Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 29/02/2024
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de permanente vorming "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de permanente vorming Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de permanente vorming
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
29 FEBRUARI 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 29 FEBRUARI 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september
2023, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid,
betreffende de permanente vorming (1) betreffende de permanente vorming (1)
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de
voedingsnijverheid; voedingsnijverheid;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2023, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2023,
gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid,
betreffende de permanente vorming. betreffende de permanente vorming.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van

dit besluit. dit besluit.
Gegeven te Brussel, 29 februari 2024. Gegeven te Brussel, 29 februari 2024.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P.-Y. DERMAGNE P.-Y. DERMAGNE
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor de voedingsnijverheid Paritair Comité voor de voedingsnijverheid
Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2023 Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2023
Permanente vorming (Overeenkomst geregistreerd op 20 oktober 2023 Permanente vorming (Overeenkomst geregistreerd op 20 oktober 2023
onder het nummer 183172/CO/118) onder het nummer 183172/CO/118)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing

op de werkgevers en de arbeiders van de voedingsnijverheid, met op de werkgevers en de arbeiders van de voedingsnijverheid, met
uitzondering van de sector van de bakkerij en, de banketbakkerijen die uitzondering van de sector van de bakkerij en, de banketbakkerijen die
"verse" producten vervaardigen voor onmiddellijke consumptie met zeer "verse" producten vervaardigen voor onmiddellijke consumptie met zeer
beperkte houdbaarheid en verbruikszalen bij een banketbakkerij. beperkte houdbaarheid en verbruikszalen bij een banketbakkerij.
§ 2. Met "arbeiders" worden alle arbeiders bedoeld, zonder onderscheid § 2. Met "arbeiders" worden alle arbeiders bedoeld, zonder onderscheid
naar gender. naar gender.
HOOFDSTUK II. - Permanente vorming HOOFDSTUK II. - Permanente vorming

Art. 2.§ 1. De huidige collectieve arbeidsovereenkomst is afgesloten

Art. 2.§ 1. De huidige collectieve arbeidsovereenkomst is afgesloten

in uitvoering van de artikelen 53 en 54 (hoofdstuk 12) van de wet van in uitvoering van de artikelen 53 en 54 (hoofdstuk 12) van de wet van
3 oktober 2022 houdende diverse arbeidsbepalingen (Belgisch Staatsblad 3 oktober 2022 houdende diverse arbeidsbepalingen (Belgisch Staatsblad
van 10 november 2022). van 10 november 2022).
§ 2. Onderhavige overeenkomst concretiseert het groeipad als volgt : § 2. Onderhavige overeenkomst concretiseert het groeipad als volgt :
Vanaf 1 januari 2024 bedraagt het individueel recht op opleiding 3 Vanaf 1 januari 2024 bedraagt het individueel recht op opleiding 3
dagen opleiding per jaar. dagen opleiding per jaar.
Vanaf 1 januari 2025 bedraagt het individueel recht op opleiding 4 Vanaf 1 januari 2025 bedraagt het individueel recht op opleiding 4
dagen opleiding per jaar. dagen opleiding per jaar.
Vanaf 1 januari 2027 bedraagt het individueel recht op opleiding 5 Vanaf 1 januari 2027 bedraagt het individueel recht op opleiding 5
dagen opleiding per jaar. dagen opleiding per jaar.

Art. 3.De praktische uitvoering van het individueel opleidingsrecht

Art. 3.De praktische uitvoering van het individueel opleidingsrecht

en de verwezenlijking van het groeipad worden in de bedrijven geregeld en de verwezenlijking van het groeipad worden in de bedrijven geregeld
en kunnen worden uitgevoerd met de steun van Alimento/IPV. en kunnen worden uitgevoerd met de steun van Alimento/IPV.
HOOFDSTUK III. - Opmaak van een opleidingsplan en mededeling aan HOOFDSTUK III. - Opmaak van een opleidingsplan en mededeling aan
ondernemingsraad ondernemingsraad

Art. 4.§ 1. In de ondernemingen met 20 werknemers en meer zal een

Art. 4.§ 1. In de ondernemingen met 20 werknemers en meer zal een

opleidingsplan opgesteld worden om de doelstelling uit artikel 2 te opleidingsplan opgesteld worden om de doelstelling uit artikel 2 te
bereiken en dit vóór 31 maart van elk jaar. bereiken en dit vóór 31 maart van elk jaar.
§ 2. Ondernemingen kunnen voor het opmaken van hun opleidingsplan een § 2. Ondernemingen kunnen voor het opmaken van hun opleidingsplan een
beroep doen op de ondersteuning van IPV/Alimenta. beroep doen op de ondersteuning van IPV/Alimenta.
§ 3. Het opleidingsplan zal met de ondernemingsraad en bij § 3. Het opleidingsplan zal met de ondernemingsraad en bij
ontstentenis, de vakbondsafvaardiging overlegd worden. De werkgever ontstentenis, de vakbondsafvaardiging overlegd worden. De werkgever
dient de informatie over de toepassing van deze maatregel te dient de informatie over de toepassing van deze maatregel te
organiseren zoals artikel 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst organiseren zoals artikel 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst
nummer 9 en de reglementering betreffende de sociale balans het nummer 9 en de reglementering betreffende de sociale balans het
voorschrijven. voorschrijven.
§ 4. Hiertoe legt de werkgever elk jaar een ontwerp van opleidingsplan § 4. Hiertoe legt de werkgever elk jaar een ontwerp van opleidingsplan
voor aan de ondernemingsraad, of bij ontstentenis ervan aan de voor aan de ondernemingsraad, of bij ontstentenis ervan aan de
vakbondsafvaardiging, ten minste vijftien dagen voor de vergadering vakbondsafvaardiging, ten minste vijftien dagen voor de vergadering
die wordt gepland met het oog op het onderzoeken ervan. De die wordt gepland met het oog op het onderzoeken ervan. De
ondernemingsraad, of bij ontstentenis ervan, de vakbondsafvaardiging, ondernemingsraad, of bij ontstentenis ervan, de vakbondsafvaardiging,
geeft advies over het ontwerp tegen uiterlijk 15 maart. Bij geeft advies over het ontwerp tegen uiterlijk 15 maart. Bij
ontstentenis van een ondernemingsraad en een vakbondsafvaardiging in ontstentenis van een ondernemingsraad en een vakbondsafvaardiging in
de onderneming legt de werkgever het opleidingsplan voor aan de de onderneming legt de werkgever het opleidingsplan voor aan de
werknemers tegen uiterlijk 15 maart. werknemers tegen uiterlijk 15 maart.
§ 5. In uitvoering van artikel 38 van de wet van 3 oktober 2022 § 5. In uitvoering van artikel 38 van de wet van 3 oktober 2022
houdende diverse arbeidsbepalingen moet het opleidingsplan aan houdende diverse arbeidsbepalingen moet het opleidingsplan aan
Alimento worden overgedragen voor controle en jaarlijkse rapportage Alimento worden overgedragen voor controle en jaarlijkse rapportage
over de ontwikkeling van de sector door Alimento aan de sociale over de ontwikkeling van de sector door Alimento aan de sociale
gesprekspartners. gesprekspartners.
§ 6. In het opleidingsplan zal bijzondere aandacht uitgaan naar de § 6. In het opleidingsplan zal bijzondere aandacht uitgaan naar de
risicogroepen en ruime participatie van alle werknemersgroepen. risicogroepen en ruime participatie van alle werknemersgroepen.
§ 7. Om aanspraak te kunnen maken op de financiële tussenkomst van IPV § 7. Om aanspraak te kunnen maken op de financiële tussenkomst van IPV
zal de onderneming met meer dan 20 werknemers over een opleidingsplan zal de onderneming met meer dan 20 werknemers over een opleidingsplan
moeten beschikken opgesteld conform de collectieve arbeidsovereenkomst moeten beschikken opgesteld conform de collectieve arbeidsovereenkomst
van 18 december 2013 inzake het sectoraal model van opleidingsplan van 18 december 2013 inzake het sectoraal model van opleidingsplan
(algemeen verbindend verklaard door koninklijk besluit van 13 juli (algemeen verbindend verklaard door koninklijk besluit van 13 juli
2014, Belgisch Staatsblad van 7 januari 2015). 2014, Belgisch Staatsblad van 7 januari 2015).
§ 8. De sociale partners bevelen de ondernemingen aan om in de mate § 8. De sociale partners bevelen de ondernemingen aan om in de mate
van het mogelijke vorming te laten doorgaan tijdens de normale van het mogelijke vorming te laten doorgaan tijdens de normale
arbeidstijd van de arbeiders. arbeidstijd van de arbeiders.
HOOFDSTUK IV. - Opleidingen die in aanmerking worden genomen voor het HOOFDSTUK IV. - Opleidingen die in aanmerking worden genomen voor het
bepalen van het aantal dagen opleiding bepalen van het aantal dagen opleiding

Art. 5.De opleidingen die in aanmerking worden genomen voor het

Art. 5.De opleidingen die in aanmerking worden genomen voor het

bepalen van het aantal individuele opleidingsdagen, zijn : bepalen van het aantal individuele opleidingsdagen, zijn :
- de formele opleidingen en de informele opleidingen zoals beoogd in - de formele opleidingen en de informele opleidingen zoals beoogd in
artikel 50, § 1, a) en b) van de wet van 3 oktober 2022 houdende artikel 50, § 1, a) en b) van de wet van 3 oktober 2022 houdende
diverse arbeidsbepalingen; diverse arbeidsbepalingen;
- de opleidingen die betrekking hebben op de materies inzake welzijn, - de opleidingen die betrekking hebben op de materies inzake welzijn,
zoals bedoeld in de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn zoals bedoeld in de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn
van de werknemers bij de uitvoering van hun werk. van de werknemers bij de uitvoering van hun werk.
Paritair commentaar : Paritair commentaar :
Onder deze opleidingsactiviteiten vallen zowel de formele en de minder Onder deze opleidingsactiviteiten vallen zowel de formele en de minder
formele en informele voortgezette beroepsopleiding als de initiële formele en informele voortgezette beroepsopleiding als de initiële
beroepsopleidingsinitiatieven ten laste van de werkgever. beroepsopleidingsinitiatieven ten laste van de werkgever.
De tijd besteed aan bovenstaande professionele vorming dient beschouwd De tijd besteed aan bovenstaande professionele vorming dient beschouwd
te worden als arbeidstijd vermits de arbeider ter beschikking van de te worden als arbeidstijd vermits de arbeider ter beschikking van de
werkgever staat. werkgever staat.
HOOFDSTUK V. - Opvolging en paritaire evaluatie van de HOOFDSTUK V. - Opvolging en paritaire evaluatie van de
opleidingsinspanningen opleidingsinspanningen

Art. 6.Jaarlijks zal Alimento verslag uitbrengen over de ontwikkeling

Art. 6.Jaarlijks zal Alimento verslag uitbrengen over de ontwikkeling

van de sector met betrekking tot de gegeven opleidingen in de van de sector met betrekking tot de gegeven opleidingen in de
ondernemingen en de tussenkomsten die in de sector zijn verleend aan ondernemingen en de tussenkomsten die in de sector zijn verleend aan
de sectorale sociale gesprekspartners. de sectorale sociale gesprekspartners.
Deze globale rapportage zal zich baseren op de verschillende Deze globale rapportage zal zich baseren op de verschillende
opleidingsplannen die aan Alimento worden verstrekt. opleidingsplannen die aan Alimento worden verstrekt.
HOOFDSTUK VI. - Aanbod IPV/Alimento en recht op onderhoud HOOFDSTUK VI. - Aanbod IPV/Alimento en recht op onderhoud

Art. 7.§ 1. In het aanbod van IPV/Alimento wordt de nadruk nog meer

Art. 7.§ 1. In het aanbod van IPV/Alimento wordt de nadruk nog meer

gelegd op onder meer risicowerknemers, digitalisering, robotisering, gelegd op onder meer risicowerknemers, digitalisering, robotisering,
taalvorming en diversiteit. Arbeiders worden via dat aanbod verder taalvorming en diversiteit. Arbeiders worden via dat aanbod verder
versterkt in het kader van instroom, doorstroom en einde loopbaan. versterkt in het kader van instroom, doorstroom en einde loopbaan.
§ 2. Alimento ontwikkelt een vormingsaanbod waarop arbeiders § 2. Alimento ontwikkelt een vormingsaanbod waarop arbeiders
individueel kunnen intekenen. De sociale gesprekspartners zullen de individueel kunnen intekenen. De sociale gesprekspartners zullen de
deelname aan deze opleidingen faciliteren. deelname aan deze opleidingen faciliteren.
§ 3. Elke arbeider beschikt over een initiatiefrecht om een onderhoud § 3. Elke arbeider beschikt over een initiatiefrecht om een onderhoud
te vragen met de verantwoordelijke over zijn opleidingsmogelijkheden. te vragen met de verantwoordelijke over zijn opleidingsmogelijkheden.
Tijdens dit onderhoud zal het algemeen opleidingsaanbod van Tijdens dit onderhoud zal het algemeen opleidingsaanbod van
IPV/Alimento bekend gemaakt worden en zal ook het vormingsaanbod zoals IPV/Alimento bekend gemaakt worden en zal ook het vormingsaanbod zoals
voorzien in artikel 7, § 2 aan bod komen. voorzien in artikel 7, § 2 aan bod komen.
§ 4. De werknemersvertegenwoordigers/leden van de syndicale delegatie § 4. De werknemersvertegenwoordigers/leden van de syndicale delegatie
zullen het opleidingsaanbod van Alimento ontvangen alsook het zullen het opleidingsaanbod van Alimento ontvangen alsook het
vormingsaanbod zoals voorzien in artikel 7, § 2 en kunnen binnen de vormingsaanbod zoals voorzien in artikel 7, § 2 en kunnen binnen de
onderneming dit bekend maken. onderneming dit bekend maken.
HOOFDSTUK VII. - Onthaal van werknemers HOOFDSTUK VII. - Onthaal van werknemers

Art. 8.§ 1. Partijen herinneren aan het koninklijk besluit van 25

Art. 8.§ 1. Partijen herinneren aan het koninklijk besluit van 25

april 2007 betreffende het onthaal en de begeleiding van werknemers april 2007 betreffende het onthaal en de begeleiding van werknemers
met betrekking tot de bescherming van het welzijn bij de uitvoering met betrekking tot de bescherming van het welzijn bij de uitvoering
van hun werk (Belgisch Staatsblad van 10 mei 2007). van hun werk (Belgisch Staatsblad van 10 mei 2007).
§ 2. Met de ondernemingsraad en bij ontstentenis, de § 2. Met de ondernemingsraad en bij ontstentenis, de
vakbondsafvaardiging zal overlegd worden over de praktische toepassing vakbondsafvaardiging zal overlegd worden over de praktische toepassing
van dit koninklijk besluit in de onderneming en met name over de van dit koninklijk besluit in de onderneming en met name over de
faciliteiten en opleiding van de ervaren werknemers die worden faciliteiten en opleiding van de ervaren werknemers die worden
aangeduid voor de begeleiding van de beginnende werknemer. aangeduid voor de begeleiding van de beginnende werknemer.
IPV/Alimento zal een kosteloze training aanbieden om deze ervaren IPV/Alimento zal een kosteloze training aanbieden om deze ervaren
werknemers op te leiden voor deze taak. werknemers op te leiden voor deze taak.
HOOFDSTUK VIII. - Inspanningen ten voordele van de risicogroepen HOOFDSTUK VIII. - Inspanningen ten voordele van de risicogroepen

Art. 9.§ 1. Huidig hoofdstuk wordt gesloten ten eerste in toepassing

Art. 9.§ 1. Huidig hoofdstuk wordt gesloten ten eerste in toepassing

van : van :
- titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 van de wet van 27 december - titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 van de wet van 27 december
2006 houdende diverse bepalingen (I) (Belgisch Staatsblad van 28 2006 houdende diverse bepalingen (I) (Belgisch Staatsblad van 28
december 2006); december 2006);
- het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van - het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van
artikel 189, 4de lid van dezelfde wet, laatst gewijzigd door het artikel 189, 4de lid van dezelfde wet, laatst gewijzigd door het
koninklijk besluit van 19 april 2014 (Belgisch Staatsblad van 8 april koninklijk besluit van 19 april 2014 (Belgisch Staatsblad van 8 april
2013); 2013);
- hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 2 juli 2023 tot - hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 2 juli 2023 tot
uitvoering van het afsprakenkader in het kader van de uitvoering van het afsprakenkader in het kader van de
interprofessionele onderhandelingen voor de periode 2023-2024. interprofessionele onderhandelingen voor de periode 2023-2024.
§ 2. Gedurende de jaren 2023-2024 zal de sector 0,15 pct. van de § 2. Gedurende de jaren 2023-2024 zal de sector 0,15 pct. van de
brutolonen besteden aan de vorming van werkenden en werkzoekenden uit brutolonen besteden aan de vorming van werkenden en werkzoekenden uit
de risicogroepen. de risicogroepen.

Art. 10.Worden als risicogroepen beschouwd :

Art. 10.Worden als risicogroepen beschouwd :

- De werklozen in het algemeen en werklozen jonger dan 30 jaar in het - De werklozen in het algemeen en werklozen jonger dan 30 jaar in het
bijzonder; bijzonder;
- De laaggeschoolde werknemers; - De laaggeschoolde werknemers;
- De werknemers ouder dan 50 jaar; - De werknemers ouder dan 50 jaar;
- De werknemers bedreigd door een herstructurering, een collectief - De werknemers bedreigd door een herstructurering, een collectief
ontslag of een sluiting van onderneming; ontslag of een sluiting van onderneming;
- De ontslagen werknemers; - De ontslagen werknemers;
- De personen met een arbeidshandicap; - De personen met een arbeidshandicap;
- De langdurig zieken (personen in het voorbije jaar minstens 3 - De langdurig zieken (personen in het voorbije jaar minstens 3
maanden ziek waren); maanden ziek waren);
- De allochtonen; - De allochtonen;
- De industriële leerlingen; - De industriële leerlingen;
- De werknemers vermeld in artikel 8, voor zover niet gevat door de - De werknemers vermeld in artikel 8, voor zover niet gevat door de
voorgaande punten. voorgaande punten.

Art. 11.Volgende inspanningen zullen worden gedaan tijdens de jaren

Art. 11.Volgende inspanningen zullen worden gedaan tijdens de jaren

2023-2024 : 2023-2024 :
§ 1. Het aantal industriële leerlingen gespreid over twee jaar zal § 1. Het aantal industriële leerlingen gespreid over twee jaar zal
minstens 200 bedragen. minstens 200 bedragen.
§ 2. Het aantal werkzoekenden en werkenden uit de risicogroepen dat § 2. Het aantal werkzoekenden en werkenden uit de risicogroepen dat
een IPV-vorming geniet zal jaarlijks minstens 3 000 bedragen. een IPV-vorming geniet zal jaarlijks minstens 3 000 bedragen.
§ 3. De vorming van werkzoekenden onder de risicogroepen zal zodanig § 3. De vorming van werkzoekenden onder de risicogroepen zal zodanig
georganiseerd worden dat de kansen op tewerkstelling in de sector georganiseerd worden dat de kansen op tewerkstelling in de sector
reëel zijn. reëel zijn.
§ 4. Een jaarlijkse inspanning van minstens 0,05 pct. (van de 0,15 § 4. Een jaarlijkse inspanning van minstens 0,05 pct. (van de 0,15
pct.) van de brutolonen zal gedaan worden voor personen in doelgroepen pct.) van de brutolonen zal gedaan worden voor personen in doelgroepen
opgenomen in het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot opgenomen in het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot
uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27 december 2006 uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27 december 2006
houdende diverse bepalingen (I) (Belgisch Staatsblad van 8 april houdende diverse bepalingen (I) (Belgisch Staatsblad van 8 april
2013). 2013).
§ 5. In toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 19 § 5. In toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 19
februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van
27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I), gewijzigd door het 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I), gewijzigd door het
koninklijk besluit van 23 augustus 2015, wordt ten minste 0,05 pct. koninklijk besluit van 23 augustus 2015, wordt ten minste 0,05 pct.
van de loonmassa besteed aan initiatieven ten voordele van personen van de loonmassa besteed aan initiatieven ten voordele van personen
die nog geen 26 jaar oud zijn en tot de risicogroepen behoren. die nog geen 26 jaar oud zijn en tot de risicogroepen behoren.
§ 6. De in § 5 bedoelde inspanningen worden geconcretiseerd door het § 6. De in § 5 bedoelde inspanningen worden geconcretiseerd door het
sluiten van één of meerdere partnerschapsovereeenkomsten tussen het sluiten van één of meerdere partnerschapsovereeenkomsten tussen het
IPV en de ondernemingen, de onderwijs of vormingsinstellingen of de IPV en de ondernemingen, de onderwijs of vormingsinstellingen of de
gewestelijke arbeidsbemiddelings- of opleidingdiensten. gewestelijke arbeidsbemiddelings- of opleidingdiensten.
§ 7. De in § 5 bedoelde inspanningen worden uitgevoerd door : § 7. De in § 5 bedoelde inspanningen worden uitgevoerd door :
- ingroeibanen zoals beschreven in artikel 3°/1 van het koninklijk - ingroeibanen zoals beschreven in artikel 3°/1 van het koninklijk
besluit van 26 november 2013; besluit van 26 november 2013;
- het stageaanbod in de onderneming; - het stageaanbod in de onderneming;
- de aanwerving in het kader van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde - de aanwerving in het kader van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde
of onbepaalde duur of voor een duidelijk omschreven werk zoals bedoeld of onbepaalde duur of voor een duidelijk omschreven werk zoals bedoeld
in artikel 7 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de in artikel 7 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de
arbeidsovereenkomsten; arbeidsovereenkomsten;
- het opleidingsaanbod in ondernemingen of in externe instellingen; - het opleidingsaanbod in ondernemingen of in externe instellingen;
- de vorming van opleiders; - de vorming van opleiders;
- de investering in het technologisch materiaal; - de investering in het technologisch materiaal;
- het gezamenlijk gebruik van opleidingsmateriaal; - het gezamenlijk gebruik van opleidingsmateriaal;
- de investering in laaggeschoolde jongeren jonger dan 26 jaar die - de investering in laaggeschoolde jongeren jonger dan 26 jaar die
gedurende hun eerste 12 maanden van tewerkstelling recht hebben op een gedurende hun eerste 12 maanden van tewerkstelling recht hebben op een
budget van 2 500 EUR voor het volgen van opleidingen bij IPV. De budget van 2 500 EUR voor het volgen van opleidingen bij IPV. De
modaliteiten zullen afgesproken worden binnen de raad van beheer van modaliteiten zullen afgesproken worden binnen de raad van beheer van
IPV. IPV.
HOOFDSTUK IX. - Berekening van de theoretische verplichting tot het HOOFDSTUK IX. - Berekening van de theoretische verplichting tot het
aanwerven van jongeren met een startbaanovereenkomst voor de sector aanwerven van jongeren met een startbaanovereenkomst voor de sector

Art. 12.Volgens gedecentraliseerde RSZ-gegevens opgenomen in het

Art. 12.Volgens gedecentraliseerde RSZ-gegevens opgenomen in het

verslag van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, van maart 2023, verslag van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, van maart 2023,
stelden de ondernemingen van de sector met 50 of meer werknemers, stelden de ondernemingen van de sector met 50 of meer werknemers,
samen 63 602 werknemers (arbeiders en bedienden) tewerk. samen 63 602 werknemers (arbeiders en bedienden) tewerk.
Op basis van deze gegevens is de sector verplicht om voor 1 908 Op basis van deze gegevens is de sector verplicht om voor 1 908
personen een startbaanovereenkomst te sluiten. personen een startbaanovereenkomst te sluiten.
HOOFDSTUK X. - Financiering Alimento HOOFDSTUK X. - Financiering Alimento

Art. 13.De bijdrage van de werkgever is per arbeider vastgesteld op

Art. 13.De bijdrage van de werkgever is per arbeider vastgesteld op

0,30 pct. van de lonen. 0,30 pct. van de lonen.

Art. 14.IPV zal de bijdragen bedoeld in artikel 13 aanwenden voor de

Art. 14.IPV zal de bijdragen bedoeld in artikel 13 aanwenden voor de

vorming van de werkenden, werkzoekenden en industriële leerlingen. vorming van de werkenden, werkzoekenden en industriële leerlingen.
HOOFDSTUK XI. - Verwerking persoonsgegevens HOOFDSTUK XI. - Verwerking persoonsgegevens

Art. 15.Verwerkingen van persoonsgegevens die nodig zijn om te

Art. 15.Verwerkingen van persoonsgegevens die nodig zijn om te

voldoen aan de verplichtingen beschreven in deze collectieve voldoen aan de verplichtingen beschreven in deze collectieve
arbeidsovereenkomst moeten voldoen aan de Algemene Verordening arbeidsovereenkomst moeten voldoen aan de Algemene Verordening
Gegevensbescherming (AVG) en de nodige maatregelen moeten genomen Gegevensbescherming (AVG) en de nodige maatregelen moeten genomen
worden om deze gegevens te beschermen volgens een passend worden om deze gegevens te beschermen volgens een passend
beveiligingsniveau. beveiligingsniveau.
HOOFDSTUK XII. - Geldigheidsduur HOOFDSTUK XII. - Geldigheidsduur

Art. 16.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking

Art. 16.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking

op 1 januari 2023 en geldt voor onbepaalde tijd. op 1 januari 2023 en geldt voor onbepaalde tijd.
§ 2. Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 november § 2. Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 november
2021 betreffende de permanente vorming, gesloten in Paritair Comité 2021 betreffende de permanente vorming, gesloten in Paritair Comité
118 voor de voedingsnijverheid (registratienummer : 169120/CO/118 - 118 voor de voedingsnijverheid (registratienummer : 169120/CO/118 -
koninklijk besluit : 20 mei 2022 - Belgisch Staatsblad : 29 juni koninklijk besluit : 20 mei 2022 - Belgisch Staatsblad : 29 juni
2022). 2022).
§ 3. De collectieve arbeidsovereenkomst kan opgezegd worden door één § 3. De collectieve arbeidsovereenkomst kan opgezegd worden door één
der partijen, met een opzegging van drie maanden betekend bij een ter der partijen, met een opzegging van drie maanden betekend bij een ter
post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair
Comité voor de voedingsnijverheid en aan de vertegenwoordigde Comité voor de voedingsnijverheid en aan de vertegenwoordigde
organisaties. organisaties.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 februari Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 februari
2024. 2024.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P.-Y. DERMAGNE P.-Y. DERMAGNE
^