← Terug naar "Koninklijk besluit tot aanvulling van het sociaal statuut der kunstenaars en tot vaststelling van de nadere regels voor de toekenning van het visum kunstenaar en van de kunstenaarskaart. - Erratum "
| Koninklijk besluit tot aanvulling van het sociaal statuut der kunstenaars en tot vaststelling van de nadere regels voor de toekenning van het visum kunstenaar en van de kunstenaarskaart. - Erratum | Koninklijk besluit tot aanvulling van het sociaal statuut der kunstenaars en tot vaststelling van de nadere regels voor de toekenning van het visum kunstenaar en van de kunstenaarskaart. - Erratum |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID | FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID |
| 26 MAART 2014. - Koninklijk besluit tot aanvulling van het sociaal | 26 MAART 2014. - Koninklijk besluit tot aanvulling van het sociaal |
| statuut der kunstenaars en tot vaststelling van de nadere regels voor | statuut der kunstenaars en tot vaststelling van de nadere regels voor |
| de toekenning van het visum kunstenaar en van de kunstenaarskaart. - | de toekenning van het visum kunstenaar en van de kunstenaarskaart. - |
| Erratum | Erratum |
| In het Belgische Staatsblad, nummer 2014022149 van 17 april 2014 - 2e | In het Belgische Staatsblad, nummer 2014022149 van 17 april 2014 - 2e |
| Ed., bladzijde 33157, moet artikel 4 als volgt worden onderverdeeld : | Ed., bladzijde 33157, moet artikel 4 als volgt worden onderverdeeld : |
Art. 4.§ 1. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 |
Art. 4.§ 1. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 |
| houdende de organisatie en de werking van de Commissie "Kunstenaars" | houdende de organisatie en de werking van de Commissie "Kunstenaars" |
| wordt vervangen als volgt : | wordt vervangen als volgt : |
| « Art. 1.§ 1. De Commissie "Kunstenaars", bedoeld in artikel 172 van |
« Art. 1.§ 1. De Commissie "Kunstenaars", bedoeld in artikel 172 van |
| de programmawet van 24 december 2002, wordt ingesteld met een kamer | de programmawet van 24 december 2002, wordt ingesteld met een kamer |
| van de Nederlandse taalrol en een kamer van de Franse taalrol. | van de Nederlandse taalrol en een kamer van de Franse taalrol. |
| Benevens de voorzitter en onverminderd § 2, telt iedere kamer de | Benevens de voorzitter en onverminderd § 2, telt iedere kamer de |
| volgende leden : | volgende leden : |
| 1° een vertegenwoordiger van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid; | 1° een vertegenwoordiger van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid; |
| 2° een vertegenwoordiger van het Rijksinstituut voor de Sociale | 2° een vertegenwoordiger van het Rijksinstituut voor de Sociale |
| Verzekeringen der Zelfstandigen; | Verzekeringen der Zelfstandigen; |
| 3° een vertegenwoordiger van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening; | 3° een vertegenwoordiger van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening; |
| 4° drie vertegenwoordigers aangewezen door de interprofessionele | 4° drie vertegenwoordigers aangewezen door de interprofessionele |
| vakverenigingen; | vakverenigingen; |
| 5° drie vertegenwoordigers van de werkgeversorganisaties; | 5° drie vertegenwoordigers van de werkgeversorganisaties; |
| 6° en drie vertegenwoordigers van de artistieke sector. | 6° en drie vertegenwoordigers van de artistieke sector. |
| Tot slot zal elke Gemeenschapsregering, indien zij dat wenst, een | Tot slot zal elke Gemeenschapsregering, indien zij dat wenst, een |
| vertegenwoordiger kunnen aanduiden in de kamer van de haar betreffende | vertegenwoordiger kunnen aanduiden in de kamer van de haar betreffende |
| taalrol, met dien verstande dat wanneer de Commissie een aanvraag moet | taalrol, met dien verstande dat wanneer de Commissie een aanvraag moet |
| behandelen van een kunstenaar die in het Duits taalgebied woont, die | behandelen van een kunstenaar die in het Duits taalgebied woont, die |
| vertegenwoordiger word aangeduid door de regering van de Duitstalige | vertegenwoordiger word aangeduid door de regering van de Duitstalige |
| Gemeenschap. | Gemeenschap. |
| Voor elk lid wordt één plaatsvervanger aangewezen, die het lid in | Voor elk lid wordt één plaatsvervanger aangewezen, die het lid in |
| geval van afwezigheid of belet vervangt. | geval van afwezigheid of belet vervangt. |
| Het mandaat kan worden beëindigd indien wordt vastgesteld dat de leden | Het mandaat kan worden beëindigd indien wordt vastgesteld dat de leden |
| de vergaderingen van de commissie herhaaldelijk niet hebben bijgewoond | de vergaderingen van de commissie herhaaldelijk niet hebben bijgewoond |
| zonder verantwoording. | zonder verantwoording. |
| § 2. Wanneer de bevoegde kamer een vraag met betrekking tot de aard | § 2. Wanneer de bevoegde kamer een vraag met betrekking tot de aard |
| van de arbeidsrelatie krijgt, dan zetelen de leden vermeld in § 1, lid | van de arbeidsrelatie krijgt, dan zetelen de leden vermeld in § 1, lid |
| 2, 6° en de door de regeringen van de Gemeenschappen aangeduide | 2, 6° en de door de regeringen van de Gemeenschappen aangeduide |
| vertegenwoordigers niet. » | vertegenwoordigers niet. » |
| § 2. In afwachting van de inwerkingtreding van § 1, wordt voorzien : | § 2. In afwachting van de inwerkingtreding van § 1, wordt voorzien : |
| - enerzijds, dat de huidige Commissie Kunstenaars de kunstenaarskaart | - enerzijds, dat de huidige Commissie Kunstenaars de kunstenaarskaart |
| bedoeld in artikel 17sexies van het koninklijk besluit van 28 november | bedoeld in artikel 17sexies van het koninklijk besluit van 28 november |
| 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de | 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de |
| besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke | besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke |
| zekerheid der arbeiders mag verlenen; | zekerheid der arbeiders mag verlenen; |
| - en, anderzijds, dat deze Commissie de verklaring op erewoord bedoeld | - en, anderzijds, dat deze Commissie de verklaring op erewoord bedoeld |
| in artikel 1bis, § 1, van de wet 27 juni 1969 tot herziening van de | in artikel 1bis, § 1, van de wet 27 juni 1969 tot herziening van de |
| besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke | besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke |
| zekerheid der arbeiders mag ontvangen en het onvangstbewijs bedoeld in | zekerheid der arbeiders mag ontvangen en het onvangstbewijs bedoeld in |
| hetzelfde artikel mag verlenen. | hetzelfde artikel mag verlenen. |