Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
30 DECEMBER 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het | 30 DECEMBER 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het |
koninklijk besluit 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van | koninklijk besluit 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag | werkloosheid met bedrijfstoeslag |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de | Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de |
maatschappelijke zekerheid der arbeiders, artikel 7, § 1, derde lid, | maatschappelijke zekerheid der arbeiders, artikel 7, § 1, derde lid, |
i), vervangen bij de wet van 14 februari 1961; | i), vervangen bij de wet van 14 februari 1961; |
Gelet op de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen, | Gelet op de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen, |
artikel 132, gewijzigd bij de wetten van 14 augustus 1986, 29 december | artikel 132, gewijzigd bij de wetten van 14 augustus 1986, 29 december |
1990, 30 maart 1994, 13 februari 1998, 26 juni 2000, 6 juni 2010 en 28 | 1990, 30 maart 1994, 13 februari 1998, 26 juni 2000, 6 juni 2010 en 28 |
december 2011; | december 2011; |
Gelet op het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling tot | Gelet op het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling tot |
regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag; | regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag; |
Gelet op het advies van het beheerscomité van de Rijksdienst voor | Gelet op het advies van het beheerscomité van de Rijksdienst voor |
Arbeidsvoorziening, gegeven op 4 december 2014; | Arbeidsvoorziening, gegeven op 4 december 2014; |
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 10 | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 10 |
december 2014; | december 2014; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 10 | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 10 |
december 2014; | december 2014; |
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de | Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de |
omstandigheid dat het regeerakkoord van 9 oktober 2014 voorziet dat | omstandigheid dat het regeerakkoord van 9 oktober 2014 voorziet dat |
het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag moet worden aangepast | het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag moet worden aangepast |
zodanig dat, overeenkomstig de aanbevelingen van de Europese Raad, nog | zodanig dat, overeenkomstig de aanbevelingen van de Europese Raad, nog |
bijkomende maatregelen moeten genomen worden om het vroegtijdig | bijkomende maatregelen moeten genomen worden om het vroegtijdig |
verlaten van de arbeidsmarkt af te bouwen; dat in het kader van de | verlaten van de arbeidsmarkt af te bouwen; dat in het kader van de |
begrotingspolitiek 2015 er van uitgegaan werd dat deze maatregelen, | begrotingspolitiek 2015 er van uitgegaan werd dat deze maatregelen, |
die tot een minderuitgave zullen leiden inzake | die tot een minderuitgave zullen leiden inzake |
werkloosheidsuitkeringen, ingaan op 1 januari 2015; dat omwille van de | werkloosheidsuitkeringen, ingaan op 1 januari 2015; dat omwille van de |
rechtszekerheid werkgevers en werknemers onverwijld op de hoogte | rechtszekerheid werkgevers en werknemers onverwijld op de hoogte |
moeten kunnen gebracht worden van deze nieuwe regels, die een impact | moeten kunnen gebracht worden van deze nieuwe regels, die een impact |
hebben op de mogelijkheden van de werknemers om gebruik te maken van | hebben op de mogelijkheden van de werknemers om gebruik te maken van |
het stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag, evenals op de daaruit | het stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag, evenals op de daaruit |
voortvloeiende gevolgen op de arbeidsorganisatie van de werkgevers; | voortvloeiende gevolgen op de arbeidsorganisatie van de werkgevers; |
dat de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening tijdig de nodige | dat de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening tijdig de nodige |
aanpassingen moet kunnen doorvoeren om van bij de aanvang van het jaar | aanpassingen moet kunnen doorvoeren om van bij de aanvang van het jaar |
2015 de aanvragen en de behandeling van deze dossiers voor dit stelsel | 2015 de aanvragen en de behandeling van deze dossiers voor dit stelsel |
correct en tijdig te kunnen afwerken, zodat de betrokken werknemers | correct en tijdig te kunnen afwerken, zodat de betrokken werknemers |
hierdoor geen onmiddellijk nadeel ondervinden; | hierdoor geen onmiddellijk nadeel ondervinden; |
Gelet op advies 56.905/1 van de Raad van State, gegeven op 19 december | Gelet op advies 56.905/1 van de Raad van State, gegeven op 19 december |
2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de | 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de |
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Op de voordracht van de Minister van Werk en op het advies van de in | Op de voordracht van de Minister van Werk en op het advies van de in |
Raad vergaderde Ministers, | Raad vergaderde Ministers, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit van 3 mei |
Artikel 1.In artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit van 3 mei |
2007 tot regeling tot regeling van het stelsel van werkloosheid met | 2007 tot regeling tot regeling van het stelsel van werkloosheid met |
bedrijfstoeslag, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 december | bedrijfstoeslag, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 december |
2011, wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, | 2011, wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, |
luidende : | luidende : |
"De leeftijd bedoeld in het eerste lid wordt vanaf 1 januari 2015 op | "De leeftijd bedoeld in het eerste lid wordt vanaf 1 januari 2015 op |
62 jaar gebracht.". | 62 jaar gebracht.". |
Art. 2.In artikel 3, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
Art. 2.In artikel 3, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
koninklijk besluit van 15 juli 2013, worden het tweede en derde lid | koninklijk besluit van 15 juli 2013, worden het tweede en derde lid |
vervangen door de volgende leden : | vervangen door de volgende leden : |
"De leeftijd bedoeld in het vorige lid wordt gebracht op : | "De leeftijd bedoeld in het vorige lid wordt gebracht op : |
1° 58 jaar vanaf 1 januari 2015; | 1° 58 jaar vanaf 1 januari 2015; |
2° 60 jaar vanaf een datum bepaald na advies uitgebracht door de | 2° 60 jaar vanaf een datum bepaald na advies uitgebracht door de |
Nationale Arbeidsraad. Dit advies wordt uitgebracht op hetzelfde | Nationale Arbeidsraad. Dit advies wordt uitgebracht op hetzelfde |
ogenblik als het advies dat de Nationale Arbeidsraad zal uitbrengen | ogenblik als het advies dat de Nationale Arbeidsraad zal uitbrengen |
rond de pensioenhervorming. | rond de pensioenhervorming. |
Bovendien moeten deze werknemers : | Bovendien moeten deze werknemers : |
1° ofwel tewerkgesteld zijn door een werkgever die behoort tot het | 1° ofwel tewerkgesteld zijn door een werkgever die behoort tot het |
paritair comité van het bouwbedrijf en beschikken over een attest dat | paritair comité van het bouwbedrijf en beschikken over een attest dat |
hun ongeschiktheid tot voortzetting van hun beroepsactiviteit | hun ongeschiktheid tot voortzetting van hun beroepsactiviteit |
bevestigt, afgegeven door een arbeidsgeneesheer; | bevestigt, afgegeven door een arbeidsgeneesheer; |
2° ofwel minimaal 20 jaar hebben gewerkt in een arbeidsregime zoals | 2° ofwel minimaal 20 jaar hebben gewerkt in een arbeidsregime zoals |
bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.46 | bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.46 |
gesloten op 23 maart 1990 en algemeen verbindend verklaard bij | gesloten op 23 maart 1990 en algemeen verbindend verklaard bij |
koninklijk besluit van 10 mei 1990; | koninklijk besluit van 10 mei 1990; |
3° ofwel gewerkt hebben in een zwaar beroep. | 3° ofwel gewerkt hebben in een zwaar beroep. |
Voor de toepassing van het vorige lid, 3° moeten van de 33 jaar | Voor de toepassing van het vorige lid, 3° moeten van de 33 jaar |
beroepsverleden bedoeld in het eerste lid : | beroepsverleden bedoeld in het eerste lid : |
1° ofwel minstens 5 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar | 1° ofwel minstens 5 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar |
beroep behelzen. Deze periode van 5 jaar moet gelegen zijn in de loop | beroep behelzen. Deze periode van 5 jaar moet gelegen zijn in de loop |
van de laatste 10 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór | van de laatste 10 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór |
het einde van de arbeidsovereenkomst; | het einde van de arbeidsovereenkomst; |
2° ofwel minstens 7 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar | 2° ofwel minstens 7 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar |
beroep behelzen. Deze periode van 7 jaar moet gelegen zijn in de loop | beroep behelzen. Deze periode van 7 jaar moet gelegen zijn in de loop |
van de laatste 15 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór | van de laatste 15 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór |
het einde van de arbeidsovereenkomst. | het einde van de arbeidsovereenkomst. |
Voor de toepassing van het vorige lid wordt als zwaar beroep beschouwd | Voor de toepassing van het vorige lid wordt als zwaar beroep beschouwd |
: | : |
1° het werk in wisselende ploegen, meer bepaald de ploegenarbeid in | 1° het werk in wisselende ploegen, meer bepaald de ploegenarbeid in |
minstens twee ploegen van minstens twee werknemers, die hetzelfde werk | minstens twee ploegen van minstens twee werknemers, die hetzelfde werk |
doen, zowel qua inhoud als qua omvang en die elkaar in de loop van de | doen, zowel qua inhoud als qua omvang en die elkaar in de loop van de |
dag opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende | dag opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende |
ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan één vierde van | ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan één vierde van |
hun dagtaak, op voorwaarde dat de werknemer van ploegen alterneert; | hun dagtaak, op voorwaarde dat de werknemer van ploegen alterneert; |
2° het werk in onderbroken diensten waarbij de werknemer permanent | 2° het werk in onderbroken diensten waarbij de werknemer permanent |
werkt in dagprestaties waarvan de begintijd en de eindtijd minimum 11 | werkt in dagprestaties waarvan de begintijd en de eindtijd minimum 11 |
uur uit elkaar liggen met een onderbreking van minstens 3 uur en | uur uit elkaar liggen met een onderbreking van minstens 3 uur en |
minimumprestaties van 7 uur. Onder permanent verstaat men dat de | minimumprestaties van 7 uur. Onder permanent verstaat men dat de |
onderbroken dienst de gewone arbeidsregeling van de werknemer vormt en | onderbroken dienst de gewone arbeidsregeling van de werknemer vormt en |
dat hij niet occasioneel in een dergelijke dienst wordt tewerkgesteld; | dat hij niet occasioneel in een dergelijke dienst wordt tewerkgesteld; |
3° het werk in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de | 3° het werk in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 gesloten op 23 maart 1990 en | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 gesloten op 23 maart 1990 en |
algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990. | algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990. |
Voor de toepassing van het derde lid, 2° en het vijfde lid, 3° worden | Voor de toepassing van het derde lid, 2° en het vijfde lid, 3° worden |
gelijkgesteld met werknemers bedoeld in artikel 1 van de voormelde | gelijkgesteld met werknemers bedoeld in artikel 1 van de voormelde |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46, het varend personeel | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46, het varend personeel |
tewerkgesteld aan werken van vervoer in de lucht dat gewoonlijk | tewerkgesteld aan werken van vervoer in de lucht dat gewoonlijk |
tewerkgesteld is in arbeidsregelingen met prestaties tussen 20 uur en | tewerkgesteld is in arbeidsregelingen met prestaties tussen 20 uur en |
6 uur, maar met uitsluiting van : | 6 uur, maar met uitsluiting van : |
1° de werknemers die uitsluitend prestaties verrichten tussen 6 uur en | 1° de werknemers die uitsluitend prestaties verrichten tussen 6 uur en |
24 uur; | 24 uur; |
2° de werknemers die gewoonlijk beginnen te werken vanaf 5 uur. | 2° de werknemers die gewoonlijk beginnen te werken vanaf 5 uur. |
De bepaling van het tweede lid, 2° is niet van toepassing indien | De bepaling van het tweede lid, 2° is niet van toepassing indien |
cumulatief voldaan is aan de volgende voorwaarden : | cumulatief voldaan is aan de volgende voorwaarden : |
1° er is voor de periode 2015-2016 een bij koninklijk besluit algemeen | 1° er is voor de periode 2015-2016 een bij koninklijk besluit algemeen |
verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in | verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in |
de Nationale Arbeidsraad, van kracht die voor toepassing van deze | de Nationale Arbeidsraad, van kracht die voor toepassing van deze |
paragraaf een lagere leeftijdsgrens voorziet, zonder dat deze lager | paragraaf een lagere leeftijdsgrens voorziet, zonder dat deze lager |
mag zijn dan 58 jaar; | mag zijn dan 58 jaar; |
2° de in 1° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst moet van bepaalde | 2° de in 1° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst moet van bepaalde |
duur zijn, mag geen bepaling van stilzwijgende verlenging bevatten en | duur zijn, mag geen bepaling van stilzwijgende verlenging bevatten en |
mag de duur van 2 jaar niet overschrijden; | mag de duur van 2 jaar niet overschrijden; |
3° de werknemer is ontslagen tijdens de geldigheidsduur van deze | 3° de werknemer is ontslagen tijdens de geldigheidsduur van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst; | collectieve arbeidsovereenkomst; |
4° het voor de werknemer bevoegde paritair comité of paritair | 4° het voor de werknemer bevoegde paritair comité of paritair |
subcomité heeft voor de geldigheidsduur van de in 1° bedoelde | subcomité heeft voor de geldigheidsduur van de in 1° bedoelde |
collectieve arbeidsovereenkomst een bij koninklijk besluit algemeen | collectieve arbeidsovereenkomst een bij koninklijk besluit algemeen |
verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten | verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten |
waarbij uitdrukkelijk gesteld wordt dat deze collectieve | waarbij uitdrukkelijk gesteld wordt dat deze collectieve |
arbeidsovereenkomst afgesloten is in toepassing van de in 1° bedoelde | arbeidsovereenkomst afgesloten is in toepassing van de in 1° bedoelde |
collectieve arbeidsovereenkomst. | collectieve arbeidsovereenkomst. |
De in het vorige lid bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst van de | De in het vorige lid bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst van de |
Nationale Arbeidsraad kan na 2016, onder dezelfde modaliteiten als | Nationale Arbeidsraad kan na 2016, onder dezelfde modaliteiten als |
bedoeld in het vorige lid worden verlengd of aangepast, waarbij de | bedoeld in het vorige lid worden verlengd of aangepast, waarbij de |
minimumleeftijd geleidelijk kan worden verhoogd overeenkomstig een | minimumleeftijd geleidelijk kan worden verhoogd overeenkomstig een |
vooropgesteld tijdspad.". | vooropgesteld tijdspad.". |
Art. 3.Artikel 3, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
Art. 3.Artikel 3, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
koninklijk besluit van 28 december 2011, wordt opgeheven. | koninklijk besluit van 28 december 2011, wordt opgeheven. |
Art. 4.In artikel 3, § 3, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij |
Art. 4.In artikel 3, § 3, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij |
koninklijk besluit van 20 september 2012, worden na het laatste lid de | koninklijk besluit van 20 september 2012, worden na het laatste lid de |
volgende leden toegevoegd, luidende : | volgende leden toegevoegd, luidende : |
"De leeftijd bedoeld in het eerste lid wordt gebracht op 60 jaar vanaf | "De leeftijd bedoeld in het eerste lid wordt gebracht op 60 jaar vanaf |
een datum bepaald na advies uitgebracht door de Nationale Arbeidsraad. | een datum bepaald na advies uitgebracht door de Nationale Arbeidsraad. |
Dit advies wordt uitgebracht op hetzelfde ogenblik als het advies dat | Dit advies wordt uitgebracht op hetzelfde ogenblik als het advies dat |
de Nationale Arbeidsraad zal uitbrengen rond de pensioenhervorming. | de Nationale Arbeidsraad zal uitbrengen rond de pensioenhervorming. |
De bepaling van het vorige lid is niet van toepassing indien | De bepaling van het vorige lid is niet van toepassing indien |
cumulatief voldaan is aan de volgende voorwaarden : | cumulatief voldaan is aan de volgende voorwaarden : |
1° er is voor de periode 2015-2016 een bij koninklijk besluit algemeen | 1° er is voor de periode 2015-2016 een bij koninklijk besluit algemeen |
verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in | verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in |
de Nationale Arbeidsraad, van kracht die voor toepassing van deze | de Nationale Arbeidsraad, van kracht die voor toepassing van deze |
paragraaf een lagere leeftijdsgrens voorziet, zonder dat deze lager | paragraaf een lagere leeftijdsgrens voorziet, zonder dat deze lager |
mag zijn dan 58 jaar; | mag zijn dan 58 jaar; |
2° de in 1° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst moet van bepaalde | 2° de in 1° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst moet van bepaalde |
duur zijn, mag geen bepaling van stilzwijgende verlenging bevatten en | duur zijn, mag geen bepaling van stilzwijgende verlenging bevatten en |
mag de duur van 2 jaar niet overschrijden; | mag de duur van 2 jaar niet overschrijden; |
3° de werknemer is ontslagen tijdens de geldigheidsduur van deze | 3° de werknemer is ontslagen tijdens de geldigheidsduur van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst, | collectieve arbeidsovereenkomst, |
4° het voor de werknemer bevoegde paritair comité of paritair | 4° het voor de werknemer bevoegde paritair comité of paritair |
subcomité heeft voor de geldigheidsduur van de in 1° bedoelde | subcomité heeft voor de geldigheidsduur van de in 1° bedoelde |
collectieve arbeidsovereenkomst een bij koninklijk besluit algemeen | collectieve arbeidsovereenkomst een bij koninklijk besluit algemeen |
verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten | verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten |
waarbij uitdrukkelijk gesteld wordt dat deze collectieve | waarbij uitdrukkelijk gesteld wordt dat deze collectieve |
arbeidsovereenkomst afgesloten is in toepassing van de in 1° bedoelde | arbeidsovereenkomst afgesloten is in toepassing van de in 1° bedoelde |
collectieve arbeidsovereenkomst. | collectieve arbeidsovereenkomst. |
De in het vorige lid bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst van de | De in het vorige lid bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst van de |
Nationale Arbeidsraad kan na 2016, onder dezelfde modaliteiten als | Nationale Arbeidsraad kan na 2016, onder dezelfde modaliteiten als |
bedoeld in het vorige lid worden verlengd of aangepast, waarbij de | bedoeld in het vorige lid worden verlengd of aangepast, waarbij de |
minimumleeftijd geleidelijk kan worden verhoogd overeenkomstig een | minimumleeftijd geleidelijk kan worden verhoogd overeenkomstig een |
vooropgesteld tijdspad.". | vooropgesteld tijdspad.". |
Art. 5.Artikel 3, § 4, van hetzelfde besluit wordt opgeheven. |
Art. 5.Artikel 3, § 4, van hetzelfde besluit wordt opgeheven. |
Art. 6.Artikel 3, § 5, van hetzelfde besluit wordt opgeheven. |
Art. 6.Artikel 3, § 5, van hetzelfde besluit wordt opgeheven. |
Art. 7.In artikel 3, § 7, van hetzelfde besluit, worden tussen het |
Art. 7.In artikel 3, § 7, van hetzelfde besluit, worden tussen het |
eerste en het tweede lid drie nieuwe leden ingevoegd, luidende : | eerste en het tweede lid drie nieuwe leden ingevoegd, luidende : |
"De leeftijd bedoeld in het vorige lid wordt gebracht op : | "De leeftijd bedoeld in het vorige lid wordt gebracht op : |
1° 58 jaar vanaf 1 januari 2015; | 1° 58 jaar vanaf 1 januari 2015; |
2° 60 jaar vanaf 1 januari 2017. | 2° 60 jaar vanaf 1 januari 2017. |
De bepaling van het vorige lid, 2° is niet van toepassing indien | De bepaling van het vorige lid, 2° is niet van toepassing indien |
cumulatief voldaan is aan de volgende voorwaarden : | cumulatief voldaan is aan de volgende voorwaarden : |
1° er is voor de periode 2015-2016 een bij koninklijk besluit algemeen | 1° er is voor de periode 2015-2016 een bij koninklijk besluit algemeen |
verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in | verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in |
de Nationale Arbeidsraad, van kracht die voor toepassing van deze | de Nationale Arbeidsraad, van kracht die voor toepassing van deze |
paragraaf een lagere leeftijdsgrens voorziet, zonder dat deze lager | paragraaf een lagere leeftijdsgrens voorziet, zonder dat deze lager |
mag zijn dan 58 jaar; | mag zijn dan 58 jaar; |
2° de in 1° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst moet van bepaalde | 2° de in 1° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst moet van bepaalde |
duur zijn, mag geen bepaling van stilzwijgende verlenging bevatten en | duur zijn, mag geen bepaling van stilzwijgende verlenging bevatten en |
mag de duur van 2 jaar niet overschrijden; | mag de duur van 2 jaar niet overschrijden; |
3° de werknemer is ontslagen tijdens de geldigheidsduur van deze | 3° de werknemer is ontslagen tijdens de geldigheidsduur van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst, | collectieve arbeidsovereenkomst, |
4° het voor de werknemer bevoegde paritair comité of paritair | 4° het voor de werknemer bevoegde paritair comité of paritair |
subcomité heeft voor de geldigheidsduur van de in 1° bedoelde | subcomité heeft voor de geldigheidsduur van de in 1° bedoelde |
collectieve arbeidsovereenkomst een bij koninklijk besluit algemeen | collectieve arbeidsovereenkomst een bij koninklijk besluit algemeen |
verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten | verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten |
waarbij uitdrukkelijk gesteld wordt dat deze collectieve | waarbij uitdrukkelijk gesteld wordt dat deze collectieve |
arbeidsovereenkomst afgesloten is in toepassing van de in 1° bedoelde | arbeidsovereenkomst afgesloten is in toepassing van de in 1° bedoelde |
collectieve arbeidsovereenkomst. | collectieve arbeidsovereenkomst. |
De in het vorige lid bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst van de | De in het vorige lid bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst van de |
Nationale Arbeidsraad kan na 2016, onder dezelfde modaliteiten als | Nationale Arbeidsraad kan na 2016, onder dezelfde modaliteiten als |
bedoeld in het vorige lid worden verlengd of aangepast, waarbij de | bedoeld in het vorige lid worden verlengd of aangepast, waarbij de |
minimumleeftijd geleidelijk kan worden verhoogd overeenkomstig een | minimumleeftijd geleidelijk kan worden verhoogd overeenkomstig een |
vooropgesteld tijdspad.". | vooropgesteld tijdspad.". |
Art. 8.In artikel 4, § 1, van hetzelfde besluit worden de woorden |
Art. 8.In artikel 4, § 1, van hetzelfde besluit worden de woorden |
"artikel 114, § 4, tweede lid," vervangen door de woorden "artikel | "artikel 114, § 4, tweede lid," vervangen door de woorden "artikel |
119, 3° ". | 119, 3° ". |
Art. 9.In artikel 13 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
Art. 9.In artikel 13 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
koninklijk besluit van 7 februari 2014, worden de volgende wijzigingen | koninklijk besluit van 7 februari 2014, worden de volgende wijzigingen |
aangebracht : | aangebracht : |
1° in het eerste lid wordt het woord "werknemers" vervangen door de | 1° in het eerste lid wordt het woord "werknemers" vervangen door de |
woorden "werknemers die de leeftijd van 60 jaar hebben bereikt in de | woorden "werknemers die de leeftijd van 60 jaar hebben bereikt in de |
beschouwde maand"; | beschouwde maand"; |
2° in het zevende lid worden de woorden ",49 en 74bis" vervangen door | 2° in het zevende lid worden de woorden ",49 en 74bis" vervangen door |
de woorden "en 49". | de woorden "en 49". |
Art. 10.In artikel 18, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit worden |
Art. 10.In artikel 18, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit worden |
de woorden "kan de minister van Werk vooraf het advies inwinnen" | de woorden "kan de minister van Werk vooraf het advies inwinnen" |
vervangen door de woorden "wint de minister van Werk vooraf het advies | vervangen door de woorden "wint de minister van Werk vooraf het advies |
in". | in". |
Art. 11.In artikel 18, § 7, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 11.In artikel 18, § 7, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
koninklijke besluiten van 28 december 2011 en 10 juni 2013, worden de | koninklijke besluiten van 28 december 2011 en 10 juni 2013, worden de |
volgende wijzigingen aangebracht : | volgende wijzigingen aangebracht : |
1° in het tweede lid worden de bepalingen onder 4° tot 7° vervangen | 1° in het tweede lid worden de bepalingen onder 4° tot 7° vervangen |
als volgt : | als volgt : |
"4° tot 55 jaar vanaf 1 januari 2015; | "4° tot 55 jaar vanaf 1 januari 2015; |
5° tot 56 jaar vanaf 1 januari 2016; | 5° tot 56 jaar vanaf 1 januari 2016; |
6° tot 57 jaar vanaf 1 januari 2017; | 6° tot 57 jaar vanaf 1 januari 2017; |
7° tot 58 jaar vanaf 1 januari 2018; | 7° tot 58 jaar vanaf 1 januari 2018; |
8° tot 59 jaar vanaf 1 januari 2019; | 8° tot 59 jaar vanaf 1 januari 2019; |
9° tot 60 jaar vanaf 1 januari 2020."; | 9° tot 60 jaar vanaf 1 januari 2020."; |
2° het derde lid wordt aangevuld als volgt : | 2° het derde lid wordt aangevuld als volgt : |
"De leeftijd van 55 jaar wordt als volgt opgetrokken : | "De leeftijd van 55 jaar wordt als volgt opgetrokken : |
1° tot 56 jaar vanaf 1 januari 2016; | 1° tot 56 jaar vanaf 1 januari 2016; |
2° tot 57 jaar vanaf 1 januari 2017; | 2° tot 57 jaar vanaf 1 januari 2017; |
3° tot 58 jaar vanaf 1 januari 2018; | 3° tot 58 jaar vanaf 1 januari 2018; |
4° tot 59 jaar vanaf 1 januari 2019; | 4° tot 59 jaar vanaf 1 januari 2019; |
5° tot 60 jaar vanaf 1 januari 2020."; | 5° tot 60 jaar vanaf 1 januari 2020."; |
3° in het zesde lid worden de woorden "tweede en vierde lid" vervangen | 3° in het zesde lid worden de woorden "tweede en vierde lid" vervangen |
door de woorden "tweede tot vierde lid". | door de woorden "tweede tot vierde lid". |
4° er worden na het huidig laatste lid twee nieuwe leden toegevoegd, | 4° er worden na het huidig laatste lid twee nieuwe leden toegevoegd, |
luidend als volgt : | luidend als volgt : |
" De bepalingen van het tweede lid, 5° tot 9° en van het derde lid, 1° | " De bepalingen van het tweede lid, 5° tot 9° en van het derde lid, 1° |
tot 5° zijn niet van toepassing indien cumulatief voldaan is aan de | tot 5° zijn niet van toepassing indien cumulatief voldaan is aan de |
volgende voorwaarden : | volgende voorwaarden : |
1° er is voor de periode 2015-2016 een bij koninklijk besluit algemeen | 1° er is voor de periode 2015-2016 een bij koninklijk besluit algemeen |
verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in | verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in |
de Nationale Arbeidsraad, van kracht die voor toepassing van Hoofdstuk | de Nationale Arbeidsraad, van kracht die voor toepassing van Hoofdstuk |
VII een lagere leeftijdsgrens voorziet, zonder dat deze lager mag zijn | VII een lagere leeftijdsgrens voorziet, zonder dat deze lager mag zijn |
dan 55 jaar; | dan 55 jaar; |
2° de in 1° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst moet van bepaalde | 2° de in 1° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst moet van bepaalde |
duur zijn, mag geen bepaling van stilzwijgende verlenging bevatten en | duur zijn, mag geen bepaling van stilzwijgende verlenging bevatten en |
mag de duur van 2 jaar niet overschrijden; | mag de duur van 2 jaar niet overschrijden; |
3° de ingangsdatum van de erkenning bedoeld in § 1 is gelegen binnen | 3° de ingangsdatum van de erkenning bedoeld in § 1 is gelegen binnen |
de geldigheidsduur van die collectieve arbeidsovereenkomst; | de geldigheidsduur van die collectieve arbeidsovereenkomst; |
4° de in artikel 17, § 2, 2° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst | 4° de in artikel 17, § 2, 2° bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst |
of collectief akkoord bevat een bepaling waarbij uitdrukkelijk gesteld | of collectief akkoord bevat een bepaling waarbij uitdrukkelijk gesteld |
wordt dat toepassing gemaakt wordt van de in 1° bedoelde collectieve | wordt dat toepassing gemaakt wordt van de in 1° bedoelde collectieve |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
De in het vorige lid bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst van de | De in het vorige lid bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst van de |
Nationale Arbeidsraad kan na 2016, onder dezelfde modaliteiten als | Nationale Arbeidsraad kan na 2016, onder dezelfde modaliteiten als |
bedoeld in het vorige lid worden aangepast, waarbij de minimumleeftijd | bedoeld in het vorige lid worden aangepast, waarbij de minimumleeftijd |
geleidelijk zal worden verhoogd teneinde de leeftijd van 60 jaar te | geleidelijk zal worden verhoogd teneinde de leeftijd van 60 jaar te |
bereiken in 2020." . | bereiken in 2020." . |
Art. 12.In artikel 18, § 8, van hetzelfde besluit worden de woorden |
Art. 12.In artikel 18, § 8, van hetzelfde besluit worden de woorden |
"artikel 114, § 4, tweede lid," twee keer vervangen door de woorden | "artikel 114, § 4, tweede lid," twee keer vervangen door de woorden |
"artikel 119, 3° ". | "artikel 119, 3° ". |
Art. 13.Artikel 18, § 9, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
Art. 13.Artikel 18, § 9, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
koninklijk besluit van 28 december 2011, wordt opgeheven. | koninklijk besluit van 28 december 2011, wordt opgeheven. |
Art. 14.Artikel 21 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. |
Art. 14.Artikel 21 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. |
Art. 15.Artikel 22 van hetzelfde besluit, vervangen bij het |
Art. 15.Artikel 22 van hetzelfde besluit, vervangen bij het |
koninklijk besluit van 12 augustus 2008, wordt opgeheven. | koninklijk besluit van 12 augustus 2008, wordt opgeheven. |
Art. 16.§ 1. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015. |
Art. 16.§ 1. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015. |
In afwijking van het eerste lid hebben de artikelen 8 en 12 uitwerking | In afwijking van het eerste lid hebben de artikelen 8 en 12 uitwerking |
vanaf 1 november 2012. | vanaf 1 november 2012. |
In afwijking van het eerste lid heeft artikel 9, 2° uitwerking vanaf 1 | In afwijking van het eerste lid heeft artikel 9, 2° uitwerking vanaf 1 |
april 2014. | april 2014. |
§ 2. - Artikel 2 van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei 2007, | § 2. - Artikel 2 van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei 2007, |
zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig besluit, | zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig besluit, |
blijft van toepassing na de inwerkingtreding van onderhavig besluit op | blijft van toepassing na de inwerkingtreding van onderhavig besluit op |
de werknemers die zich in één van de volgende situaties bevinden : | de werknemers die zich in één van de volgende situaties bevinden : |
1° ze voldoen gelijktijdig aan de volgende voorwaarden : | 1° ze voldoen gelijktijdig aan de volgende voorwaarden : |
a) ze zijn ontslagen vóór 1 januari 2015; | a) ze zijn ontslagen vóór 1 januari 2015; |
b) ze bereiken de leeftijd van 60 jaar uiterlijk op 31 december 2016 | b) ze bereiken de leeftijd van 60 jaar uiterlijk op 31 december 2016 |
en op het einde van hun arbeidsovereenkomst; | en op het einde van hun arbeidsovereenkomst; |
c) ze bewijzen op het einde van hun arbeidsovereenkomst het | c) ze bewijzen op het einde van hun arbeidsovereenkomst het |
beroepsverleden bedoeld in artikel 2, § 1, vierde lid, van het | beroepsverleden bedoeld in artikel 2, § 1, vierde lid, van het |
koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van | koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag; | werkloosheid met bedrijfstoeslag; |
2° ze voldoen gelijktijdig aan de volgende voorwaarden : | 2° ze voldoen gelijktijdig aan de volgende voorwaarden : |
a) ze zijn ontslagen tijdens de geldigheidsperiode van een andere | a) ze zijn ontslagen tijdens de geldigheidsperiode van een andere |
collectieve arbeidsovereenkomst dan de collectieve arbeidsovereenkomst | collectieve arbeidsovereenkomst dan de collectieve arbeidsovereenkomst |
nr. 17 gesloten op 19 december 1974 in de nationale arbeidsraad; | nr. 17 gesloten op 19 december 1974 in de nationale arbeidsraad; |
b) de collectieve arbeidsovereenkomst bedoeld in a) is gesloten en | b) de collectieve arbeidsovereenkomst bedoeld in a) is gesloten en |
neergelegd vóór 1 juli 2015 en treedt uiterlijk op 1 januari 2015 in | neergelegd vóór 1 juli 2015 en treedt uiterlijk op 1 januari 2015 in |
werking; | werking; |
c) de collectieve arbeidsovereenkomst bedoeld in a) voorziet minstens | c) de collectieve arbeidsovereenkomst bedoeld in a) voorziet minstens |
de leeftijd van 60 jaar; | de leeftijd van 60 jaar; |
d) ze bereiken die leeftijd van minstens 60 jaar uiterlijk op het | d) ze bereiken die leeftijd van minstens 60 jaar uiterlijk op het |
einde van hun arbeidsovereenkomst en tijdens de geldigheidsperiode van | einde van hun arbeidsovereenkomst en tijdens de geldigheidsperiode van |
de collectieve arbeidsovereenkomst bedoeld in a); | de collectieve arbeidsovereenkomst bedoeld in a); |
e) ze bewijzen op het einde van hun arbeidsovereenkomst het | e) ze bewijzen op het einde van hun arbeidsovereenkomst het |
beroepsverleden bedoeld in artikel 2, § 1, vierde lid, van het | beroepsverleden bedoeld in artikel 2, § 1, vierde lid, van het |
koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van | koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag. | werkloosheid met bedrijfstoeslag. |
In afwijking van het eerste lid, 1°, b) mogen de werknemers de | In afwijking van het eerste lid, 1°, b) mogen de werknemers de |
leeftijd van 60 jaar bereiken na 31 december 2016, maar op het einde | leeftijd van 60 jaar bereiken na 31 december 2016, maar op het einde |
van hun arbeidsovereenkomst, indien hun opzegtermijn, vastgesteld in | van hun arbeidsovereenkomst, indien hun opzegtermijn, vastgesteld in |
toepassing van de wet of van een collectieve arbeidsovereenkomst, | toepassing van de wet of van een collectieve arbeidsovereenkomst, |
loopt tot na 31 december 2016. | loopt tot na 31 december 2016. |
Voor de toepassing van het vorige lid wordt er bij het vaststellen van | Voor de toepassing van het vorige lid wordt er bij het vaststellen van |
de opzegtermijn geen rekening gehouden met de verlengingen ervan in | de opzegtermijn geen rekening gehouden met de verlengingen ervan in |
toepassing van de artikelen 38, § 2, en 38bis van de wet van 3 juli | toepassing van de artikelen 38, § 2, en 38bis van de wet van 3 juli |
1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. | 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. |
§ 3. - Artikel 3, § 1, van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei | § 3. - Artikel 3, § 1, van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei |
2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig | 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit, blijft van toepassing na de inwerkingtreding van onderhavig | besluit, blijft van toepassing na de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit op de werknemers die gelijktijdig aan de volgende voorwaarden | besluit op de werknemers die gelijktijdig aan de volgende voorwaarden |
voldoen : | voldoen : |
1° ze zijn ontslagen vóór 1 januari 2015; | 1° ze zijn ontslagen vóór 1 januari 2015; |
2° ze bereiken de leeftijd van 56 jaar uiterlijk op 31 december 2014 | 2° ze bereiken de leeftijd van 56 jaar uiterlijk op 31 december 2014 |
en op het einde van hun arbeidsovereenkomst; | en op het einde van hun arbeidsovereenkomst; |
3° ze bewijzen 33 jaar beroepsverleden op het einde van hun | 3° ze bewijzen 33 jaar beroepsverleden op het einde van hun |
arbeidsovereenkomst; | arbeidsovereenkomst; |
4° op het einde van hun arbeidsovereenkomst, bevinden ze zich in één | 4° op het einde van hun arbeidsovereenkomst, bevinden ze zich in één |
van de volgende situaties : | van de volgende situaties : |
a) ofwel hebben ze minimaal 20 jaar gewerkt in een arbeidsregime zoals | a) ofwel hebben ze minimaal 20 jaar gewerkt in een arbeidsregime zoals |
bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.46 | bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.46 |
gesloten op 23 maart 1990 en algemeen verbindend verklaard bij | gesloten op 23 maart 1990 en algemeen verbindend verklaard bij |
koninklijk besluit van 10 mei 1990; | koninklijk besluit van 10 mei 1990; |
b) ofwel zijn ze tewerkgesteld door een werkgever die behoort tot het | b) ofwel zijn ze tewerkgesteld door een werkgever die behoort tot het |
paritair comité van het bouwbedrijf en beschikken over een attest dat | paritair comité van het bouwbedrijf en beschikken over een attest dat |
hun ongeschiktheid tot voortzetting van hun beroepsactiviteit | hun ongeschiktheid tot voortzetting van hun beroepsactiviteit |
bevestigt, afgegeven door een arbeidsgeneesheer. | bevestigt, afgegeven door een arbeidsgeneesheer. |
Voor de toepassing van het vorige lid, 4°, a) worden gelijkgesteld met | Voor de toepassing van het vorige lid, 4°, a) worden gelijkgesteld met |
werknemers bedoeld in artikel 1 van de voormelde collectieve | werknemers bedoeld in artikel 1 van de voormelde collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 46, het varend personeel tewerkgesteld aan | arbeidsovereenkomst nr. 46, het varend personeel tewerkgesteld aan |
werken van vervoer in de lucht dat gewoonlijk tewerkgesteld is in | werken van vervoer in de lucht dat gewoonlijk tewerkgesteld is in |
arbeidsregelingen met prestaties tussen 20 uur en 6 uur, maar met | arbeidsregelingen met prestaties tussen 20 uur en 6 uur, maar met |
uitsluiting van : | uitsluiting van : |
1° de werknemers die uitsluitend prestaties verrichten tussen 6 uur en | 1° de werknemers die uitsluitend prestaties verrichten tussen 6 uur en |
24 uur; | 24 uur; |
2° de werknemers die gewoonlijk beginnen te werken vanaf 5 uur. | 2° de werknemers die gewoonlijk beginnen te werken vanaf 5 uur. |
§ 4. - Artikel 3, §§ 4 en 5, van het voormeld koninklijk besluit van 3 | § 4. - Artikel 3, §§ 4 en 5, van het voormeld koninklijk besluit van 3 |
mei 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig | mei 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit, blijven van toepassing na de inwerkingtreding van onderhavig | besluit, blijven van toepassing na de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit op de werknemers die gelijktijdig aan de volgende voorwaarden | besluit op de werknemers die gelijktijdig aan de volgende voorwaarden |
voldoen : | voldoen : |
1° ze zijn ontslagen vóór 1 januari 2015; | 1° ze zijn ontslagen vóór 1 januari 2015; |
2° ze bereiken de leeftijd van 57 jaar uiterlijk op 31 december 2014 | 2° ze bereiken de leeftijd van 57 jaar uiterlijk op 31 december 2014 |
en op het einde van hun arbeidsovereenkomst; | en op het einde van hun arbeidsovereenkomst; |
3° ze bewijzen 38 jaar beroepsverleden op het einde van hun | 3° ze bewijzen 38 jaar beroepsverleden op het einde van hun |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
§ 5. Artikel 3, § 7, van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei | § 5. Artikel 3, § 7, van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei |
2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig | 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit, blijft van toepassing na de inwerkingtreding van onderhavig | besluit, blijft van toepassing na de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit op de werknemers die gelijktijdig aan de volgende voorwaarden | besluit op de werknemers die gelijktijdig aan de volgende voorwaarden |
voldoen : | voldoen : |
1° ze zijn ontslagen vóór 1 januari 2016; | 1° ze zijn ontslagen vóór 1 januari 2016; |
2° ze bereiken de leeftijd van 56 jaar uiterlijk op 31 december 2015 | 2° ze bereiken de leeftijd van 56 jaar uiterlijk op 31 december 2015 |
en op het einde van hun arbeidsovereenkomst; | en op het einde van hun arbeidsovereenkomst; |
3° ze bewijzen 40 jaar beroepsverleden op het einde van hun | 3° ze bewijzen 40 jaar beroepsverleden op het einde van hun |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
§ 6. Artikel 13, eerste lid, van het voormeld koninklijk besluit van 3 | § 6. Artikel 13, eerste lid, van het voormeld koninklijk besluit van 3 |
mei 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig | mei 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit, blijft na de inwerkingtreding van onderhavig besluit van | besluit, blijft na de inwerkingtreding van onderhavig besluit van |
toepassing op de werknemers die vóór 1 januari 2015 voor de eerste | toepassing op de werknemers die vóór 1 januari 2015 voor de eerste |
keer werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag hebben gevraagd. | keer werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag hebben gevraagd. |
§ 7. - Artikel 21 van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei 2007, | § 7. - Artikel 21 van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei 2007, |
zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig besluit, | zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig besluit, |
blijft na de inwerkingtreding van onderhavig besluit van toepassing op | blijft na de inwerkingtreding van onderhavig besluit van toepassing op |
de werknemers die vóór 1 januari 2015 voor de eerste keer | de werknemers die vóór 1 januari 2015 voor de eerste keer |
werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag hebben gevraagd voor | werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag hebben gevraagd voor |
zover ze op 31 december 2014 de leeftijd van 60 jaar bereikt hebben. | zover ze op 31 december 2014 de leeftijd van 60 jaar bereikt hebben. |
§ 8. Artikel 22, eerste tot vijfde lid, van het voormeld koninklijk | § 8. Artikel 22, eerste tot vijfde lid, van het voormeld koninklijk |
besluit van 3 mei 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding | besluit van 3 mei 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding |
van onderhavig besluit, blijft na de inwerkingtreding van onderhavig | van onderhavig besluit, blijft na de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit van toepassing op de werknemers die vóór 1 januari 2015 voor | besluit van toepassing op de werknemers die vóór 1 januari 2015 voor |
de eerste keer werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag hebben | de eerste keer werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag hebben |
gevraagd voor zover ze op 31 december 2014 de leeftijd van 60 jaar | gevraagd voor zover ze op 31 december 2014 de leeftijd van 60 jaar |
bereikt hebben. | bereikt hebben. |
Artikel 22, zesde lid, van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei | Artikel 22, zesde lid, van het voormeld koninklijk besluit van 3 mei |
2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig | 2007, zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van onderhavig |
besluit, blijft na de inwerkingtreding van onderhavig besluit van | besluit, blijft na de inwerkingtreding van onderhavig besluit van |
toepassing op de werknemers die ontslagen zijn vóór 1 januari 2015. | toepassing op de werknemers die ontslagen zijn vóór 1 januari 2015. |
Art. 17.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 17.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 30 december 2014. | Gegeven te Brussel, 30 december 2014. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |