| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende het brugpensioen ploegenarbeid | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende het brugpensioen ploegenarbeid |
|---|---|
| MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
| 31 AUGUSTUS 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 31 AUGUSTUS 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997, | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997, |
| gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie | gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie |
| en distributie, betreffende het brugpensioen ploegenarbeid (1) | en distributie, betreffende het brugpensioen ploegenarbeid (1) |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| 28; | 28; |
| Gelet op de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de | Gelet op de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de |
| werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het | werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het |
| concurrentievermogen, inzonderheid op artikel 23; | concurrentievermogen, inzonderheid op artikel 23; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de | Gelet op het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de |
| toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel | toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel |
| brugpensioen; | brugpensioen; |
| Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
| installatie en distributie; | installatie en distributie; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997, gesloten |
| in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en | in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en |
| distributie, betreffende het brugpensioen ploegenarbeid. | distributie, betreffende het brugpensioen ploegenarbeid. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
| van dit besluit. | van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 31 augustus 1999. | Gegeven te Brussel, 31 augustus 1999. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
| Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Wet van 26 juli 1996, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996. | Wet van 26 juli 1996, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996. |
| Koninklijk besluit van 7 december 1992, Belgisch Staatsblad van 11 | Koninklijk besluit van 7 december 1992, Belgisch Staatsblad van 11 |
| december 1992. | december 1992. |
| Bijlage | Bijlage |
| Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie | Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie |
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997 |
| Brugpensioen ploegenarbeid (Overeenkomst geregistreerd op 28 januari | Brugpensioen ploegenarbeid (Overeenkomst geregistreerd op 28 januari |
| 1998 onder het nummer 46949/CO/149.01) | 1998 onder het nummer 46949/CO/149.01) |
| HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| de werkgevers, werklieden en werksters van de ondernemingen die | de werkgevers, werklieden en werksters van de ondernemingen die |
| ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de elektriciens : | ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
| installatie en distributie. | installatie en distributie. |
| Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt |
| onder werklieden verstaan : de werklieden of de werksters. | onder werklieden verstaan : de werklieden of de werksters. |
| HOOFDSTUK II. - Toepassingsmodaliteiten | HOOFDSTUK II. - Toepassingsmodaliteiten |
Art. 2.Conform de criteria vastgelegd in het koninklijk besluit van 7 |
Art. 2.Conform de criteria vastgelegd in het koninklijk besluit van 7 |
| december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen | december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen |
| ingeval van conventioneel brugpensioen, gewijzigd door het koninklijk | ingeval van conventioneel brugpensioen, gewijzigd door het koninklijk |
| besluit van 21 maart 1997 tot uitvoering van de artikelen 23 en 24 van | besluit van 21 maart 1997 tot uitvoering van de artikelen 23 en 24 van |
| de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot | de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot |
| preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen wordt voor de | preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen wordt voor de |
| werklieden : | werklieden : |
| - vanaf 1 januari 1997 tot 31 december 1997 de brugpensioenleeftijd op | - vanaf 1 januari 1997 tot 31 december 1997 de brugpensioenleeftijd op |
| 55 jaar gebracht op voorwaarde dat zij een beroepsloopbaan van 33 jaar | 55 jaar gebracht op voorwaarde dat zij een beroepsloopbaan van 33 jaar |
| kunnen rechtvaardigen; | kunnen rechtvaardigen; |
| - vanaf 1 januari 1998 tot 31 december 1998 de brugpensioenleeftijd op | - vanaf 1 januari 1998 tot 31 december 1998 de brugpensioenleeftijd op |
| 56 jaar gebracht op voorwaarde dat zij een beroepsloopbaan van 33 jaar | 56 jaar gebracht op voorwaarde dat zij een beroepsloopbaan van 33 jaar |
| kunnen rechtvaardigen. | kunnen rechtvaardigen. |
| Bovendien conform aan de bepalingen van het ministerieel besluit van 3 | Bovendien conform aan de bepalingen van het ministerieel besluit van 3 |
| juni 1997 houdende uitvoering van artikel 2ter van het koninklijk | juni 1997 houdende uitvoering van artikel 2ter van het koninklijk |
| besluit van 7 december 1992, moeten deze werklieden kunnen aantonen, | besluit van 7 december 1992, moeten deze werklieden kunnen aantonen, |
| dat zij op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, | dat zij op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, |
| minimaal 20 jaar gewerkt hebben in een arbeidsregime van ploegenarbeid | minimaal 20 jaar gewerkt hebben in een arbeidsregime van ploegenarbeid |
| met nachtprestaties. | met nachtprestaties. |
Art. 3.De leeftijd bedoeld bij artikel 2 van deze collectieve |
Art. 3.De leeftijd bedoeld bij artikel 2 van deze collectieve |
| arbeidsovereenkomst moet bereikt zijn bij het effectief verstrijken | arbeidsovereenkomst moet bereikt zijn bij het effectief verstrijken |
| van de opzegtermijn. | van de opzegtermijn. |
| HOOFDSTUK III. - Betaling van de aanvullende vergoeding en van de | HOOFDSTUK III. - Betaling van de aanvullende vergoeding en van de |
| hoofdelijke bijdrage | hoofdelijke bijdrage |
Art. 4.Het "Fonds van bestaanszekerheid voor de sector van de |
Art. 4.Het "Fonds van bestaanszekerheid voor de sector van de |
| elektriciens" neemt de betaling van de aanvullende vergoeding, alsmede | elektriciens" neemt de betaling van de aanvullende vergoeding, alsmede |
| het geheel van de hoofdelijke bijdragen met inbegrip van de bijzondere | het geheel van de hoofdelijke bijdragen met inbegrip van de bijzondere |
| compenserende maandelijkse werkgeversbijdrage, zoals opgenomen in | compenserende maandelijkse werkgeversbijdrage, zoals opgenomen in |
| artikel 11 van de wet van 3 april 1995 houdende maatregelen ter | artikel 11 van de wet van 3 april 1995 houdende maatregelen ter |
| bevordering van de tewerkstelling, op zich. | bevordering van de tewerkstelling, op zich. |
| Het fonds voor bestaanszekerheid werkt hiertoe de nodige modaliteiten | Het fonds voor bestaanszekerheid werkt hiertoe de nodige modaliteiten |
| uit. | uit. |
| HOOFDSTUK IV. - Geldigheid | HOOFDSTUK IV. - Geldigheid |
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
| ingang van 1 januari 1997 en houdt op van kracht te zijn op 30 | ingang van 1 januari 1997 en houdt op van kracht te zijn op 30 |
| december 1998. | december 1998. |
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 31 augustus | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 31 augustus |
| 1999. | 1999. |
| De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
| Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |