverd door verzekeringsmaatschappijen uit andere | De attesten afgeleverd door verzekeringsmaatschappijen uit andere |
lidstaten worden als gelijkwaardig aanvaard. Deze attesten vermelden | lidstaten worden als gelijkwaardig aanvaard. Deze attesten vermelden |
dat de verzekeraar de van kracht zijnde wetten en voorschriften in | dat de verzekeraar de van kracht zijnde wetten en voorschriften in |
België heeft nageleefd voor wat betreft de voorwaarden en de | België heeft nageleefd voor wat betreft de voorwaarden en de |
draagwijdte van de dekking. Zij mogen bij overlegging niet ouder zijn | draagwijdte van de dekking. Zij mogen bij overlegging niet ouder zijn |
dan 3 maanden. | dan 3 maanden. |
Afdeling 3. - Uitoefening in het kader van een rechtspersoon | Afdeling 3. - Uitoefening in het kader van een rechtspersoon |
Art. 10.§ 1. De rechtspersonen mogen het beroep van vastgoedmakelaar |
Art. 10.§ 1. De rechtspersonen mogen het beroep van vastgoedmakelaar |
uitoefenen indien zij aan volgende voorwaarden beantwoorden : | uitoefenen indien zij aan volgende voorwaarden beantwoorden : |
1° alle zaakvoerders, bestuurders, leden van het directiecomité en | 1° alle zaakvoerders, bestuurders, leden van het directiecomité en |
meer algemeen alle zelfstandige lasthebbers die optreden in naam en | meer algemeen alle zelfstandige lasthebbers die optreden in naam en |
voor rekening van de rechtspersoon, zijn natuurlijke personen die | voor rekening van de rechtspersoon, zijn natuurlijke personen die |
ertoe gemachtigd werden het beroep van vastgoedmakelaar uit te oefenen | ertoe gemachtigd werden het beroep van vastgoedmakelaar uit te oefenen |
overeenkomstig artikel 5; | overeenkomstig artikel 5; |
2° zijn doel en activiteit moeten beperkt zijn tot het verlenen van | 2° zijn doel en activiteit moeten beperkt zijn tot het verlenen van |
diensten die behoren tot de uitoefening van het beroep van | diensten die behoren tot de uitoefening van het beroep van |
vastgoedmakelaar en mogen hiermee niet onverenigbaar zijn; | vastgoedmakelaar en mogen hiermee niet onverenigbaar zijn; |
3° indien hij is opgericht in de vorm van een naamloze vennootschap of | 3° indien hij is opgericht in de vorm van een naamloze vennootschap of |
een commanditaire vennootschap op aandelen, moeten zijn aandelen op | een commanditaire vennootschap op aandelen, moeten zijn aandelen op |
naam zijn; | naam zijn; |
4° ten minste 60 % van de aandelen alsook van de stemrechten moeten, | 4° ten minste 60 % van de aandelen alsook van de stemrechten moeten, |
rechtstreeks of onrechtstreeks, in het bezit zijn van natuurlijke | rechtstreeks of onrechtstreeks, in het bezit zijn van natuurlijke |
personen die ertoe gemachtigd werden het beroep van vastgoedmakelaar | personen die ertoe gemachtigd werden het beroep van vastgoedmakelaar |
uit te oefenen onvereenkomstig artikel 5; alle overige aandelen mogen | uit te oefenen onvereenkomstig artikel 5; alle overige aandelen mogen |
slechts in het bezit zijn van natuurlijke personen of rechtspersonen, | slechts in het bezit zijn van natuurlijke personen of rechtspersonen, |
die een niet-onverenigbaar beroep uitoefenen en opgegeven zijn bij het | die een niet-onverenigbaar beroep uitoefenen en opgegeven zijn bij het |
Instituut; | Instituut; |
5° de rechtspersoon mag geen deelnemingen bezitten in andere | 5° de rechtspersoon mag geen deelnemingen bezitten in andere |
vennootschappen of rechtspersonen dan van uitsluitend professionele | vennootschappen of rechtspersonen dan van uitsluitend professionele |
aard. Het maatschappelijk doel en de activiteiten van deze | aard. Het maatschappelijk doel en de activiteiten van deze |
vennootschappen mogen niet onverenigbaar zijn met de functie van | vennootschappen mogen niet onverenigbaar zijn met de functie van |
vastgoedmakelaar; | vastgoedmakelaar; |
6° de rechtspersoon is ingeschreven op een van de tableaus van het | 6° de rechtspersoon is ingeschreven op een van de tableaus van het |
Instituut. | Instituut. |
§ 2. Als de rechtspersoon niet ingeschreven is op het tableau, zijn de | § 2. Als de rechtspersoon niet ingeschreven is op het tableau, zijn de |
zaakvoerders, bestuurders en/of actieve vennoten volledig burgerlijk | zaakvoerders, bestuurders en/of actieve vennoten volledig burgerlijk |
aansprakelijk voor de handelingen gesteld in de uitoefening van het | aansprakelijk voor de handelingen gesteld in de uitoefening van het |
beroep in het kader van een rechtspersoon. | beroep in het kader van een rechtspersoon. |
De rechtspersoon bedoeld in het vorige lid moet de volgende | De rechtspersoon bedoeld in het vorige lid moet de volgende |
voorwaarden naleven : | voorwaarden naleven : |
1° de zaakvoerders, bestuurders of actieve vennoten die de | 1° de zaakvoerders, bestuurders of actieve vennoten die de |
gereglementeerde activiteit uitoefenen en die de effectieve leiding | gereglementeerde activiteit uitoefenen en die de effectieve leiding |
hebben over de afdelingen waarin de activiteit wordt uitgeoefend, | hebben over de afdelingen waarin de activiteit wordt uitgeoefend, |
moeten ingeschreven zijn in de overeenkomstige kolom van het tableau | moeten ingeschreven zijn in de overeenkomstige kolom van het tableau |
of van de lijst. | of van de lijst. |
2° Bij gebrek aan deze personen is de verplichting bedoeld in punt 1° | 2° Bij gebrek aan deze personen is de verplichting bedoeld in punt 1° |
van toepassing op een zaakvoerder of een bestuurder of een actieve | van toepassing op een zaakvoerder of een bestuurder of een actieve |
vennoot van de rechtspersoon die hiertoe wordt aangewezen. Voor de | vennoot van de rechtspersoon die hiertoe wordt aangewezen. Voor de |
toepassing van deze wet wordt op onweerlegbare wijze vermoed dat deze | toepassing van deze wet wordt op onweerlegbare wijze vermoed dat deze |
personen deze werkzaamheid als zelfstandige uitoefenen. | personen deze werkzaamheid als zelfstandige uitoefenen. |
Art. 11.Als wegens het overlijden van een natuurlijke persoon bedoeld |
Art. 11.Als wegens het overlijden van een natuurlijke persoon bedoeld |
in artikel 10, § 2, 1°, of 4°, de rechtspersoon niet meer beantwoordt | in artikel 10, § 2, 1°, of 4°, de rechtspersoon niet meer beantwoordt |
aan de vereiste voorwaarden om het beroep van vastgoedmakelaar uit te | aan de vereiste voorwaarden om het beroep van vastgoedmakelaar uit te |
oefenen, beschikt deze over een termijn van zes maanden om die | oefenen, beschikt deze over een termijn van zes maanden om die |
voorwaarden na te komen. Gedurende die termijn mag de rechtspersoon | voorwaarden na te komen. Gedurende die termijn mag de rechtspersoon |
nog het beroep van vastgoedmakelaar uitoefenen. | nog het beroep van vastgoedmakelaar uitoefenen. |
Art. 12.De stagiair kan slechts een rechtspersoon oprichten in de zin |
Art. 12.De stagiair kan slechts een rechtspersoon oprichten in de zin |
van deze wet of er vennoot, zaakvoerder, bestuurder of lid van het | van deze wet of er vennoot, zaakvoerder, bestuurder of lid van het |
directiecomité van zijn, indien het een rechtspersoon betreft waarin | directiecomité van zijn, indien het een rechtspersoon betreft waarin |
hij het beroep samen met zijn stagemeester uitoefent of met een | hij het beroep samen met zijn stagemeester uitoefent of met een |
natuurlijke persoon die is ingeschreven op het tableau van de | natuurlijke persoon die is ingeschreven op het tableau van de |
vastgoedmakelaars. | vastgoedmakelaars. |
HOOFDSTUK 4. - Tucht | HOOFDSTUK 4. - Tucht |
Afdeling 1. - Deontologische verplichtingen | Afdeling 1. - Deontologische verplichtingen |
Art. 13.De leden van het Instituut schikken zich naar de |
Art. 13.De leden van het Instituut schikken zich naar de |
deontologische normen, vastgesteld door het Instituut en algemeen | deontologische normen, vastgesteld door het Instituut en algemeen |
verbindend verklaard door de Koning. | verbindend verklaard door de Koning. |
Deze deontologische normen bepalen minimaal de volgende verplichtingen | Deze deontologische normen bepalen minimaal de volgende verplichtingen |
voor de beroepsbeoefenaars : | voor de beroepsbeoefenaars : |
1° zich houden aan de beginselen van loyaliteit, onafhankelijkheid, | 1° zich houden aan de beginselen van loyaliteit, onafhankelijkheid, |
integriteit, toewijding en waardigheid die ten grondslag liggen aan | integriteit, toewijding en waardigheid die ten grondslag liggen aan |
het beroep; | het beroep; |
2° zich houden aan een discretieplicht, die erin bestaat dat | 2° zich houden aan een discretieplicht, die erin bestaat dat |
beroepsmatig verkregen informatie ook enkel in de professionele sfeer | beroepsmatig verkregen informatie ook enkel in de professionele sfeer |
wordt gebruikt, met inachtneming van het recht op respect voor de | wordt gebruikt, met inachtneming van het recht op respect voor de |
persoonlijke levenssfeer van alle betrokkenen; | persoonlijke levenssfeer van alle betrokkenen; |
3° de vorming georganiseerd of erkend door het Instituut gevolgd | 3° de vorming georganiseerd of erkend door het Instituut gevolgd |
hebben, waarbij rekening wordt gehouden met de kolom van het tableau | hebben, waarbij rekening wordt gehouden met de kolom van het tableau |
waarop de titularis is opgenomen of met de kolom van de lijst waarop | waarop de titularis is opgenomen of met de kolom van de lijst waarop |
de stagiair is opgenomen; | de stagiair is opgenomen; |
4° voldoende toezicht uitoefenen op de medewerkers die de beoefenaars | 4° voldoende toezicht uitoefenen op de medewerkers die de beoefenaars |
bijstaan bij de uitvoering van het beroep. Aan de hand van een | bijstaan bij de uitvoering van het beroep. Aan de hand van een |
deontologische norm kan het Instituut een minimaal aantal erkende | deontologische norm kan het Instituut een minimaal aantal erkende |
beoefenaars opleggen per exploitatiezetel of per aantal aangestelden; | beoefenaars opleggen per exploitatiezetel of per aantal aangestelden; |
5° onmiddellijk de cliënt en het Instituut informeren over elk | 5° onmiddellijk de cliënt en het Instituut informeren over elk |
belangenconflict. | belangenconflict. |
Afdeling 2. - Tuchtsancties | Afdeling 2. - Tuchtsancties |
Art. 14.§ 1. De vastgoedmakelaars van wie bewezen is dat zij hun |
Art. 14.§ 1. De vastgoedmakelaars van wie bewezen is dat zij hun |
plichten hebben verzuimd, worden bestraft met een of meer van de | plichten hebben verzuimd, worden bestraft met een of meer van de |
volgende tuchtstraffen : | volgende tuchtstraffen : |
a) de waarschuwing; | a) de waarschuwing; |
b) de berisping; | b) de berisping; |
c) de schorsing; | c) de schorsing; |
d) de schrapping. | d) de schrapping. |
§ 2. De schorsing bestaat uit het verbod om gedurende een bepaalde | § 2. De schorsing bestaat uit het verbod om gedurende een bepaalde |
termijn, die niet langer dan twee jaar mag bedragen, het | termijn, die niet langer dan twee jaar mag bedragen, het |
gereglementeerde beroep in België uit te oefenen en er de beroepstitel | gereglementeerde beroep in België uit te oefenen en er de beroepstitel |
van te voeren. | van te voeren. |
De schrapping brengt het verbod met zich om het gereglementeerde | De schrapping brengt het verbod met zich om het gereglementeerde |
beroep in België uit te oefenen en er de beroepstitel van te voeren en | beroep in België uit te oefenen en er de beroepstitel van te voeren en |
heeft betrekking op alle activiteiten opgenomen in het artikel 2, 4° | heeft betrekking op alle activiteiten opgenomen in het artikel 2, 4° |
tot 7°. | tot 7°. |
Een vastgoedmakelaar, die voor de tweede maal geschorst wordt, kan | Een vastgoedmakelaar, die voor de tweede maal geschorst wordt, kan |
krachtens dezelfde beslissing worden geschrapt van het tableau of van | krachtens dezelfde beslissing worden geschrapt van het tableau of van |
de lijst van de stagiairs. | de lijst van de stagiairs. |
§ 3. Wanneer een tuchtstraf aan een rechtspersoon wordt opgelegd, kan | § 3. Wanneer een tuchtstraf aan een rechtspersoon wordt opgelegd, kan |
een tuchtstraf eveneens worden opgelegd aan de natuurlijke persoon of | een tuchtstraf eveneens worden opgelegd aan de natuurlijke persoon of |
personen gemachtigd om het gereglementeerd beroep uit te oefenen, van | personen gemachtigd om het gereglementeerd beroep uit te oefenen, van |
wie de tussenkomst aan de oorsprong ligt van de feiten begaan door de | wie de tussenkomst aan de oorsprong ligt van de feiten begaan door de |
rechtspersoon die tuchtrechtelijk bestraft wordt. | rechtspersoon die tuchtrechtelijk bestraft wordt. |
§ 4. De Kamers zijn bevoegd om te oordelen over tuchtvervolgingen die | § 4. De Kamers zijn bevoegd om te oordelen over tuchtvervolgingen die |
betrekking hebben op feiten die voorafgaan aan de beslissing die de | betrekking hebben op feiten die voorafgaan aan de beslissing die de |
vastgoedmakelaar heeft verwijderd van de in het artikel 3 bedoelde | vastgoedmakelaar heeft verwijderd van de in het artikel 3 bedoelde |
lijst of tableau, mits de rechtskundig assessor het onderzoek heeft | lijst of tableau, mits de rechtskundig assessor het onderzoek heeft |
aangevat uiterlijk een jaar na deze beslissing. | aangevat uiterlijk een jaar na deze beslissing. |
§ 5. De Koning bepaalt de wijze waarop deze tuchtstraffen kunnen | § 5. De Koning bepaalt de wijze waarop deze tuchtstraffen kunnen |
worden uitgesproken. Tevens stelt hij de regels vast volgens welke | worden uitgesproken. Tevens stelt hij de regels vast volgens welke |
gebeurlijk eerherstel wordt verleend. | gebeurlijk eerherstel wordt verleend. |
Art. 15.De tuchtoverheid kan telkens de gehele of gedeeltelijke |
Art. 15.De tuchtoverheid kan telkens de gehele of gedeeltelijke |
publicatie van de uitspraak bevelen. Tevens kan zij het lid of de | publicatie van de uitspraak bevelen. Tevens kan zij het lid of de |
beoefenaar opleggen een welbepaalde bijkomende vorming binnen een | beoefenaar opleggen een welbepaalde bijkomende vorming binnen een |
bepaalde termijn te volgen. | bepaalde termijn te volgen. |
Art. 16.In afwijking van artikel 9, § 4, van de kaderwet, benoemt de |
Art. 16.In afwijking van artikel 9, § 4, van de kaderwet, benoemt de |
minister voor elke Uitvoerende Kamer onder de advocaten die zijn | minister voor elke Uitvoerende Kamer onder de advocaten die zijn |
ingeschreven op een tableau van de Orde een rechtskundig assessor en | ingeschreven op een tableau van de Orde een rechtskundig assessor en |
een of meer plaatsvervangende rechtskundige assessoren, van wie de | een of meer plaatsvervangende rechtskundige assessoren, van wie de |
opdrachten van juridische ondersteuning, onderzoek en uitwerking van | opdrachten van juridische ondersteuning, onderzoek en uitwerking van |
aanbevelingen, worden vastgelegd door de Koning. | aanbevelingen, worden vastgelegd door de Koning. |
De minister kan vroegtijdig een einde maken aan het mandaat van de | De minister kan vroegtijdig een einde maken aan het mandaat van de |
rechtskundig assessor volgens de voorwaarden die de Koning bepaalt. | rechtskundig assessor volgens de voorwaarden die de Koning bepaalt. |
Onverminderd de taken die hun door of krachtens deze wet worden | Onverminderd de taken die hun door of krachtens deze wet worden |
toegekend, is het rechtskundige assessoren en hun plaatsvervangers, op | toegekend, is het rechtskundige assessoren en hun plaatsvervangers, op |
straffe van ambtshalve ontslag uit hun functie door de minister, | straffe van ambtshalve ontslag uit hun functie door de minister, |
verboden om : | verboden om : |
- te pleiten voor de Uitvoerende Kamers en de Kamers van Beroep binnen | - te pleiten voor de Uitvoerende Kamers en de Kamers van Beroep binnen |
het Instituut, alsook de leden of kandidaat-leden te adviseren in | het Instituut, alsook de leden of kandidaat-leden te adviseren in |
dossiers die behandeld worden of kunnen worden door deze Kamers; | dossiers die behandeld worden of kunnen worden door deze Kamers; |
- enig persoon te adviseren en voor deze te pleiten in het kader van | - enig persoon te adviseren en voor deze te pleiten in het kader van |
een geschil met het Instituut; | een geschil met het Instituut; |
- namens het Instituut te adviseren en te pleiten; | - namens het Instituut te adviseren en te pleiten; |
- werkende of plaatsvervangende leden van de Uitvoerende Kamer of de | - werkende of plaatsvervangende leden van de Uitvoerende Kamer of de |
Kamer van Beroep, of mede-eigendommen waarvan deze leden syndicus | Kamer van Beroep, of mede-eigendommen waarvan deze leden syndicus |
zouden zijn, te adviseren of voor hen te pleiten. | zouden zijn, te adviseren of voor hen te pleiten. |
Art. 17.Elke veroordeling voor misbruik van vertrouwen in de zin van |
Art. 17.Elke veroordeling voor misbruik van vertrouwen in de zin van |
artikel 491 van het Strafwetboek leidt ambtshalve tot de schrapping | artikel 491 van het Strafwetboek leidt ambtshalve tot de schrapping |
van de vastgoedmakelaar door de Kamer. | van de vastgoedmakelaar door de Kamer. |
Elke voorafgaande veroordeling op basis van artikel 491 van het | Elke voorafgaande veroordeling op basis van artikel 491 van het |
Strafwetboek verhindert de uitoefening van de activiteit van | Strafwetboek verhindert de uitoefening van de activiteit van |
vastgoedmakelaar. | vastgoedmakelaar. |
In geval van vaststelling van verduistering kan de Kamer de | In geval van vaststelling van verduistering kan de Kamer de |
vastgoedmakelaar schorsen of schrappen van de lijst. | vastgoedmakelaar schorsen of schrappen van de lijst. |
Art. 18.De beslissingen, waarbij een schorsing of schrapping wordt |
Art. 18.De beslissingen, waarbij een schorsing of schrapping wordt |
opgelegd, worden meegedeeld aan de procureur-generaal. | opgelegd, worden meegedeeld aan de procureur-generaal. |
Art. 19.De tuchtoverheid kan beslissen dat er aanleiding bestaat om |
Art. 19.De tuchtoverheid kan beslissen dat er aanleiding bestaat om |
de opschorting van de uitspraak van de tuchtsanctie te gelasten voor | de opschorting van de uitspraak van de tuchtsanctie te gelasten voor |
een door de tuchtoverheid te bepalen termijn, die echter niet meer dan | een door de tuchtoverheid te bepalen termijn, die echter niet meer dan |
vijf jaar mag bedragen. De opschorting kan afhankelijk worden gemaakt | vijf jaar mag bedragen. De opschorting kan afhankelijk worden gemaakt |
van de vervulling van een aantal voorwaarden, waaronder het volgen van | van de vervulling van een aantal voorwaarden, waaronder het volgen van |
een welbepaalde vorming binnen een bepaalde termijn. Bij niet-naleving | een welbepaalde vorming binnen een bepaalde termijn. Bij niet-naleving |
van de opgelegde voorwaarden roept de tuchtoverheid het lid of de | van de opgelegde voorwaarden roept de tuchtoverheid het lid of de |
beoefenaar op om op een zitting van de tuchoverheid te verschijnen met | beoefenaar op om op een zitting van de tuchoverheid te verschijnen met |
het oog op het uitspreken van een tuchtstraf of het opheffen van de | het oog op het uitspreken van een tuchtstraf of het opheffen van de |
opschorting van de uitspraak. | opschorting van de uitspraak. |
De tuchtoverheid kan bij gemotiveerde beslissing gelasten dat de | De tuchtoverheid kan bij gemotiveerde beslissing gelasten dat de |
tenuitvoerlegging van de tuchtsanctie wordt uitgesteld. De duur van | tenuitvoerlegging van de tuchtsanctie wordt uitgesteld. De duur van |
het uitstel mag niet minder dan een jaar en niet meer dan vijf jaar | het uitstel mag niet minder dan een jaar en niet meer dan vijf jaar |
bedragen, met ingang van de datum van de uitspraak. Het uitstel kan | bedragen, met ingang van de datum van de uitspraak. Het uitstel kan |
afhankelijk worden gemaakt van de vervulling van een aantal | afhankelijk worden gemaakt van de vervulling van een aantal |
voorwaarden, waaronder het volgen van een welbepaalde vorming binnen | voorwaarden, waaronder het volgen van een welbepaalde vorming binnen |
een bepaalde termijn. Bij niet-naleving van de opgelegde voorwaarden | een bepaalde termijn. Bij niet-naleving van de opgelegde voorwaarden |
roept de tuchtoverheid het lid of de beoefenaar op om op een zitting | roept de tuchtoverheid het lid of de beoefenaar op om op een zitting |
van de tuchtoverheid te verschijnen met het oog op het uitspreken van | van de tuchtoverheid te verschijnen met het oog op het uitspreken van |
een tuchtstraf of het opheffen van het uitstel. Het uitstel kan ook | een tuchtstraf of het opheffen van het uitstel. Het uitstel kan ook |
worden opgeheven wanneer een nieuwe tuchtstraf wordt opgelegd. | worden opgeheven wanneer een nieuwe tuchtstraf wordt opgelegd. |
Art. 20.§ 1. Wanneer wegens de aan een lid of een beoefenaar ten |
Art. 20.§ 1. Wanneer wegens de aan een lid of een beoefenaar ten |
laste gelegde feiten gevreesd mag worden dat de verdere uitoefening | laste gelegde feiten gevreesd mag worden dat de verdere uitoefening |
van zijn beroepswerkzaamheid schade kan berokkenen aan derden of aan | van zijn beroepswerkzaamheid schade kan berokkenen aan derden of aan |
de eer van het Instituut, kan de rechtskundig assessor van de | de eer van het Instituut, kan de rechtskundig assessor van de |
Uitvoerende Kamer de bewarende maatregelen nemen, die de | Uitvoerende Kamer de bewarende maatregelen nemen, die de |
voorzichtigheid vereist, waaronder het tijdelijk verbod om het beroep | voorzichtigheid vereist, waaronder het tijdelijk verbod om het beroep |
uit te oefenen. Deze bewarende maatregelen mogen de termijn van drie | uit te oefenen. Deze bewarende maatregelen mogen de termijn van drie |
maanden niet overschrijden. | maanden niet overschrijden. |
Op verzoek van de rechtskundig assessor kan de termijn van de | Op verzoek van de rechtskundig assessor kan de termijn van de |
bewarende maatregelen met een termijn van maximaal 6 maanden worden | bewarende maatregelen met een termijn van maximaal 6 maanden worden |
verlengd, bij een met redenen omklede beslissing van de Uitvoerende | verlengd, bij een met redenen omklede beslissing van de Uitvoerende |
Kamer, nadat de belanghebbende ten minste acht dagen voor de zitting | Kamer, nadat de belanghebbende ten minste acht dagen voor de zitting |
gehoord of opgeroepen werd. | gehoord of opgeroepen werd. |
§ 2. De belanghebbende kan beroep aantekenen tegen de bewarende | § 2. De belanghebbende kan beroep aantekenen tegen de bewarende |
maatregelen en tegen de verlenging van de termijn van de bewarende | maatregelen en tegen de verlenging van de termijn van de bewarende |
maatregelen, bij voorraad uitvoerbaar, bij de Kamer van Beroep. | maatregelen, bij voorraad uitvoerbaar, bij de Kamer van Beroep. |
Dit beroep wordt binnen de acht dagen na de betekening van de | Dit beroep wordt binnen de acht dagen na de betekening van de |
beslissing van de Uitvoerende Kamer betekend bij een ter post | beslissing van de Uitvoerende Kamer betekend bij een ter post |
aangetekende brief aan de secretaris van de Kamer van Beroep, die de | aangetekende brief aan de secretaris van de Kamer van Beroep, die de |
Kamer zonder verwijl bijeenroept. | Kamer zonder verwijl bijeenroept. |
Deze neemt een beslissing nadat de belanghebbende ten minste acht | Deze neemt een beslissing nadat de belanghebbende ten minste acht |
dagen voor de zitting gehoord of opgeroepen werd. | dagen voor de zitting gehoord of opgeroepen werd. |
Art. 21.Op uitdrukkelijk verzoek van de klager wordt hem het |
Art. 21.Op uitdrukkelijk verzoek van de klager wordt hem het |
beschikkend gedeelte meegedeeld van de beslissingen op grond van zijn | beschikkend gedeelte meegedeeld van de beslissingen op grond van zijn |
klacht. De Kamer kan, eveneens op zijn verzoek, beslissen dat hem het | klacht. De Kamer kan, eveneens op zijn verzoek, beslissen dat hem het |
motiverend gedeelte van de beslissingen wordt meegedeeld. De Kamer kan | motiverend gedeelte van de beslissingen wordt meegedeeld. De Kamer kan |
op een met redenen omklede manier en op basis van ernstige redenen | op een met redenen omklede manier en op basis van ernstige redenen |
beslissen dat hem inzage in het tuchtdossier wordt toegestaan. | beslissen dat hem inzage in het tuchtdossier wordt toegestaan. |
De Kamer kan op een met redenen omklede manier beslissen dat het | De Kamer kan op een met redenen omklede manier beslissen dat het |
beschikkend gedeelte van de beslissingen zal worden meegedeeld aan | beschikkend gedeelte van de beslissingen zal worden meegedeeld aan |
derden. Met eenparigheid van stemmen kan de Kamer op een met redenen | derden. Met eenparigheid van stemmen kan de Kamer op een met redenen |
omklede manier en op basis van ernstige redenen beslissen dat het | omklede manier en op basis van ernstige redenen beslissen dat het |
motiverend gedeelte van de beslissingen wordt meegedeeld aan derden of | motiverend gedeelte van de beslissingen wordt meegedeeld aan derden of |
dat hun inzage in het tuchtdossier wordt toegestaan. | dat hun inzage in het tuchtdossier wordt toegestaan. |
HOOFSTUK 5. - Strafbepalingen | HOOFSTUK 5. - Strafbepalingen |
Art. 22.Onverminderd de toepassing de straffen waarin het |
Art. 22.Onverminderd de toepassing de straffen waarin het |
Strafwetboek voorziet, wordt met gevangenisstraf van acht dagen tot | Strafwetboek voorziet, wordt met gevangenisstraf van acht dagen tot |
drie maanden en met geldboete van 500 euro tot 5 000 euro of met | drie maanden en met geldboete van 500 euro tot 5 000 euro of met |
slechts een van die straffen alleen gestraft : | slechts een van die straffen alleen gestraft : |
1° hij die, zonder daartoe gemachtigd te zijn, zich openbaar een | 1° hij die, zonder daartoe gemachtigd te zijn, zich openbaar een |
beroepstitel van vastgoedmakelaar toe-eigent, evenals hij die een | beroepstitel van vastgoedmakelaar toe-eigent, evenals hij die een |
titel voert of die aan de beroepstitel die hij voert een vermelding | titel voert of die aan de beroepstitel die hij voert een vermelding |
toevoegt, welke tot verwarring kan leiden met die van | toevoegt, welke tot verwarring kan leiden met die van |
vastgoedmakelaar; | vastgoedmakelaar; |
2° hij die, zonder op het tableau van de beoefenaars of op de lijst | 2° hij die, zonder op het tableau van de beoefenaars of op de lijst |
van de stagiairs te zijn ingeschreven, of zonder daartoe te zijn | van de stagiairs te zijn ingeschreven, of zonder daartoe te zijn |
gemachtigd, dat beroep uitoefent; | gemachtigd, dat beroep uitoefent; |
3° hij die het uitoefent terwijl hij het voorwerp uitmaakt van een | 3° hij die het uitoefent terwijl hij het voorwerp uitmaakt van een |
schorsingsmaatregel. | schorsingsmaatregel. |
De rechtbank kan bovendien de tijdelijke of definitieve sluiting | De rechtbank kan bovendien de tijdelijke of definitieve sluiting |
bevelen van een deel van de lokalen of van alle lokalen die worden | bevelen van een deel van de lokalen of van alle lokalen die worden |
gebruikt door diegene die zich schuldig maakt aan een of meer van de | gebruikt door diegene die zich schuldig maakt aan een of meer van de |
hierboven bedoelde inbreuken. | hierboven bedoelde inbreuken. |
De rechspersonen, die het beroep van vastgoedmakelaar uitoefenen | De rechspersonen, die het beroep van vastgoedmakelaar uitoefenen |
overeenkomstig deze wet, zijn burgerrechtelijk aansprakelijk voor de | overeenkomstig deze wet, zijn burgerrechtelijk aansprakelijk voor de |
betaling van boetes en de uitvoering van de herstelmaatregelen waartoe | betaling van boetes en de uitvoering van de herstelmaatregelen waartoe |
hun organen en aangestelden werden veroordeeld. | hun organen en aangestelden werden veroordeeld. |
Art. 23.Al de bepalingen van Boek I van het Strafwetboek, met |
Art. 23.Al de bepalingen van Boek I van het Strafwetboek, met |
inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85, zijn van toepassing op de | inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85, zijn van toepassing op de |
inbreuken waarin deze wet voorziet. | inbreuken waarin deze wet voorziet. |
Art. 24.Onverminderd de bevoegdheid van de officieren van |
Art. 24.Onverminderd de bevoegdheid van de officieren van |
gerechtelijke politie worden het personeel van de federale politie, de | gerechtelijke politie worden het personeel van de federale politie, de |
ambtenaren en agenten van de plaatselijke politie en de ambtenaren en | ambtenaren en agenten van de plaatselijke politie en de ambtenaren en |
agenten, te dien einde door de Koning aangewezen op voorstel van de | agenten, te dien einde door de Koning aangewezen op voorstel van de |
minister, belast met het opsporen en vaststellen in processen-verbaal | minister, belast met het opsporen en vaststellen in processen-verbaal |
van de inbreuken op deze wet. | van de inbreuken op deze wet. |
Deze processen-verbaal hebben bewijskracht tot het tegendeel wordt | Deze processen-verbaal hebben bewijskracht tot het tegendeel wordt |
bewezen. Zij worden onverwijld toegezonden aan de bevoegde ambtenaren | bewezen. Zij worden onverwijld toegezonden aan de bevoegde ambtenaren |
van het openbaar ministerie; een afschrift ervan wordt binnen zeven | van het openbaar ministerie; een afschrift ervan wordt binnen zeven |
werkdagen gezonden aan de inbreukmaker, alsook aan de in het eerste | werkdagen gezonden aan de inbreukmaker, alsook aan de in het eerste |
lid vermelde minister, te rekenen vanaf de vaststelling der inbreuken, | lid vermelde minister, te rekenen vanaf de vaststelling der inbreuken, |
dit alles op straffe van nietigheid. | dit alles op straffe van nietigheid. |
Art. 25.De personen die onder de toepassing van deze wet vallen zijn |
Art. 25.De personen die onder de toepassing van deze wet vallen zijn |
verplicht alle inlichtingen en documenten te verstrekken die nodig | verplicht alle inlichtingen en documenten te verstrekken die nodig |
zijn om de toepassing ervan na te gaan. | zijn om de toepassing ervan na te gaan. |
Elke persoon, die weigert de bij het vorige lid bedoelde inlichtingen | Elke persoon, die weigert de bij het vorige lid bedoelde inlichtingen |
en documenten te verstrekken of zich tegen de onderzoeksmaatregelen | en documenten te verstrekken of zich tegen de onderzoeksmaatregelen |
verzet, wordt gestraft met gevangenisstraf van acht tot vijftien dagen | verzet, wordt gestraft met gevangenisstraf van acht tot vijftien dagen |
en met geldboete van 500 euro tot 5 000 euro of met slechts een van | en met geldboete van 500 euro tot 5 000 euro of met slechts een van |
die straffen. | die straffen. |
Art. 26.De in deze wet vermelde termijnen worden berekend |
Art. 26.De in deze wet vermelde termijnen worden berekend |
overeenkomstig de artikelen 48 tot 57 van het Gerechtelijk Wetboek. | overeenkomstig de artikelen 48 tot 57 van het Gerechtelijk Wetboek. |
HOOFDSTUK 6. - Overgangsbepaling | HOOFDSTUK 6. - Overgangsbepaling |
Art. 27.De uitvoeringsbesluiten van de kaderwet die van toepassing |
Art. 27.De uitvoeringsbesluiten van de kaderwet die van toepassing |
zijn op het Instituut en die niet strijdig zijn met deze wet, blijven | zijn op het Instituut en die niet strijdig zijn met deze wet, blijven |
van kracht tot zij worden opgeheven of vervangen bij besluiten genomen | van kracht tot zij worden opgeheven of vervangen bij besluiten genomen |
ter uitvoering van deze wet. | ter uitvoering van deze wet. |
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met's Lands zegel zal worden | Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met's Lands zegel zal worden |
bekleerd en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. | bekleerd en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. |
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 11 februari 2013. | Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 11 februari 2013. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Middenstand, K.M.O.'s en Zelfstandigen, | De Minister van Middenstand, K.M.O.'s en Zelfstandigen, |
Mevr. S. LARUELLE | Mevr. S. LARUELLE |
Met 's Lands zegel gezegeld : | Met 's Lands zegel gezegeld : |
De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
Mevr. A. TURTELBOOM | Mevr. A. TURTELBOOM |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Zie : | (1) Zie : |
Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : | Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : |
53-2517 - 2012-2013 : | 53-2517 - 2012-2013 : |
Nr. 1 : Wetsontwerp. | Nr. 1 : Wetsontwerp. |
Nr. 2 : Amendementen. | Nr. 2 : Amendementen. |
Nr. 3. : Verslag. | Nr. 3. : Verslag. |
Nr. 4. : Tekst aangenomen door de commissie. | Nr. 4. : Tekst aangenomen door de commissie. |
Nr. 5. : Telst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan | Nr. 5. : Telst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan |
de Senaat. | de Senaat. |
Integraal verslag : 10 januari 2013. | Integraal verslag : 10 januari 2013. |
Stukken van de Senaat : | Stukken van de Senaat : |
5-1925 - 2012-2013 : | 5-1925 - 2012-2013 : |
Nr. 1. : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat. | Nr. 1. : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat. |