Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 29/09/2005
← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen "
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
29 SEPTEMBER 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van het 29 SEPTEMBER 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van het
koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de
strafinrichtingen strafinrichtingen
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de artikelen 37 en 108 van de Grondwet; Gelet op de artikelen 37 en 108 van de Grondwet;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen Gelet op het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen
reglement van de strafinrichtingen, inzonderheid op de artikelen 129, reglement van de strafinrichtingen, inzonderheid op de artikelen 129,
131, 132, 133, 134, 135, 136, 138, gewijzigd bij koninklijk besluit 131, 132, 133, 134, 135, 136, 138, gewijzigd bij koninklijk besluit
van 4 april 2003 en op de artikelen 138ter, 138quater, 138quinquies, van 4 april 2003 en op de artikelen 138ter, 138quater, 138quinquies,
138sexies, 138septies, 138octies, 138nonies en 138decies, ingevoegd 138sexies, 138septies, 138octies, 138nonies en 138decies, ingevoegd
bij koninklijk besluit van 4 april 2003; bij koninklijk besluit van 4 april 2003;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7
december 2004; december 2004;
Gelet op het onderhandelingscomité nr. 291 van 22 september 2005 van Gelet op het onderhandelingscomité nr. 291 van 22 september 2005 van
sectorcomité; sectorcomité;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 14 Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 14
juni 2005; juni 2005;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van
23 maart 2005; 23 maart 2005;
Gelet op advies nr. 37941/2 van de Raad van State, gegeven op 9 Gelet op advies nr. 37941/2 van de Raad van State, gegeven op 9
februari 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van februari 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van
de gecoördineerde wetten op de Raad van State; de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Overwegende dat de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen en Overwegende dat de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen en
de Commissies van Toezicht onafhankelijk van de Minister van Justitie de Commissies van Toezicht onafhankelijk van de Minister van Justitie
toezicht moeten kunnen houden op de gevangenissen en de bejegening van toezicht moeten kunnen houden op de gevangenissen en de bejegening van
gedetineerden, dat bijgevolg de bepalingen betreffende de gedetineerden, dat bijgevolg de bepalingen betreffende de
taakomschrijving en de werking van deze Centrale Raad en van de taakomschrijving en de werking van deze Centrale Raad en van de
Commissies van Toezicht evenals de bepalingen betreffende de Commissies van Toezicht evenals de bepalingen betreffende de
samenstelling, de aanwijzing en het ontslag van de leden in die zin samenstelling, de aanwijzing en het ontslag van de leden in die zin
gewijzigd dienen te worden; gewijzigd dienen te worden;
Overwegende dat opdat de werking, de samenstelling, de bevoegdheden en Overwegende dat opdat de werking, de samenstelling, de bevoegdheden en
de taken van deze organen geprofessionaliseerd en geherwaardeerd de taken van deze organen geprofessionaliseerd en geherwaardeerd
zouden worden, de leden een verplaatsingsvergoeding dienen te zouden worden, de leden een verplaatsingsvergoeding dienen te
verkrijgen; verkrijgen;
Overwegende dat het secretariaat van de Centrale Toezichtsraad voor Overwegende dat het secretariaat van de Centrale Toezichtsraad voor
het Gevangeniswezen en van de Commissies van Toezicht onafhankelijk het Gevangeniswezen en van de Commissies van Toezicht onafhankelijk
dient te zijn van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en dient te zijn van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en
maatregelen; maatregelen;
Overwegende dat de secretarissen van de bestuurscommissies, die door Overwegende dat de secretarissen van de bestuurscommissies, die door
het koninklijk besluit van 4 april 2003 werden opgeheven en vervangen het koninklijk besluit van 4 april 2003 werden opgeheven en vervangen
door de Commissies van Toezicht, niet noodzakelijk rijksambtenaren door de Commissies van Toezicht, niet noodzakelijk rijksambtenaren
waren, dat het aangewezen is dat ook niet-rijksambtenaren kunnen waren, dat het aangewezen is dat ook niet-rijksambtenaren kunnen
worden aangewezen tot secretaris van de Commissie van Toezicht; worden aangewezen tot secretaris van de Commissie van Toezicht;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Op de voordracht van Onze Minister van Justitie,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 129 van het koninklijk besluit van 21 mei 1965

Artikel 1.Artikel 129 van het koninklijk besluit van 21 mei 1965
houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen, vervangen bij houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen, vervangen bij
het koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt : het koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt :
«

Artikel 129.De Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen en

 «

Artikel 129.De Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen en
de Commissies van Toezicht houden toezicht op de gevangenissen en op de Commissies van Toezicht houden toezicht op de gevangenissen en op
de bejegening van gedetineerden. ». de bejegening van gedetineerden. ».

Art. 2.Artikel 131 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

Art. 2.Artikel 131 van hetzelfde besluit, vervangen bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt : koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt :
«

Artikel 131.De Centrale Toezichtsraad voor het gevangeniswezen

 «

Artikel 131.De Centrale Toezichtsraad voor het gevangeniswezen
heeft tot taak : heeft tot taak :
1° een onafhankelijk toezicht te houden op de gevangenissen, op de 1° een onafhankelijk toezicht te houden op de gevangenissen, op de
bejegening van de gedetineerden en op de naleving van de hen bejegening van de gedetineerden en op de naleving van de hen
betreffende voorschriften; betreffende voorschriften;
2° aan de Minister, hetzij ambtshalve, hetzij op zijn verzoek en 2° aan de Minister, hetzij ambtshalve, hetzij op zijn verzoek en
eventueel binnen een door hem bepaalde termijn, advies te verlenen eventueel binnen een door hem bepaalde termijn, advies te verlenen
over het gevangeniswezen en de uitvoering van vrijheidsstraffen en over het gevangeniswezen en de uitvoering van vrijheidsstraffen en
vrijheidsbenemende maatregelen; vrijheidsbenemende maatregelen;
3° een deontologische code op te stellen voor de werking van zowel de 3° een deontologische code op te stellen voor de werking van zowel de
Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen als de Commissies van Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen als de Commissies van
Toezicht; Toezicht;
4° de werking van de Commissies van Toezicht te coördineren en te 4° de werking van de Commissies van Toezicht te coördineren en te
ondersteunen en erop toe te zien dat hun werkzaamheden zich beperken ondersteunen en erop toe te zien dat hun werkzaamheden zich beperken
tot de hen in artikel 138ter toevertrouwde taken; tot de hen in artikel 138ter toevertrouwde taken;
5° jaarlijks een activiteitenverslag op te stellen, dat het 5° jaarlijks een activiteitenverslag op te stellen, dat het
jaarverslag van de Commissies van Toezicht, de adviezen van de jaarverslag van de Commissies van Toezicht, de adviezen van de
Centrale Toezichtsraad evenals algemene conclusies en aanbevelingen Centrale Toezichtsraad evenals algemene conclusies en aanbevelingen
betreffende de gevangenissen, de bejegening van gedetineerden en de betreffende de gevangenissen, de bejegening van gedetineerden en de
naleving van de hen betreffende voorschriften bevat. ». naleving van de hen betreffende voorschriften bevat. ».

Art. 3.Artikel 132 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

Art. 3.Artikel 132 van hetzelfde besluit, vervangen bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt : koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt :
«

Artikel 132.§ 1. Voor zover dit voor de uitoefening van de taken

 «

Artikel 132.§ 1. Voor zover dit voor de uitoefening van de taken
omschreven in artikel 131 noodzakelijk is, hebben de leden van de omschreven in artikel 131 noodzakelijk is, hebben de leden van de
Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen vrije toegang tot alle Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen vrije toegang tot alle
plaatsen in de gevangenis en hebben zij het recht om ter plaatse, plaatsen in de gevangenis en hebben zij het recht om ter plaatse,
behoudens wettelijk bepaalde uitzonderingen, alle op de gevangenis behoudens wettelijk bepaalde uitzonderingen, alle op de gevangenis
betrekking hebbende boeken en bescheiden in te zien, en mits betrekking hebbende boeken en bescheiden in te zien, en mits
voorafgaande schriftelijke instemming van de gedetineerde, van alle voorafgaande schriftelijke instemming van de gedetineerde, van alle
stukken die individuele gegevens bevatten van de gedetineerde. stukken die individuele gegevens bevatten van de gedetineerde.
§ 2. Zij hebben het recht zonder controle briefwisseling te voeren met § 2. Zij hebben het recht zonder controle briefwisseling te voeren met
de gedetineerden en zonder toezicht in contact te treden met hen. de gedetineerden en zonder toezicht in contact te treden met hen.
§ 3. Op verzoek van de voorzitter van de Centrale Raad voor het § 3. Op verzoek van de voorzitter van de Centrale Raad voor het
Gevangeniswezen brengt de directeur-generaal verslag uit over de Gevangeniswezen brengt de directeur-generaal verslag uit over de
aangelegenheden die tot de bevoegdheid van de Centrale Raad behoren. aangelegenheden die tot de bevoegdheid van de Centrale Raad behoren.
». ».

Art. 4.In artikel 133 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

Art. 4.In artikel 133 van hetzelfde besluit, vervangen bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, worden de volgende wijzigingen koninklijk besluit van 4 april 2003, worden de volgende wijzigingen
aangebracht : aangebracht :
1° § 1 wordt vervangen als volgt : 1° § 1 wordt vervangen als volgt :
« § 1. De Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen bestaat uit « § 1. De Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen bestaat uit
ten hoogste 12 leden, die door Ons worden aangesteld en ontslagen, ten hoogste 12 leden, die door Ons worden aangesteld en ontslagen,
waarvan één lid als voorzitter en één lid als ondervoorzitter wordt waarvan één lid als voorzitter en één lid als ondervoorzitter wordt
aangewezen. De voorzitter en de ondervoorzitter dienen van een aangewezen. De voorzitter en de ondervoorzitter dienen van een
verschillende taalrol te zijn. Bij de samenstelling van de Centrale verschillende taalrol te zijn. Bij de samenstelling van de Centrale
Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen wordt de taalpariteit in acht Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen wordt de taalpariteit in acht
genomen. » genomen. »
2° in § 2 worden de woorden « of ervaring » ingevoegd tussen de 2° in § 2 worden de woorden « of ervaring » ingevoegd tussen de
woorden « hun deskundigheid » en de woorden « met betrekking tot ». woorden « hun deskundigheid » en de woorden « met betrekking tot ».
3° in § 3 worden de woorden « één magistraat » vervangen door de 3° in § 3 worden de woorden « één magistraat » vervangen door de
woorden « één lid van de zittende magistratuur ». woorden « één lid van de zittende magistratuur ».

Art. 5.Artikel 134 van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij

Art. 5.Artikel 134 van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij
het koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt aangevuld als volgt : het koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt aangevuld als volgt :
« 3° het uitoefenen van een functie bij de Cel Beleidsvoorbereiding « 3° het uitoefenen van een functie bij de Cel Beleidsvoorbereiding
van de Minister van Justitie; van de Minister van Justitie;
4° het uitoefenen van een wetgevende functie op federaal niveau, 4° het uitoefenen van een wetgevende functie op federaal niveau,
gemeenschapsniveau en gewestniveau. ». gemeenschapsniveau en gewestniveau. ».

Art. 6.In hetzelfde besluit wordt een artikel 134bis ingevoegd,

Art. 6.In hetzelfde besluit wordt een artikel 134bis ingevoegd,
luidend als volgt : luidend als volgt :
«

Artikel 134bis.De duur van het mandaat van de leden van de Centrale

 «

Artikel 134bis.De duur van het mandaat van de leden van de Centrale
Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen is vastgesteld op vijf jaar. Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen is vastgesteld op vijf jaar.
Het mandaat kan één maal hernieuwd worden. ». Het mandaat kan één maal hernieuwd worden. ».

Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 134ter ingevoegd,

Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 134ter ingevoegd,
luidend als volgt : luidend als volgt :
«

Artikel 134ter.Het mandaat van een lid kan om ernstige redenen door

 «

Artikel 134ter.Het mandaat van een lid kan om ernstige redenen door
Ons worden opgeheven, na een gemotiveerd voorstel uitgaande van Ons worden opgeheven, na een gemotiveerd voorstel uitgaande van
minstens twee derde van de leden van de Centrale Toezichtsraad voor minstens twee derde van de leden van de Centrale Toezichtsraad voor
het Gevangeniswezen. het Gevangeniswezen.
Het mandaat kan niet opgeheven worden dan nadat het lid door de Het mandaat kan niet opgeheven worden dan nadat het lid door de
Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen gehoord is over de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen gehoord is over de
aangevoerde redenen. » aangevoerde redenen. »

Art. 8.In hetzelfde besluit wordt een artikel 134quater ingevoegd,

Art. 8.In hetzelfde besluit wordt een artikel 134quater ingevoegd,
luidend als volgt : luidend als volgt :
«

Artikel 134quater.In geval van ontslag, overlijden of opheffing van

 «

Artikel 134quater.In geval van ontslag, overlijden of opheffing van
het mandaat, voltooit degene die tot opvolger wordt aangewezen het het mandaat, voltooit degene die tot opvolger wordt aangewezen het
mandaat van zijn voorganger. » mandaat van zijn voorganger. »

Art. 9.Artikel 135 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

Art. 9.Artikel 135 van hetzelfde besluit, vervangen bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt : koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt :
«

Artikel 135.De Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen

 «

Artikel 135.De Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen
houdt ten minste één zitting per maand, op bijeenroeping van zijn houdt ten minste één zitting per maand, op bijeenroeping van zijn
voorzitter. De Centrale Toezichtsraad voor het gevangeniswezen kan voorzitter. De Centrale Toezichtsraad voor het gevangeniswezen kan
slechts vergaderen wanneer de helft plus één van de leden aanwezig is. slechts vergaderen wanneer de helft plus één van de leden aanwezig is.
» »

Art. 10.In hetzelfde besluit wordt een artikel 135bis ingevoegd,

Art. 10.In hetzelfde besluit wordt een artikel 135bis ingevoegd,
luidend als volgt : luidend als volgt :
«

Artikel 135bis.De reis- en verblijfsvergoedingen van de leden van

 «

Artikel 135bis.De reis- en verblijfsvergoedingen van de leden van
de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen worden bepaald de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen worden bepaald
overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 18 januari overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 18 januari
1965 houdende algemene regeling inzake de reiskosten en van het 1965 houdende algemene regeling inzake de reiskosten en van het
koninklijk besluit van 24 december 1964 tot vaststelling van de koninklijk besluit van 24 december 1964 tot vaststelling van de
vergoedingen wegens verblijfskosten toegekend aan de leden van het vergoedingen wegens verblijfskosten toegekend aan de leden van het
personeel der ministeries. Voor de toepassing van deze paragraaf personeel der ministeries. Voor de toepassing van deze paragraaf
worden de personen die geen ambtenaar zijn gelijkgesteld met worden de personen die geen ambtenaar zijn gelijkgesteld met
personeelsleden van rang A4 tot A5. » personeelsleden van rang A4 tot A5. »

Art. 11.In artikel 136 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

Art. 11.In artikel 136 van hetzelfde besluit, vervangen bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt § 2 vervangen als volgt : koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt § 2 vervangen als volgt :
« § 2. Het activiteitenverslag bedoeld in artikel 131, 6°, dat « § 2. Het activiteitenverslag bedoeld in artikel 131, 6°, dat
betrekking heeft op de periode van 1 januari tot 31 december, wordt betrekking heeft op de periode van 1 januari tot 31 december, wordt
uiterlijk 31 maart volgend op het jaar waarop het verslag betrekking uiterlijk 31 maart volgend op het jaar waarop het verslag betrekking
heeft aan de Minister van Justitie en aan de voorzitters van de Kamer heeft aan de Minister van Justitie en aan de voorzitters van de Kamer
van Volksvertegenwoordigers en de Senaat overhandigd. » van Volksvertegenwoordigers en de Senaat overhandigd. »

Art. 12.In artikel 138 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

Art. 12.In artikel 138 van hetzelfde besluit, vervangen bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt § 1 vervangen als volgt : koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt § 1 vervangen als volgt :
« § 1. De Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen wordt « § 1. De Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen wordt
bijgestaan door een secretaris en een plaatsvervangend secretaris, bijgestaan door een secretaris en een plaatsvervangend secretaris,
zijnde rijksambtenaren van de Federale Overheidsdienst Justitie, met zijnde rijksambtenaren van de Federale Overheidsdienst Justitie, met
uitsluiting van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en uitsluiting van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en
maatregelen, die worden aangewezen door de Minister van Justitie. maatregelen, die worden aangewezen door de Minister van Justitie.
De secretaris en de plaatsvervangend secretaris zijn geen lid van de De secretaris en de plaatsvervangend secretaris zijn geen lid van de
Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen. » Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen. »

Art. 13.In artikel 138ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het

Art. 13.In artikel 138ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, worden volgende wijzigingen koninklijk besluit van 4 april 2003, worden volgende wijzigingen
aangebracht : aangebracht :
a) 1° wordt vervangen als volgt : a) 1° wordt vervangen als volgt :
« 1° een onafhankelijk toezicht te houden op de gevangenis bij dewelke « 1° een onafhankelijk toezicht te houden op de gevangenis bij dewelke
zij is opgericht, op de bejegening van de gedetineerden en op de zij is opgericht, op de bejegening van de gedetineerden en op de
naleving van de betreffende voorschriften; » naleving van de betreffende voorschriften; »
b) 2° wordt vervangen als volgt : b) 2° wordt vervangen als volgt :
« 2° aan de Minister en aan de Centrale Toezichtsraad voor het « 2° aan de Minister en aan de Centrale Toezichtsraad voor het
Gevangeniswezen, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek, advies en Gevangeniswezen, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek, advies en
inlichtingen te geven betreffende aangelegenheden in de gevangenis die inlichtingen te geven betreffende aangelegenheden in de gevangenis die
rechtstreeks of onrechtstreeks met het welzijn van de gedetineerden rechtstreeks of onrechtstreeks met het welzijn van de gedetineerden
verband houden en voorstellen te doen die zij gepast acht; » verband houden en voorstellen te doen die zij gepast acht; »

Art. 14.Artikel 138quater van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het

Art. 14.Artikel 138quater van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt : koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt :
«

Artikel 138quater.§ 1. Voor zover dit voor de uitoefening van de

 «

Artikel 138quater.§ 1. Voor zover dit voor de uitoefening van de
taken omschreven in artikel 138ter noodzakelijk is, hebben de leden taken omschreven in artikel 138ter noodzakelijk is, hebben de leden
van de Commissie van Toezicht vrije toegang tot alle plaatsen in de van de Commissie van Toezicht vrije toegang tot alle plaatsen in de
gevangenis en hebben zij het recht om ter plaatse, behoudens gevangenis en hebben zij het recht om ter plaatse, behoudens
wettelijke uitzonderingen, alle op de gevangenis betrekking hebbende wettelijke uitzonderingen, alle op de gevangenis betrekking hebbende
boeken en bescheiden in te zien, en mits voorafgaande schriftelijke boeken en bescheiden in te zien, en mits voorafgaande schriftelijke
instemming van de gedetineerde, van alle stukken die individuele instemming van de gedetineerde, van alle stukken die individuele
gegevens van gedetineerden bevatten. gegevens van gedetineerden bevatten.
§ 2. Zij hebben het recht zonder controle briefwisseling te voeren met § 2. Zij hebben het recht zonder controle briefwisseling te voeren met
de gedetineerden en zonder toezicht in contact te treden met hen. de gedetineerden en zonder toezicht in contact te treden met hen.
§ 3. De voorzitter van de Commissie van Toezicht ontmoet de directeur § 3. De voorzitter van de Commissie van Toezicht ontmoet de directeur
maandelijks en telkens wanneer bijzondere gebeurtenissen dit vereisen. maandelijks en telkens wanneer bijzondere gebeurtenissen dit vereisen.
» »

Art. 15.In artikel 138quinquies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij

Art. 15.In artikel 138quinquies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij
het koninklijk besluit van 4 april 2003, worden volgende wijzigingen het koninklijk besluit van 4 april 2003, worden volgende wijzigingen
aangebracht : aangebracht :
1° In § 1 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 1 worden de volgende wijzigingen aangebracht :
- het woord « tien » wordt vervangen door het woord « twaalf »; - het woord « tien » wordt vervangen door het woord « twaalf »;
- de woorden « één magistraat » worden vervangen door de woorden « één - de woorden « één magistraat » worden vervangen door de woorden « één
lid van de zittende magistratuur »; lid van de zittende magistratuur »;
2° In § 2 worden de woorden « of ervaring » ingevoegd tussen de 2° In § 2 worden de woorden « of ervaring » ingevoegd tussen de
woorden « hun deskundigheid » en de woorden « met betrekking tot »; woorden « hun deskundigheid » en de woorden « met betrekking tot »;
3° § 3, eerste zin, wordt vervangen als volgt : 3° § 3, eerste zin, wordt vervangen als volgt :
« De leden van de Commissie van Toezicht mogen niet ouder dan 70 jaar « De leden van de Commissie van Toezicht mogen niet ouder dan 70 jaar
zijn bij de aanvang of de hernieuwing van hun mandaat. »; zijn bij de aanvang of de hernieuwing van hun mandaat. »;
4° § 4 wordt aangevuld als volgt : 4° § 4 wordt aangevuld als volgt :
« 3° de uitoefening van het ambt van onderzoeksrechter; « 3° de uitoefening van het ambt van onderzoeksrechter;
4° de uitoefening van het ambt van parketmagistraat; 4° de uitoefening van het ambt van parketmagistraat;
5° de uitoefening van een mandaat bij een commissie voor de 5° de uitoefening van een mandaat bij een commissie voor de
voorwaardelijke invrijheidstelling; voorwaardelijke invrijheidstelling;
6° de uitoefening van een mandaat bij een commissie voor de 6° de uitoefening van een mandaat bij een commissie voor de
bescherming van de maatschappij; bescherming van de maatschappij;
7° de uitoefening van een functie bij de Cel Beleidsvoorbereiding van 7° de uitoefening van een functie bij de Cel Beleidsvoorbereiding van
de Minister van Justitie. ». de Minister van Justitie. ».

Art. 16.Artikel 138sexies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het

Art. 16.Artikel 138sexies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, waarvan de bestaande tekst § 1 koninklijk besluit van 4 april 2003, waarvan de bestaande tekst § 1
zal vormen, wordt aangevuld met een § 2, luidende : zal vormen, wordt aangevuld met een § 2, luidende :
« § 2. In geval van ontslag, overlijden of opheffing van het mandaat, « § 2. In geval van ontslag, overlijden of opheffing van het mandaat,
voltooit degene die tot opvolger wordt benoemd het mandaat van zijn voltooit degene die tot opvolger wordt benoemd het mandaat van zijn
voorganger. » voorganger. »

Art. 17.Artikel 138septies wordt vervangen als volgt :

Art. 17.Artikel 138septies wordt vervangen als volgt :
«

Artikel 138septies.Het mandaat van een lid kan om ernstige redenen

 «

Artikel 138septies.Het mandaat van een lid kan om ernstige redenen
bij gemotiveerde beslissing worden opgeheven door de Minister van bij gemotiveerde beslissing worden opgeheven door de Minister van
Justitie, na een gemotiveerd voorstel uitgaande van minstens de helft Justitie, na een gemotiveerd voorstel uitgaande van minstens de helft
van de leden van de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen. van de leden van de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen.
Het mandaat kan niet worden opgeheven dan nadat het lid door de Het mandaat kan niet worden opgeheven dan nadat het lid door de
Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen gehoord is over de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen gehoord is over de
aangevoerde redenen. ». aangevoerde redenen. ».

Art. 18.In artikel 138octies, § 1, van hetzelfde besluit, ingevoegd

Art. 18.In artikel 138octies, § 1, van hetzelfde besluit, ingevoegd
bij het koninklijk besluit van 4 april 2003, worden de woorden « als bij het koninklijk besluit van 4 april 2003, worden de woorden « als
twee derde van de leden aanwezig is » vervangen door de woorden « twee derde van de leden aanwezig is » vervangen door de woorden «
wanneer de helft plus één van de leden aanwezig is ». wanneer de helft plus één van de leden aanwezig is ».

Art. 19.In artikel 138nonies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het

Art. 19.In artikel 138nonies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het
koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt een § 3 ingevoegd, luidende koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt een § 3 ingevoegd, luidende
: :
« § 3. De reis- en verblijfsvergoedingen van de leden van de Commissie « § 3. De reis- en verblijfsvergoedingen van de leden van de Commissie
van Toezicht worden bepaald overeenkomstig de bepalingen van het van Toezicht worden bepaald overeenkomstig de bepalingen van het
koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling
inzake de reiskosten en van het koninklijk besluit van 24 december inzake de reiskosten en van het koninklijk besluit van 24 december
1964 tot vaststelling van de vergoedingen wegens verblijfskosten 1964 tot vaststelling van de vergoedingen wegens verblijfskosten
toegekend aan de leden van het personeel der ministeries. Voor de toegekend aan de leden van het personeel der ministeries. Voor de
toepassing van deze paragraaf worden de personen die geen ambtenaar toepassing van deze paragraaf worden de personen die geen ambtenaar
zijn gelijkgesteld met personeelsleden van rang A4 tot A5. » zijn gelijkgesteld met personeelsleden van rang A4 tot A5. »

Art. 20.Artikel 138decies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij

Art. 20.Artikel 138decies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij
koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt : koninklijk besluit van 4 april 2003, wordt vervangen als volgt :
«

Artikel 138decies.§ 1. Elke Commissie van Toezicht wordt bijgestaan

 «

Artikel 138decies.§ 1. Elke Commissie van Toezicht wordt bijgestaan
door een secretaris en een plaatsvervangend secretaris, die niet door een secretaris en een plaatsvervangend secretaris, die niet
behoren tot het Directoraat-generaal Uitvoering van Straffen en behoren tot het Directoraat-generaal Uitvoering van Straffen en
maatregelen. Zij worden op voordracht van de Commissie van Toezicht maatregelen. Zij worden op voordracht van de Commissie van Toezicht
aangewezen door de Minister van Justitie. aangewezen door de Minister van Justitie.
De secretaris en de plaatsvervangend secretaris zijn geen lid van de De secretaris en de plaatsvervangend secretaris zijn geen lid van de
Commissie van Toezicht. Commissie van Toezicht.
§ 2. De taak van secretaris wordt bepaald door de Minister van § 2. De taak van secretaris wordt bepaald door de Minister van
Justitie. Justitie.
§ 3. Aan de secretaris of de plaatsvervangend secretaris die geen § 3. Aan de secretaris of de plaatsvervangend secretaris die geen
rijksambtenaar is wordt een zitpenning van 75 euro per vergadering rijksambtenaar is wordt een zitpenning van 75 euro per vergadering
toegekend. toegekend.
Aan de secretaris of plaatsvervangend secretaris die tevens Aan de secretaris of plaatsvervangend secretaris die tevens
rijksambtenaar is wordt een zitpenning van 75 euro per vergadering rijksambtenaar is wordt een zitpenning van 75 euro per vergadering
toegekend wanneer de vergadering buiten de normale werkuren valt. toegekend wanneer de vergadering buiten de normale werkuren valt.
De zitpenning wordt maandelijks en na vervallen termijn betaald. De zitpenning wordt maandelijks en na vervallen termijn betaald.
Zij wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. » Zij wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. »

Art. 21.De artikelen 2 tot en met 7 van het ministerieel besluit van

Art. 21.De artikelen 2 tot en met 7 van het ministerieel besluit van
12 juli 1971 houdende algemene instructie van de strafinrichtingen 12 juli 1971 houdende algemene instructie van de strafinrichtingen
worden opgeheven. worden opgeheven.

Art. 22.De personen die vóór de inwerkingtreding van dit besluit

Art. 22.De personen die vóór de inwerkingtreding van dit besluit
aangewezen werden als lid van de Centrale Toezichtsraad voor het aangewezen werden als lid van de Centrale Toezichtsraad voor het
Gevangeniswezen worden geacht te zijn aangewezen voor een periode van Gevangeniswezen worden geacht te zijn aangewezen voor een periode van
vijf jaar, te rekenen vanaf de inwerkingtreding van het koninklijk vijf jaar, te rekenen vanaf de inwerkingtreding van het koninklijk
besluit van 4 april 2003 tot wijziging van het koninklijk besluit van besluit van 4 april 2003 tot wijziging van het koninklijk besluit van
21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen. 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen.

Art. 23.De vóór de inwerkingtreding van dit besluit aangewezen leden

Art. 23.De vóór de inwerkingtreding van dit besluit aangewezen leden
van de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen in wier hoofde van de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen in wier hoofde
ingevolge artikel 5 een onverenigbaarheid ontstaat blijven lid van ingevolge artikel 5 een onverenigbaarheid ontstaat blijven lid van
deze Raad tot op het ogenblik waarop in hun vervanging is voorzien. deze Raad tot op het ogenblik waarop in hun vervanging is voorzien.
Zij dienen uiterlijk binnen vier maanden volgend op de dag van de Zij dienen uiterlijk binnen vier maanden volgend op de dag van de
inwerkingtreding van dit besluit te zijn vervangen. inwerkingtreding van dit besluit te zijn vervangen.

Art. 24.De vóór de inwerkingtreding van dit besluit benoemde leden

Art. 24.De vóór de inwerkingtreding van dit besluit benoemde leden
van een Commissie van Toezicht in wier hoofde ingevolge artikel 14 een van een Commissie van Toezicht in wier hoofde ingevolge artikel 14 een
onverenigbaarheid ontstaat blijven lid van de Commissie van Toezicht onverenigbaarheid ontstaat blijven lid van de Commissie van Toezicht
tot op het ogenblik waarop in hun vervanging is voorzien. tot op het ogenblik waarop in hun vervanging is voorzien.
Zij dienen uiterlijk binnen vier maanden volgend op de dag van de Zij dienen uiterlijk binnen vier maanden volgend op de dag van de
inwerkingtreding van dit besluit te zijn vervangen. inwerkingtreding van dit besluit te zijn vervangen.

Art. 25.Artikel 7 van het koninklijk besluit van 4 april 2003 tot

Art. 25.Artikel 7 van het koninklijk besluit van 4 april 2003 tot
wijziging van het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen wijziging van het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen
reglement van de strafinrichtingen wordt opgeheven. reglement van de strafinrichtingen wordt opgeheven.

Art. 26.De artikelen 10 en 19 van dit besluit hebben uitwerking met

Art. 26.De artikelen 10 en 19 van dit besluit hebben uitwerking met
ingang van 1 januari 2005. ingang van 1 januari 2005.

Art. 27.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van

Art. 27.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van
dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel op 29 september 2005. Gegeven te Brussel op 29 september 2005.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Justitie, De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX. Mevr. L. ONKELINX.
^