| Decreet tot modernisering van de erf- en schenkbelasting, aangepast aan het nieuwe erfrecht | Decreet tot modernisering van de erf- en schenkbelasting, aangepast aan het nieuwe erfrecht |
|---|---|
| VLAAMSE OVERHEID | VLAAMSE OVERHEID |
| 6 JULI 2018. - Decreet tot modernisering van de erf- en | 6 JULI 2018. - Decreet tot modernisering van de erf- en |
| schenkbelasting, aangepast aan het nieuwe erfrecht (1) | schenkbelasting, aangepast aan het nieuwe erfrecht (1) |
| Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen | Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen |
| hetgeen volgt: | hetgeen volgt: |
| DECREET tot modernisering van de erf- en schenkbelasting, aangepast | DECREET tot modernisering van de erf- en schenkbelasting, aangepast |
| aan het nieuwe erfrecht | aan het nieuwe erfrecht |
Artikel 1.Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid. |
Artikel 1.Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid. |
Art. 2.Aan artikel 2.7.1.0.2 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 |
Art. 2.Aan artikel 2.7.1.0.2 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 |
| december 2013, ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014, wordt | december 2013, ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014, wordt |
| een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: | een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: |
| "Naast het geval, vermeld in het eerste lid, is de erfbelasting ook | "Naast het geval, vermeld in het eerste lid, is de erfbelasting ook |
| verschuldigd op een verkrijging van vruchtgebruik met toepassing van | verschuldigd op een verkrijging van vruchtgebruik met toepassing van |
| artikel 858bis, § 3 en § 4, van het Burgerlijk Wetboek, tenzij de | artikel 858bis, § 3 en § 4, van het Burgerlijk Wetboek, tenzij de |
| langstlevende echtgenoot of wettelijk samenwonende aan het | langstlevende echtgenoot of wettelijk samenwonende aan het |
| vruchtgebruik heeft verzaakt conform paragraaf 5 van het voormelde | vruchtgebruik heeft verzaakt conform paragraaf 5 van het voormelde |
| artikel.". | artikel.". |
Art. 3.Aan artikel 2.7.1.0.3 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het |
Art. 3.Aan artikel 2.7.1.0.3 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het |
| decreet van 19 december 2014, wordt een tweede lid toegevoegd, dat | decreet van 19 december 2014, wordt een tweede lid toegevoegd, dat |
| luidt als volgt: | luidt als volgt: |
| "Het eerste lid, 3°, is niet van toepassing bij de realisatie van een | "Het eerste lid, 3°, is niet van toepassing bij de realisatie van een |
| beding van terugval die de erflater heeft bedongen in het voordeel van | beding van terugval die de erflater heeft bedongen in het voordeel van |
| een derde voor een vruchtgebruik dat de erflater zich heeft | een derde voor een vruchtgebruik dat de erflater zich heeft |
| voorbehouden.". | voorbehouden.". |
Art. 4.Artikel 2.7.3.1.1 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het |
Art. 4.Artikel 2.7.3.1.1 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het |
| decreet van 19 december 2014, wordt vervangen door wat volgt: | decreet van 19 december 2014, wordt vervangen door wat volgt: |
| "Art. 2.7.3.1.1. Het successierecht wordt gevestigd op de waarde van | "Art. 2.7.3.1.1. Het successierecht wordt gevestigd op de waarde van |
| alles wat uit de nalatenschap van een rijksinwoner wordt verkregen | alles wat uit de nalatenschap van een rijksinwoner wordt verkregen |
| overeenkomstig afdeling 1 van dit hoofdstuk. | overeenkomstig afdeling 1 van dit hoofdstuk. |
| Het recht van overgang wordt gevestigd op de waarde van de onroerende | Het recht van overgang wordt gevestigd op de waarde van de onroerende |
| goederen die in België liggen en verkregen werden overeenkomstig | goederen die in België liggen en verkregen werden overeenkomstig |
| afdeling 1 van dit hoofdstuk uit de nalatenschap van iemand die geen | afdeling 1 van dit hoofdstuk uit de nalatenschap van iemand die geen |
| rijksinwoner is.". | rijksinwoner is.". |
Art. 5.In artikel 2.7.3.2.7 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het |
Art. 5.In artikel 2.7.3.2.7 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het |
| decreet van 19 december 2014, wordt het tweede lid opgeheven. | decreet van 19 december 2014, wordt het tweede lid opgeheven. |
Art. 6.In artikel 2.7.3.2.12, § 2, eerste lid, van hetzelfde decreet, |
Art. 6.In artikel 2.7.3.2.12, § 2, eerste lid, van hetzelfde decreet, |
| ingevoegd bij decreet van 19 december 2014, wordt de zinsnede "eerst | ingevoegd bij decreet van 19 december 2014, wordt de zinsnede "eerst |
| toegerekend op zijn netto onroerend aandeel, vervolgens op zijn netto | toegerekend op zijn netto onroerend aandeel, vervolgens op zijn netto |
| roerend aandeel" vervangen door de zinsnede "eerst toegerekend op zijn | roerend aandeel" vervangen door de zinsnede "eerst toegerekend op zijn |
| overeenkomstig artikel 2.7.4.1.1, § 2, derde lid, of artikel 2.7.6.0.6 | overeenkomstig artikel 2.7.4.1.1, § 2, derde lid, of artikel 2.7.6.0.6 |
| niet vrijgestelde gedeelte van het netto onroerend aandeel, vervolgens | niet vrijgestelde gedeelte van het netto onroerend aandeel, vervolgens |
| op zijn overeenkomstig artikel 2.7.6.0.6 niet vrijgestelde gedeelte | op zijn overeenkomstig artikel 2.7.6.0.6 niet vrijgestelde gedeelte |
| van het netto roerend aandeel". | van het netto roerend aandeel". |
Art. 7.In artikel 2.7.4.1.1 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het |
Art. 7.In artikel 2.7.4.1.1 van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het |
| decreet van 19 december 2014, wordt paragraaf 1 vervangen door wat | decreet van 19 december 2014, wordt paragraaf 1 vervangen door wat |
| volgt: | volgt: |
| " § 1. De erfbelasting wordt berekend volgens het tarief, vermeld in | " § 1. De erfbelasting wordt berekend volgens het tarief, vermeld in |
| de volgende tabellen: | de volgende tabellen: |
| TABEL I. Tarief voor een verkrijging in rechte lijn en tussen partners | TABEL I. Tarief voor een verkrijging in rechte lijn en tussen partners |
| A schijf in euro | A schijf in euro |
| tarief, toepasselijk op het overeenstemmende gedeelte in kolom A, in % | tarief, toepasselijk op het overeenstemmende gedeelte in kolom A, in % |
| totaalbedrag van de belasting op de voorgaande gedeelten, in euro | totaalbedrag van de belasting op de voorgaande gedeelten, in euro |
| vanaf | vanaf |
| tot en met | tot en met |
| 0,01 | 0,01 |
| 50.000 | 50.000 |
| 3 | 3 |
| 50.000,01 | 50.000,01 |
| 250.000 | 250.000 |
| 9 | 9 |
| 1500 | 1500 |
| 250.000,01 | 250.000,01 |
| 27 | 27 |
| 19.500 | 19.500 |
| TABEL II. Tarief voor een andere verkrijging dan de verkrijgingen, | TABEL II. Tarief voor een andere verkrijging dan de verkrijgingen, |
| vermeld in tabel I | vermeld in tabel I |
| A schijf in euro | A schijf in euro |
| tarief, toepasselijk op het overeenstemmende gedeelte in kolom A, in % | tarief, toepasselijk op het overeenstemmende gedeelte in kolom A, in % |
| totaalbedrag van de belasting op de voorgaande gedeelten, in euro | totaalbedrag van de belasting op de voorgaande gedeelten, in euro |
| vanaf | vanaf |
| tot en met | tot en met |
| tussen broers en zussen | tussen broers en zussen |
| tussen anderen | tussen anderen |
| tussen broers en zussen | tussen broers en zussen |
| tussen anderen | tussen anderen |
| 0,01 | 0,01 |
| 35.000 | 35.000 |
| 25 | 25 |
| 25 | 25 |
| 35.000,01 | 35.000,01 |
| 75.000 | 75.000 |
| 30 | 30 |
| 45 | 45 |
| 8750 | 8750 |
| 8750 | 8750 |
| 75.000,01 | 75.000,01 |
| 55 | 55 |
| 55 | 55 |
| 20.750 | 20.750 |
| 26.750 | 26.750 |
| ". | ". |
Art. 8.In artikel 2.7.5.0.1, § 1, van hetzelfde decreet, ingevoegd |
Art. 8.In artikel 2.7.5.0.1, § 1, van hetzelfde decreet, ingevoegd |
| bij het decreet van 19 december 2014, worden het derde en vierde lid | bij het decreet van 19 december 2014, worden het derde en vierde lid |
| vervangen door wat volgt: | vervangen door wat volgt: |
| "De erfbelasting, verschuldigd uit hoofde van een verkrijging door een | "De erfbelasting, verschuldigd uit hoofde van een verkrijging door een |
| broer of zus, wordt verminderd met een bedrag gelijk aan hetzij: | broer of zus, wordt verminderd met een bedrag gelijk aan hetzij: |
| 1° 2.000 euro, vermenigvuldigd met (nettoverkrijging/20.000 euro), | 1° 2.000 euro, vermenigvuldigd met (nettoverkrijging/20.000 euro), |
| wanneer de nettoverkrijging kleiner is dan of gelijk is aan 18.750 | wanneer de nettoverkrijging kleiner is dan of gelijk is aan 18.750 |
| euro; | euro; |
| 2° 2.500 euro, vermenigvuldigd met [1-(nettoverkrijging/75.000 euro)], | 2° 2.500 euro, vermenigvuldigd met [1-(nettoverkrijging/75.000 euro)], |
| wanneer de nettoverkrijging groter is dan 18.750 euro en niet meer | wanneer de nettoverkrijging groter is dan 18.750 euro en niet meer |
| bedraagt dan 75.000 euro. | bedraagt dan 75.000 euro. |
| Voor de erfbelasting verschuldigd door andere personen dan erfgenamen | Voor de erfbelasting verschuldigd door andere personen dan erfgenamen |
| in de rechte lijn, de partners of broers en zussen, wordt eenzelfde | in de rechte lijn, de partners of broers en zussen, wordt eenzelfde |
| vermindering toegepast als berekend overeenkomstig het derde lid | vermindering toegepast als berekend overeenkomstig het derde lid |
| waarbij onder de nettoverkrijging moet begrepen worden: de som van de | waarbij onder de nettoverkrijging moet begrepen worden: de som van de |
| nettoverkrijgingen.". | nettoverkrijgingen.". |
Art. 9.In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van |
Art. 9.In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van |
| 8 juni 2018, wordt een artikel 2.7.6.0.6 ingevoegd, dat luidt als | 8 juni 2018, wordt een artikel 2.7.6.0.6 ingevoegd, dat luidt als |
| volgt: | volgt: |
| "Art. 2.7.6.0.6. § 1. Voor de toepassing van het tarief, vermeld in | "Art. 2.7.6.0.6. § 1. Voor de toepassing van het tarief, vermeld in |
| artikel 2.7.4.1.1, § 1, in rechte nederdalende lijn, en voor zover de | artikel 2.7.4.1.1, § 1, in rechte nederdalende lijn, en voor zover de |
| andere ouder van het betrokken kind reeds vooroverleden is, wordt de | andere ouder van het betrokken kind reeds vooroverleden is, wordt de |
| eerste schijf van 75.000 euro in de nettoverkrijging van het | eerste schijf van 75.000 euro in de nettoverkrijging van het |
| rechtverkrijgende kind onder de 21 jaar van de roerende goederen | rechtverkrijgende kind onder de 21 jaar van de roerende goederen |
| vrijgesteld van het successierecht. | vrijgesteld van het successierecht. |
| In afwijking van artikel 2.7.4.1.1, § 2, tweede lid, en voor zover de | In afwijking van artikel 2.7.4.1.1, § 2, tweede lid, en voor zover de |
| andere ouder van het betrokken kind reeds vooroverleden is, wordt het | andere ouder van het betrokken kind reeds vooroverleden is, wordt het |
| tarief van de erfbelasting voor de onroerende goederen in rechte lijn | tarief van de erfbelasting voor de onroerende goederen in rechte lijn |
| niet toegepast op de nettoverkrijging van het rechtverkrijgende kind | niet toegepast op de nettoverkrijging van het rechtverkrijgende kind |
| onder de 21 jaar in de woning die op het ogenblik van het overlijden | onder de 21 jaar in de woning die op het ogenblik van het overlijden |
| van de langstlevende ouder de woning was waar de erflater | van de langstlevende ouder de woning was waar de erflater |
| gedomicilieerd was op het moment van overlijden. | gedomicilieerd was op het moment van overlijden. |
| § 2. Voor de toepassing van het tarief, vermeld in artikel 2.7.4.1.1, | § 2. Voor de toepassing van het tarief, vermeld in artikel 2.7.4.1.1, |
| § 1, tussen partners wordt de eerste schijf van 50.000 euro in de | § 1, tussen partners wordt de eerste schijf van 50.000 euro in de |
| nettoverkrijging van de rechtverkrijgende partner van de roerende | nettoverkrijging van de rechtverkrijgende partner van de roerende |
| goederen vrijgesteld van het successierecht.". | goederen vrijgesteld van het successierecht.". |
Art. 10.In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet |
Art. 10.In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet |
| van 8 juni 2018, wordt een artikel 2.8.3.0.5 ingevoegd, dat luidt als | van 8 juni 2018, wordt een artikel 2.8.3.0.5 ingevoegd, dat luidt als |
| volgt: | volgt: |
| "Art. 2.8.3.0.5. Een akte die een door de wet toegelaten | "Art. 2.8.3.0.5. Een akte die een door de wet toegelaten |
| erfovereenkomst vaststelt, strekt voor de toepassing van de | erfovereenkomst vaststelt, strekt voor de toepassing van de |
| schenkbelasting niet tot bewijs van een schenking die in die | schenkbelasting niet tot bewijs van een schenking die in die |
| overeenkomst wordt vermeld en die niet aan de formaliteit van de | overeenkomst wordt vermeld en die niet aan de formaliteit van de |
| registratie is onderworpen, en waarvan de partijen in of onderaan de | registratie is onderworpen, en waarvan de partijen in of onderaan de |
| akte bevestigen dat die heeft plaatsgevonden vóór de datum waarop die | akte bevestigen dat die heeft plaatsgevonden vóór de datum waarop die |
| overeenkomst gesloten werd. | overeenkomst gesloten werd. |
| In afwijking van het eerste lid kunnen de partijen of een van hen in | In afwijking van het eerste lid kunnen de partijen of een van hen in |
| een uitdrukkelijke fiscale verklaring in of onderaan de akte te kennen | een uitdrukkelijke fiscale verklaring in of onderaan de akte te kennen |
| geven dat de vermelding van een dergelijke schenking wel tot bewijs | geven dat de vermelding van een dergelijke schenking wel tot bewijs |
| strekt voor de toepassing van de schenkbelasting.". | strekt voor de toepassing van de schenkbelasting.". |
Art. 11.In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet |
Art. 11.In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet |
| van 8 juni 2018, wordt een artikel 2.8.6.0.9 ingevoegd, dat luidt als | van 8 juni 2018, wordt een artikel 2.8.6.0.9 ingevoegd, dat luidt als |
| volgt: | volgt: |
| "Art. 2.8.6.0.9. Als de waarde van de goederen die belast is met de | "Art. 2.8.6.0.9. Als de waarde van de goederen die belast is met de |
| erfbelasting, of een deel van deze goederen, binnen het jaar na het | erfbelasting, of een deel van deze goederen, binnen het jaar na het |
| overlijden van de erflater, door een verkrijger van wie de verkrijging | overlijden van de erflater, door een verkrijger van wie de verkrijging |
| belast werd aan het tarief voor een verkrijging in de rechte lijn en | belast werd aan het tarief voor een verkrijging in de rechte lijn en |
| tussen partners, bij notariële akte wordt geschonken aan een of meer | tussen partners, bij notariële akte wordt geschonken aan een of meer |
| van zijn afstammelingen of aan een of meer personen die voor de | van zijn afstammelingen of aan een of meer personen die voor de |
| toepassing van de schenkbelasting met afstammelingen worden | toepassing van de schenkbelasting met afstammelingen worden |
| gelijkgesteld, wordt de schenking vrijgesteld van de schenkbelasting | gelijkgesteld, wordt de schenking vrijgesteld van de schenkbelasting |
| in de mate dat de waarde van de geschonken goederen de brutowaarde van | in de mate dat de waarde van de geschonken goederen de brutowaarde van |
| de met erfbelasting belaste goederen niet te boven gaat. | de met erfbelasting belaste goederen niet te boven gaat. |
| In voorkomend geval wordt het bedrag van de vrijstelling, vermeld in | In voorkomend geval wordt het bedrag van de vrijstelling, vermeld in |
| het eerste lid, beperkt met toepassing van de volgende formule: X = a | het eerste lid, beperkt met toepassing van de volgende formule: X = a |
| x b/c, waarbij de parameters als volgt worden gedefinieerd: | x b/c, waarbij de parameters als volgt worden gedefinieerd: |
| 1° a = het bedrag van de schenkbelasting zonder de toepassing van de | 1° a = het bedrag van de schenkbelasting zonder de toepassing van de |
| vrijstelling; | vrijstelling; |
| 2° b = het gedeelte van de schenking dat overeenstemt met de met | 2° b = het gedeelte van de schenking dat overeenstemt met de met |
| erfbelasting belaste brutowaarde; | erfbelasting belaste brutowaarde; |
| 3° c = de totale belastbare grondslag van de schenking. | 3° c = de totale belastbare grondslag van de schenking. |
| Het bedrag van de vrijstelling, vermeld in het eerste lid, kan nooit | Het bedrag van de vrijstelling, vermeld in het eerste lid, kan nooit |
| hoger zijn dan het bedrag van de erfbelasting dat geheven werd op de | hoger zijn dan het bedrag van de erfbelasting dat geheven werd op de |
| overdracht aan de schenker. Als de schenker meer dan één schenking | overdracht aan de schenker. Als de schenker meer dan één schenking |
| doet zoals vermeld in het eerste lid, wordt het maximumbedrag van de | doet zoals vermeld in het eerste lid, wordt het maximumbedrag van de |
| vrijstelling beoordeeld voor alle schenkingen samen. | vrijstelling beoordeeld voor alle schenkingen samen. |
| In voorkomend geval wordt het bedrag van de erfbelasting, vermeld in | In voorkomend geval wordt het bedrag van de erfbelasting, vermeld in |
| het derde lid, beperkt met toepassing van de volgende formule: X = a x | het derde lid, beperkt met toepassing van de volgende formule: X = a x |
| b/c, waarbij de parameters als volgt worden gedefinieerd: | b/c, waarbij de parameters als volgt worden gedefinieerd: |
| 1° a = het bedrag van de erfbelasting berekend in hoofde van de | 1° a = het bedrag van de erfbelasting berekend in hoofde van de |
| schenker op de betrokken categorie goederen; | schenker op de betrokken categorie goederen; |
| 2° b = het gedeelte van de schenking dat overeenstemt met de met | 2° b = het gedeelte van de schenking dat overeenstemt met de met |
| erfbelasting belaste brutowaarde; | erfbelasting belaste brutowaarde; |
| 3° c = de brutowaarde van de met erfbelasting belaste goederen in de | 3° c = de brutowaarde van de met erfbelasting belaste goederen in de |
| betrokken categorie. | betrokken categorie. |
| Het bedrag van de erfbelasting, vermeld in het derde lid, dat geheven | Het bedrag van de erfbelasting, vermeld in het derde lid, dat geheven |
| werd op de overdracht aan de schenker is het bedrag dat op regelmatige | werd op de overdracht aan de schenker is het bedrag dat op regelmatige |
| wijze in hoofde van deze persoon werd geheven op zicht van de aangifte | wijze in hoofde van deze persoon werd geheven op zicht van de aangifte |
| die werd ingediend bij toepassing van artikel 3.3.1.0.5. | die werd ingediend bij toepassing van artikel 3.3.1.0.5. |
| Voor schenkingen onderworpen aan het tarief, vermeld in artikel | Voor schenkingen onderworpen aan het tarief, vermeld in artikel |
| 2.8.4.1.1, § 1, of artikel 2.8.4.2.1, kan de vrijstelling niet | 2.8.4.1.1, § 1, of artikel 2.8.4.2.1, kan de vrijstelling niet |
| verleend worden in de mate deze schenking een onroerend goed tot | verleend worden in de mate deze schenking een onroerend goed tot |
| voorwerp heeft dat geen deel uitmaakte van de verkrijging bij het | voorwerp heeft dat geen deel uitmaakte van de verkrijging bij het |
| overlijden, vermeld in het eerste lid. | overlijden, vermeld in het eerste lid. |
| Voor de toepassing van de vrijstelling, vermeld in het eerste lid, is | Voor de toepassing van de vrijstelling, vermeld in het eerste lid, is |
| vereist dat: | vereist dat: |
| 1° de nalatenschap van de erflater waaruit de waarde van de geschonken | 1° de nalatenschap van de erflater waaruit de waarde van de geschonken |
| goederen werd verkregen fiscaal gelokaliseerd is in het Vlaamse | goederen werd verkregen fiscaal gelokaliseerd is in het Vlaamse |
| Gewest; | Gewest; |
| 2° het overlijden heeft plaatsgevonden na 31 augustus 2018; | 2° het overlijden heeft plaatsgevonden na 31 augustus 2018; |
| 3° de erfbelasting die werd geheven op de overdracht, is betaald; | 3° de erfbelasting die werd geheven op de overdracht, is betaald; |
| 4° de schenking noch aan een opschortende voorwaarde, noch aan een | 4° de schenking noch aan een opschortende voorwaarde, noch aan een |
| opschortende termijn is onderworpen; | opschortende termijn is onderworpen; |
| 5° de vrijstelling wordt gevraagd overeenkomstig artikel 3.12.3.0.1, § | 5° de vrijstelling wordt gevraagd overeenkomstig artikel 3.12.3.0.1, § |
| 1, 3° en 4°. | 1, 3° en 4°. |
| Voor de toepassing van dit artikel moet onder brutowaarde worden | Voor de toepassing van dit artikel moet onder brutowaarde worden |
| begrepen: de belastbare waarde van de betrokken goederen voor de | begrepen: de belastbare waarde van de betrokken goederen voor de |
| heffing van de erfbelasting, vóór enige aftrek van passief.". | heffing van de erfbelasting, vóór enige aftrek van passief.". |
Art. 12.Aan artikel 3.3.1.0.8, § 1, eerste lid, van hetzelfde |
Art. 12.Aan artikel 3.3.1.0.8, § 1, eerste lid, van hetzelfde |
| decreet, ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014 en gewijzigd | decreet, ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014 en gewijzigd |
| bij het decreet van 17 juli 2015, worden een punt 15° tot en met 17° | bij het decreet van 17 juli 2015, worden een punt 15° tot en met 17° |
| toegevoegd, die luiden als volgt: | toegevoegd, die luiden als volgt: |
| "15° in voorkomend geval de erfovereenkomst, vermeld in artikel 1100/7 | "15° in voorkomend geval de erfovereenkomst, vermeld in artikel 1100/7 |
| van het Burgerlijk Wetboek. In dat geval wordt een kopie van die | van het Burgerlijk Wetboek. In dat geval wordt een kopie van die |
| notariële erfovereenkomst bij de aangifte gevoegd; | notariële erfovereenkomst bij de aangifte gevoegd; |
| 16° in voorkomend geval de verkrijgingen van vruchtgebruik met | 16° in voorkomend geval de verkrijgingen van vruchtgebruik met |
| toepassing van artikel 858bis, § 3 en § 4, van het Burgerlijk Wetboek. | toepassing van artikel 858bis, § 3 en § 4, van het Burgerlijk Wetboek. |
| In dat geval wordt een kopie van de akte van schenking bij de aangifte | In dat geval wordt een kopie van de akte van schenking bij de aangifte |
| gevoegd; | gevoegd; |
| 17° in voorkomend geval welke schenkingen, levensverzekeringen en | 17° in voorkomend geval welke schenkingen, levensverzekeringen en |
| legaten aan inbreng of inkorting zijn onderworpen en in bevestigend | legaten aan inbreng of inkorting zijn onderworpen en in bevestigend |
| geval op welke wijze de inbreng of inkorting gebeurt.". | geval op welke wijze de inbreng of inkorting gebeurt.". |
Art. 13.In artikel 3.12.3.0.1, § 1, 4°, van hetzelfde decreet, |
Art. 13.In artikel 3.12.3.0.1, § 1, 4°, van hetzelfde decreet, |
| ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014 en laatst gewijzigd bij | ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014 en laatst gewijzigd bij |
| het decreet van 18 mei 2018, wordt tussen de zinsnede "artikel | het decreet van 18 mei 2018, wordt tussen de zinsnede "artikel |
| 2.8.6.0.3," en de zinsnede "artikel 2.9.4.2.12" de zinsnede "artikel | 2.8.6.0.3," en de zinsnede "artikel 2.9.4.2.12" de zinsnede "artikel |
| 2.8.6.0.9," ingevoegd. | 2.8.6.0.9," ingevoegd. |
Art. 14.Dit decreet treedt in werking op 1 september 2018. |
Art. 14.Dit decreet treedt in werking op 1 september 2018. |
| Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad | Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad |
| zal worden bekendgemaakt. | zal worden bekendgemaakt. |
| Brussel, 6 juli 2018. | Brussel, 6 juli 2018. |
| De minister-president van de Vlaamse Regering, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| G. BOURGEOIS | G. BOURGEOIS |
| De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, | De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, |
| B. TOMMELEIN | B. TOMMELEIN |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| VERWIJZINGEN | VERWIJZINGEN |
| (1) Zitting 2017-2018 | (1) Zitting 2017-2018 |
| Stukken: - Ontwerp van decreet : 1584 - Nr. 1 | Stukken: - Ontwerp van decreet : 1584 - Nr. 1 |
| - Amendementen : 1584 - Nr. 2 | - Amendementen : 1584 - Nr. 2 |
| - Verslag : 1584 - Nr. 3 | - Verslag : 1584 - Nr. 3 |
| - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1584 - Nr. 4 | - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1584 - Nr. 4 |
| Handelingen - Bespreking en aanneming: Vergadering van 27 juni 2018. | Handelingen - Bespreking en aanneming: Vergadering van 27 juni 2018. |