Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 29/04/1999
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996, gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende de vaststelling van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996, gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende de vaststelling van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996, gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende de vaststelling van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID
29 APRIL 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt 29 APRIL 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996, verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996,
gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende
de vaststelling van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid de vaststelling van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid
(1) (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor
bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2; bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de
bewakingsdiensten; bewakingsdiensten;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996,
gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende gesloten in het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten, betreffende
de vaststelling van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid. de vaststelling van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de

uitvoering van dit besluit. uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 29 april 1999. Gegeven te Brussel, 29 april 1999.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET Mevr. M. SMET
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958.
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor de bewakingsdiensten Paritair Comité voor de bewakingsdiensten
Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996 Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996
Statuten van het fonds voor bestaanszekerheid (Overeenkomst Statuten van het fonds voor bestaanszekerheid (Overeenkomst
geregistreerd op 16 september 1997 onder het nummer 45029/CO/317) geregistreerd op 16 september 1997 onder het nummer 45029/CO/317)

Artikel 1.Er wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht waarvan

Artikel 1.Er wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht waarvan

de statuten hierna zijn vastgesteld. de statuten hierna zijn vastgesteld.
Het fonds neemt de activa en passiva, alsmede de rechten en plichten Het fonds neemt de activa en passiva, alsmede de rechten en plichten
van het "Sociaal Fonds voor de bewakingsondernemingen" over, dat is van het "Sociaal Fonds voor de bewakingsondernemingen" over, dat is
opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 10 april 1974, opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 10 april 1974,
algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 oktober algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 oktober
1974. 1974.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt vanaf 1 januari

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt vanaf 1 januari

1996 de statuten van het "Sociaal Fonds voor de 1996 de statuten van het "Sociaal Fonds voor de
bewakingsondernemingen", zoals bepaald in de collectieve bewakingsondernemingen", zoals bepaald in de collectieve
arbeidsovereenkomst van 10 april 1974, algemeen verbindend verklaard arbeidsovereenkomst van 10 april 1974, algemeen verbindend verklaard
bij koninklijk besluit van 16 oktober 1974, alsmede alle daarin bij koninklijk besluit van 16 oktober 1974, alsmede alle daarin
aangebrachte wijzigingen. aangebrachte wijzigingen.

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met

ingang van 1 januari 1996 en is gesloten voor onbepaalde tijd. ingang van 1 januari 1996 en is gesloten voor onbepaalde tijd.
Ze kan worden opgezegd door een van de ondertekenende partijen met Ze kan worden opgezegd door een van de ondertekenende partijen met
inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend bij inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend bij
een ter post aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het een ter post aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het
Paritair Comité voor de bewakingsdiensten. Paritair Comité voor de bewakingsdiensten.
Statuten Statuten
HOOFDSTUK I. - Benaming, zetel, doel en duur HOOFDSTUK I. - Benaming, zetel, doel en duur

Artikel 1.Krachtens de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen

Artikel 1.Krachtens de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen

voor bestaanszekerheid wordt er een fonds voor bestaanszekerheid voor bestaanszekerheid wordt er een fonds voor bestaanszekerheid
opgericht, "Sociaal Fonds voor de bewakingsondernemingen" genaamd, dat opgericht, "Sociaal Fonds voor de bewakingsondernemingen" genaamd, dat
hierna "het Fonds" wordt genoemd. hierna "het Fonds" wordt genoemd.

Art. 2.De maatschappelijke zetel van het Fonds is gevestigd te 1050

Art. 2.De maatschappelijke zetel van het Fonds is gevestigd te 1050

Brussel, Mercelisstraat 19, en de administratieve zetel te 3071 Brussel, Mercelisstraat 19, en de administratieve zetel te 3071
Erps-Kwerps, Engerstraat 87. Erps-Kwerps, Engerstraat 87.

Art. 3.Het Fonds heeft tot doel :

Art. 3.Het Fonds heeft tot doel :

1. aanvullende sociale voordelen toe te kennen; 1. aanvullende sociale voordelen toe te kennen;
2. de brugpensioenen te beheren; 2. de brugpensioenen te beheren;
3. te zorgen voor de verdeling en uitkering van deze voordelen; 3. te zorgen voor de verdeling en uitkering van deze voordelen;
4. rechtstreeks, in de plaats van de Rijksdienst voor sociale 4. rechtstreeks, in de plaats van de Rijksdienst voor sociale
zekerheid, de wettelijke sociale werkgeversbijdragen met betrekking zekerheid, de wettelijke sociale werkgeversbijdragen met betrekking
tot het Fonds te innen; tot het Fonds te innen;
5. alle verplichte, aanvullende bijdragen te innen, waarmee het Fonds 5. alle verplichte, aanvullende bijdragen te innen, waarmee het Fonds
bepaalde sociale voordelen kan uitkeren; bepaalde sociale voordelen kan uitkeren;
6. de lijsten van de werknemers die economisch werkloos zijn en van 6. de lijsten van de werknemers die economisch werkloos zijn en van
bepaalde niet-heringeschakelde werknemers bij te houden en te beheren; bepaalde niet-heringeschakelde werknemers bij te houden en te beheren;
7. alle taken die door de sociale gesprekspartners zouden worden 7. alle taken die door de sociale gesprekspartners zouden worden
toevertrouwd uit te voeren. toevertrouwd uit te voeren.

Art. 4.Het Fonds wordt opgericht voor onbepaalde tijd.

Art. 4.Het Fonds wordt opgericht voor onbepaalde tijd.

HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied

Art. 5.Deze statuten zijn van toepassing op de werkgevers van de

Art. 5.Deze statuten zijn van toepassing op de werkgevers van de

ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten
ressorteren, ongeacht of ze al dan niet een vergunning van de Minister ressorteren, ongeacht of ze al dan niet een vergunning van de Minister
van Binnenlandse Zaken hebben gekregen, en op de werknemers die zij van Binnenlandse Zaken hebben gekregen, en op de werknemers die zij
tewerkstellen. tewerkstellen.
Onder werknemers verstaat men de werklieden en werksters. Onder werknemers verstaat men de werklieden en werksters.
HOOFDSTUK III. - Voordelen en rechthebbenden HOOFDSTUK III. - Voordelen en rechthebbenden
a. Syndicale premie a. Syndicale premie

Art. 6.De werknemers die aangesloten zijn bij een vakorganisatie

Art. 6.De werknemers die aangesloten zijn bij een vakorganisatie

hebben recht op een jaarlijkse premie aan de georganiseerden, hebben recht op een jaarlijkse premie aan de georganiseerden,
vastgesteld bij collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in het vastgesteld bij collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in het
Paritair Comité voor de bewakingsdiensten. Paritair Comité voor de bewakingsdiensten.
De toepassingsmodaliteiten worden vastgelegd in het huishoudelijk De toepassingsmodaliteiten worden vastgelegd in het huishoudelijk
reglement, afgekort "H.R. ». reglement, afgekort "H.R. ».
b. Brugpensioen b. Brugpensioen

Art. 7.Wanneer een werknemer voldoet aan de toekenningsvoorwaarden

Art. 7.Wanneer een werknemer voldoet aan de toekenningsvoorwaarden

die bepaald zijn in de specifieke collectieve arbeidsovereenkomst die bepaald zijn in de specifieke collectieve arbeidsovereenkomst
betreffende de brugpensioenen, kan hij vragen om aanspraak te maken op betreffende de brugpensioenen, kan hij vragen om aanspraak te maken op
de voordelen verbonden aan het brugpensioen. de voordelen verbonden aan het brugpensioen.
De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk
reglement, afgekort "H.R. ». reglement, afgekort "H.R. ».
c. Vergoeding van de kosten voor vakbondsopleiding c. Vergoeding van de kosten voor vakbondsopleiding

Art. 8.Een vaste vergoeding ter dekking van bepaalde kosten gemaakt

Art. 8.Een vaste vergoeding ter dekking van bepaalde kosten gemaakt

tijdens de vakbondsopleiding wordt jaarlijks uitbetaald aan de tijdens de vakbondsopleiding wordt jaarlijks uitbetaald aan de
werknemers die aangesloten zijn bij een vakorganisatie. werknemers die aangesloten zijn bij een vakorganisatie.
De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk
reglement, afgekort "H.R. ». reglement, afgekort "H.R. ».
d. Buitengewone vakantie-uitkering d. Buitengewone vakantie-uitkering

Art. 9.Een buitengewone vakantie-uitkering wordt jaarlijks aan de

Art. 9.Een buitengewone vakantie-uitkering wordt jaarlijks aan de

werknemers toegekend. werknemers toegekend.
Zij bedraagt 8,33 pct. van de jaarlijkse bruto-inkomsten tegen 100 Zij bedraagt 8,33 pct. van de jaarlijkse bruto-inkomsten tegen 100
pct.; de berekening van dit percentage steunt op een referentieperiode pct.; de berekening van dit percentage steunt op een referentieperiode
die begrepen is tussen 1 oktober van het voorgaande jaar en 30 die begrepen is tussen 1 oktober van het voorgaande jaar en 30
september van het lopende jaar. september van het lopende jaar.
De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk
reglement, afgekort "H.R. ». reglement, afgekort "H.R. ».
e. Aanvullende werkloosheidsuitkering e. Aanvullende werkloosheidsuitkering

Art. 10.Een aanvullende uitkering wordt toegekend aan de werknemers

Art. 10.Een aanvullende uitkering wordt toegekend aan de werknemers

die economisch werkloos zijn, tot dertig gestempelde dagen per jaar. die economisch werkloos zijn, tot dertig gestempelde dagen per jaar.
De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk
reglement, afgekort "H.R. ». reglement, afgekort "H.R. ».
HOOFDSTUK IV. - Uitbetaling van de voordelen en administratie HOOFDSTUK IV. - Uitbetaling van de voordelen en administratie

Art. 11.Behalve wat de brugpensioenuitkeringen betreft, zijn de

Art. 11.Behalve wat de brugpensioenuitkeringen betreft, zijn de

vakorganisaties belast met de uitbetaling van de voordelen bepaald in vakorganisaties belast met de uitbetaling van de voordelen bepaald in
de voorgaande artikelen. de voorgaande artikelen.
De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk
reglement, afgekort "H.R. ». reglement, afgekort "H.R. ».

Art. 12.Het Fonds neemt alle nuttige administratieve maatregelen om

Art. 12.Het Fonds neemt alle nuttige administratieve maatregelen om

de sommen die nodig zijn voor de uitbetaling van de verschillende de sommen die nodig zijn voor de uitbetaling van de verschillende
voordelen ter beschikking te kunnen stellen van de betrokken nationale voordelen ter beschikking te kunnen stellen van de betrokken nationale
vakcentrales, vanaf de zesde werkdag van de maand december. vakcentrales, vanaf de zesde werkdag van de maand december.

Art. 13.Daartoe zenden de betrokken nationale vakcentrales tegen

Art. 13.Daartoe zenden de betrokken nationale vakcentrales tegen

uiterlijk 15 november aan het Fonds een schriftelijk verzoek toe onder uiterlijk 15 november aan het Fonds een schriftelijk verzoek toe onder
vermelding van het voorschot dat zij wensen te ontvangen met het oog vermelding van het voorschot dat zij wensen te ontvangen met het oog
op de uitbetaling van de verschillende voordelen aan hun leden. op de uitbetaling van de verschillende voordelen aan hun leden.
Ingeval daartoe behoefte bestaat, kunnen de betrokken nationale Ingeval daartoe behoefte bestaat, kunnen de betrokken nationale
vakcentrales een bijkomend voorschot vragen. vakcentrales een bijkomend voorschot vragen.
De nationale vakcentrales sturen tegen uiterlijk 15 februari van het De nationale vakcentrales sturen tegen uiterlijk 15 februari van het
volgende jaar aan het Fonds een definitieve afrekening toe. volgende jaar aan het Fonds een definitieve afrekening toe.

Art. 14.Een vergoeding, bepaald in het huishoudelijk reglement,

Art. 14.Een vergoeding, bepaald in het huishoudelijk reglement,

afgekort "H.R. » , wordt toegekend aan de vakorganisaties ter dekking afgekort "H.R. » , wordt toegekend aan de vakorganisaties ter dekking
van de kosten die verbonden zijn aan de uitbetaling aan hun leden van van de kosten die verbonden zijn aan de uitbetaling aan hun leden van
de verschillende in artikel 11 bepaalde voordelen. de verschillende in artikel 11 bepaalde voordelen.
Het Fonds houdt op het geheel van de voordelen bestemd voor de niet Het Fonds houdt op het geheel van de voordelen bestemd voor de niet
georganiseerde werknemers een vergoeding in zoals bepaald in het georganiseerde werknemers een vergoeding in zoals bepaald in het
huishoudelijk reglement, afgekort "H.R. ». huishoudelijk reglement, afgekort "H.R. ».

Art. 15.Bij het begin van het volgende jaar en na een exemplaar van

Art. 15.Bij het begin van het volgende jaar en na een exemplaar van

alle formulieren van de vakorganisaties te hebben ontvangen, zorgt het alle formulieren van de vakorganisaties te hebben ontvangen, zorgt het
Fonds voor het opstellen van een belastingfiche voor de buitengewone Fonds voor het opstellen van een belastingfiche voor de buitengewone
vakantie-uitkeringen. vakantie-uitkeringen.

Art. 16.Het Fonds is belast met het bijhouden van de lijsten van de

Art. 16.Het Fonds is belast met het bijhouden van de lijsten van de

werknemers die volledig werkloos zijn door het verlies van commerciële werknemers die volledig werkloos zijn door het verlies van commerciële
contracten voor meer dan 2.500 uren en van degenen die economisch contracten voor meer dan 2.500 uren en van degenen die economisch
werkloos zijn. werkloos zijn.
Het Fonds stelt deze lijsten ter beschikking van de werkgevers. Het Fonds stelt deze lijsten ter beschikking van de werkgevers.
De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk De toepassingsmodaliteiten worden bepaald in het huishoudelijk
reglement, afgekort "H.R. ». reglement, afgekort "H.R. ».
HOOFDSTUK V. - Bedragen van de sociale werkgeversbijdragen HOOFDSTUK V. - Bedragen van de sociale werkgeversbijdragen
verschuldigd aan het Fonds en de inning ervan door het Fonds verschuldigd aan het Fonds en de inning ervan door het Fonds

Art. 17.De werkgevers bedoeld in artikel 5 zijn verplicht sociale

Art. 17.De werkgevers bedoeld in artikel 5 zijn verplicht sociale

werkgeversbijdragen te betalen die speciaal voor het Fonds bestemd werkgeversbijdragen te betalen die speciaal voor het Fonds bestemd
zijn. zijn.
Deze bijdragen, die rechtstreeks aan het Fonds moeten worden gestort, Deze bijdragen, die rechtstreeks aan het Fonds moeten worden gestort,
hebben tot doel de doelstellingen van het Fonds te financieren. hebben tot doel de doelstellingen van het Fonds te financieren.

Art. 18.De sociale werkgeversbijdrage die de in artikel 5 bedoelde

Art. 18.De sociale werkgeversbijdrage die de in artikel 5 bedoelde

werkgevers aan het Fonds verschuldigd zijn, wordt berekend op basis werkgevers aan het Fonds verschuldigd zijn, wordt berekend op basis
van het totaal bedrag van de loonmassa tegen 100 pct. van de van het totaal bedrag van de loonmassa tegen 100 pct. van de
werknemers aangegeven aan de R.S.Z. werknemers aangegeven aan de R.S.Z.

Art. 19.Voor elke wijziging van de sociale werkgeversbijdragen

Art. 19.Voor elke wijziging van de sociale werkgeversbijdragen

bestemd voor het Fonds moet in de raad van bestuur van het Fonds een bestemd voor het Fonds moet in de raad van bestuur van het Fonds een
beslissing worden genomen, die wordt bekrachtigd in het paritair beslissing worden genomen, die wordt bekrachtigd in het paritair
comité. comité.

Art. 20.Krachtens artikel 6, § 1 van de wet van 7 januari 1958

Art. 20.Krachtens artikel 6, § 1 van de wet van 7 januari 1958

betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, moeten de werkgevers betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, moeten de werkgevers
voldoen aan de verplichting om maandelijkse stortingen te doen. voldoen aan de verplichting om maandelijkse stortingen te doen.

Art. 21.In de sociale werkgeversbijdragen zijn de bijdragen voor

Art. 21.In de sociale werkgeversbijdragen zijn de bijdragen voor

bestaanszekerheid opgenomen. bestaanszekerheid opgenomen.

Art. 22.Vanaf het begin van het tweede kwartaal 1996 zijn de uiterste

Art. 22.Vanaf het begin van het tweede kwartaal 1996 zijn de uiterste

data waarop het Fonds in het bezit moet zijn van de voorschotten op de data waarop het Fonds in het bezit moet zijn van de voorschotten op de
sociale bijdragen : sociale bijdragen :
1. voor het eerste kwartaal : 5 februari, 5 maart, 5 april en 30 april 1. voor het eerste kwartaal : 5 februari, 5 maart, 5 april en 30 april
(saldo); (saldo);
2. voor het tweede kwartaal : 5 mei, 5 juni, 5 juli en 31 juli (saldo 2. voor het tweede kwartaal : 5 mei, 5 juni, 5 juli en 31 juli (saldo
dat niet kan worden overgedragen); dat niet kan worden overgedragen);
3. voor het derde kwartaal : 5 augustus, 5 september, 5 oktober en 31 3. voor het derde kwartaal : 5 augustus, 5 september, 5 oktober en 31
oktober (saldo); oktober (saldo);
4. voor het vierde kwartaal : 5 november, 5 december, 5 januari en 31 4. voor het vierde kwartaal : 5 november, 5 december, 5 januari en 31
januari (saldo). januari (saldo).
De maandelijkse voorschotten zijn gelijk aan 30 pct. van de bijdragen De maandelijkse voorschotten zijn gelijk aan 30 pct. van de bijdragen
die de werkgever voor het voorlaatste kwartaal verschuldigd is. die de werkgever voor het voorlaatste kwartaal verschuldigd is.
Voor de werkgevers wier totale sociale zekerheidsbijdragen Voor de werkgevers wier totale sociale zekerheidsbijdragen
verschuldigd aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid niet hoger verschuldigd aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid niet hoger
waren dan 250.000 F blijven de kwartaalbijdragen van kracht en moeten waren dan 250.000 F blijven de kwartaalbijdragen van kracht en moeten
de bijdragen verschuldigd aan het Fonds uiterlijk tegen de bijdragen verschuldigd aan het Fonds uiterlijk tegen
respectievelijk 30 april, 31 juli (niet overdraagbaar), 31 oktober en respectievelijk 30 april, 31 juli (niet overdraagbaar), 31 oktober en
31 januari worden gestort. 31 januari worden gestort.
Indien de werkgever voor het voorlaatste kwartaal geen enkele sociale Indien de werkgever voor het voorlaatste kwartaal geen enkele sociale
werkgeversbijdrage verschuldigd is aan de Rijksdienst voor sociale werkgeversbijdrage verschuldigd is aan de Rijksdienst voor sociale
zekerheid, wordt het bedrag van het maandelijks voorschot dat aan het zekerheid, wordt het bedrag van het maandelijks voorschot dat aan het
Fonds moet worden gestort berekend op basis van een forfaitair bedrag Fonds moet worden gestort berekend op basis van een forfaitair bedrag
van 17.000 F per maand, per werknemer tewerkgesteld gedurende de van 17.000 F per maand, per werknemer tewerkgesteld gedurende de
vorige maand; dit bedrag wordt vervolgens uitgekeerd op het einde van vorige maand; dit bedrag wordt vervolgens uitgekeerd op het einde van
het desbetreffende kwartaal. het desbetreffende kwartaal.

Art. 23.De werkgevers dienen het Fonds, uiterlijk voor de laatste

Art. 23.De werkgevers dienen het Fonds, uiterlijk voor de laatste

werkdag van de maand volgend op het einde van elk kwartaal, een werkdag van de maand volgend op het einde van elk kwartaal, een
afschrift van de R.S.Z-aangifte en van het statistiekraam betreffende afschrift van de R.S.Z-aangifte en van het statistiekraam betreffende
het afgelopen kwartaal toe te sturen. het afgelopen kwartaal toe te sturen.
HOOFDSTUK VI HOOFDSTUK VI
Verhogingen en boete voor laattijdige betaling, invordering Verhogingen en boete voor laattijdige betaling, invordering

Art. 24.Zodra de data voor de betaling van de voorschotten en saldo's

Art. 24.Zodra de data voor de betaling van de voorschotten en saldo's

van de sociale bijdragen aan het Fonds voorbij zijn, wordt aan de van de sociale bijdragen aan het Fonds voorbij zijn, wordt aan de
betrokken werkgever een aangetekende ingebrekestelling toegestuurd. betrokken werkgever een aangetekende ingebrekestelling toegestuurd.
Indien de werkgever binnen acht kalenderdagen te rekenen vanaf het Indien de werkgever binnen acht kalenderdagen te rekenen vanaf het
versturen van de ingebrekestelling niet volledig betaalt, is van versturen van de ingebrekestelling niet volledig betaalt, is van
ambtswege een boete van 10 pct. invorderbaar, in één keer, met ambtswege een boete van 10 pct. invorderbaar, in één keer, met
toepassing van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor toepassing van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor
bestaanszekerheid. bestaanszekerheid.
Deze boete wordt berekend op de nog niet betaalde bedragen. Deze boete wordt berekend op de nog niet betaalde bedragen.

Art. 25.Verder is een niet-terugbetaalbare verhoging, gelijk aan 0,67

Art. 25.Verder is een niet-terugbetaalbare verhoging, gelijk aan 0,67

pct. per maand, verschuldigd op de onbetaalde bedragen, met toepassing pct. per maand, verschuldigd op de onbetaalde bedragen, met toepassing
van artikel 6 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen van artikel 6 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen
voor bestaanszekerheid en van de besluitwet van 28 december 1944 voor bestaanszekerheid en van de besluitwet van 28 december 1944
betreffende de sociale zekerheid van de werknemers. betreffende de sociale zekerheid van de werknemers.

Art. 26.De werkgever kan minstens 15 dagen voor één van de vervaldata

Art. 26.De werkgever kan minstens 15 dagen voor één van de vervaldata

bijkomend uitstel vragen aan het Fonds bij een ter post aangetekend bijkomend uitstel vragen aan het Fonds bij een ter post aangetekend
schrijven. schrijven.
In dit geval is de werkgever, mits het Fonds akkoord gaat, de boete In dit geval is de werkgever, mits het Fonds akkoord gaat, de boete
niet verschuldigd; de verwijlinteresten blijven echter wel niet verschuldigd; de verwijlinteresten blijven echter wel
verschuldigd. verschuldigd.

Art. 27.Er is geen beroep mogelijk tegen de beslissing van het Fonds

Art. 27.Er is geen beroep mogelijk tegen de beslissing van het Fonds

om al dan niet uitstel te verlenen. om al dan niet uitstel te verlenen.

Art. 28.De faciliteiten of termijnen die de Rijksdienst voor sociale

Art. 28.De faciliteiten of termijnen die de Rijksdienst voor sociale

zekerheid toestaat aan de werkgevers of de sociale secretariaten zekerheid toestaat aan de werkgevers of de sociale secretariaten
gelden in geen geval voor de betaling van het deel van de sociale gelden in geen geval voor de betaling van het deel van de sociale
werkgeversbijdragen dat rechtstreeks voor het Fonds bestemd is. werkgeversbijdragen dat rechtstreeks voor het Fonds bestemd is.

Art. 29.In bepaalde gevallen kan het Fonds, op uitdrukkelijk verzoek

Art. 29.In bepaalde gevallen kan het Fonds, op uitdrukkelijk verzoek

van de werkgever en om geldige redenen, voorzien in een plan voor de van de werkgever en om geldige redenen, voorzien in een plan voor de
aflossing van een schuld. aflossing van een schuld.
Dit verzoek moet het Fonds bereiken per aangetekend schrijven Dit verzoek moet het Fonds bereiken per aangetekend schrijven
uiterlijk binnen acht kalenderdagen na de datum van verzending van de uiterlijk binnen acht kalenderdagen na de datum van verzending van de
ingebrekestelling waarin artikel 24 voorziet. ingebrekestelling waarin artikel 24 voorziet.
Indien het Fonds akkoord gaat, blijven de boete en de verwijlintresten Indien het Fonds akkoord gaat, blijven de boete en de verwijlintresten
verschuldigd, behalve voor de werkgevers wier maatschappelijke zetel verschuldigd, behalve voor de werkgevers wier maatschappelijke zetel
gevestigd is in één van de provincies die door de Belgische Staat gevestigd is in één van de provincies die door de Belgische Staat
worden beschouwd als specifieke achterstandsgebieden. worden beschouwd als specifieke achterstandsgebieden.
Deze provincies zijn : Henegouwen, Luik en Limburg. Deze provincies zijn : Henegouwen, Luik en Limburg.
In dit geval wordt, mits het Fonds akkoord gaat, alleen de boete In dit geval wordt, mits het Fonds akkoord gaat, alleen de boete
geschrapt. geschrapt.

Art. 30.Na een vertraging van twee kwartalen worden de schulden

Art. 30.Na een vertraging van twee kwartalen worden de schulden

automatisch ingevorderd door toedoen van de bevoegde Arbeidsrechtbank. automatisch ingevorderd door toedoen van de bevoegde Arbeidsrechtbank.
In dit geval eist het Fonds de boete en de verwijlinteresten op. In dit geval eist het Fonds de boete en de verwijlinteresten op.

Art. 31.Krachtens artikel 2 van de wet van 7 januari 1958 hebben de

Art. 31.Krachtens artikel 2 van de wet van 7 januari 1958 hebben de

fondsen voor bestaanszekerheid rechtspersoonlijkheid. fondsen voor bestaanszekerheid rechtspersoonlijkheid.

Art. 32.Het Fonds beheert als een goed huisvader de bedragen die het

Art. 32.Het Fonds beheert als een goed huisvader de bedragen die het

int voor het geheel van de bijdragen die de werkgevers verschuldigd int voor het geheel van de bijdragen die de werkgevers verschuldigd
zijn. zijn.
Deze sommen worden op de bank uitgezet, op rekeningen op korte, Deze sommen worden op de bank uitgezet, op rekeningen op korte,
middellange en lange termijn, naargelang de data van de uitgaven die middellange en lange termijn, naargelang de data van de uitgaven die
het Fonds voorziet. het Fonds voorziet.
Het Fonds mag geen enkele andere belegging doen. Het Fonds mag geen enkele andere belegging doen.

Art. 33.Bij elke vergadering van de raad van bestuur wordt aan de

Art. 33.Bij elke vergadering van de raad van bestuur wordt aan de

bestuurders een prognose voor de verschillende termijnrekeningen bestuurders een prognose voor de verschillende termijnrekeningen
afgegeven. afgegeven.
HOOFDSTUK VII HOOFDSTUK VII
Uitkering van de prestaties, verjaring en uitsluiting Uitkering van de prestaties, verjaring en uitsluiting

Art. 34.Met toepassing van artikel 11 van de wet van 7 januari

Art. 34.Met toepassing van artikel 11 van de wet van 7 januari

betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid mag de uitkering van de betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid mag de uitkering van de
prestaties in geen geval afhankelijk worden gesteld van de betaling, prestaties in geen geval afhankelijk worden gesteld van de betaling,
door één of meer werkgevers, van de sociale werkgeversbijdragen door één of meer werkgevers, van de sociale werkgeversbijdragen
bepaald bij artikel 4, 5° van de genoemde wet. bepaald bij artikel 4, 5° van de genoemde wet.

Art. 35.Met toepassing van artikel 21, §§ 2 en 3 van dezelfde wet van

Art. 35.Met toepassing van artikel 21, §§ 2 en 3 van dezelfde wet van

7 januari 1958, verjaart na drie jaar : 7 januari 1958, verjaart na drie jaar :
1° te rekenen vanaf de datum waarop de bijdrage eisbaar wordt, de 1° te rekenen vanaf de datum waarop de bijdrage eisbaar wordt, de
vordering tegen een werkgever wegens het niet betalen van deze vordering tegen een werkgever wegens het niet betalen van deze
bijdrage, bijdrage,
2° te rekenen vanaf de datum waarop de prestatie moest worden 2° te rekenen vanaf de datum waarop de prestatie moest worden
uitgekeerd, de vordering van een gerechtigde tegen het Fonds. uitgekeerd, de vordering van een gerechtigde tegen het Fonds.

Art. 36.Met toepassing van artikel 11 van de wet van 7 januari 1958

Art. 36.Met toepassing van artikel 11 van de wet van 7 januari 1958

betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, kan, onverminderd de betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, kan, onverminderd de
eventuele strafvervolging, worden uitgesloten van het voordeel van de eventuele strafvervolging, worden uitgesloten van het voordeel van de
prestaties uitgekeerd door het Fonds, voor ten hoogste dertien weken, prestaties uitgekeerd door het Fonds, voor ten hoogste dertien weken,
of zesentwintig in geval van herhaling, ieder die deze prestaties ten of zesentwintig in geval van herhaling, ieder die deze prestaties ten
onrechte verkregen heeft of getracht heeft te verkrijgen, hetzij op onrechte verkregen heeft of getracht heeft te verkrijgen, hetzij op
grond van een onjuiste, onvolledige of laattijdige aangifte, hetzij grond van een onjuiste, onvolledige of laattijdige aangifte, hetzij
door na te laten een aangifte te doen waartoe hij verplicht is, hetzij door na te laten een aangifte te doen waartoe hij verplicht is, hetzij
door een onjuist of vervalst bescheid over te leggen. door een onjuist of vervalst bescheid over te leggen.
HOOFDSTUK VIII. - Loonbeslagen HOOFDSTUK VIII. - Loonbeslagen

Art. 37.Het huishoudelijk reglement, afgekort "H.R. » , bepaalt de

Art. 37.Het huishoudelijk reglement, afgekort "H.R. » , bepaalt de

toepassingsmodaliteiten voor de loonbeslagen. toepassingsmodaliteiten voor de loonbeslagen.
HOOFDSTUK IX. - Beheer HOOFDSTUK IX. - Beheer

Art. 38.Het Fonds wordt beheerd door een raad van bestuur die

Art. 38.Het Fonds wordt beheerd door een raad van bestuur die

paritair is samengesteld uit 4 afgevaardigden van de werkgevers en 4 paritair is samengesteld uit 4 afgevaardigden van de werkgevers en 4
afgevaardigden van de representatieve werknemersorganisaties, wier afgevaardigden van de representatieve werknemersorganisaties, wier
mandaat wordt bekrachtigd door de algemene vergadering. mandaat wordt bekrachtigd door de algemene vergadering.

Art. 39.Zij worden in geval van verhindering vervangen door

Art. 39.Zij worden in geval van verhindering vervangen door

plaatsvervangende leden, twee van de kant van de plaatsvervangende leden, twee van de kant van de
werknemersorganisaties, en twee van de kant van de werkgevers. werknemersorganisaties, en twee van de kant van de werkgevers.
Een gewoon lid dat verhinderd is, zelfs tijdelijk, kan worden Een gewoon lid dat verhinderd is, zelfs tijdelijk, kan worden
vervangen door onverschillig welke plaatsvervanger van zijn groep. vervangen door onverschillig welke plaatsvervanger van zijn groep.

Art. 40.De afgevaardigden van de werkgevers en van de representatieve

Art. 40.De afgevaardigden van de werkgevers en van de representatieve

werknemersorganisaties worden uitsluitend en respectievelijk werknemersorganisaties worden uitsluitend en respectievelijk
aangesteld en uit hun ambt ontzet door de groep waartoe ze behoren en aangesteld en uit hun ambt ontzet door de groep waartoe ze behoren en
enkel door hun leden die naar behoren erkend zijn door het Paritair enkel door hun leden die naar behoren erkend zijn door het Paritair
Comité voor de bewakingsdiensten. Comité voor de bewakingsdiensten.

Art. 41.De bestuurders oefenen onbezoldigd hun mandaat uit voor de

Art. 41.De bestuurders oefenen onbezoldigd hun mandaat uit voor de

duur van drie jaar. duur van drie jaar.
Dit mandaat kan worden vernieuwd. Dit mandaat kan worden vernieuwd.
Het neemt slechts een eind vóór de normale vervaldag door overlijden, Het neemt slechts een eind vóór de normale vervaldag door overlijden,
ontslag of afzetting. ontslag of afzetting.
Wanneer het mandaat van een bestuurder voortijdig een eind neemt, Wanneer het mandaat van een bestuurder voortijdig een eind neemt,
wordt hij voorlopig vervangen door het plaatsvervangend lid van zijn wordt hij voorlopig vervangen door het plaatsvervangend lid van zijn
groep, totdat in zijn vervanging is voorzien. groep, totdat in zijn vervanging is voorzien.

Art. 42.De raad van bestuur van het Fonds kiest een Voorzitter uit de

Art. 42.De raad van bestuur van het Fonds kiest een Voorzitter uit de

bestuurders die de representatieve werknemersorganisaties bestuurders die de representatieve werknemersorganisaties
vertegenwoordigen. vertegenwoordigen.
De ondervoorzitter wordt gekozen uit de bestuurders die de werkgevers De ondervoorzitter wordt gekozen uit de bestuurders die de werkgevers
vertegenwoordigen. vertegenwoordigen.
De mandaten van voorzitter en ondervoorzitter hebben een duur van drie De mandaten van voorzitter en ondervoorzitter hebben een duur van drie
jaar; ze kunnen slechts eenmaal achtereenvolgens worden vernieuwd. jaar; ze kunnen slechts eenmaal achtereenvolgens worden vernieuwd.

Art. 43.Wanneer de voorzitter verhinderd is, wordt de vergadering van

Art. 43.Wanneer de voorzitter verhinderd is, wordt de vergadering van

de raad van bestuur voorgezeten door de ondervoorzitter en, ingeval de raad van bestuur voorgezeten door de ondervoorzitter en, ingeval
deze afwezig is, door de oudste bestuurder. deze afwezig is, door de oudste bestuurder.

Art. 44.De raad van bestuur vergadert ieder jaar in de loop van de

Art. 44.De raad van bestuur vergadert ieder jaar in de loop van de

maanden maart, juni en oktober . maanden maart, juni en oktober .

Art. 45.De raad van bestuur is slechts geldig vertegenwoordigd indien

Art. 45.De raad van bestuur is slechts geldig vertegenwoordigd indien

minstens twee leden van elke groep aanwezig zijn. minstens twee leden van elke groep aanwezig zijn.

Art. 46.De oproepingen worden, onder vermelding van de agenda,

Art. 46.De oproepingen worden, onder vermelding van de agenda,

minstens 15 dagen op voorhand verstuurd. minstens 15 dagen op voorhand verstuurd.

Art. 47.De raad van bestuur kan steeds worden bijeengeroepen op

Art. 47.De raad van bestuur kan steeds worden bijeengeroepen op

andere data dan die waarin hierboven is voorzien, op voorwaarde dat andere data dan die waarin hierboven is voorzien, op voorwaarde dat
dit wordt gevraagd door de voorzitter, of dat twee bestuurders, dit wordt gevraagd door de voorzitter, of dat twee bestuurders,
ongeacht de groep waartoe ze behoren, hierom bij de voorzitter ongeacht de groep waartoe ze behoren, hierom bij de voorzitter
verzoeken. verzoeken.

Art. 48.De raad van bestuur wijst een secretaris aan, die niet

Art. 48.De raad van bestuur wijst een secretaris aan, die niet

bekleed is met een mandaat van bestuurder, wiens taak erin bestaat de bekleed is met een mandaat van bestuurder, wiens taak erin bestaat de
bestuurders op te roepen voor de vergaderingen van de raad van bestuur bestuurders op te roepen voor de vergaderingen van de raad van bestuur
en de jaarlijkse algemene vergadering, de verslagen van de en de jaarlijkse algemene vergadering, de verslagen van de
vergaderingen op te stellen, deze vergaderingen voor te bereiden en vergaderingen op te stellen, deze vergaderingen voor te bereiden en
erop toe te zien dat de genoemde verslagen worden ondertekend door de erop toe te zien dat de genoemde verslagen worden ondertekend door de
voorzitter en de aanwezige bestuurders. voorzitter en de aanwezige bestuurders.

Art. 49.Ingeval de secretaris afwezig is op een vergadering, wijst de

Art. 49.Ingeval de secretaris afwezig is op een vergadering, wijst de

voorzitter voorlopig een vervanger aan onder de bestuurders die de voorzitter voorlopig een vervanger aan onder de bestuurders die de
vergadering bijwonen. vergadering bijwonen.

Art. 50.De beslissingen worden genomen met eenparigheid van stemmen

Art. 50.De beslissingen worden genomen met eenparigheid van stemmen

door de bestuurders die bij de stemming aanwezig zijn. door de bestuurders die bij de stemming aanwezig zijn.

Art. 51.Een stemming is alleen geldig indien zij betrekking heeft op

Art. 51.Een stemming is alleen geldig indien zij betrekking heeft op

een punt dat op de agenda werd geplaatst. een punt dat op de agenda werd geplaatst.

Art. 52.Ingeval bij een vergadering het quorum niet wordt bereikt,

Art. 52.Ingeval bij een vergadering het quorum niet wordt bereikt,

moet een tweede vergadering, met dezelfde agenda, worden gehouden in moet een tweede vergadering, met dezelfde agenda, worden gehouden in
de loop van de volgende maand. de loop van de volgende maand.
Tijdens deze tweede vergadering kunnen de aanwezige leden geldig Tijdens deze tweede vergadering kunnen de aanwezige leden geldig
stemmen, ongeacht het aantal aanwezige leden. stemmen, ongeacht het aantal aanwezige leden.

Art. 53.De raad van bestuur heeft de meest uitgebreide bevoegdheden

Art. 53.De raad van bestuur heeft de meest uitgebreide bevoegdheden

om alle daden van beheer, bestuur en beschikking waarbij het Fonds is om alle daden van beheer, bestuur en beschikking waarbij het Fonds is
betrokken te stellen en om alle maatregelen te treffen met het oog op betrokken te stellen en om alle maatregelen te treffen met het oog op
de goede werking van het Fonds. de goede werking van het Fonds.

Art. 54.Al wat bij de wet of bij deze statuten niet is voorbehouden

Art. 54.Al wat bij de wet of bij deze statuten niet is voorbehouden

aan het paritair comité behoort tot de bevoegdheden van de raad van aan het paritair comité behoort tot de bevoegdheden van de raad van
bestuur. bestuur.

Art. 55.De raad van bestuur kiest een beheerder die deel uitmaakt van

Art. 55.De raad van bestuur kiest een beheerder die deel uitmaakt van

één van de bewakingsondernemingen vertegenwoordigd bij het Fonds; zijn één van de bewakingsondernemingen vertegenwoordigd bij het Fonds; zijn
mandaat heeft een onbepaalde duur. mandaat heeft een onbepaalde duur.
De functie van beheerder kan worden gecumuleerd met die van De functie van beheerder kan worden gecumuleerd met die van
secretaris. secretaris.

Art. 56.De beheerder mag niet bekleed zijn met een mandaat van

Art. 56.De beheerder mag niet bekleed zijn met een mandaat van

bestuurder van het Fonds. bestuurder van het Fonds.

Art. 57.De beheerder vervult de taken van het dagelijks bestuur van

Art. 57.De beheerder vervult de taken van het dagelijks bestuur van

het Fonds en beheert het volledig. het Fonds en beheert het volledig.

Art. 58.De beheerder valt onder het rechtstreeks gezag van de

Art. 58.De beheerder valt onder het rechtstreeks gezag van de

voorzitter van de raad van bestuur. voorzitter van de raad van bestuur.
Hij is tegenover de bestuurders echter alleen verantwoording Hij is tegenover de bestuurders echter alleen verantwoording
verschuldigd voor het goede beheer van het Fonds, in het kader van de verschuldigd voor het goede beheer van het Fonds, in het kader van de
middelen en de richtlijnen die hem door de raad van bestuur van het middelen en de richtlijnen die hem door de raad van bestuur van het
Fonds worden verstrekt. Fonds worden verstrekt.

Art. 59.De raad van bestuur kan de beheerder belasten met alle

Art. 59.De raad van bestuur kan de beheerder belasten met alle

bevoegdheden die nodig zijn voor het goede beheer van het Fonds, met bevoegdheden die nodig zijn voor het goede beheer van het Fonds, met
inachtneming van de regels bepaald in deze statuten. inachtneming van de regels bepaald in deze statuten.

Art. 60.Voor alle andere akten dan die waarvoor de raad van bestuur

Art. 60.Voor alle andere akten dan die waarvoor de raad van bestuur

een speciaal mandaat heeft gegeven, is het, voor een geldige een speciaal mandaat heeft gegeven, is het, voor een geldige
vertegenwoordiging van het Fonds tegenover derden, voldoende dat de vertegenwoordiging van het Fonds tegenover derden, voldoende dat de
gezamenlijke handtekeningen van twee bestuurders, één van elke groep, gezamenlijke handtekeningen van twee bestuurders, één van elke groep,
worden aangebracht, zonder dat deze van een beslissing of een worden aangebracht, zonder dat deze van een beslissing of een
machtiging moeten doen blijken. machtiging moeten doen blijken.
De akten van het dagelijks bestuur worden ondertekend door de persoon De akten van het dagelijks bestuur worden ondertekend door de persoon
belast met dit bestuur. belast met dit bestuur.

Art. 61.De beheerder legt de documenten met betrekking tot het beheer

Art. 61.De beheerder legt de documenten met betrekking tot het beheer

van het Fonds over aan de raad van bestuur bij elke vergadering of op van het Fonds over aan de raad van bestuur bij elke vergadering of op
eenvoudig verzoek van de voorzitter. eenvoudig verzoek van de voorzitter.

Art. 62.Het Fonds zal een verzekering onderschrijven ter dekking van

Art. 62.Het Fonds zal een verzekering onderschrijven ter dekking van

de eventuele risico's verbonden aan het in gebreke blijven van één of de eventuele risico's verbonden aan het in gebreke blijven van één of
meerdere werkgevers, in geval van faillissement. meerdere werkgevers, in geval van faillissement.

Art. 63.Aan de onderneming waarvan de beheerder afhangt wordt, ter

Art. 63.Aan de onderneming waarvan de beheerder afhangt wordt, ter

vergoeding van de kosten die hij voor het beheer van het Fonds heeft vergoeding van de kosten die hij voor het beheer van het Fonds heeft
gedaan, een vergoeding voor beheerskosten verleend ten belope van 1,5 gedaan, een vergoeding voor beheerskosten verleend ten belope van 1,5
pct. van het totale bedrag van de bijdragen geïnd door het Fonds. pct. van het totale bedrag van de bijdragen geïnd door het Fonds.
Het Fonds stort deze bijdrage aan de betrokken onderneming in de loop Het Fonds stort deze bijdrage aan de betrokken onderneming in de loop
van de eerste week van de tweede maand die volgt op het einde van elk van de eerste week van de tweede maand die volgt op het einde van elk
kwartaal. kwartaal.
Bij het einde van het boekjaar wordt een balans opgemaakt. Bij het einde van het boekjaar wordt een balans opgemaakt.

Art. 64.Op 1 januari 1996 bedragen de sociale werkgeversbijdragen die

Art. 64.Op 1 januari 1996 bedragen de sociale werkgeversbijdragen die

verschuldigd zijn aan het Fonds door de werkgevers bedoeld in artikel verschuldigd zijn aan het Fonds door de werkgevers bedoeld in artikel
5 13,17 pct. van het bedrag van de totale loonmassa aan 100 pct. van 5 13,17 pct. van het bedrag van de totale loonmassa aan 100 pct. van
de werknemers. de werknemers.
Deze bijdrage wordt evenwel, bij wijze van aanpassing, op 13,60 pct. Deze bijdrage wordt evenwel, bij wijze van aanpassing, op 13,60 pct.
gebracht vanaf 1 juli 1996. gebracht vanaf 1 juli 1996.
Verder wordt de bijdrage van 13,60 pct. tijdelijk op 14 pct. gebracht Verder wordt de bijdrage van 13,60 pct. tijdelijk op 14 pct. gebracht
voor de periode van 1 juli 1997 tot 31 december 2000. voor de periode van 1 juli 1997 tot 31 december 2000.

Art. 65.De bestuurders zijn alleen voor hun mandaat aansprakelijk.

Art. 65.De bestuurders zijn alleen voor hun mandaat aansprakelijk.

Zij dragen, ten aanzien van de verbintenissen van het Fonds, geen Zij dragen, ten aanzien van de verbintenissen van het Fonds, geen
enkele persoonlijke verantwoordelijkheid uit hoofde van hun mandaat. enkele persoonlijke verantwoordelijkheid uit hoofde van hun mandaat.
HOOFDSTUK X. - Begroting en jaarrekeningen HOOFDSTUK X. - Begroting en jaarrekeningen

Art. 66.Elk jaar wordt in de loop van de maand maart een algemene

Art. 66.Elk jaar wordt in de loop van de maand maart een algemene

vergadering samengeroepen om de rekeningen en de balans van het Fonds vergadering samengeroepen om de rekeningen en de balans van het Fonds
van het voorgaande jaar te controleren. van het voorgaande jaar te controleren.

Art. 67.Vooraf worden twee revisors aangewezen om de juistheid ervan

Art. 67.Vooraf worden twee revisors aangewezen om de juistheid ervan

na te gaan en hierover verslag uit te brengen aan de leden van de na te gaan en hierover verslag uit te brengen aan de leden van de
algemene vergadering. algemene vergadering.

Art. 68.De begroting voor het volgende jaar wordt eveneens ter

Art. 68.De begroting voor het volgende jaar wordt eveneens ter

goedkeuring voorgelegd aan deze algemene vergadering. goedkeuring voorgelegd aan deze algemene vergadering.

Art. 69.De rekeningen en de balans worden jaarlijks in het paritair

Art. 69.De rekeningen en de balans worden jaarlijks in het paritair

comité vóór eind juni voorgelegd. comité vóór eind juni voorgelegd.
HOOFDSTUK XI. - Ontbinding en vereffening HOOFDSTUK XI. - Ontbinding en vereffening

Art. 70.Het Fonds kan enkel worden ontbonden ingevolge een

Art. 70.Het Fonds kan enkel worden ontbonden ingevolge een

collectieve arbeidsovereenkomst bekrachtigd in het paritair comité. collectieve arbeidsovereenkomst bekrachtigd in het paritair comité.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt pas van kracht op de eerste Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt pas van kracht op de eerste
dag van het kwartaal dat volgt op een periode van zes maanden na de dag van het kwartaal dat volgt op een periode van zes maanden na de
neerlegging ervan op de griffie van het Ministerie van Tewerkstelling neerlegging ervan op de griffie van het Ministerie van Tewerkstelling
en Arbeid. en Arbeid.

Art. 71.Wanneer de raad van bestuur in de onmogelijkheid verkeert om

Art. 71.Wanneer de raad van bestuur in de onmogelijkheid verkeert om

zijn mandaat uit te oefenen, met name tengevolge van een onoplosbaar zijn mandaat uit te oefenen, met name tengevolge van een onoplosbaar
meningsverschil, wordt hij binnen drie maanden door de voorzitter van meningsverschil, wordt hij binnen drie maanden door de voorzitter van
het paritair comité in gebreke gesteld, na hiervan door de voorzitter het paritair comité in gebreke gesteld, na hiervan door de voorzitter
bij een ter post aangetekend schrijven behoorlijk en onmiddellijk op bij een ter post aangetekend schrijven behoorlijk en onmiddellijk op
de hoogte te zijn gebracht. de hoogte te zijn gebracht.

Art. 72.Indien de raad van bestuur binnen een termijn van drie

Art. 72.Indien de raad van bestuur binnen een termijn van drie

maanden na de ingebrekestelling nog steeds in dezelfde onmogelijkheid maanden na de ingebrekestelling nog steeds in dezelfde onmogelijkheid
verkeert, wordt het Fonds automatisch als ontbonden beschouwd. verkeert, wordt het Fonds automatisch als ontbonden beschouwd.

Art. 73.Deze ontbinding wordt bevestigd door de voorzitter van het

Art. 73.Deze ontbinding wordt bevestigd door de voorzitter van het

paritair comité en heeft uitwerking op de eerste dag van het paritair comité en heeft uitwerking op de eerste dag van het
burgerlijk kwartaal dat volgt op de periode van negen maanden na de burgerlijk kwartaal dat volgt op de periode van negen maanden na de
ingebrekestelling. ingebrekestelling.

Art. 74.Het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten wijst de

Art. 74.Het Paritair Comité voor de bewakingsdiensten wijst de

vereffenaars aan, bepaalt hun bevoegdheden en bezoldigingen en legt de vereffenaars aan, bepaalt hun bevoegdheden en bezoldigingen en legt de
bestemming van het vermogen vast. bestemming van het vermogen vast.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 april Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 april
1999. 1999.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET Mevr. M. SMET
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996 Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 april 1996
betreffende de vaststelling van de statuten van het fonds voor betreffende de vaststelling van de statuten van het fonds voor
bestaanszekerheid bestaanszekerheid
Sociaal Fonds voor de bewakingsondernemingen (arbeidersregime) Sociaal Fonds voor de bewakingsondernemingen (arbeidersregime)
Huishoudelijk reglement Huishoudelijk reglement
HOOFDSTUK I. - Syndicale premie HOOFDSTUK I. - Syndicale premie

Artikel 1.In overeenstemming met artikel 6 van de statuten van het

Artikel 1.In overeenstemming met artikel 6 van de statuten van het

Fonds, hebben de werknemers(sters) die aangesloten zijn bij een Fonds, hebben de werknemers(sters) die aangesloten zijn bij een
syndicale organisatie, recht op een jaarlijkse syndicale premie van syndicale organisatie, recht op een jaarlijkse syndicale premie van
3.500 F. 3.500 F.
Deze premie wordt toegekend op basis van een twaalfde van het globale Deze premie wordt toegekend op basis van een twaalfde van het globale
jaarlijkse bedrag voor elke maand dat de rechthebbende tewerkgesteld jaarlijkse bedrag voor elke maand dat de rechthebbende tewerkgesteld
is. is.

Art. 2.Een prestatie van 10 gewerkte of gelijkgestelde dagen per

Art. 2.Een prestatie van 10 gewerkte of gelijkgestelde dagen per

maand geeft recht op 1/12 (290 F) van de syndicale premie. maand geeft recht op 1/12 (290 F) van de syndicale premie.

Art. 3.De rechthebbenden die op pensioen gaan in de loop van het

Art. 3.De rechthebbenden die op pensioen gaan in de loop van het

refertejaar van het Fonds, alsook de erfgenamen van de rechthebbenden refertejaar van het Fonds, alsook de erfgenamen van de rechthebbenden
die overleden zijn in de loop van hetzelfde refertejaar, hebben recht die overleden zijn in de loop van hetzelfde refertejaar, hebben recht
op het integrale bedrag hierboven vermeld, voor zover de betrokken op het integrale bedrag hierboven vermeld, voor zover de betrokken
werknemers(sters) voldoen aan de toekenningsvoorwaarden, tot op de dag werknemers(sters) voldoen aan de toekenningsvoorwaarden, tot op de dag
van hun pensionering of hun overlijden. van hun pensionering of hun overlijden.

Art. 4.Om recht te hebben op de syndicale premie, moeten de

Art. 4.Om recht te hebben op de syndicale premie, moeten de

werknemers(sters) in de loop van het refertejaar, een maandelijks werknemers(sters) in de loop van het refertejaar, een maandelijks
gemiddelde van ten minste 90 gewerkte of gelijkgestelde uren bereiken, gemiddelde van ten minste 90 gewerkte of gelijkgestelde uren bereiken,
bij één of meerdere werkgevers in de sector. bij één of meerdere werkgevers in de sector.

Art. 5.De uren tijdens dewelke de uitvoering van het arbeidscontract

Art. 5.De uren tijdens dewelke de uitvoering van het arbeidscontract

geschorst wordt, krachtens de artikelen 28, §§ 2 en 4 en 30 van de wet geschorst wordt, krachtens de artikelen 28, §§ 2 en 4 en 30 van de wet
van 3 juli 1978 op de arbeidscontracten (Belgisch Staatsblad van 22 van 3 juli 1978 op de arbeidscontracten (Belgisch Staatsblad van 22
augustus 1978), worden beschouwd als uren die gelijkgesteld zijn met augustus 1978), worden beschouwd als uren die gelijkgesteld zijn met
arbeidsuren. arbeidsuren.
Een afwezigheid wegens ziekte, arbeidsongeval of loopbaanonderbreking, Een afwezigheid wegens ziekte, arbeidsongeval of loopbaanonderbreking,
wordt echter maar gelijkgesteld ten belope van 300 dagen. wordt echter maar gelijkgesteld ten belope van 300 dagen.

Art. 6.Het Fonds is niet belast met de aangifte aan de fiscale

Art. 6.Het Fonds is niet belast met de aangifte aan de fiscale

administratie van de sommen aldus verworven door de rechthebbenden. administratie van de sommen aldus verworven door de rechthebbenden.
HOOFDSTUK II. - Brugpensioen HOOFDSTUK II. - Brugpensioen

Art. 7.Om te kunnen genieten van de toekenning van het brugpensioen,

Art. 7.Om te kunnen genieten van de toekenning van het brugpensioen,

dient de werknemer(ster) die aangesloten is bij een syndicale dient de werknemer(ster) die aangesloten is bij een syndicale
organisatie, zijn (haar) aanvraag in door tussenkomst van deze organisatie, zijn (haar) aanvraag in door tussenkomst van deze
syndicale organisatie. syndicale organisatie.
Indien hij (zij) niet gesyndiceerd is, dient hij (zij) de aanvraag Indien hij (zij) niet gesyndiceerd is, dient hij (zij) de aanvraag
rechtstreeks bij het Fonds in. rechtstreeks bij het Fonds in.

Art. 8.Elke overname van anciënniteit, behoorlijk aangeduid op het

Art. 8.Elke overname van anciënniteit, behoorlijk aangeduid op het

arbeidscontract van de werknemer(ster), komt in aanmerking voor het arbeidscontract van de werknemer(ster), komt in aanmerking voor het
verwerven van het brugpensioen. verwerven van het brugpensioen.

Art. 9.De werknemer(ster) die, tijdens zijn (haar) tewerkstelling,

Art. 9.De werknemer(ster) die, tijdens zijn (haar) tewerkstelling,

gewerkt heeft in een land dat deel uitmaakt van de Europese gewerkt heeft in een land dat deel uitmaakt van de Europese
Gemeenschappen, moet, indien nodig, het bewijs voorleggen van zijn Gemeenschappen, moet, indien nodig, het bewijs voorleggen van zijn
(haar) regelmatige bijdragen voor sociale zekerheid in het betrokken (haar) regelmatige bijdragen voor sociale zekerheid in het betrokken
land. land.

Art. 10.Voor de berekening van de verschuldigde vergoeding, worden de

Art. 10.Voor de berekening van de verschuldigde vergoeding, worden de

dagen van werkonderbreking wegens ziekte, arbeidsongeval of dagen van werkonderbreking wegens ziekte, arbeidsongeval of
loopbaanonderbreking, gelijkgesteld met effectief gewerkte dagen. loopbaanonderbreking, gelijkgesteld met effectief gewerkte dagen.

Art. 11.De maandelijkse brugpensioenvergoedingen worden slechts

Art. 11.De maandelijkse brugpensioenvergoedingen worden slechts

uitbetaald vanaf de maand waarin het dossier vervolledigd wordt en de uitbetaald vanaf de maand waarin het dossier vervolledigd wordt en de
goedkeuring gekregen heeft van het Fonds en het betrokken goedkeuring gekregen heeft van het Fonds en het betrokken
Werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. Werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.

Art. 12.De medische getuigschriften die een definitieve

Art. 12.De medische getuigschriften die een definitieve

werkonbekwaamheid aantonen zijn niet toegelaten als rechtvaardiging werkonbekwaamheid aantonen zijn niet toegelaten als rechtvaardiging
van werkonderbreking. van werkonderbreking.

Art. 13.De voorwaarden voor het toekennen van het conventioneel

Art. 13.De voorwaarden voor het toekennen van het conventioneel

brugpensioen en het brugpensioen binnen de sector vanaf de leeftijd brugpensioen en het brugpensioen binnen de sector vanaf de leeftijd
van 55 jaar, zijn vastgelegd in de specifieke collectieve van 55 jaar, zijn vastgelegd in de specifieke collectieve
arbeidsovereenkomsten voor elk van de genoemde brugpensioenen. arbeidsovereenkomsten voor elk van de genoemde brugpensioenen.
HOOFDSTUK III. - Vergoeding van bepaalde kosten HOOFDSTUK III. - Vergoeding van bepaalde kosten

Art. 14.Een forfaitaire vergoeding van 1.000 F wordt eveneens

Art. 14.Een forfaitaire vergoeding van 1.000 F wordt eveneens

jaarlijks uitgekeerd aan de arbeiders die aangesloten zijn bij een jaarlijks uitgekeerd aan de arbeiders die aangesloten zijn bij een
syndicale organisatie, als vergoeding van bepaalde kosten verbonden syndicale organisatie, als vergoeding van bepaalde kosten verbonden
aan hun syndicale vorming. aan hun syndicale vorming.
HOOFDSTUK IV. - Buitengewone vakantietoelage HOOFDSTUK IV. - Buitengewone vakantietoelage

Art. 15.Voor de berekening van de buitengewone vakantietoelage

Art. 15.Voor de berekening van de buitengewone vakantietoelage

bedoeld in artikel 10 van de statuten van het Fonds, worden de dagen bedoeld in artikel 10 van de statuten van het Fonds, worden de dagen
van werkonderbreking omwille van ziekte, arbeidsongeval en van werkonderbreking omwille van ziekte, arbeidsongeval en
loopbaanonderbreking, gelijkgesteld met effectief gewerkte dagen. loopbaanonderbreking, gelijkgesteld met effectief gewerkte dagen.

Art. 16.Elk jaar wordt door het Fonds een formulier, in drie

Art. 16.Elk jaar wordt door het Fonds een formulier, in drie

exemplaren, uitgegeven en tegen 31 oktober blanco verdeeld aan elke exemplaren, uitgegeven en tegen 31 oktober blanco verdeeld aan elke
werkgever. werkgever.

Art. 17.De werkgever dient het Fonds, ten laatste tegen 15 september,

Art. 17.De werkgever dient het Fonds, ten laatste tegen 15 september,

een geschreven verzoek toe te sturen met het aantal formulieren dat een geschreven verzoek toe te sturen met het aantal formulieren dat
hij nodig heeft. hij nodig heeft.

Art. 18.Het model van dit formulier wordt jaarlijks goedgekeurd,

Art. 18.Het model van dit formulier wordt jaarlijks goedgekeurd,

tijdens de vergadering van de raad van bestuur van het Fonds van de tijdens de vergadering van de raad van bestuur van het Fonds van de
maand juni. maand juni.

Art. 19.Het formulier bevat de volgende onderdelen :

Art. 19.Het formulier bevat de volgende onderdelen :

a. dat bestemd voor de gegevens van de werknemer(ster), a. dat bestemd voor de gegevens van de werknemer(ster),
b. dat bestemd voor de gegevens van de werkgever, namelijk zijn nummer b. dat bestemd voor de gegevens van de werkgever, namelijk zijn nummer
van aansluiting bij de Rijksdienst voor sociale zekerheid en het van aansluiting bij de Rijksdienst voor sociale zekerheid en het
nummer van het bevoegd paritair comité, nummer van het bevoegd paritair comité,
c. dat bestemd voor de referteperiode, c. dat bestemd voor de referteperiode,
d. dat bestemd voor het bedrag van de syndicale premie, d. dat bestemd voor het bedrag van de syndicale premie,
e. dat bestemd voor de volledige berekening van de buitengewone e. dat bestemd voor de volledige berekening van de buitengewone
vakantietoelage, vakantietoelage,
f. dat bestemd voor het bedrag van de terugbetaling van de forfaitaire f. dat bestemd voor het bedrag van de terugbetaling van de forfaitaire
onkosten gemaakt voor syndicale vorming, onkosten gemaakt voor syndicale vorming,
g. dat bestemd voor het bedrag van de bestaanszekerheidsvergoeding. g. dat bestemd voor het bedrag van de bestaanszekerheidsvergoeding.

Art. 20.De onderdelen a, b, c, e en g dienen, bijgevolg, enkel

Art. 20.De onderdelen a, b, c, e en g dienen, bijgevolg, enkel

ingevuld te worden door de werkgever voor alle betrokken ingevuld te worden door de werkgever voor alle betrokken
werknemers(sters), en vervolgens door hem aan deze laatsten uitgedeeld werknemers(sters), en vervolgens door hem aan deze laatsten uitgedeeld
te worden, ten laatste tegelijkertijd met de lonen voor de maand te worden, ten laatste tegelijkertijd met de lonen voor de maand
november. november.
De onderdelen d en f moeten worden ingevuld door de syndicale De onderdelen d en f moeten worden ingevuld door de syndicale
organisaties. organisaties.

Art. 21.Geen enkel formulier mag overhandigd worden vóór het ogenblik

Art. 21.Geen enkel formulier mag overhandigd worden vóór het ogenblik

voorzien in artikel 20, eerste lid hierboven. voorzien in artikel 20, eerste lid hierboven.

Art. 22.Enerzijds krachtens de wet van 12 april 1965 betreffende de

Art. 22.Enerzijds krachtens de wet van 12 april 1965 betreffende de

bescherming van het loon der werknemers, en anderzijds omdat het bescherming van het loon der werknemers, en anderzijds omdat het
formulier de bedragen van verschillende bezoldigingen herneemt, alsook formulier de bedragen van verschillende bezoldigingen herneemt, alsook
persoonlijke gegevens, mag dit formulier door de werkgever enkel persoonlijke gegevens, mag dit formulier door de werkgever enkel
eigenhandig of onder gesloten omslag ter attentie van elke eigenhandig of onder gesloten omslag ter attentie van elke
werknemer(ster) worden bezorgd aan deze laatste, die het persoonlijk werknemer(ster) worden bezorgd aan deze laatste, die het persoonlijk
zal overhandigen aan de syndicale organisatie waarbij hij (zij) is zal overhandigen aan de syndicale organisatie waarbij hij (zij) is
aangesloten. aangesloten.

Art. 23.Geen enkele inzameling van formulieren door een derde is

Art. 23.Geen enkele inzameling van formulieren door een derde is

toegelaten, behalve wanneer hij beschikt over een handgeschreven toegelaten, behalve wanneer hij beschikt over een handgeschreven
volmacht van de betrokken werknemer(ster), naar behoren gedateerd en volmacht van de betrokken werknemer(ster), naar behoren gedateerd en
ondertekend door deze laatste. ondertekend door deze laatste.

Art. 24.De werknemer(ster) overhandigt de luiken A en B van het

Art. 24.De werknemer(ster) overhandigt de luiken A en B van het

formulier aan de syndicale organisatie waarbij hij (zij) aangesloten formulier aan de syndicale organisatie waarbij hij (zij) aangesloten
is; is;

Art. 25.De syndicale organisaties zijn belast met de uitbetaling van

Art. 25.De syndicale organisaties zijn belast met de uitbetaling van

alle voordelen vermeld op het formulier. alle voordelen vermeld op het formulier.

Art. 26.De werknemer(ster) ondertekent het formulier in kwestie "voor

Art. 26.De werknemer(ster) ondertekent het formulier in kwestie "voor

ontvangst". ontvangst".

Art. 27.De niet-gesyndiceerde werknemers(sters) sturen de luiken A en

Art. 27.De niet-gesyndiceerde werknemers(sters) sturen de luiken A en

B van het formulier met de post rechtstreeks naar het administratief B van het formulier met de post rechtstreeks naar het administratief
adres van het Fonds, dat zal overgaan tot de uitbetaling van de adres van het Fonds, dat zal overgaan tot de uitbetaling van de
voordelen die erop vermeld zijn. voordelen die erop vermeld zijn.

Art. 28.Geen enkele betaling door het Fonds zal in contanten

Art. 28.Geen enkele betaling door het Fonds zal in contanten

gebeuren. gebeuren.

Art. 29.De uitkeringen verschuldigd aan de gesyndiceerde en

Art. 29.De uitkeringen verschuldigd aan de gesyndiceerde en

niet-gesyndiceerde werknemers(sters), zullen worden uitbetaald in de niet-gesyndiceerde werknemers(sters), zullen worden uitbetaald in de
loop van de maand december, op de data die jaarlijks in de maand juni loop van de maand december, op de data die jaarlijks in de maand juni
worden bepaald door de raad van bestuur van het Fonds. worden bepaald door de raad van bestuur van het Fonds.
HOOFDSTUK V. - Aanvullende werkloosheidsuitkering HOOFDSTUK V. - Aanvullende werkloosheidsuitkering
Art. 30 Deze uitkering bedraagt 100 F en wordt toegekend aan de Art. 30 Deze uitkering bedraagt 100 F en wordt toegekend aan de
werknemers(sters) die in economische werkloosheid gesteld worden, ten werknemers(sters) die in economische werkloosheid gesteld worden, ten
belope van maximum 30 gestempelde dagen per jaar. belope van maximum 30 gestempelde dagen per jaar.
Deze uitkering wordt vermeld op het formulier buitengewone Deze uitkering wordt vermeld op het formulier buitengewone
vakantietoelage en diverse premies. vakantietoelage en diverse premies.

Art. 31.De syndicale organisaties zijn belast met de uitbetaling van

Art. 31.De syndicale organisaties zijn belast met de uitbetaling van

deze uitkering ten gunste van hun leden. deze uitkering ten gunste van hun leden.
De uitkering wordt aan de syndicale organisaties terugbetaald, De uitkering wordt aan de syndicale organisaties terugbetaald,
tegelijkertijd met de buitengewone vakantietoelage. tegelijkertijd met de buitengewone vakantietoelage.

Art. 32.De niet-gesyndiceerde werknemers(sters) zullen de uitkering

Art. 32.De niet-gesyndiceerde werknemers(sters) zullen de uitkering

waarop zij eventueel recht hebben, ontvangen door tussenkomst van het waarop zij eventueel recht hebben, ontvangen door tussenkomst van het
Fonds. Fonds.
HOOFDSTUK VI. - Administratie HOOFDSTUK VI. - Administratie

Art. 33.Om de administratieve kosten te dekken die de uitbetaling van

Art. 33.Om de administratieve kosten te dekken die de uitbetaling van

de buitengewone vakantietoelage aan zijn leden met zich meebrengt, de buitengewone vakantietoelage aan zijn leden met zich meebrengt,
ontvangt de syndicale organisatie van het Fonds een vergoeding van 150 ontvangt de syndicale organisatie van het Fonds een vergoeding van 150
F per werknemer(ster). F per werknemer(ster).

Art. 34.Zo ook zal het Fonds op het totaal van de voordelen bestemd

Art. 34.Zo ook zal het Fonds op het totaal van de voordelen bestemd

voor de niet-gesyndiceerde werknemers(sters), een som van 150 F voor de niet-gesyndiceerde werknemers(sters), een som van 150 F
afhouden indien deze voordelen niet meer bedragen dan 20.000 F; boven afhouden indien deze voordelen niet meer bedragen dan 20.000 F; boven
deze som zal de afhouding 300 F bedragen. deze som zal de afhouding 300 F bedragen.

Art. 35.Om het Fonds toe te laten de lijst bij te houden van de

Art. 35.Om het Fonds toe te laten de lijst bij te houden van de

werknemers(sters) die volledig werkloos zijn, ten gevolge van het werknemers(sters) die volledig werkloos zijn, ten gevolge van het
verlies van commerciële contracten van meer dan 2.500 uren, zal elke verlies van commerciële contracten van meer dan 2.500 uren, zal elke
werkgever de lijst van de werknemers(sters) in kwestie overmaken aan werkgever de lijst van de werknemers(sters) in kwestie overmaken aan
het Fonds, van zodra deze verliezen van contracten zich voordoen. het Fonds, van zodra deze verliezen van contracten zich voordoen.

Art. 36.Deze lijst zal de namen, voornamen en volledige adressen

Art. 36.Deze lijst zal de namen, voornamen en volledige adressen

bevatten van de betrokken werknemers(sters), alsook hun laatste bevatten van de betrokken werknemers(sters), alsook hun laatste
uitgeoefende functie binnen hun onderneming. uitgeoefende functie binnen hun onderneming.
HOOFDSTUK VII. - Loonbeslagen HOOFDSTUK VII. - Loonbeslagen

Art. 37.Daar de formulieren voor de buitengewone vakantietoelagen

Art. 37.Daar de formulieren voor de buitengewone vakantietoelagen

enkel door de werkgevers worden ingevuld, zal het Fonds, wanneer hem enkel door de werkgevers worden ingevuld, zal het Fonds, wanneer hem
een loonbeslag ten laste van een werknemer(ster) wordt betekend, de een loonbeslag ten laste van een werknemer(ster) wordt betekend, de
ontvangen aangifte van beslag, onder aangetekende omslag met de post ontvangen aangifte van beslag, onder aangetekende omslag met de post
terugsturen, binnen de wettelijke termijn van veertien dagen voorzien terugsturen, binnen de wettelijke termijn van veertien dagen voorzien
in artikel 164, § 5 van het koninklijk besluit tot uitvoering van het in artikel 164, § 5 van het koninklijk besluit tot uitvoering van het
wetboek van de inkomstenbelasting. wetboek van de inkomstenbelasting.
Deze aangifte zal de onmogelijkheid van het Fonds om aan het beslag te Deze aangifte zal de onmogelijkheid van het Fonds om aan het beslag te
voldoen meedelen. voldoen meedelen.
Het Fonds zal er echter de inlichtingen in vermelden waarover hij Het Fonds zal er echter de inlichtingen in vermelden waarover hij
beschikt, de naam van de maatschappij waar de betrokken beschikt, de naam van de maatschappij waar de betrokken
werknemer(ster) deel van uitmaakt, alsook een kopie van de brief die werknemer(ster) deel van uitmaakt, alsook een kopie van de brief die
hij aan de betrokken werkgever richt, met betrekking tot het beslag. hij aan de betrokken werkgever richt, met betrekking tot het beslag.

Art. 38.De betrokken werkgever moet met het voornoemde beslag

Art. 38.De betrokken werkgever moet met het voornoemde beslag

rekening houden bij het opstellen van de afrekening die moet rekening houden bij het opstellen van de afrekening die moet
verschijnen op het formulier uitgegeven door het Fonds, en voldoen aan verschijnen op het formulier uitgegeven door het Fonds, en voldoen aan
de nodige afhoudingen, alsook aan hun betaling. de nodige afhoudingen, alsook aan hun betaling.

Art. 39.De werkgever zal een overzicht bezorgen aan het Fonds, dat

Art. 39.De werkgever zal een overzicht bezorgen aan het Fonds, dat

hem de aldus afgehouden bedragen zal vergoeden. hem de aldus afgehouden bedragen zal vergoeden.
HOOFDSTUK VIII. - Beheer HOOFDSTUK VIII. - Beheer

Art. 40.De mandaten van de effectieve bestuurders vernoemd in artikel

Art. 40.De mandaten van de effectieve bestuurders vernoemd in artikel

38 van de statuten zijn als volgt verdeeld : 38 van de statuten zijn als volgt verdeeld :
A. Afgevaardigden van de werkgevers : A. Afgevaardigden van de werkgevers :
- "Securitas-groep" : 2 mandaten; - "Securitas-groep" : 2 mandaten;
- "G.M.I.C. Security" : 1 mandaat; - "G.M.I.C. Security" : 1 mandaat;
- "Securis" : 1 mandaat - "Securis" : 1 mandaat
B. Afgevaardigden van de vakbonden : B. Afgevaardigden van de vakbonden :
- De Algemene Centrale-A.B.V.V. : 2 mandaten; - De Algemene Centrale-A.B.V.V. : 2 mandaten;
- Christelijke Centrale voeding en diensten : 2 mandaten. - Christelijke Centrale voeding en diensten : 2 mandaten.

Art. 41.De mandaten van de plaatsvervangende bestuurders vernoemd in

Art. 41.De mandaten van de plaatsvervangende bestuurders vernoemd in

artikel 39 van de statuten zijn als volgt verdeeld : artikel 39 van de statuten zijn als volgt verdeeld :
A. Afgevaardigden van de werkgevers : A. Afgevaardigden van de werkgevers :
- "Baron Security" : 1 mandaat; - "Baron Security" : 1 mandaat;
- "GMIC Security": 1 mandaat. - "GMIC Security": 1 mandaat.
B. Afgevaardigden van de vakbonden : B. Afgevaardigden van de vakbonden :
- De Algemene Centrale-A.B.V.V. : 1 mandaat; - De Algemene Centrale-A.B.V.V. : 1 mandaat;
- Christelijke Centrale voeding en diensten : 1 mandaat. - Christelijke Centrale voeding en diensten : 1 mandaat.

Art. 42.Het beheer van het Fonds, alsook het secretariaat, zowel van

Art. 42.Het beheer van het Fonds, alsook het secretariaat, zowel van

de raad van bestuur als van de algemene vergadering, worden de raad van bestuur als van de algemene vergadering, worden
toevertrouwd aan een lid van de "Securitas-groep". toevertrouwd aan een lid van de "Securitas-groep".

Art. 43.De verdeling van de bestuursmandaten op naam is de volgende :

Art. 43.De verdeling van de bestuursmandaten op naam is de volgende :

A. Zijn effectieve bestuurders, in de hoedanigheid van patronale A. Zijn effectieve bestuurders, in de hoedanigheid van patronale
afgevaardigden : afgevaardigden :
De heren : De heren :
Marc DE BERNARDIN ("Securitas-groep"), Marc DE BERNARDIN ("Securitas-groep"),
Erwin DREESEN ("Securis"), Erwin DREESEN ("Securis"),
Stéphane GILLES ("Securitas-groep"), Stéphane GILLES ("Securitas-groep"),
Yves GODIN ("GMIC Security"). Yves GODIN ("GMIC Security").
B. Zijn plaatsvervangende bestuurders, in de hoedanigheid van B. Zijn plaatsvervangende bestuurders, in de hoedanigheid van
patronale afgevaardigden : patronale afgevaardigden :
De heren : De heren :
André MINSIER ("Baron Security"), André MINSIER ("Baron Security"),
Johan BOETS ("GMIC Security"). Johan BOETS ("GMIC Security").
C. Zijn effectieve bestuurders, in de hoedanigheid van syndicale C. Zijn effectieve bestuurders, in de hoedanigheid van syndicale
afgevaardigden : afgevaardigden :
De heren : De heren :
Vincent ANCORA (Christelijke Centrale voeding en diensten), Vincent ANCORA (Christelijke Centrale voeding en diensten),
Victor DE COSTER (Algemene Centrale-A.B.V.V.), Victor DE COSTER (Algemene Centrale-A.B.V.V.),
Marcel FIERENS (Christelijke Centrale Voeding en Diensten), Marcel FIERENS (Christelijke Centrale Voeding en Diensten),
Dan PLAUM (Algemene Centrale-A.B.V.V.). Dan PLAUM (Algemene Centrale-A.B.V.V.).
D. Zijn plaatsvervangende bestuurders, in de hoedanigheid van D. Zijn plaatsvervangende bestuurders, in de hoedanigheid van
syndicale afgevaardigden : syndicale afgevaardigden :
De heer : Eric DELECLUYSE (Christelijke Centrale voeding en diensten), De heer : Eric DELECLUYSE (Christelijke Centrale voeding en diensten),
Mevrouw : Caroline COPERS (Algemene Centrale-A.B.V.V.). Mevrouw : Caroline COPERS (Algemene Centrale-A.B.V.V.).
E. Voorzitter : E. Voorzitter :
De heer Dan PLAUM (Algemene Centrale-A.B.V.V.). De heer Dan PLAUM (Algemene Centrale-A.B.V.V.).
F. Beheerder : F. Beheerder :
De heer André GERARDY. De heer André GERARDY.
G. Secretaris van de raad van Bestuur en van de algemene vergadering : G. Secretaris van de raad van Bestuur en van de algemene vergadering :
De heer André GERARDY. De heer André GERARDY.

Art. 44.Dit huishoudelijk reglement, afgekort "H.R." is opgesteld

Art. 44.Dit huishoudelijk reglement, afgekort "H.R." is opgesteld

voor onbepaalde duur, en is van toepassing vanaf 1 januari 1996. voor onbepaalde duur, en is van toepassing vanaf 1 januari 1996.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 april Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 april
1999. 1999.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET Mevr. M. SMET
^