← Terug naar "Omzendbrief nr. 2.719 betreffende het verbod van jacht op grof wild in de afgesloten gebieden "
Omzendbrief nr. 2.719 betreffende het verbod van jacht op grof wild in de afgesloten gebieden | Omzendbrief nr. 2.719 betreffende het verbod van jacht op grof wild in de afgesloten gebieden |
---|---|
WAALSE OVERHEIDSDIENST | WAALSE OVERHEIDSDIENST |
19 NOVEMBER 2013. - Omzendbrief nr. 2.719 betreffende het verbod van | 19 NOVEMBER 2013. - Omzendbrief nr. 2.719 betreffende het verbod van |
jacht op grof wild in de afgesloten gebieden | jacht op grof wild in de afgesloten gebieden |
1. Doel van de omzendbrief | 1. Doel van de omzendbrief |
Deze omzendbrief dient om de personeelsleden van het « Département de | Deze omzendbrief dient om de personeelsleden van het « Département de |
la Nature et des Forêts (DNF) (Departement Natuur en Bossen) » alsook | la Nature et des Forêts (DNF) (Departement Natuur en Bossen) » alsook |
die van de « Unité anti-braconnage (UAB) du Département de la Police | die van de « Unité anti-braconnage (UAB) du Département de la Police |
et des Contrôles (DPC) (Antistroperij-eenheid (UAB) van het | et des Contrôles (DPC) (Antistroperij-eenheid (UAB) van het |
Departement Politie en Controles) » een toelichting en richtlijnen te | Departement Politie en Controles) » een toelichting en richtlijnen te |
geven over het wettelijk verbod van jacht op grof wild in de | geven over het wettelijk verbod van jacht op grof wild in de |
afgesloten gebieden. | afgesloten gebieden. |
De bepalingen van de jachtwetgeving die dat verbod organiseren zijn in | De bepalingen van de jachtwetgeving die dat verbod organiseren zijn in |
de loop der tijd het voorwerp geweest van verschillende interpretaties | de loop der tijd het voorwerp geweest van verschillende interpretaties |
en werden heel lang met een afwachtende houding toegepast op het | en werden heel lang met een afwachtende houding toegepast op het |
terrein. Deze toestand is te wijten met name aan de beroepen ingesteld | terrein. Deze toestand is te wijten met name aan de beroepen ingesteld |
in 1999 bij de Raad van State door sommige privé-eigenaars en | in 1999 bij de Raad van State door sommige privé-eigenaars en |
verenigingen die hun belangen [1] verdedigen en aan de aanneming in | verenigingen die hun belangen [1] verdedigen en aan de aanneming in |
oktober 2000 van een omstreden ministeriële [2] omzendbrief wat | oktober 2000 van een omstreden ministeriële [2] omzendbrief wat |
betreft de wijze waarop de definitie van een afgesloten gebied erin | betreft de wijze waarop de definitie van een afgesloten gebied erin |
geïnterpreteerd wordt. | geïnterpreteerd wordt. |
Het komt er nu op aan dat alle ambtenaren die met de jachtpolitie | Het komt er nu op aan dat alle ambtenaren die met de jachtpolitie |
belast worden die wetsbepalingen op dezelfde wijze begrijpen en op het | belast worden die wetsbepalingen op dezelfde wijze begrijpen en op het |
terrein toepassen. Dit doet natuurlijk niets af aan het feit dat de | terrein toepassen. Dit doet natuurlijk niets af aan het feit dat de |
interpretatie van die bepalingen per slot van zaken toekomt aan de | interpretatie van die bepalingen per slot van zaken toekomt aan de |
parketten en rechtbanken. | parketten en rechtbanken. |
2. Wettelijke en rechtspraakreferenties | 2. Wettelijke en rechtspraakreferenties |
2.1. Wettelijke referenties | 2.1. Wettelijke referenties |
- jachtwet van 28 februari 1882 : | - jachtwet van 28 februari 1882 : |
* artikel 1, § 1, 10°, ingevoegd bij artikel 1 van het decreet van 14 | * artikel 1, § 1, 10°, ingevoegd bij artikel 1 van het decreet van 14 |
juli 1994 (Belgisch Staatsblad van 28 september 1994); | juli 1994 (Belgisch Staatsblad van 28 september 1994); |
* artikel 2ter, ingevoegd bij artikel 10 van voornoemd decreet; | * artikel 2ter, ingevoegd bij artikel 10 van voornoemd decreet; |
- besluit van de Waalse Regering van 3 juni 1999 tot bepaling van de | - besluit van de Waalse Regering van 3 juni 1999 tot bepaling van de |
hoogte van de afsluitingen bedoeld bij artikel 2ter, tweede lid, van | hoogte van de afsluitingen bedoeld bij artikel 2ter, tweede lid, van |
de jachtwet van 28 februari 1882 (Belgisch Staatsblad van 10 juli | de jachtwet van 28 februari 1882 (Belgisch Staatsblad van 10 juli |
1999). | 1999). |
2.2. Rechtspraakreferenties | 2.2. Rechtspraakreferenties |
- vonnis van 18 oktober 2006 van de rechtbank van eerste aanleg van | - vonnis van 18 oktober 2006 van de rechtbank van eerste aanleg van |
Verviers, 10e Correctionele Kamer : | Verviers, 10e Correctionele Kamer : |
- arrest nr. 198.192 van 24 november 2009 van de Raad van State; | - arrest nr. 198.192 van 24 november 2009 van de Raad van State; |
- arrest van 4 oktober 2011 van het hof van beroep van Luik, 4e | - arrest van 4 oktober 2011 van het hof van beroep van Luik, 4e |
Correctionele Kamer; | Correctionele Kamer; |
- arrest van 22 februari 2012 van het Hof van Cassatie. | - arrest van 22 februari 2012 van het Hof van Cassatie. |
3. Context | 3. Context |
Zoals alle levende wezens moet het grof wild beschikken over voedsel | Zoals alle levende wezens moet het grof wild beschikken over voedsel |
om zich te voeden, over beschutting om te schuilen en over partners in | om zich te voeden, over beschutting om te schuilen en over partners in |
voldoend aantal om zijn afstamming te waarborgen. | voldoend aantal om zijn afstamming te waarborgen. |
De ruimte die een individu nodig heeft om aan het geheel van zijn | De ruimte die een individu nodig heeft om aan het geheel van zijn |
behoeften te voldoen vormt wat men zijn vitaal domein noemt. Naar | behoeften te voldoen vormt wat men zijn vitaal domein noemt. Naar |
gelang van de soorten zal het individu die ruimte geheel, gedeeltelijk | gelang van de soorten zal het individu die ruimte geheel, gedeeltelijk |
of geenszins delen met vertegenwoordigers van zijn eigen soort. Die | of geenszins delen met vertegenwoordigers van zijn eigen soort. Die |
deling kan permanent of seizoensgebonden zijn, waarbij al dan niet een | deling kan permanent of seizoensgebonden zijn, waarbij al dan niet een |
geslacht of een leeftijdscategorie uitgesloten wordt. | geslacht of een leeftijdscategorie uitgesloten wordt. |
Wat het soort ree betreft, bedraagt het vitale domein van een individu | Wat het soort ree betreft, bedraagt het vitale domein van een individu |
hoogstens een tiental hectaren. Wat het soort hert betreft, bedraagt | hoogstens een tiental hectaren. Wat het soort hert betreft, bedraagt |
het vitale domein van 700 tot 1 500 ha voor een hinde en van 1 500 tot | het vitale domein van 700 tot 1 500 ha voor een hinde en van 1 500 tot |
5 000 ha en meer voor een hert. Wat het soort everzwijn betreft, | 5 000 ha en meer voor een hert. Wat het soort everzwijn betreft, |
bedraagt het vitale domein van 500 tot 5 000 ha voor de vrouwtjes en | bedraagt het vitale domein van 500 tot 5 000 ha voor de vrouwtjes en |
van 1 500 tot 10 000 ha voor de mannetjes. Het gaat hier om ordes van | van 1 500 tot 10 000 ha voor de mannetjes. Het gaat hier om ordes van |
grootte die louter ten indicatieve titel gegeven worden, daar de | grootte die louter ten indicatieve titel gegeven worden, daar de |
oppervlakte van de vitale domeinen van die cijfers kan afwijken, met | oppervlakte van de vitale domeinen van die cijfers kan afwijken, met |
name naar gelang van de rijkdom van het milieu of van de kalmte. | name naar gelang van de rijkdom van het milieu of van de kalmte. |
De onvermijdelijke ontwikkeling van de bebouwing en de | De onvermijdelijke ontwikkeling van de bebouwing en de |
communicatiewegen heeft in de loop der tijd een druk uitgeoefend op | communicatiewegen heeft in de loop der tijd een druk uitgeoefend op |
het vitale domein van het grof wild. Soms kunnen de dieren van het | het vitale domein van het grof wild. Soms kunnen de dieren van het |
soort grof wild slechts aan hun behoeften voldoen door de | soort grof wild slechts aan hun behoeften voldoen door de |
overexploitatie van de hulpbronnen die beschikbaar zijn binnen het | overexploitatie van de hulpbronnen die beschikbaar zijn binnen het |
bos, dat vandaag het grootste gedeelte van hun vitale domeinen vormt. | bos, dat vandaag het grootste gedeelte van hun vitale domeinen vormt. |
Dat verschijnsel is de laatste decennia verergerd door de aanzienlijke | Dat verschijnsel is de laatste decennia verergerd door de aanzienlijke |
toename van de populaties grof wild en vanwege het feit dat het | toename van de populaties grof wild en vanwege het feit dat het |
publiek het bos binnendringt en zodoende de rust van de dieren in het | publiek het bos binnendringt en zodoende de rust van de dieren in het |
gedrang brengt. | gedrang brengt. |
Daar de Waalse wetgever vaststelt dat die stand van zaken plaatselijk | Daar de Waalse wetgever vaststelt dat die stand van zaken plaatselijk |
nog toeneemt door de aanwezigheid in de bossen van talrijke | nog toeneemt door de aanwezigheid in de bossen van talrijke |
afsluitingen die de verplaatsingen van het grof wild belemmeren tussen | afsluitingen die de verplaatsingen van het grof wild belemmeren tussen |
jachtgebieden [3], heeft hij gewenst op dat vlak tussen te komen bij | jachtgebieden [3], heeft hij gewenst op dat vlak tussen te komen bij |
de aanneming van het decreet van 14 juli 1994 houdende wijziging van | de aanneming van het decreet van 14 juli 1994 houdende wijziging van |
de jachtwet van 28 februari 1882. | de jachtwet van 28 februari 1882. |
4. Toelichting over de wetsbepalingen | 4. Toelichting over de wetsbepalingen |
4.1. Artikel 1, § 1, 10°, en artikel 2ter, eerste lid, van de jachtwet | 4.1. Artikel 1, § 1, 10°, en artikel 2ter, eerste lid, van de jachtwet |
Om aan te sporen tot de ontmanteling van de afsluitingen in de | Om aan te sporen tot de ontmanteling van de afsluitingen in de |
jachtgebieden, heeft de Waalse wetgever dus besloten de jacht op grof | jachtgebieden, heeft de Waalse wetgever dus besloten de jacht op grof |
wild te verbieden in de afgesloten gebieden [4] (cfr artikel 2ter van | wild te verbieden in de afgesloten gebieden [4] (cfr artikel 2ter van |
de jachtwet, eerste lid) en het afgesloten gebied te definiëren als | de jachtwet, eerste lid) en het afgesloten gebied te definiëren als |
volgt : « ieder jachtgebied of deel van jachtgebied dat voortdurend of | volgt : « ieder jachtgebied of deel van jachtgebied dat voortdurend of |
tijdelijk afgesloten is door één of meer hindernissen die de vrije | tijdelijk afgesloten is door één of meer hindernissen die de vrije |
verplaatsing van ieder soort grof wild hindert » (cf. artikel 1, § 1, | verplaatsing van ieder soort grof wild hindert » (cf. artikel 1, § 1, |
10°, van de jachtwet). | 10°, van de jachtwet). |
Toelichting : | Toelichting : |
Wat gestraft wordt is het feit dat gejaagd wordt op grof wild binnen | Wat gestraft wordt is het feit dat gejaagd wordt op grof wild binnen |
een afgesloten gebied en dat dus de jacht bedreven wordt. | een afgesloten gebied en dat dus de jacht bedreven wordt. |
De definitie van het jachtbedrijf is ruim en ligt vast in artikel 1, § | De definitie van het jachtbedrijf is ruim en ligt vast in artikel 1, § |
1, van de jachtwet van 28 februari 1882 « de handeling die erin | 1, van de jachtwet van 28 februari 1882 « de handeling die erin |
bestaan wild te vangen of te doden, alsook zijn opzoeking of | bestaan wild te vangen of te doden, alsook zijn opzoeking of |
achtervolging met hetzelfde doeleinde ». | achtervolging met hetzelfde doeleinde ». |
De regels van de medeplichtigheid en het mededaderschap (mededader) | De regels van de medeplichtigheid en het mededaderschap (mededader) |
zijn toepasselijk : bijgevolg kan niet alleen de jager sensu stricto | zijn toepasselijk : bijgevolg kan niet alleen de jager sensu stricto |
gestraft worden, maar ook al degenen die meedoen aan het jachtbedrijf | gestraft worden, maar ook al degenen die meedoen aan het jachtbedrijf |
(drijvers, organisatoren van de klopjacht, die volkomen bewust zijn | (drijvers, organisatoren van de klopjacht, die volkomen bewust zijn |
van het feit dat ze in een afgesloten gebied jagen). | van het feit dat ze in een afgesloten gebied jagen). |
Degene die de afsluiting geplaatst heeft, is niet per se schuldig aan | Degene die de afsluiting geplaatst heeft, is niet per se schuldig aan |
de overtreding; hij kan slechts schuldig verklaard worden als het | de overtreding; hij kan slechts schuldig verklaard worden als het |
vaststaat dat hij die afsluiting bewust heeft geplaatst om de jacht te | vaststaat dat hij die afsluiting bewust heeft geplaatst om de jacht te |
vergemakkelijken en het wild binnen bedoeld gebied te houden. | vergemakkelijken en het wild binnen bedoeld gebied te houden. |
De definitie van het afgesloten gebied die in artikel 1, § 1, 10°, van | De definitie van het afgesloten gebied die in artikel 1, § 1, 10°, van |
de jachtwet vastligt, geeft aanleiding tot volgende toelichting : | de jachtwet vastligt, geeft aanleiding tot volgende toelichting : |
a) het begrip "vrije verplaatsing" houdt in dat het grof wild zich | a) het begrip "vrije verplaatsing" houdt in dat het grof wild zich |
altijd en zonder onnodige dwang moeten kunnen verplaatsen om | altijd en zonder onnodige dwang moeten kunnen verplaatsen om |
rechtstreeks op de plekken te komen waar het zich zou kunnen voeden, | rechtstreeks op de plekken te komen waar het zich zou kunnen voeden, |
verschuilen en voortplanten. | verschuilen en voortplanten. |
Volgens de definitie van het afgesloten gebied komen zelfs tijdelijke | Volgens de definitie van het afgesloten gebied komen zelfs tijdelijke |
hindernissen immers in aanmerking om het "afgesloten" karakter van een | hindernissen immers in aanmerking om het "afgesloten" karakter van een |
gebied [5] te bepalen. Anderzijds hoeft het gebied niet volledig | gebied [5] te bepalen. Anderzijds hoeft het gebied niet volledig |
omheind te zijn om als afgesloten te worden beschouwd vermits de | omheind te zijn om als afgesloten te worden beschouwd vermits de |
definitie verwijst naar een gebied dat gedeeltelijk afgebakend is door | definitie verwijst naar een gebied dat gedeeltelijk afgebakend is door |
één of meer hindernissen. Volgens de definitie houdt de mogelijke | één of meer hindernissen. Volgens de definitie houdt de mogelijke |
aanwezigheid van verschillende hindernissen overigens ook in dat er | aanwezigheid van verschillende hindernissen overigens ook in dat er |
een eventuele onderbreking tussen hen bestaat [6]. | een eventuele onderbreking tussen hen bestaat [6]. |
Een hindernis van enkele meters, laat staan van enkele tientallen | Een hindernis van enkele meters, laat staan van enkele tientallen |
meters, belemmert nauwelijks de verplaatsing van het grof wild. | meters, belemmert nauwelijks de verplaatsing van het grof wild. |
Daarentegen doet een opening van enkele meters in een afsluiting van | Daarentegen doet een opening van enkele meters in een afsluiting van |
verschillende honderdtallen meters weinig af aan het feit dat die | verschillende honderdtallen meters weinig af aan het feit dat die |
afsluiting het grof wild ontegensprekelijk hindert in zijn | afsluiting het grof wild ontegensprekelijk hindert in zijn |
verplaatsingen. | verplaatsingen. |
De hindernis moet omvangrijk zijn zodat het coherent lijkt dat a | De hindernis moet omvangrijk zijn zodat het coherent lijkt dat a |
priori geen rekening wordt gehouden met het bestaan van een afsluiting | priori geen rekening wordt gehouden met het bestaan van een afsluiting |
van minder dan 300 meter lang en verwijderd van elk stuk afsluiting | van minder dan 300 meter lang en verwijderd van elk stuk afsluiting |
met een minimale lengte van 100 meter. | met een minimale lengte van 100 meter. |
Een afsluiting waarvan de lengte minder dan 300 meter bedraagt kan | Een afsluiting waarvan de lengte minder dan 300 meter bedraagt kan |
evenwel beschouwd worden als een hindernis voor de vrije verplaatsing | evenwel beschouwd worden als een hindernis voor de vrije verplaatsing |
van het grof wild : | van het grof wild : |
- als ze niet bestond op de datum van ondertekening van deze | - als ze niet bestond op de datum van ondertekening van deze |
omzendbrief, of als ze na die datum verlengd (of tot meer dan 1,20 m | omzendbrief, of als ze na die datum verlengd (of tot meer dan 1,20 m |
verhoogd) werd; | verhoogd) werd; |
- als ze het voorwerp uitmaakt van een klacht van de naburige houder | - als ze het voorwerp uitmaakt van een klacht van de naburige houder |
van het jachtrecht die acht dat die afsluiting zoals ze geplaatst is | van het jachtrecht die acht dat die afsluiting zoals ze geplaatst is |
en vanwege de configuratie van de plaats alleen dient om te beletten | en vanwege de configuratie van de plaats alleen dient om te beletten |
dat de dieren zijn jachtgebied betreden; | dat de dieren zijn jachtgebied betreden; |
b) het volstaat dat de vrije verplaatsing van één enkel soort grof | b) het volstaat dat de vrije verplaatsing van één enkel soort grof |
wild [7] op de één of andere manier gehinderd wordt om het gebied als | wild [7] op de één of andere manier gehinderd wordt om het gebied als |
afgesloten te beschouwen en, bijgevolg, om er de jacht op alle soorten | afgesloten te beschouwen en, bijgevolg, om er de jacht op alle soorten |
grof wild te verbieden; | grof wild te verbieden; |
c) de aard van de hindernissen die de vrije verplaatsing van het grof | c) de aard van de hindernissen die de vrije verplaatsing van het grof |
wild belemmeren wordt niet nader bepaald in de definitie van het | wild belemmeren wordt niet nader bepaald in de definitie van het |
afgesloten gebied. Het is dus een feitelijke kwestie, die al naar | afgesloten gebied. Het is dus een feitelijke kwestie, die al naar |
gelang van het geval op het terrein beoordeeld moet worden [8]. | gelang van het geval op het terrein beoordeeld moet worden [8]. |
Maar het is dan ook alleen maar een feitelijke kwestie. De intentie | Maar het is dan ook alleen maar een feitelijke kwestie. De intentie |
heeft immers weinig belang : de doelstelling nagestreefd door het | heeft immers weinig belang : de doelstelling nagestreefd door het |
bestaan van de afsluiting moet dus niet per se de belemmering van de | bestaan van de afsluiting moet dus niet per se de belemmering van de |
vrije verplaatsing van het wild zijn. De afsluiting moet dus niet per | vrije verplaatsing van het wild zijn. De afsluiting moet dus niet per |
se door de jager of op verzoek van de jager geplaatst worden : ze kan | se door de jager of op verzoek van de jager geplaatst worden : ze kan |
het feit van derden zijn, al dan niet in overleg met de jager. | het feit van derden zijn, al dan niet in overleg met de jager. |
Bijgevolg, indien er feitelijk belemmering van de vrije verplaatsing | Bijgevolg, indien er feitelijk belemmering van de vrije verplaatsing |
van het grof wild is, is het gebied afgesloten in de zin van de | van het grof wild is, is het gebied afgesloten in de zin van de |
jachtwet. | jachtwet. |
4.2. Artikel 2ter, tweede lid, van de jachtwet van 28 februari 1882 en | 4.2. Artikel 2ter, tweede lid, van de jachtwet van 28 februari 1882 en |
besluit van de Waalse Regering van 3 juni 1999 tot bepaling van de | besluit van de Waalse Regering van 3 juni 1999 tot bepaling van de |
hoogte van de afsluitingen bedoeld in artikel 2ter, tweede lid, van de | hoogte van de afsluitingen bedoeld in artikel 2ter, tweede lid, van de |
jachtwet | jachtwet |
Artikel 2ter, eerste lid, van de wet formuleert een algemene regel | Artikel 2ter, eerste lid, van de wet formuleert een algemene regel |
(het verbod van jacht op grof wild in de afgesloten gebieden). | (het verbod van jacht op grof wild in de afgesloten gebieden). |
De Waalse wetgever heeft evenwel voorzien in een afwijking van die | De Waalse wetgever heeft evenwel voorzien in een afwijking van die |
algemene regel door erop te wijzen dat de terreinen of delen van | algemene regel door erop te wijzen dat de terreinen of delen van |
terreinen omringd met afsluitingen geplaatst voor de veiligheid van | terreinen omringd met afsluitingen geplaatst voor de veiligheid van |
mensen, alsook voor de bescherming van teelten en het houden van vee | mensen, alsook voor de bescherming van teelten en het houden van vee |
niet vielen onder dat verbod van jacht op grof wild (cfr artikel 2ter | niet vielen onder dat verbod van jacht op grof wild (cfr artikel 2ter |
van de jachtwet, tweede lid). Met andere woorden, de Waalse wetgever | van de jachtwet, tweede lid). Met andere woorden, de Waalse wetgever |
heeft erkend dat de handhaving (of het plaatsen) van die afsluitingen | heeft erkend dat de handhaving (of het plaatsen) van die afsluitingen |
noodzakelijk kon zijn in andere omstandigheden en dan de bovenhand zou | noodzakelijk kon zijn in andere omstandigheden en dan de bovenhand zou |
krijgen op de noodzaak om de vrije verplaatsing van het grof wild te | krijgen op de noodzaak om de vrije verplaatsing van het grof wild te |
garanderen. | garanderen. |
In dat kader heeft hij de Waalse Regering ertoe gemachtigd de hoogte | In dat kader heeft hij de Waalse Regering ertoe gemachtigd de hoogte |
van de betrokken afsluitingen te bepalen, rekening houdend met de | van de betrokken afsluitingen te bepalen, rekening houdend met de |
doelstellingen - veiligheid, bescherming van teelten of houden van vee | doelstellingen - veiligheid, bescherming van teelten of houden van vee |
- die hun handhaving (of plaatsing) wilde nastreven. | - die hun handhaving (of plaatsing) wilde nastreven. |
Die hoogte werd door de Waalse Regering vastgelegd op 1,20 m maximum | Die hoogte werd door de Waalse Regering vastgelegd op 1,20 m maximum |
voor de bescherming van teelten en het houden van vee en op 5 m | voor de bescherming van teelten en het houden van vee en op 5 m |
maximum voor de veiligheid van mensen (cf. besluit van de Waalse | maximum voor de veiligheid van mensen (cf. besluit van de Waalse |
Regering van 3 juni 1999, artikel 1). | Regering van 3 juni 1999, artikel 1). |
Toelichting : | Toelichting : |
Door een maximale hoogte van 1,20 m te bepalen voor de bescherming van | Door een maximale hoogte van 1,20 m te bepalen voor de bescherming van |
teelten, heeft de toenmalige Regering duidelijk aangegeven dat de | teelten, heeft de toenmalige Regering duidelijk aangegeven dat de |
handhaving of het plaatsen van die afsluitingen slechts voor de door | handhaving of het plaatsen van die afsluitingen slechts voor de door |
everzwijnen toegebrachte schade echt gerechtvaardigd was. | everzwijnen toegebrachte schade echt gerechtvaardigd was. |
Wat betreft de afsluitingen die de veiligheid van mensen waarborgen, | Wat betreft de afsluitingen die de veiligheid van mensen waarborgen, |
kunnen verschillende situaties in overweging genomen worden : | kunnen verschillende situaties in overweging genomen worden : |
afsluitingen rondom militaire installaties, rondom steengroeven, langs | afsluitingen rondom militaire installaties, rondom steengroeven, langs |
autosnelwegen, ... Aanvankelijk heeft de Regering het niet nuttig | autosnelwegen, ... Aanvankelijk heeft de Regering het niet nuttig |
geacht om een maximumhoogte voor dat type afsluiting uitdrukkelijk | geacht om een maximumhoogte voor dat type afsluiting uitdrukkelijk |
vast te leggen. Als antwoord op een bezwaar van de Raad van State | vast te leggen. Als antwoord op een bezwaar van de Raad van State |
heeft ze die hoogte uiteindelijk willekeurig op 5 m vastgelegd. | heeft ze die hoogte uiteindelijk willekeurig op 5 m vastgelegd. |
Om in aanmerking te komen voor de niet-toepassing van het verbod van | Om in aanmerking te komen voor de niet-toepassing van het verbod van |
jacht op grof wild waarin artikel 2ter, tweede lid, van de jachtwet | jacht op grof wild waarin artikel 2ter, tweede lid, van de jachtwet |
voorziet, moet de plaatsing van de afsluiting gerechtvaardigd worden | voorziet, moet de plaatsing van de afsluiting gerechtvaardigd worden |
door een objectieve reden - de bescherming van teelten bijvoorbeeld - | door een objectieve reden - de bescherming van teelten bijvoorbeeld - |
daar de hoogte alleen niet volstaat. Het loutere feit dat een | daar de hoogte alleen niet volstaat. Het loutere feit dat een |
omheining die een gebied of een gedeelte van een gebied afsluit niet | omheining die een gebied of een gedeelte van een gebied afsluit niet |
hoger is dan 1,2 m, wil dus nog niet zeggen dat ze geen enkel probleem | hoger is dan 1,2 m, wil dus nog niet zeggen dat ze geen enkel probleem |
levert. Dit zou erop neerkomen dat men zou aannemen dat ze geacht | levert. Dit zou erop neerkomen dat men zou aannemen dat ze geacht |
wordt ambtshalve een rol te vervullen i.v.m. de bescherming van | wordt ambtshalve een rol te vervullen i.v.m. de bescherming van |
teelten of het houden van vee. Welnu, indien een afsluiting van 1,2 m | teelten of het houden van vee. Welnu, indien een afsluiting van 1,2 m |
hoog [9], die langs een vlakte geplaatst wordt, daadwerkelijk als een | hoog [9], die langs een vlakte geplaatst wordt, daadwerkelijk als een |
beschermingsomheining beschouwd moet worden, is dit beslist het geval | beschermingsomheining beschouwd moet worden, is dit beslist het geval |
niet meer als ze geplaatst wordt binnen een bosje, waar ze slechts | niet meer als ze geplaatst wordt binnen een bosje, waar ze slechts |
dient om het jachtgebied af te sluiten en zodoende te trachten er de | dient om het jachtgebied af te sluiten en zodoende te trachten er de |
everzwijnen in te houden. | everzwijnen in te houden. |
4.3. Artikel 8 van de jachtwet | 4.3. Artikel 8 van de jachtwet |
Artikel 8 verbiedt met name het gebruik van tuigen die geschikt zijn | Artikel 8 verbiedt met name het gebruik van tuigen die geschikt zijn |
om het vangen of doden van het wild te vergemakkelijken. Deze bepaling | om het vangen of doden van het wild te vergemakkelijken. Deze bepaling |
is in feite even oud als de jachtwet. In bijzondere omstandigheden kan | is in feite even oud als de jachtwet. In bijzondere omstandigheden kan |
een afsluiting eventueel als verboden tuig beschouwd worden krachtens | een afsluiting eventueel als verboden tuig beschouwd worden krachtens |
artikel 8. | artikel 8. |
Toelichting : | Toelichting : |
Afsluitingen kunnen beschouwd worden als tuig in de zin van artikel 8 | Afsluitingen kunnen beschouwd worden als tuig in de zin van artikel 8 |
van de wet enkel en alleen als ze werkelijk en opzettelijk dienen om | van de wet enkel en alleen als ze werkelijk en opzettelijk dienen om |
het opgejaagde wild te "begeleiden" naar een verplichte doorgang waar | het opgejaagde wild te "begeleiden" naar een verplichte doorgang waar |
het makkelijk geschoten kan worden (principe van de « trechter »). | het makkelijk geschoten kan worden (principe van de « trechter »). |
Dergelijke omheiningen worden doorgaans met opzet geplaatst door de | Dergelijke omheiningen worden doorgaans met opzet geplaatst door de |
houder van het jachtrecht. | houder van het jachtrecht. |
Daarentegen is een gewone omheining die een jachtgebied (of een | Daarentegen is een gewone omheining die een jachtgebied (of een |
gedeelte van een jachtgebied) afsluit op zich geen tuig in de zin van | gedeelte van een jachtgebied) afsluit op zich geen tuig in de zin van |
artikel 8 van de jachtwet, om de reden dat ze een rol zou vervullen | artikel 8 van de jachtwet, om de reden dat ze een rol zou vervullen |
door het wild in het jachtgebied te houden. De aanwezigheid van een | door het wild in het jachtgebied te houden. De aanwezigheid van een |
omheining in de nabijheid van sommige schietposten stelt ook geen | omheining in de nabijheid van sommige schietposten stelt ook geen |
problemen ten opzichte van dat artikel 8. | problemen ten opzichte van dat artikel 8. |
Anderzijds, voor zover de dienst zelf de verwijdering eist van delen | Anderzijds, voor zover de dienst zelf de verwijdering eist van delen |
van omheiningen die niet gerechtvaardigd zijn door de bescherming van | van omheiningen die niet gerechtvaardigd zijn door de bescherming van |
vlaktes, door het houden van vee of door de veiligheid van mensen, kan | vlaktes, door het houden van vee of door de veiligheid van mensen, kan |
er geen sprake van zijn dat hij ook eist dat schietposten verboden | er geen sprake van zijn dat hij ook eist dat schietposten verboden |
worden in de nabijheid van de gecreëerde openingen. | worden in de nabijheid van de gecreëerde openingen. |
Zoals bepaald bij het arrest van 4 oktober 2011 van de 4e | Zoals bepaald bij het arrest van 4 oktober 2011 van de 4e |
correctionele kamer van het hof van beroep van Luik, als de wetgever | correctionele kamer van het hof van beroep van Luik, als de wetgever |
de omheiningen ambtshalve als tuig in de zin van artikel 8 had willen | de omheiningen ambtshalve als tuig in de zin van artikel 8 had willen |
beschouwen, zou hij niet nagelaten hebben de jachtwet dientengevolge | beschouwen, zou hij niet nagelaten hebben de jachtwet dientengevolge |
aan te vullen door er uitdrukkelijk gewag in te maken van omheiningen, | aan te vullen door er uitdrukkelijk gewag in te maken van omheiningen, |
alsook van netten, strikken, wildklemmen, stroppen en al dan niet | alsook van netten, strikken, wildklemmen, stroppen en al dan niet |
vergiftigde lokazen. | vergiftigde lokazen. |
Opdat alle met de jachtpolitie belaste ambtenaren dezelfde houding | Opdat alle met de jachtpolitie belaste ambtenaren dezelfde houding |
zouden aannemen ten opzichte van de toepassing van de onder punt 4 | zouden aannemen ten opzichte van de toepassing van de onder punt 4 |
toegelichte wetsbepalingen, worden de volgende richtlijnen aangenomen. | toegelichte wetsbepalingen, worden de volgende richtlijnen aangenomen. |
5. Richtlijnen | 5. Richtlijnen |
5.1. Wat de methode betreft | 5.1. Wat de methode betreft |
Om te bepalen of een gegeven gebied het voorwerp uitmaakt van het | Om te bepalen of een gegeven gebied het voorwerp uitmaakt van het |
verbod van jacht op grof wild bedoeld in artikel 2ter van de jachtwet, | verbod van jacht op grof wild bedoeld in artikel 2ter van de jachtwet, |
zal gebruik gemaakt worden van onderstaande analyserooster, zonder | zal gebruik gemaakt worden van onderstaande analyserooster, zonder |
omzetting van de volgorde van de vragen die gesteld dienen te worden : | omzetting van de volgorde van de vragen die gesteld dienen te worden : |
Eerste vraag : | Eerste vraag : |
Is het jachtgebied afgesloten in de zin van de jachtwet ? Met andere | Is het jachtgebied afgesloten in de zin van de jachtwet ? Met andere |
woorden, is er een belemmering van de vrije verplaatsing van één of | woorden, is er een belemmering van de vrije verplaatsing van één of |
meer soorten grof wild zoals hierboven aangegeven (punt 4.2.1.) ? | meer soorten grof wild zoals hierboven aangegeven (punt 4.2.1.) ? |
Zoals ook hierboven aangeven, moet die belemmering relevant zijn ten | Zoals ook hierboven aangeven, moet die belemmering relevant zijn ten |
opzichte van het betrokken gebied. | opzichte van het betrokken gebied. |
Tweede vraag : | Tweede vraag : |
Indien de vrije verplaatsing daadwerkelijk belemmerd wordt, kan de | Indien de vrije verplaatsing daadwerkelijk belemmerd wordt, kan de |
hindernis/kunnen de hindernissen grechtvaardigd worden door : | hindernis/kunnen de hindernissen grechtvaardigd worden door : |
- of de veiligheid van mensen ? | - of de veiligheid van mensen ? |
- of de bescherming van teelten ? | - of de bescherming van teelten ? |
- of het houden van vee ? | - of het houden van vee ? |
Derde vraag : | Derde vraag : |
Als het antwoord op de tweede vraag positief is, wordt de door de | Als het antwoord op de tweede vraag positief is, wordt de door de |
Waalse Regering vastgelegde maximumhoogte, met name 1,20 m voor de | Waalse Regering vastgelegde maximumhoogte, met name 1,20 m voor de |
bescherming van teelten en het houden van vee en 5 m voor de | bescherming van teelten en het houden van vee en 5 m voor de |
veiligheid van mensen, in acht genomen ? | veiligheid van mensen, in acht genomen ? |
Als de antwoorden op de 2e en de 3e vraag positief zijn, zijn de | Als de antwoorden op de 2e en de 3e vraag positief zijn, zijn de |
nodige voorwaarden voor de vaststelling van de overtreding niet | nodige voorwaarden voor de vaststelling van de overtreding niet |
vervuld. | vervuld. |
Daarentegen zijn de voorwaarden vervuld als het antwoord op één van de | Daarentegen zijn de voorwaarden vervuld als het antwoord op één van de |
twee laatste vragen negatief is. | twee laatste vragen negatief is. |
Daar de algemene regel de bestraffing van de belemmering is, heeft | Daar de algemene regel de bestraffing van de belemmering is, heeft |
logischerwijs het verbod de overhand in geval van twijfel betreffende | logischerwijs het verbod de overhand in geval van twijfel betreffende |
een positief antwoord op de tweede vraag. | een positief antwoord op de tweede vraag. |
Om twijfels zoveel mogelijk weg te nemen, worden de volgende gegevens | Om twijfels zoveel mogelijk weg te nemen, worden de volgende gegevens |
verstrekt : | verstrekt : |
Openbare veiligheid : | Openbare veiligheid : |
De omheiningen die op initiatief of met de toestemming van de | De omheiningen die op initiatief of met de toestemming van de |
wegbeheerder langs wegen worden geplaatst om de openbare veiligheid te | wegbeheerder langs wegen worden geplaatst om de openbare veiligheid te |
waarborgen vormen een belemmering voor de vrije verplaatsing van het | waarborgen vormen een belemmering voor de vrije verplaatsing van het |
grof wild, maar moeten niet in overweging genomen worden om te bepalen | grof wild, maar moeten niet in overweging genomen worden om te bepalen |
of het gaat om een afgesloten gebied waar de jacht op grof wild | of het gaat om een afgesloten gebied waar de jacht op grof wild |
verboden moet worden [10]. Dit geldt doorgaans ook voor de omheiningen | verboden moet worden [10]. Dit geldt doorgaans ook voor de omheiningen |
die rondom sommige domeinen door hun beheerders geplaatst worden om | die rondom sommige domeinen door hun beheerders geplaatst worden om |
personen de toegang ertoe te ontzeggen om veiligheidsredenen (in het | personen de toegang ertoe te ontzeggen om veiligheidsredenen (in het |
bijzonder de domeinen van Landsverdediging en de | bijzonder de domeinen van Landsverdediging en de |
steengroevegebieden...). | steengroevegebieden...). |
Bescherming van teelten : | Bescherming van teelten : |
De afsluitingen voor de bescherming van teelten moeten geplaatst | De afsluitingen voor de bescherming van teelten moeten geplaatst |
worden aan de rand van de bosmassieven of in de buurt van de bosrand. | worden aan de rand van de bosmassieven of in de buurt van de bosrand. |
Er moet evenwel redelijkerwijs aangenomen worden dat een jager een | Er moet evenwel redelijkerwijs aangenomen worden dat een jager een |
afsluiting ter bescherming van vlaktes plaatst, die niet nauwkeurig de | afsluiting ter bescherming van vlaktes plaatst, die niet nauwkeurig de |
omtrek van de bosrand zou volgen maar om evidente besparingsredenen af | omtrek van de bosrand zou volgen maar om evidente besparingsredenen af |
en toe sommige bosuitgroeisels zou doorkruisen. | en toe sommige bosuitgroeisels zou doorkruisen. |
Anderzijds moet eveneens redelijkerwijs aangenomen worden dat een | Anderzijds moet eveneens redelijkerwijs aangenomen worden dat een |
jager wiens jachtgebied de vlakte niet aangrenst maar die in het | jager wiens jachtgebied de vlakte niet aangrenst maar die in het |
verleden al aanzienlijke schade heeft moeten vergoeden (en die | verleden al aanzienlijke schade heeft moeten vergoeden (en die |
daadwerkelijk heeft vergoed) die het grof wild aan de naburige vlakte | daadwerkelijk heeft vergoed) die het grof wild aan de naburige vlakte |
had toegebracht, een afsluiting mag plaatsen ter bescherming van de | had toegebracht, een afsluiting mag plaatsen ter bescherming van de |
vlakte op zijn grondgebied als zijn buurman, wiens grondgebied de | vlakte op zijn grondgebied als zijn buurman, wiens grondgebied de |
vlakte aangrenst, erin volhardt geen efficiënte preventiemaatregelen | vlakte aangrenst, erin volhardt geen efficiënte preventiemaatregelen |
te nemen tegen die schade, bijvoorbeeld de plaatsing van een | te nemen tegen die schade, bijvoorbeeld de plaatsing van een |
doeltreffende en reglementaire beschermingsomheining tussen het bos en | doeltreffende en reglementaire beschermingsomheining tussen het bos en |
de vlakte. Dit doet geen afbreuk aan het recht van die buurman om de | de vlakte. Dit doet geen afbreuk aan het recht van die buurman om de |
gegrondheid van het gebrek aan voorzorg dat hem aldus verweten zou | gegrondheid van het gebrek aan voorzorg dat hem aldus verweten zou |
worden te betwisten en om de verwijdering van de omheining te eisen | worden te betwisten en om de verwijdering van de omheining te eisen |
omdat ze volgens hem geen reden tot bestaan heeft. | omdat ze volgens hem geen reden tot bestaan heeft. |
In het bijzondere geval van een jachtgebied waarin (dus niet aan de | In het bijzondere geval van een jachtgebied waarin (dus niet aan de |
periferie) een omheinde ruimte bestaat, die al dan niet | periferie) een omheinde ruimte bestaat, die al dan niet |
gerechtvaardigd kan worden door de noodzaak om planten of bomen tegen | gerechtvaardigd kan worden door de noodzaak om planten of bomen tegen |
het wild te beschermen, blijft de jacht op grof wild toegelaten op het | het wild te beschermen, blijft de jacht op grof wild toegelaten op het |
grondgebied buiten die omheinde ruimte, waar ze verboden is. | grondgebied buiten die omheinde ruimte, waar ze verboden is. |
Natuurlijk moet vastgesteld worden dat het noodzakelijk is een echte | Natuurlijk moet vastgesteld worden dat het noodzakelijk is een echte |
aanplanting te beschermen en moet afgezien worden van elke list die | aanplanting te beschermen en moet afgezien worden van elke list die |
erin bestaat de omheinde ruimte op te nemen in een voorziening die | erin bestaat de omheinde ruimte op te nemen in een voorziening die |
klaarblijkelijk bestemd is om het gebied af te sluiten. | klaarblijkelijk bestemd is om het gebied af te sluiten. |
5.2. Wat de gevolgen van de vastgestelde onwettigheid betreft | 5.2. Wat de gevolgen van de vastgestelde onwettigheid betreft |
Eerste periode : voorrang aan preventie en dus aan waarschuwing | Eerste periode : voorrang aan preventie en dus aan waarschuwing |
Sommige houders van het jachtrecht hebben mogelijkerwijs ten onrechte | Sommige houders van het jachtrecht hebben mogelijkerwijs ten onrechte |
geacht dat hun grondgebied niet als afgesloten beschouwd werd. | geacht dat hun grondgebied niet als afgesloten beschouwd werd. |
De met de jachtpolitie belaste ambtenaren zijn immers gedurende | De met de jachtpolitie belaste ambtenaren zijn immers gedurende |
verschillende jaren niet of weinig tussengekomen om het verbod van | verschillende jaren niet of weinig tussengekomen om het verbod van |
jacht op grof wild te doen naleven in de afgesloten gebieden sinds de | jacht op grof wild te doen naleven in de afgesloten gebieden sinds de |
inwerkingtreding ervan op 1 juli 2000, met name om de redenen | inwerkingtreding ervan op 1 juli 2000, met name om de redenen |
aangehaald onder punt 1 (omstreden interpretatieve omzendbrief en | aangehaald onder punt 1 (omstreden interpretatieve omzendbrief en |
beroepen ingesteld bij de Raad van State). | beroepen ingesteld bij de Raad van State). |
Rekening houdend met die stand van zaken, werden de meeste houders van | Rekening houdend met die stand van zaken, werden de meeste houders van |
het jachtrecht wier jachtgebied als afgesloten beschouwd moet worden | het jachtrecht wier jachtgebied als afgesloten beschouwd moet worden |
daarvan door de DFN (Directie Natuur en Bossen) op de hoogte gebracht | daarvan door de DFN (Directie Natuur en Bossen) op de hoogte gebracht |
tijdens de twee laatste jachtseizoenen en werd hen gevraagd hun | tijdens de twee laatste jachtseizoenen en werd hen gevraagd hun |
omheiningen te verwijderen of te verlagen, zodat ze op termijn op zijn | omheiningen te verwijderen of te verlagen, zodat ze op termijn op zijn |
minst niet meer zouden verkeren in een overtredingstoestand | minst niet meer zouden verkeren in een overtredingstoestand |
vergelijkbaar met die welke aanleiding heeft gegeven tot het vonnis | vergelijkbaar met die welke aanleiding heeft gegeven tot het vonnis |
van het hof van beroep van Luik van 4 oktober 2011, bevestigd bij het | van het hof van beroep van Luik van 4 oktober 2011, bevestigd bij het |
arrest van het Hof van Cassatie van 22 februari 2012. Daar ze | arrest van het Hof van Cassatie van 22 februari 2012. Daar ze |
ingestemd hebben met een programma tot ontmanteling van de | ingestemd hebben met een programma tot ontmanteling van de |
omheiningen, werd geen proces-verbaal opgemaakt. | omheiningen, werd geen proces-verbaal opgemaakt. |
Die waarschuwingsstap zal dit jaar voortgezet worden ten opzichte van | Die waarschuwingsstap zal dit jaar voortgezet worden ten opzichte van |
de houders van het jachtrecht die nog niet geïdentificeerd zouden zijn | de houders van het jachtrecht die nog niet geïdentificeerd zouden zijn |
of die zouden verkeren in een toestand die niet voldoet aan de | of die zouden verkeren in een toestand die niet voldoet aan de |
richtlijnen van deze omzendbrief, ondanks een eerste aanpassing van | richtlijnen van deze omzendbrief, ondanks een eerste aanpassing van |
hun omheiningen om niet te verkeren in een overtredingstoestand | hun omheiningen om niet te verkeren in een overtredingstoestand |
vergelijkbaar met die welke het voorwerp is van voornoemde | vergelijkbaar met die welke het voorwerp is van voornoemde |
rechtspraak. | rechtspraak. |
Ze zullen erom verzocht worden uiterlijk 1 mei 2014 elke omheining te | Ze zullen erom verzocht worden uiterlijk 1 mei 2014 elke omheining te |
verwijderen of te verlagen die een belangrijke belemmering vormt voor | verwijderen of te verlagen die een belangrijke belemmering vormt voor |
de vrije verplaatsing van het grof wild en waarvoor het voordeel van | de vrije verplaatsing van het grof wild en waarvoor het voordeel van |
de toepassing van de afwijking bepaald bij artikel 2ter, tweede lid, | de toepassing van de afwijking bepaald bij artikel 2ter, tweede lid, |
van de jachtwet niet aangehaald kan worden. In geval van | van de jachtwet niet aangehaald kan worden. In geval van |
meningsverschillen tussen de houder van het jachtrecht en de directeur | meningsverschillen tussen de houder van het jachtrecht en de directeur |
van de buitendiensten over de verplichting tot ontmanteling of | van de buitendiensten over de verplichting tot ontmanteling of |
verwijdering van een omheining, wordt het geschil ter kennis gebracht | verwijdering van een omheining, wordt het geschil ter kennis gebracht |
van de inspecteur-generaal van de DNF, die zal beslissen. | van de inspecteur-generaal van de DNF, die zal beslissen. |
Er zal aan de houders van het jachtrecht meegedeeld worden dat, indien | Er zal aan de houders van het jachtrecht meegedeeld worden dat, indien |
ze niet kunnen voldoen aan de verplichting, daar de eigenaars zich | ze niet kunnen voldoen aan de verplichting, daar de eigenaars zich |
immers altijd kunnen verzetten tegen de verwijdering of de verlaging | immers altijd kunnen verzetten tegen de verwijdering of de verlaging |
van de omheiningen, ze geen andere keus zullen hebben om het grof wild | van de omheiningen, ze geen andere keus zullen hebben om het grof wild |
te reguleren dan te verzoeken om de vernietigingsvergunning | te reguleren dan te verzoeken om de vernietigingsvergunning |
overeenkomstig de artikelen 28 tot 31 van het besluit van de Waalse | overeenkomstig de artikelen 28 tot 31 van het besluit van de Waalse |
Regering van 18 oktober 2002 waarbij de vernietiging van sommige | Regering van 18 oktober 2002 waarbij de vernietiging van sommige |
soorten wild mogelijk gemaakt wordt. | soorten wild mogelijk gemaakt wordt. |
In dat verband zal eraan herinnerd worden dat vergunningen | In dat verband zal eraan herinnerd worden dat vergunningen |
overeenkomstig de artikelen 28 tot 31 slechts verleend kunnen worden, | overeenkomstig de artikelen 28 tot 31 slechts verleend kunnen worden, |
onder andere, als aanzienlijke schade geconstateerd wordt of te | onder andere, als aanzienlijke schade geconstateerd wordt of te |
duchten is (bewijs door de aanvrager te leveren) en op voorwaarde dat | duchten is (bewijs door de aanvrager te leveren) en op voorwaarde dat |
het grof wild niet tijdens de jachtperiode gevoed wordt [11] (cf. art. | het grof wild niet tijdens de jachtperiode gevoed wordt [11] (cf. art. |
van het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2002). | van het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2002). |
Anderzijds worden dergelijke vernietigingsvergunningen nooit op | Anderzijds worden dergelijke vernietigingsvergunningen nooit op |
recurrente wijze jaarlijks toegekend, op gevaar af een verhulde jacht | recurrente wijze jaarlijks toegekend, op gevaar af een verhulde jacht |
te dekken. De begunstigden van die vernietigingsvergunningen zullen | te dekken. De begunstigden van die vernietigingsvergunningen zullen |
dan ook uitdrukkelijk aangespoord worden om zoveel mogelijk dieren te | dan ook uitdrukkelijk aangespoord worden om zoveel mogelijk dieren te |
verwijderen zodat hen minstens enige tijd aanzienlijke schade wordt | verwijderen zodat hen minstens enige tijd aanzienlijke schade wordt |
bespaard. | bespaard. |
Tweede periode : systematische repressie | Tweede periode : systematische repressie |
Vanaf 1 mei 2014 zal systematisch geverbaliseerd worden, met | Vanaf 1 mei 2014 zal systematisch geverbaliseerd worden, met |
overdracht aan het Parket. | overdracht aan het Parket. |
De verbalisant moet : | De verbalisant moet : |
- de feitelijke toestand goed beschrijven, aan de hand van de | - de feitelijke toestand goed beschrijven, aan de hand van de |
analyserooster opgenomen onder punt 5.1. Enkele houders van het | analyserooster opgenomen onder punt 5.1. Enkele houders van het |
jachtrecht hebben zich soms achter nogal grove rechtvaardigingen | jachtrecht hebben zich soms achter nogal grove rechtvaardigingen |
verscholen om het bestaan van de overtreding te betwisten [12]. | verscholen om het bestaan van de overtreding te betwisten [12]. |
Ongeacht het vals voorwendsel dat desgevallend aangehaald zou worden, | Ongeacht het vals voorwendsel dat desgevallend aangehaald zou worden, |
zal de wil om de geest van de wetgever af te leiden goed tot uiting | zal de wil om de geest van de wetgever af te leiden goed tot uiting |
moeten komen in het proces-verbaal; | moeten komen in het proces-verbaal; |
- de personen identificeren die schuldig zijn aan het misdrijf, met | - de personen identificeren die schuldig zijn aan het misdrijf, met |
name hoofdzakelijk de organisator van de jacht, alsook de jager in | name hoofdzakelijk de organisator van de jacht, alsook de jager in |
jachttoestand die er volkomen van bewust is op grof wild te jagen in | jachttoestand die er volkomen van bewust is op grof wild te jagen in |
een afgesloten gebied. Elke overtreding vereist immers niet alleen een | een afgesloten gebied. Elke overtreding vereist immers niet alleen een |
materieel, maar ook een moreel element. De telling van de | materieel, maar ook een moreel element. De telling van de |
klopjachtposten ten opzichte van de omheiningen of het plan van de | klopjachtposten ten opzichte van de omheiningen of het plan van de |
klopjachten met melding van de plaats van de omheiningen kan van groot | klopjachten met melding van de plaats van de omheiningen kan van groot |
nut zijn om aan te tonen dat de jager er volkomen van bewust was in | nut zijn om aan te tonen dat de jager er volkomen van bewust was in |
een afgesloten gebied te jagen. | een afgesloten gebied te jagen. |
6. Slotbepaling | 6. Slotbepaling |
De omzendbrief nr. 2.650 van 12 oktober 2000 betreffende de definitie | De omzendbrief nr. 2.650 van 12 oktober 2000 betreffende de definitie |
« afgesloten gebied » bedoeld in artikel 1, § 1, 10°, van de jachtwet | « afgesloten gebied » bedoeld in artikel 1, § 1, 10°, van de jachtwet |
van 28 februari 1882, het besluit van de Waalse Regering van 3 juni | van 28 februari 1882, het besluit van de Waalse Regering van 3 juni |
1999 tot bepaling van de hoogte van de afsluitingen bedoeld bij | 1999 tot bepaling van de hoogte van de afsluitingen bedoeld bij |
artikel 2ter, tweede lid, van de jachtwet van 28 februari 1882 en het | artikel 2ter, tweede lid, van de jachtwet van 28 februari 1882 en het |
besluit van de Waalse Regering van 3 juni 1999 tot wijziging van het | besluit van de Waalse Regering van 3 juni 1999 tot wijziging van het |
besluit van de Waalse Regering van 13 juli 1995 waarbij de | besluit van de Waalse Regering van 13 juli 1995 waarbij de |
vernietiging van sommige soorten wild wordt toegelaten en tot bepaling | vernietiging van sommige soorten wild wordt toegelaten en tot bepaling |
van de voorwaarden tot vernietiging van grof wild in de afgesloten | van de voorwaarden tot vernietiging van grof wild in de afgesloten |
gebieden bedoeld in artikel 2ter, eerste lid 1, van de jachtwet van 28 | gebieden bedoeld in artikel 2ter, eerste lid 1, van de jachtwet van 28 |
februari 1882 wordt uitdrukkelijk opgeheven. | februari 1882 wordt uitdrukkelijk opgeheven. |
Namen, 19 november 2013. | Namen, 19 november 2013. |
De Minister van Openbare werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, | De Minister van Openbare werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, |
Natuur, Bossen en Erfgoed, | Natuur, Bossen en Erfgoed, |
C. DI ANTONIO | C. DI ANTONIO |
_______ | _______ |
Nota's | Nota's |
[1] De Raad van State heeft zich na meer dan tien jaar procedure over | [1] De Raad van State heeft zich na meer dan tien jaar procedure over |
deze beroepen uitgesproken (cfr arrest nr. 198.192 van 24 november | deze beroepen uitgesproken (cfr arrest nr. 198.192 van 24 november |
2009). | 2009). |
[2] Omzendbrief van 12 oktober 2000 van de Minister J. Happart | [2] Omzendbrief van 12 oktober 2000 van de Minister J. Happart |
(Belgisch Staatsblad van 7 november 2000), die werd voorgelegd aan de | (Belgisch Staatsblad van 7 november 2000), die werd voorgelegd aan de |
Waalse Regering, die er slechts voor een beperkte periode (tot 30 juni | Waalse Regering, die er slechts voor een beperkte periode (tot 30 juni |
2001) mee ingestemd heeft, zoals aangegeven in het besluit van de | 2001) mee ingestemd heeft, zoals aangegeven in het besluit van de |
toenmalige Regering. | toenmalige Regering. |
[3] Jachtgebieden waarvan de oppervlaktes doorgaans veel kleiner zijn | [3] Jachtgebieden waarvan de oppervlaktes doorgaans veel kleiner zijn |
dan die van de vitale domeinen van een hert of een everzwijn. | dan die van de vitale domeinen van een hert of een everzwijn. |
[4] Dat verbod, dat slechts het grof wild betreft, is in werking | [4] Dat verbod, dat slechts het grof wild betreft, is in werking |
getreden op 1 juli 2000. De jacht op klein wild, waterwild en ander | getreden op 1 juli 2000. De jacht op klein wild, waterwild en ander |
wild blijft dus wel degelijk toegelaten. | wild blijft dus wel degelijk toegelaten. |
[5] Bijvoorbeeld, het feit dat tijdens jachtdagen hekken worden | [5] Bijvoorbeeld, het feit dat tijdens jachtdagen hekken worden |
geopend bij de ingangspunten in een jachtgebied dat met een omheining | geopend bij de ingangspunten in een jachtgebied dat met een omheining |
afgesloten is doet niets af aan het afgesloten karakter van dat | afgesloten is doet niets af aan het afgesloten karakter van dat |
gebied; dit geldt ook als een portie omheining verwijderd wordt of als | gebied; dit geldt ook als een portie omheining verwijderd wordt of als |
een elektrische omheining buiten spanning gezet wordt op het tijdstip | een elektrische omheining buiten spanning gezet wordt op het tijdstip |
van de jacht. | van de jacht. |
[6] Het arrest van 4 oktober 2011 van de 4e correctionele kamer van | [6] Het arrest van 4 oktober 2011 van de 4e correctionele kamer van |
het hof van beroep van Luik bevestigt die interpretatie ondubbelzinnig | het hof van beroep van Luik bevestigt die interpretatie ondubbelzinnig |
en wijst er bovendien op dat de ministeriële omzendbrief van 12 | en wijst er bovendien op dat de ministeriële omzendbrief van 12 |
oktober 2000 in strijd was met de wet. | oktober 2000 in strijd was met de wet. |
[7] "die de vrije verplaatsing van elk soort grof wild belemmert" | [7] "die de vrije verplaatsing van elk soort grof wild belemmert" |
betekent "die de vrije verplaatsing van om het even welk soort grof | betekent "die de vrije verplaatsing van om het even welk soort grof |
wild belemmert". | wild belemmert". |
[8] Bijvoorbeeld, een omheining van 1,3 m van het landbouwtype, | [8] Bijvoorbeeld, een omheining van 1,3 m van het landbouwtype, |
doorgaans samengesteld uit 3 à 5 over elkaar hangende draden, ter | doorgaans samengesteld uit 3 à 5 over elkaar hangende draden, ter |
afbakening van een privé-eigendom, met name om te beletten dat | afbakening van een privé-eigendom, met name om te beletten dat |
wandelaars er binnenkomen, belet de doortocht van een dier van het | wandelaars er binnenkomen, belet de doortocht van een dier van het |
soort grof wild niet, ongeacht het soort. Ze vormt dus geen hindernis | soort grof wild niet, ongeacht het soort. Ze vormt dus geen hindernis |
in de zin van de definitie van artikel 1, § 1, 10°, van de jachtwet. | in de zin van de definitie van artikel 1, § 1, 10°, van de jachtwet. |
Daarentegen beantwoordt een Canadese doorgang wel degelijk aan dat | Daarentegen beantwoordt een Canadese doorgang wel degelijk aan dat |
begrip hindernis die de vrije verplaatsing van grof wild belemmert. | begrip hindernis die de vrije verplaatsing van grof wild belemmert. |
[9] Zelfs duidelijk minder : 2 elektrische draden, de eerste op 20 cm | [9] Zelfs duidelijk minder : 2 elektrische draden, de eerste op 20 cm |
van de grond en de tweede op 50 cm van de grond volstaan al om de | van de grond en de tweede op 50 cm van de grond volstaan al om de |
vrije verplaatsing van everzwijnen te belemmeren. | vrije verplaatsing van everzwijnen te belemmeren. |
[10] Het is inderdaad van belang dat dit op initiatief van die | [10] Het is inderdaad van belang dat dit op initiatief van die |
beheerder gebeurt, zoals aangegeven in voornoemd vonnis van 4 oktober | beheerder gebeurt, zoals aangegeven in voornoemd vonnis van 4 oktober |
2011, rechtvaardigt de bescherming van mensen niet dat een omheining | 2011, rechtvaardigt de bescherming van mensen niet dat een omheining |
langs welke weg dan ook geplaatst wordt, want anders zou per slot van | langs welke weg dan ook geplaatst wordt, want anders zou per slot van |
rekening geen enkele mogelijkheid meer bestaan om het grof wild een | rekening geen enkele mogelijkheid meer bestaan om het grof wild een |
vrije verplaatsing te garanderen. | vrije verplaatsing te garanderen. |
[11] Met andere woorden een totaal gebrek aan voeding indien er | [11] Met andere woorden een totaal gebrek aan voeding indien er |
everzwijnen zijn, vermits de jacht op everzwijnen het hele jaar open | everzwijnen zijn, vermits de jacht op everzwijnen het hele jaar open |
is. | is. |
[12] Voorbeelden : | [12] Voorbeelden : |
* De houder van het jachtrecht slaagt erin aan te tonen dat de | * De houder van het jachtrecht slaagt erin aan te tonen dat de |
omstreden omheining in feite geplaatst is op een lange strook grond | omstreden omheining in feite geplaatst is op een lange strook grond |
waarop hij geen jachtrecht zou hebben (maar dat hij kennelijk jaagde | waarop hij geen jachtrecht zou hebben (maar dat hij kennelijk jaagde |
voor zijn interpellatie ...). In dat opzicht wordt erop gewezen dat de | voor zijn interpellatie ...). In dat opzicht wordt erop gewezen dat de |
rechter in voornoemd vonnis van 4 oktober 2011 geacht heeft dat « het | rechter in voornoemd vonnis van 4 oktober 2011 geacht heeft dat « het |
plaatsen van een omheining door een buurman geen schade kan toebrengen | plaatsen van een omheining door een buurman geen schade kan toebrengen |
aan anderen die de verwijdering, ja zelfs schadevergoeding en | aan anderen die de verwijdering, ja zelfs schadevergoeding en |
intresten zouden kunnen eisen »... | intresten zouden kunnen eisen »... |
* De houder van het jachtrecht voltooit de omstreden omheining ter | * De houder van het jachtrecht voltooit de omstreden omheining ter |
afbakening van een smal perceel waarop hij beweert plots de | afbakening van een smal perceel waarop hij beweert plots de |
bosregeneratie te beschermen. | bosregeneratie te beschermen. |