Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Wet van 03/05/2003
← Terug naar "Wet tot invoeging van bijzondere maatregelen inzake aanstelling, bevordering en evaluatie van de leden gedetacheerd uit een politiedienst in de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten "
Wet tot invoeging van bijzondere maatregelen inzake aanstelling, bevordering en evaluatie van de leden gedetacheerd uit een politiedienst in de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten Wet tot invoeging van bijzondere maatregelen inzake aanstelling, bevordering en evaluatie van de leden gedetacheerd uit een politiedienst in de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN
3 MEI 2003. - Wet tot invoeging van bijzondere maatregelen inzake 3 MEI 2003. - Wet tot invoeging van bijzondere maatregelen inzake
aanstelling, bevordering en evaluatie van de leden gedetacheerd uit aanstelling, bevordering en evaluatie van de leden gedetacheerd uit
een politiedienst in de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het een politiedienst in de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het
toezicht op politie- en inlichtingendiensten (1) toezicht op politie- en inlichtingendiensten (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel

77 van de Grondwet. 77 van de Grondwet.

Art. 2.Artikel 20 van de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het

Art. 2.Artikel 20 van de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het

toezicht op politie- en inlichtingendiensten wordt aangevuld met de toezicht op politie- en inlichtingendiensten wordt aangevuld met de
volgende leden : volgende leden :
« De aanstelling, naar gelang het geval, in de graad van « De aanstelling, naar gelang het geval, in de graad van
hoofdcommissaris van politie of van commissaris van politie wordt van hoofdcommissaris van politie of van commissaris van politie wordt van
rechtswege toegekend aan de commissaris van politie of aan de rechtswege toegekend aan de commissaris van politie of aan de
hoofdinspecteur van politie die door het Vast Comité P is benoemd met hoofdinspecteur van politie die door het Vast Comité P is benoemd met
toepassing van het eerste lid vanaf het ogenblik van zijn eedaflegging toepassing van het eerste lid vanaf het ogenblik van zijn eedaflegging
en ten vroegste op 1 april 2001. en ten vroegste op 1 april 2001.
De aanstelling blijft geldig zolang het betrokken personeelslid lid De aanstelling blijft geldig zolang het betrokken personeelslid lid
blijft van de Dienst Enquêtes. blijft van de Dienst Enquêtes.
Het lid van de Dienst Enquêtes dat is aangesteld met toepassing van Het lid van de Dienst Enquêtes dat is aangesteld met toepassing van
deze wet geniet geen enkele weddetoeslag gebonden aan deze deze wet geniet geen enkele weddetoeslag gebonden aan deze
aanstelling. » aanstelling. »

Art. 3.In dezelfde wet wordt een artikel 22bis ingevoegd, luidende :

Art. 3.In dezelfde wet wordt een artikel 22bis ingevoegd, luidende :

« Art. 22bis . Voor de bevordering door verhoging in graad, wordt het « Art. 22bis . Voor de bevordering door verhoging in graad, wordt het
lid van de Dienst Enquêtes bekleed met de graad van commissaris van lid van de Dienst Enquêtes bekleed met de graad van commissaris van
politie die op het einde van de hernieuwbare termijn van vijf jaar politie die op het einde van de hernieuwbare termijn van vijf jaar
bedoeld in artikel 20, tweede lid, een laatste evaluatie met de bedoeld in artikel 20, tweede lid, een laatste evaluatie met de
eindvermelding « goed » heeft, vrijgesteld van de voorwaarde bedoeld eindvermelding « goed » heeft, vrijgesteld van de voorwaarde bedoeld
in artikel 32, 3, van de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële in artikel 32, 3, van de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële
elementen van het statuut van de personeelsleden van de elementen van het statuut van de personeelsleden van de
politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking
tot de politiediensten. tot de politiediensten.
Voor de bevordering door de overgang naar een hoger kader, wordt het Voor de bevordering door de overgang naar een hoger kader, wordt het
lid van de Dienst Enquêtes bekleed met de graad van hoofdinspecteur lid van de Dienst Enquêtes bekleed met de graad van hoofdinspecteur
van politie dat op het einde van de hernieuwbare termijn van vijf jaar van politie dat op het einde van de hernieuwbare termijn van vijf jaar
bedoeld in artikel 20, tweede lid, een laatste evaluatie met de bedoeld in artikel 20, tweede lid, een laatste evaluatie met de
eindvermelding « goed » heeft, vrijgesteld van de selectieproeven eindvermelding « goed » heeft, vrijgesteld van de selectieproeven
bedoeld in artikel 39 van de wet van 26 april 2002 houdende de bedoeld in artikel 39 van de wet van 26 april 2002 houdende de
essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de
politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking
tot de politiediensten. tot de politiediensten.
De vrijstellingen bedoeld in de vorige leden gelden zonder De vrijstellingen bedoeld in de vorige leden gelden zonder
tijdsbeperking. » tijdsbeperking. »

Art. 4.In dezelfde wet wordt een artikel 22ter ingevoegd, luidende :

Art. 4.In dezelfde wet wordt een artikel 22ter ingevoegd, luidende :

« Art. 22ter . Het lid van de Dienst Enquêtes, kandidaat voor een « Art. 22ter . Het lid van de Dienst Enquêtes, kandidaat voor een
functie binnen de politiediensten en daartoe geschikt verklaard, functie binnen de politiediensten en daartoe geschikt verklaard,
geniet voorrang op alle andere kandidaten voor deze functie zelfs geniet voorrang op alle andere kandidaten voor deze functie zelfs
indien deze andere kandidaten een voorrang hebben, toegekend krachtens indien deze andere kandidaten een voorrang hebben, toegekend krachtens
de wet. de wet.
De in het eerste lid beoogde voorrang geldt gedurende twee jaar na De in het eerste lid beoogde voorrang geldt gedurende twee jaar na
afloop van een tweede periode van vijf jaar gepresteerd binnen de afloop van een tweede periode van vijf jaar gepresteerd binnen de
Dienst Enquêtes, maar kan slechts eenmaal worden aangewend door het Dienst Enquêtes, maar kan slechts eenmaal worden aangewend door het
personeelslid dat kandidaat is voor een functie binnen de personeelslid dat kandidaat is voor een functie binnen de
politiediensten. » politiediensten. »

Art. 5.In dezelfde wet wordt een artikel 22quater ingevoegd, luidende

Art. 5.In dezelfde wet wordt een artikel 22quater ingevoegd, luidende

: :
« Art. 22quater . Het lid van de Dienst Enquêtes dat, op het einde van « Art. 22quater . Het lid van de Dienst Enquêtes dat, op het einde van
de eerste hernieuwbare termijn van vijf jaar bedoeld in artikel 20, de eerste hernieuwbare termijn van vijf jaar bedoeld in artikel 20,
tweede lid, een laatste evaluatie met eindvermelding « goed » heeft, tweede lid, een laatste evaluatie met eindvermelding « goed » heeft,
mag aan het Vast Comité P zijn definitieve overgang naar het organiek mag aan het Vast Comité P zijn definitieve overgang naar het organiek
statutair kader van de dienst Enquêtes van het Vast Comité P vragen. statutair kader van de dienst Enquêtes van het Vast Comité P vragen.
Het lid van de dienst Enquêtes dat, op het einde van de tweede Het lid van de dienst Enquêtes dat, op het einde van de tweede
hernieuwbare termijn van vijf jaar bedoeld in artikel 20, tweede lid, hernieuwbare termijn van vijf jaar bedoeld in artikel 20, tweede lid,
een laatste evaluatie met de eindvermelding « goed » heeft kan van een laatste evaluatie met de eindvermelding « goed » heeft kan van
rechtswege worden opgenomen in het organiek statutair kader van de rechtswege worden opgenomen in het organiek statutair kader van de
dienst Enquêtes van het Vast Comité P. » dienst Enquêtes van het Vast Comité P. »
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden
bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 3 mei 2003. Gegeven te Brussel, 3 mei 2003.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken, De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE A. DUQUESNE
Met 's Lands zegel gezegeld : Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie, De Minister van Justitie,
M. VERWILGHEN M. VERWILGHEN
_______ _______
Nota Nota
(1) Zitting 2002-2003. (1) Zitting 2002-2003.
Kamer van volksvertegenwoordigers. Kamer van volksvertegenwoordigers.
Parlementaire stukken . - Wetsvoorstel van de heer Coveliers nr. Parlementaire stukken . - Wetsvoorstel van de heer Coveliers nr.
50-2142/1. - Amendementen nr. 50-2142/2 tot 4. - Verslag nr. 50-2142/1. - Amendementen nr. 50-2142/2 tot 4. - Verslag nr.
50-2142/5. - Tekst aangenomen door de commissie nr. 50-2142/6. - 50-2142/5. - Tekst aangenomen door de commissie nr. 50-2142/6. -
Amendementen nr. 50-2142/7. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering Amendementen nr. 50-2142/7. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering
en overgezonden aan de Senaat nr. 50-2142/8. en overgezonden aan de Senaat nr. 50-2142/8.
Integraal verslag : 19 en 20 maart 2003. Integraal verslag : 19 en 20 maart 2003.
Senaat. Senaat.
Parlementaire stukken . - Ontwerp overgezonden door de Kamer van Parlementaire stukken . - Ontwerp overgezonden door de Kamer van
volksvertegenwoordigers nr. 2-1556/1. - Verslag nr. 2-1556/2. - Tekst volksvertegenwoordigers nr. 2-1556/1. - Verslag nr. 2-1556/2. - Tekst
verbeterd door de commissie nr. 2-1556/3. - Tekst aangenomen in verbeterd door de commissie nr. 2-1556/3. - Tekst aangenomen in
plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd nr. plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd nr.
2-1556/4. 2-1556/4.
Handelingen : 2 en 3 april 2003. Handelingen : 2 en 3 april 2003.
^