| Koninklijk besluit betreffende de betaling en de invordering van de administratieve geldboeten en dwangsommen bepaald in de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006 | Koninklijk besluit betreffende de betaling en de invordering van de administratieve geldboeten en dwangsommen bepaald in de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006 |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE |
| 31 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit betreffende de betaling en de | 31 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit betreffende de betaling en de |
| invordering van de administratieve geldboeten en dwangsommen bepaald | invordering van de administratieve geldboeten en dwangsommen bepaald |
| in de wet tot bescherming van de economische mededinging, | in de wet tot bescherming van de economische mededinging, |
| gecoördineerd op 15 september 2006 | gecoördineerd op 15 september 2006 |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet tot bescherming van de economische mededinging, | Gelet op de wet tot bescherming van de economische mededinging, |
| gecoördineerd op 15 september 2006, inzonderheid op artikel 91, derde | gecoördineerd op 15 september 2006, inzonderheid op artikel 91, derde |
| lid; | lid; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 10 mei 1993 betreffende de | Gelet op het koninklijk besluit van 10 mei 1993 betreffende de |
| betaling en de invordering van de administratieve geldboeten en | betaling en de invordering van de administratieve geldboeten en |
| dwangsommen bepaald in de wet van 5 augustus 1991 tot bescherming van | dwangsommen bepaald in de wet van 5 augustus 1991 tot bescherming van |
| de economische mededinging; | de economische mededinging; |
| Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de | Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de |
| wet van 10 juni 2006 tot bescherming van de economische mededinging in | wet van 10 juni 2006 tot bescherming van de economische mededinging in |
| werking treedt op 1 oktober 2006 en op dezelfde datum de wet op de | werking treedt op 1 oktober 2006 en op dezelfde datum de wet op de |
| bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 1 juli | bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 1 juli |
| 1999, opheft; dat de wet van 10 juni 2006 tot oprichting van een Raad | 1999, opheft; dat de wet van 10 juni 2006 tot oprichting van een Raad |
| voor de Mededinging eveneens in werking treedt op dezelfde datum. Met | voor de Mededinging eveneens in werking treedt op dezelfde datum. Met |
| het oog op een volledige toepassing van de bepaling van deze nieuwe | het oog op een volledige toepassing van de bepaling van deze nieuwe |
| wetten, past het dat de uitvoeringsbesluiten in werking treden ten | wetten, past het dat de uitvoeringsbesluiten in werking treden ten |
| laatste op dezelfde datum en dat hun publicatie voordien kan plaats | laatste op dezelfde datum en dat hun publicatie voordien kan plaats |
| vinden. Zo niet zou de nieuwe wetgeving onmogelijk kunnen worden | vinden. Zo niet zou de nieuwe wetgeving onmogelijk kunnen worden |
| toegepast en zou er een juridisch vacuüm ontstaan dat op een ernstige | toegepast en zou er een juridisch vacuüm ontstaan dat op een ernstige |
| wijze het economische leven van de bedrijven, die van elke | wijze het economische leven van de bedrijven, die van elke |
| rechtszekerheid zouden uitgesloten worden, zou belemmeren en dat de | rechtszekerheid zouden uitgesloten worden, zou belemmeren en dat de |
| geloofwaardigheid van de Belgische mededingingsautoriteit in gevaar | geloofwaardigheid van de Belgische mededingingsautoriteit in gevaar |
| zou brengen. Deze toestand zou van aard kunnen zijn dat de | zou brengen. Deze toestand zou van aard kunnen zijn dat de |
| aansprakelijkheid van de Staat in het geding komt. De Staat zou zich | aansprakelijkheid van de Staat in het geding komt. De Staat zou zich |
| dan bloot stellen aan een aansprakelijkheidsvordering voor de | dan bloot stellen aan een aansprakelijkheidsvordering voor de |
| rechtbanken en aan een ingebrekestelling door de Commissie van de EG | rechtbanken en aan een ingebrekestelling door de Commissie van de EG |
| wegens nalaten. | wegens nalaten. |
| Gelet op het advies 41.373/1 van de Raad van State gegeven op 28 | Gelet op het advies 41.373/1 van de Raad van State gegeven op 28 |
| september 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, | september 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, |
| van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; | van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en van onze Minister | Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en van onze Minister |
| van Economie, | van Economie, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
| 1° de wet : de wet tot bescherming van de economische mededinging, | 1° de wet : de wet tot bescherming van de economische mededinging, |
| gecoördineerd op 15 september 2006; | gecoördineerd op 15 september 2006; |
| 2° de auditeur : het lid van het Auditoraat, bedoeld bij Hoofdstuk | 2° de auditeur : het lid van het Auditoraat, bedoeld bij Hoofdstuk |
| III, Afdeling 1, Onderafdeling 4, van de wet; | III, Afdeling 1, Onderafdeling 4, van de wet; |
| 3° administratieve geldboeten: de geldboeten bedoeld bij Hoofdstuk IV, | 3° administratieve geldboeten: de geldboeten bedoeld bij Hoofdstuk IV, |
| Afdeling 8, van de wet; | Afdeling 8, van de wet; |
| 4° dwangsommen : de dwangsommen bedoeld bij Hoofdstuk IV, Afdeling 8, | 4° dwangsommen : de dwangsommen bedoeld bij Hoofdstuk IV, Afdeling 8, |
| van de wet. | van de wet. |
Art. 2.§ 1. De administratieve geldboeten moeten betaald worden |
Art. 2.§ 1. De administratieve geldboeten moeten betaald worden |
| binnen een termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de dag volgend op | binnen een termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de dag volgend op |
| die van de verzending bij een ter post aangetekende brief van de | die van de verzending bij een ter post aangetekende brief van de |
| kennisgeving van de beslissing waarbij ze zijn uitgesproken. | kennisgeving van de beslissing waarbij ze zijn uitgesproken. |
| § 2. De bedragen van de administratieve geldboeten worden voldaan door | § 2. De bedragen van de administratieve geldboeten worden voldaan door |
| overschrijving op de postrekening van de Deposito- en Consignatiekas | overschrijving op de postrekening van de Deposito- en Consignatiekas |
| waarbij alle gebeurlijke kosten ten laste blijven van de | waarbij alle gebeurlijke kosten ten laste blijven van de |
| opdrachtgever. | opdrachtgever. |
| § 3. Het ontvangstbewijs dat door de Deposito- en Consignatiekas wordt | § 3. Het ontvangstbewijs dat door de Deposito- en Consignatiekas wordt |
| afgeleverd, wordt onverwijld door de betrokken persoon, onderneming of | afgeleverd, wordt onverwijld door de betrokken persoon, onderneming of |
| ondernemingsvereniging als bewijs van betaling van de administratieve | ondernemingsvereniging als bewijs van betaling van de administratieve |
| geldboete aan de auditeur toegezonden. | geldboete aan de auditeur toegezonden. |
Art. 3.Wanneer een dwangsom verschuldigd is, wordt het bedrag ervan |
Art. 3.Wanneer een dwangsom verschuldigd is, wordt het bedrag ervan |
| door de auditeur bij een ter post aangetekende brief meegedeeld aan de | door de auditeur bij een ter post aangetekende brief meegedeeld aan de |
| betrokken persoon, onderneming of ondernemingsvereniging. Deze | betrokken persoon, onderneming of ondernemingsvereniging. Deze |
| beschikt over dertig dagen, te rekenen vanaf de dag volgende op die | beschikt over dertig dagen, te rekenen vanaf de dag volgende op die |
| van de verzending van de mededeling, om de dwangsom te betalen op de | van de verzending van de mededeling, om de dwangsom te betalen op de |
| wijze en volgens de regels bepaald in artikel 2, §§ 2 en 3. | wijze en volgens de regels bepaald in artikel 2, §§ 2 en 3. |
Art. 4.Bij ontstentenis van betaling van de administratieve geldboete |
Art. 4.Bij ontstentenis van betaling van de administratieve geldboete |
| of de dwangsom binnen de drie maanden die, naar gelang het geval, | of de dwangsom binnen de drie maanden die, naar gelang het geval, |
| volgen op de in artikel 2, § 1, of de in artikel 3, bedoelde termijn, | volgen op de in artikel 2, § 1, of de in artikel 3, bedoelde termijn, |
| zendt de auditeur de beslissing over aan de Administratie van de | zendt de auditeur de beslissing over aan de Administratie van de |
| Belasting over de toegevoegde waarde, Registratie en Domeinen, met het | Belasting over de toegevoegde waarde, Registratie en Domeinen, met het |
| oog op de invordering van het verschuldigde bedrag. | oog op de invordering van het verschuldigde bedrag. |
Art. 5.Het koninklijk besluit van 10 mei 1993 betreffende de betaling |
Art. 5.Het koninklijk besluit van 10 mei 1993 betreffende de betaling |
| en de invordering van de administratieve geldboeten en dwangsommen | en de invordering van de administratieve geldboeten en dwangsommen |
| bepaald in de wet van 5 augustus 1991 tot bescherming van de | bepaald in de wet van 5 augustus 1991 tot bescherming van de |
| economische mededinging, wordt opgeheven. | economische mededinging, wordt opgeheven. |
Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2006. |
Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2006. |
Art. 7.Onze minister van Economische Zaken en Onze Minister van |
Art. 7.Onze minister van Economische Zaken en Onze Minister van |
| Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van | Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 31 oktober 2006. | Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 31 oktober 2006. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Financiën, | De Minister van Financiën, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |
| De Minister van Economie, | De Minister van Economie, |
| M. VERWILGHEN | M. VERWILGHEN |