| Wet tot wijziging van de procedure betreffende de collectieve schuldenregeling | Wet tot wijziging van de procedure betreffende de collectieve schuldenregeling | 
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE | 
| 6 APRIL 2010. - Wet tot wijziging van de procedure betreffende de | 6 APRIL 2010. - Wet tot wijziging van de procedure betreffende de | 
| collectieve schuldenregeling (1) | collectieve schuldenregeling (1) | 
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, | 
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | 
| De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : | De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : | 
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel  | 
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel  | 
| 78 van de Grondwet. | 78 van de Grondwet. | 
Art. 2.Artikel 1675/4, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd  | 
Art. 2.Artikel 1675/4, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd  | 
| bij de wet van 5 juli 1998, wordt aangevuld met de volgende zin : | bij de wet van 5 juli 1998, wordt aangevuld met de volgende zin : | 
| « De als bijlage toegevoegde stukken bij het verzoekschrift worden in | « De als bijlage toegevoegde stukken bij het verzoekschrift worden in | 
| tweevoud neergelegd of toegestuurd. » | tweevoud neergelegd of toegestuurd. » | 
Art. 3.In artikel 1675/6 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet  | 
Art. 3.In artikel 1675/6 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet  | 
| van 5 juli 1998, wordt paragraaf 4 vervangen als volgt : | van 5 juli 1998, wordt paragraaf 4 vervangen als volgt : | 
| « § 4. De griffie brengt de beschikking bij gewone brief ter kennis | « § 4. De griffie brengt de beschikking bij gewone brief ter kennis | 
| aan de griffies van de rechtbanken waarbij de in artikel 1675/5 | aan de griffies van de rechtbanken waarbij de in artikel 1675/5 | 
| bedoelde procedures aanhangig zijn gemaakt. » | bedoelde procedures aanhangig zijn gemaakt. » | 
Art. 4.In artikel 1675/8, derde lid, van hetzelfde Wetboek,  | 
Art. 4.In artikel 1675/8, derde lid, van hetzelfde Wetboek,  | 
| toegevoegd bij de wet van 13 december 2005, wordt het woord « | toegevoegd bij de wet van 13 december 2005, wordt het woord « | 
| gerechtsbrief » vervangen door de woorden « gewone brief ». | gerechtsbrief » vervangen door de woorden « gewone brief ». | 
Art. 5.In artikel 1675/9, § 1, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij  | 
Art. 5.In artikel 1675/9, § 1, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij  | 
| de wet van 5 juli 1998, worden de volgende wijzigingen aangebracht : | de wet van 5 juli 1998, worden de volgende wijzigingen aangebracht : | 
| 1° in het eerste lid wordt het woord « drie » vervangen door het woord | 1° in het eerste lid wordt het woord « drie » vervangen door het woord | 
| « vijf »; | « vijf »; | 
| 2° in het eerste lid worden de woorden « bij gerechtsbrief » vervangen | 2° in het eerste lid worden de woorden « bij gerechtsbrief » vervangen | 
| door de woorden « overeenkomstig artikel 1675/16 ». | door de woorden « overeenkomstig artikel 1675/16 ». | 
Art. 6.In artikel 1675/11, § 2, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij  | 
Art. 6.In artikel 1675/11, § 2, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij  | 
| de wet van 5 juli 1998, worden de woorden « bij gerechtsbrief » | de wet van 5 juli 1998, worden de woorden « bij gerechtsbrief » | 
| vervangen door de woorden « overeenkomstig artikel 1675/16, § 1 ». | vervangen door de woorden « overeenkomstig artikel 1675/16, § 1 ». | 
Art. 7.In artikel 1675/14, § 2, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij  | 
Art. 7.In artikel 1675/14, § 2, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij  | 
| de wet van 5 juli 1998 en gewijzigd bij de wet van 13 december 2005, | de wet van 5 juli 1998 en gewijzigd bij de wet van 13 december 2005, | 
| wordt het vierde lid aangevuld met de woorden « , op de wijze bepaald | wordt het vierde lid aangevuld met de woorden « , op de wijze bepaald | 
| in artikel 1675/16, § 1 ». | in artikel 1675/16, § 1 ». | 
Art. 8.In artikel 1675/15, § 1, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij  | 
Art. 8.In artikel 1675/15, § 1, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij  | 
| de wet van 5 juli 1998 en gewijzigd bij de wet van 13 december 2005, | de wet van 5 juli 1998 en gewijzigd bij de wet van 13 december 2005, | 
| wordt het tweede lid aangevuld met de woorden « , op de wijze bepaald | wordt het tweede lid aangevuld met de woorden « , op de wijze bepaald | 
| in artikel 1675/16, § 1 ». | in artikel 1675/16, § 1 ». | 
Art. 9.Artikel 1675/16 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet  | 
Art. 9.Artikel 1675/16 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet  | 
| van 5 juli 1998, wordt vervangen als volgt : | van 5 juli 1998, wordt vervangen als volgt : | 
| «  Art. 1675/16.§ 1. Alle oproepingen in het raam van de procedure van  | 
«  Art. 1675/16.§ 1. Alle oproepingen in het raam van de procedure van  | 
| de collectieve schuldenregeling worden door de griffier bij gewone | de collectieve schuldenregeling worden door de griffier bij gewone | 
| brief ter kennis gebracht. | brief ter kennis gebracht. | 
| § 2. De volgende uitspraken worden door de griffier bij gerechtsbrief | § 2. De volgende uitspraken worden door de griffier bij gerechtsbrief | 
| ter kennis gebracht : | ter kennis gebracht : | 
| 1° de beschikking van toelaatbaarheid, bedoeld in artikel 1675/6; | 1° de beschikking van toelaatbaarheid, bedoeld in artikel 1675/6; | 
| 2° alle uitspraken die de collectieve schuldenregeling beëindigen of | 2° alle uitspraken die de collectieve schuldenregeling beëindigen of | 
| herroepen; | herroepen; | 
| 3° de herroeping van de beschikking van toelaatbaarheid, bedoeld in | 3° de herroeping van de beschikking van toelaatbaarheid, bedoeld in | 
| artikel 1675/15; | artikel 1675/15; | 
| 4° de uitspraken inzake het derdenverzet tegen de beschikking van | 4° de uitspraken inzake het derdenverzet tegen de beschikking van | 
| toelaatbaarheid, bedoeld in artikel 1675/6. | toelaatbaarheid, bedoeld in artikel 1675/6. | 
| § 3. Alle overige uitspraken worden door de griffier bij een ter post | § 3. Alle overige uitspraken worden door de griffier bij een ter post | 
| aangetekende brief ter kennis gebracht. | aangetekende brief ter kennis gebracht. | 
| § 4. De uitspraken zijn uitvoerbaar bij voorraad, niettegenstaande | § 4. De uitspraken zijn uitvoerbaar bij voorraad, niettegenstaande | 
| hoger beroep en zonder borgstelling. | hoger beroep en zonder borgstelling. | 
| Behalve wat de in artikel 1675/6 bedoelde beschikking van | Behalve wat de in artikel 1675/6 bedoelde beschikking van | 
| toelaatbaarheid betreft en zonder dat, in deze veronderstelling, | toelaatbaarheid betreft en zonder dat, in deze veronderstelling, | 
| artikel 1122, tweede lid, 3°, kan worden ingeroepen, zijn die | artikel 1122, tweede lid, 3°, kan worden ingeroepen, zijn die | 
| uitspraken niet vatbaar voor derdenverzet. | uitspraken niet vatbaar voor derdenverzet. | 
| De vonnissen en arresten die bij verstek werden gewezen zijn niet | De vonnissen en arresten die bij verstek werden gewezen zijn niet | 
| vatbaar voor verzet. | vatbaar voor verzet. | 
| De kennisgeving van de uitspraken geldt als betekening. » | De kennisgeving van de uitspraken geldt als betekening. » | 
Art. 10.In artikel 1675/16bis, § 4, derde lid, van hetzelfde Wetboek,  | 
Art. 10.In artikel 1675/16bis, § 4, derde lid, van hetzelfde Wetboek,  | 
| ingevoegd bij de wet van 13 december 2005, worden de woorden « bij | ingevoegd bij de wet van 13 december 2005, worden de woorden « bij | 
| gerechtsbrief » vervangen door de woorden « overeenkomstig artikel | gerechtsbrief » vervangen door de woorden « overeenkomstig artikel | 
| 1675/16, § 1 ». | 1675/16, § 1 ». | 
| Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden | Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden | 
| bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. | bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. | 
| Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 6 april 2010. | Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 6 april 2010. | 
| ALBERT | ALBERT | 
| Van Koningswege : | Van Koningswege : | 
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, | 
| S. DE CLERCK | S. DE CLERCK | 
| Met 's Lands zegel gezegeld : | Met 's Lands zegel gezegeld : | 
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, | 
| S. DE CLERCK | S. DE CLERCK | 
| _______ | _______ | 
| Nota | Nota | 
| (1) Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : | (1) Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : | 
| 52-2387 - 2009/2010 : | 52-2387 - 2009/2010 : | 
| Nr. 1 : Wetsontwerp. | Nr. 1 : Wetsontwerp. | 
| Nrs. 2 en 3 : Amendementen. | Nrs. 2 en 3 : Amendementen. | 
| Nr. 4 : Verslag. | Nr. 4 : Verslag. | 
| Nr. 5 : Tekst aangenomen door de commissie. | Nr. 5 : Tekst aangenomen door de commissie. | 
| Nr. 6 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan | Nr. 6 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan | 
| de Senaat. | de Senaat. | 
| Integraal Verslag : 18 maart 2010. | Integraal Verslag : 18 maart 2010. | 
| Stukken van de Senaat : | Stukken van de Senaat : | 
| 4-1709 - 2009/2010 : | 4-1709 - 2009/2010 : | 
| Nr. 1 : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat. | Nr. 1 : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat. |