Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige arbeiders die op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 56 jaar of ouder zijn en een beroepsverleden kunnen laten gelden van tenminste 40 jaar als loontrekkende | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige arbeiders die op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 56 jaar of ouder zijn en een beroepsverleden kunnen laten gelden van tenminste 40 jaar als loontrekkende |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
28 MAART 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 28 MAART 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2013, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2013, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het | gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het |
administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van | administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van |
een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige arbeiders die op het | een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige arbeiders die op het |
ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 56 jaar of | ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 56 jaar of |
ouder zijn en een beroepsverleden kunnen laten gelden van tenminste 40 | ouder zijn en een beroepsverleden kunnen laten gelden van tenminste 40 |
jaar als loontrekkende (1) | jaar als loontrekkende (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de |
textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers; | textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2013, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2013, gesloten |
in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het | in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het |
administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van | administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van |
een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige arbeiders die op het | een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige arbeiders die op het |
ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 56 jaar of | ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst 56 jaar of |
ouder zijn en een beroepsverleden kunnen laten gelden van tenmiste 40 | ouder zijn en een beroepsverleden kunnen laten gelden van tenmiste 40 |
jaar als loontrekkende. | jaar als loontrekkende. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 28 maart 2014. | Gegeven te Brussel, 28 maart 2014. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Vertaling | Vertaling |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief | Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief |
arrondissement Verviers | arrondissement Verviers |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2013 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2013 |
Toekenning van een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige | Toekenning van een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige |
arbeiders die op het ogenblik van de beëindiging van de | arbeiders die op het ogenblik van de beëindiging van de |
arbeidsovereenkomst 56 jaar of ouder zijn en een beroepsverleden | arbeidsovereenkomst 56 jaar of ouder zijn en een beroepsverleden |
kunnen laten gelden van tenmiste 40 jaar als loontrekkende | kunnen laten gelden van tenmiste 40 jaar als loontrekkende |
(Overeenkomst geregistreerd op 1 oktober 2013 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 1 oktober 2013 onder het nummer |
117166/CO/120.01) | 117166/CO/120.01) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
alle textielondernemingen en op alle daarin tewerkgestelde arbeiders | alle textielondernemingen en op alle daarin tewerkgestelde arbeiders |
en arbeidsters (hierna arbeiders genoemd) die onder de bevoegdheid | en arbeidsters (hierna arbeiders genoemd) die onder de bevoegdheid |
vallen van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het | vallen van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het |
administratief arrondissement Verviers (PSC 120.01). | administratief arrondissement Verviers (PSC 120.01). |
HOOFDSTUK II. - Rechthebbenden | HOOFDSTUK II. - Rechthebbenden |
Art. 2.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst regelt de toekenning |
Art. 2.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst regelt de toekenning |
van een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige oudere arbeiders | van een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige oudere arbeiders |
aan wie het ontslag, behalve om dringende redenen, wordt betekend en | aan wie het ontslag, behalve om dringende redenen, wordt betekend en |
die toetreden tot het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag na | die toetreden tot het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag na |
31 december 2012. | 31 december 2012. |
§ 2. Voor de toepassing van § 1 wordt geen rekening gehouden met de | § 2. Voor de toepassing van § 1 wordt geen rekening gehouden met de |
verlenging van de opzeggingstermijn ingevolge toepassing van de | verlenging van de opzeggingstermijn ingevolge toepassing van de |
artikelen 38, § 2 en 38bis van de wet van 3 juli 1978 betreffende de | artikelen 38, § 2 en 38bis van de wet van 3 juli 1978 betreffende de |
arbeidsovereenkomsten. | arbeidsovereenkomsten. |
Art. 3.§ 1. De in artikel 2, § 1 bedoelde ontslagen arbeiders, die op |
Art. 3.§ 1. De in artikel 2, § 1 bedoelde ontslagen arbeiders, die op |
het ogenblik van de beëindiging van hun arbeidsovereenkomst en tijdens | het ogenblik van de beëindiging van hun arbeidsovereenkomst en tijdens |
de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 de leeftijd | de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 de leeftijd |
van 56 jaar of ouder hebben en op het ogenblik van de beëindiging van | van 56 jaar of ouder hebben en op het ogenblik van de beëindiging van |
hun arbeidsovereenkomst een beroepsverleden van tenminste 40 jaar als | hun arbeidsovereenkomst een beroepsverleden van tenminste 40 jaar als |
loontrekkende kunnen aantonen en die gedurende deze periode recht | loontrekkende kunnen aantonen en die gedurende deze periode recht |
verkrijgen op wettelijke werkloosheidsvergoedingen, ontvangen een | verkrijgen op wettelijke werkloosheidsvergoedingen, ontvangen een |
aanvullende vergoeding, zoals bedoeld in artikel 5, ten laste van het | aanvullende vergoeding, zoals bedoeld in artikel 5, ten laste van het |
fonds voor bestaanszekerheid. | fonds voor bestaanszekerheid. |
§ 2. Onder het in § 1 hiervoor bedoeld ogenblik van de beëindiging van | § 2. Onder het in § 1 hiervoor bedoeld ogenblik van de beëindiging van |
de arbeidsovereenkomst wordt verstaan het ogenblik waarop de arbeider | de arbeidsovereenkomst wordt verstaan het ogenblik waarop de arbeider |
uit dienst treedt na het verstrijken van de opzeggingstermijn of, | uit dienst treedt na het verstrijken van de opzeggingstermijn of, |
wanneer er geen opzegging werd betekend of wanneer aan de betekende | wanneer er geen opzegging werd betekend of wanneer aan de betekende |
opzeggingstermijn voortijdig een einde wordt gemaakt, het ogenblik | opzeggingstermijn voortijdig een einde wordt gemaakt, het ogenblik |
waarop de arbeider de onderneming verlaat. | waarop de arbeider de onderneming verlaat. |
§ 3. In afwijking van § 1 hiervoor mag de opzeggingstermijn of de door | § 3. In afwijking van § 1 hiervoor mag de opzeggingstermijn of de door |
de opzeggingsvergoeding gedekte periode van de ontslagen arbeider een | de opzeggingsvergoeding gedekte periode van de ontslagen arbeider een |
einde nemen buiten de geldigheidsduur van de collectieve | einde nemen buiten de geldigheidsduur van de collectieve |
arbeidsovereenkomst, op voorwaarde dat de opzeggingstermijn werd | arbeidsovereenkomst, op voorwaarde dat de opzeggingstermijn werd |
betekend of de arbeidsovereenkomst werd verbroken tijdens de | betekend of de arbeidsovereenkomst werd verbroken tijdens de |
geldigheidsduur van de collectieve arbeidsovereenkomst en de ontslagen | geldigheidsduur van de collectieve arbeidsovereenkomst en de ontslagen |
arbeider de in § 1 hiervoor voorziene leeftijd bereikt heeft tijdens | arbeider de in § 1 hiervoor voorziene leeftijd bereikt heeft tijdens |
de geldigheidsduur van de collectieve arbeidsovereenkomst. | de geldigheidsduur van de collectieve arbeidsovereenkomst. |
Art. 4.Bovenop het vereiste beroepsverleden als loontrekkende, moeten |
Art. 4.Bovenop het vereiste beroepsverleden als loontrekkende, moeten |
de arbeiders, om recht te kunnen hebben op werkloosheid met | de arbeiders, om recht te kunnen hebben op werkloosheid met |
bedrijfstoeslag, voldoen aan één van de volgende | bedrijfstoeslag, voldoen aan één van de volgende |
anciënniteitsvoorwaarden : | anciënniteitsvoorwaarden : |
- ofwel 15 jaar loondienst in de sectoren textiel, breigoed, kleding, | - ofwel 15 jaar loondienst in de sectoren textiel, breigoed, kleding, |
confectie, vlasbereiding en/of juteverwerking; | confectie, vlasbereiding en/of juteverwerking; |
- ofwel 5 jaar loondienst in de sectoren textiel, breigoed, kleding, | - ofwel 5 jaar loondienst in de sectoren textiel, breigoed, kleding, |
confectie, vlasbereiding en/of juteverwerking tijdens de laatste 10 | confectie, vlasbereiding en/of juteverwerking tijdens de laatste 10 |
jaren, waarvan minstens 1 jaar in de laatste 2 jaren. | jaren, waarvan minstens 1 jaar in de laatste 2 jaren. |
Voor de gelijkstelling met arbeidsdagen dient verwezen naar de | Voor de gelijkstelling met arbeidsdagen dient verwezen naar de |
gelijkstellingen voor het beroepsverleden als loontrekkende. | gelijkstellingen voor het beroepsverleden als loontrekkende. |
HOOFDSTUK III. - Betaling van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK III. - Betaling van de aanvullende vergoeding |
Art. 5.De in artikel 2, § 1 bedoelde aanvullende vergoeding behelst |
Art. 5.De in artikel 2, § 1 bedoelde aanvullende vergoeding behelst |
het toekennen van gelijkaardige voordelen als die welke bepaald worden | het toekennen van gelijkaardige voordelen als die welke bepaald worden |
in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten in de Nationale | in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten in de Nationale |
Arbeidsraad op 19 december 1974. | Arbeidsraad op 19 december 1974. |
De betaling van de aanvullende vergoeding valt ten laste van het | De betaling van de aanvullende vergoeding valt ten laste van het |
"Fonds voor bestaanszekerheid van de textielnijverheid uit het | "Fonds voor bestaanszekerheid van de textielnijverheid uit het |
administratief arrondissement Verviers". Daarvoor moeten de werkgevers | administratief arrondissement Verviers". Daarvoor moeten de werkgevers |
het juiste formulier gebruiken dat kan verkregen worden op de zetel | het juiste formulier gebruiken dat kan verkregen worden op de zetel |
van het fonds, rue de Bruxelles 41, te 4800 Verviers. | van het fonds, rue de Bruxelles 41, te 4800 Verviers. |
De administratieve richtlijnen van het beheerscomité van het fonds | De administratieve richtlijnen van het beheerscomité van het fonds |
moeten nageleefd worden. | moeten nageleefd worden. |
Art. 6.§ 1. Aan de arbeiders die tot dit stelsel van werkloosheid met |
Art. 6.§ 1. Aan de arbeiders die tot dit stelsel van werkloosheid met |
bedrijfstoeslag toetreden, wordt de aanvullende vergoeding betaald | bedrijfstoeslag toetreden, wordt de aanvullende vergoeding betaald |
door het sociaal fonds genaamd "Fonds de sécurité d'existence de | door het sociaal fonds genaamd "Fonds de sécurité d'existence de |
l'industrie textile de l'arrondissement administratif de Verviers" | l'industrie textile de l'arrondissement administratif de Verviers" |
(hierna het fonds genoemd). Die aanvullende vergoeding wordt beperkt | (hierna het fonds genoemd). Die aanvullende vergoeding wordt beperkt |
tot het bedrag dat berekend wordt overeenkomstig de collectieve | tot het bedrag dat berekend wordt overeenkomstig de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad, ongeacht de | arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad, ongeacht de |
toepassing van het in artikel 11 bepaald garantiemechanisme. | toepassing van het in artikel 11 bepaald garantiemechanisme. |
De door de wettelijke bepalingen en de uitvoeringsbesluiten opgelegde | De door de wettelijke bepalingen en de uitvoeringsbesluiten opgelegde |
bijzondere werkgeversbijdragen die verschuldigd zijn op het bedrag van | bijzondere werkgeversbijdragen die verschuldigd zijn op het bedrag van |
de overeenkomstig collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de | de overeenkomstig collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de |
Nationale Arbeidsraad, maar ongeacht de toepassing van het in artikel | Nationale Arbeidsraad, maar ongeacht de toepassing van het in artikel |
11 bepaalde garantiemechanisme, berekende aanvullende vergoeding, zijn | 11 bepaalde garantiemechanisme, berekende aanvullende vergoeding, zijn |
eveneens ten laste van het fonds. | eveneens ten laste van het fonds. |
§ 2. In afwijking op § 1 hiervoor wordt, in uitvoering van en | § 2. In afwijking op § 1 hiervoor wordt, in uitvoering van en |
overeenkomstig de voorwaarden gesteld in artikel 52 van de wet van 26 | overeenkomstig de voorwaarden gesteld in artikel 52 van de wet van 26 |
juni 2002 betreffende de sluiting van ondernemingen, de aanvullende | juni 2002 betreffende de sluiting van ondernemingen, de aanvullende |
vergoeding aan de arbeiders die vanaf 50 jaar in de onderneming werden | vergoeding aan de arbeiders die vanaf 50 jaar in de onderneming werden |
aangeworven, door het Fonds voor sluiting van ondernemingen betaald, | aangeworven, door het Fonds voor sluiting van ondernemingen betaald, |
vanaf de eerste dag van de maand volgend op deze waarop de arbeider | vanaf de eerste dag van de maand volgend op deze waarop de arbeider |
die recht heeft op deze aanvullende vergoeding bij brugpensioen, de | die recht heeft op deze aanvullende vergoeding bij brugpensioen, de |
leeftijd van 60 jaar heeft bereikt. | leeftijd van 60 jaar heeft bereikt. |
Art. 7.De in de artikelen 2 tot en met 4 bedoelde arbeiders hebben, |
Art. 7.De in de artikelen 2 tot en met 4 bedoelde arbeiders hebben, |
voorzover zij de wettelijke werkloosheidsuitkeringen ontvangen, recht | voorzover zij de wettelijke werkloosheidsuitkeringen ontvangen, recht |
op de aanvullende vergoeding tot op de datum dat zij de leeftijd | op de aanvullende vergoeding tot op de datum dat zij de leeftijd |
bereiken waarop zij wettelijk pensioengerechtigd zijn binnen de | bereiken waarop zij wettelijk pensioengerechtigd zijn binnen de |
voorwaarden die door de pensioenreglementering zijn vastgesteld. | voorwaarden die door de pensioenreglementering zijn vastgesteld. |
In afwijking van het voorgaande lid, hebben die arbeiders ook recht op | In afwijking van het voorgaande lid, hebben die arbeiders ook recht op |
een aanvullende vergoeding vanaf de eerste dag van de kalendermaand | een aanvullende vergoeding vanaf de eerste dag van de kalendermaand |
volgend op de maand tijdens welke zij geen werkloosheidsuitkeringen | volgend op de maand tijdens welke zij geen werkloosheidsuitkeringen |
meer genieten, alleen omdat zij de leeftijdsgrens hebben bereikt die | meer genieten, alleen omdat zij de leeftijdsgrens hebben bereikt die |
is vastgesteld in artikel 64 van het koninklijk besluit van 25 | is vastgesteld in artikel 64 van het koninklijk besluit van 25 |
november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, tot de laatste | november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, tot de laatste |
dag van de kalendermaand waarin zij 65 jaar worden. | dag van de kalendermaand waarin zij 65 jaar worden. |
De regeling geldt eveneens voor de arbeiders die tijdelijk uit het | De regeling geldt eveneens voor de arbeiders die tijdelijk uit het |
stelsel zouden getreden zijn en nadien opnieuw van de regeling wensen | stelsel zouden getreden zijn en nadien opnieuw van de regeling wensen |
te genieten, voorzover zij opnieuw de wettelijke | te genieten, voorzover zij opnieuw de wettelijke |
werkloosheidsvergoeding ontvangen. | werkloosheidsvergoeding ontvangen. |
Art. 8.In afwijking van artikel 7 hebben de in de artikelen 2 tot en |
Art. 8.In afwijking van artikel 7 hebben de in de artikelen 2 tot en |
met 4 bedoelde arbeiders die hun hoofdverblijfplaats hebben in een | met 4 bedoelde arbeiders die hun hoofdverblijfplaats hebben in een |
land van de Europese Economische Ruimte, ook recht op een aanvullende | land van de Europese Economische Ruimte, ook recht op een aanvullende |
vergoeding ten laste van hun werkgever voor zover zij geen | vergoeding ten laste van hun werkgever voor zover zij geen |
werkloosheidsuitkeringen kunnen genieten of kunnen blijven genieten in | werkloosheidsuitkeringen kunnen genieten of kunnen blijven genieten in |
het kader van de regelgeving inzake werkloosheid met bedrijfstoeslag, | het kader van de regelgeving inzake werkloosheid met bedrijfstoeslag, |
alleen omdat zij hun hoofdverblijfplaats niet of niet meer in België | alleen omdat zij hun hoofdverblijfplaats niet of niet meer in België |
hebben in de zin van artikel 66 van het koninklijk besluit van 25 | hebben in de zin van artikel 66 van het koninklijk besluit van 25 |
november 1991 houdende werkloosheidsreglementering en voor zover zij | november 1991 houdende werkloosheidsreglementering en voor zover zij |
werkloosheidsuitkeringen genieten krachtens de wetgeving van hun | werkloosheidsuitkeringen genieten krachtens de wetgeving van hun |
woonland. | woonland. |
Die aanvullende vergoeding moet berekend worden alsof die werknemers | Die aanvullende vergoeding moet berekend worden alsof die werknemers |
werkloosheidsuitkeringen genieten op basis van de Belgische wetgeving. | werkloosheidsuitkeringen genieten op basis van de Belgische wetgeving. |
Art. 9.§ 1. In afwijking van het eerste lid van artikel 7 en van |
Art. 9.§ 1. In afwijking van het eerste lid van artikel 7 en van |
artikel 8 behouden de arbeiders die zijn ontslagen in het kader van | artikel 8 behouden de arbeiders die zijn ontslagen in het kader van |
deze collectieve overeenkomst, het recht op de aanvullende vergoeding | deze collectieve overeenkomst, het recht op de aanvullende vergoeding |
ten laste van de laatste werkgever wanneer ze het werk hervatten als | ten laste van de laatste werkgever wanneer ze het werk hervatten als |
loontrekkende bij een andere werkgever dan de werkgever die hen heeft | loontrekkende bij een andere werkgever dan de werkgever die hen heeft |
ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid | ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid |
als de werkgever die hen heeft ontslagen. | als de werkgever die hen heeft ontslagen. |
§ 2. In afwijking van het eerste lid van artikel 7 en van artikel 8 | § 2. In afwijking van het eerste lid van artikel 7 en van artikel 8 |
behouden de arbeiders die zijn ontslagen in het kader van deze | behouden de arbeiders die zijn ontslagen in het kader van deze |
overeenkomst ook het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van | overeenkomst ook het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van |
de laatste werkgever, ingeval een zelfstandige activiteit in | de laatste werkgever, ingeval een zelfstandige activiteit in |
hoofdberoep wordt uitgeoefend, op voorwaarde dat die activiteit niet | hoofdberoep wordt uitgeoefend, op voorwaarde dat die activiteit niet |
wordt uitgeoefend voor rekening van de werkgever die hen heeft | wordt uitgeoefend voor rekening van de werkgever die hen heeft |
ontslagen of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde | ontslagen of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde |
technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. | technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. |
§ 3. In de in § 1 en § 2 bedoelde gevallen hebben de ontslagen | § 3. In de in § 1 en § 2 bedoelde gevallen hebben de ontslagen |
arbeiders, wanneer ze het werk hervatten tijdens de door de | arbeiders, wanneer ze het werk hervatten tijdens de door de |
opzeggingsvergoeding gedekte periode, op zijn vroegst maar recht op de | opzeggingsvergoeding gedekte periode, op zijn vroegst maar recht op de |
aanvullende vergoeding vanaf de dag waarop ze recht zouden hebben | aanvullende vergoeding vanaf de dag waarop ze recht zouden hebben |
gehad op werkloosheidsuitkeringen indien ze het werk niet hadden | gehad op werkloosheidsuitkeringen indien ze het werk niet hadden |
hervat. | hervat. |
§ 4. In de in § 1 en § 2 bedoelde gevallen blijft het recht op de | § 4. In de in § 1 en § 2 bedoelde gevallen blijft het recht op de |
aanvullende vergoeding bestaan tijdens de hele duur van de | aanvullende vergoeding bestaan tijdens de hele duur van de |
tewerkstelling op grond van een arbeidsovereenkomst of tijdens de hele | tewerkstelling op grond van een arbeidsovereenkomst of tijdens de hele |
duur van de uitoefening van een zelfstandige activiteit in hoofdberoep | duur van de uitoefening van een zelfstandige activiteit in hoofdberoep |
volgens de in deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde regels en | volgens de in deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde regels en |
voor heel de periode gedurende dewelke de arbeiders die recht hebben | voor heel de periode gedurende dewelke de arbeiders die recht hebben |
op de aanvullende uitkering geen werkloosheidsuitkeringen als volledig | op de aanvullende uitkering geen werkloosheidsuitkeringen als volledig |
uitkeringsgerechtigde werkloze meer genieten. | uitkeringsgerechtigde werkloze meer genieten. |
De in § 1 en § 2 bedoelde arbeiders leveren aan het fonds het bewijs | De in § 1 en § 2 bedoelde arbeiders leveren aan het fonds het bewijs |
dat zij opnieuw in dienst zijn genomen op grond van een | dat zij opnieuw in dienst zijn genomen op grond van een |
arbeidsovereenkomst of dat zij een zelfstandige activiteit in | arbeidsovereenkomst of dat zij een zelfstandige activiteit in |
hoofdberoep uitoefenen. | hoofdberoep uitoefenen. |
HOOFDSTUK IV. - Bedrag van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK IV. - Bedrag van de aanvullende vergoeding |
Art. 10.Het bedrag van de aanvullende vergoeding is gelijk aan de |
Art. 10.Het bedrag van de aanvullende vergoeding is gelijk aan de |
helft van het verschil tussen het netto-referteloon en de | helft van het verschil tussen het netto-referteloon en de |
werkloosheidsuitkering. | werkloosheidsuitkering. |
Art. 11.De in het kader van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor |
Art. 11.De in het kader van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor |
arbeiders toegekende aanvullende vergoeding, waarvan het brutobedrag | arbeiders toegekende aanvullende vergoeding, waarvan het brutobedrag |
lager ligt dan 99,16 EUR per maand, wordt verhoogd tot 99,16 EUR bruto | lager ligt dan 99,16 EUR per maand, wordt verhoogd tot 99,16 EUR bruto |
per maand. Deze verhoging van het bedrag van de aanvullende vergoeding | per maand. Deze verhoging van het bedrag van de aanvullende vergoeding |
mag evenwel niet tot gevolg hebben dat het totaal bruto maandbedrag | mag evenwel niet tot gevolg hebben dat het totaal bruto maandbedrag |
van deze aanvullende vergoeding en de werkloosheidsuitkeringen samen | van deze aanvullende vergoeding en de werkloosheidsuitkeringen samen |
hoger komt te liggen dan de drempel die voor de werknemer zonder | hoger komt te liggen dan de drempel die voor de werknemer zonder |
gezinslast in aanmerking wordt genomen voor de berekening van de | gezinslast in aanmerking wordt genomen voor de berekening van de |
bijdrage van 6,5 pct. die ingehouden wordt op het geheel van de | bijdrage van 6,5 pct. die ingehouden wordt op het geheel van de |
sociale uitkering en de aanvullende vergoeding. | sociale uitkering en de aanvullende vergoeding. |
Art. 12.Het netto-referteloon is gelijk aan het bruto maandloon |
Art. 12.Het netto-referteloon is gelijk aan het bruto maandloon |
begrensd tot 3 780,69 EUR (bedrag op 1 januari 2013) en verminderd met | begrensd tot 3 780,69 EUR (bedrag op 1 januari 2013) en verminderd met |
de persoonlijke sociale zekerheidsbijdrage en de fiscale inhouding. | de persoonlijke sociale zekerheidsbijdrage en de fiscale inhouding. |
Voor de berekening van de persoonlijke sociale zekerheidsbijdrage, op | Voor de berekening van de persoonlijke sociale zekerheidsbijdrage, op |
het loon aan 100 pct., dient rekening gehouden met de bepalingen van | het loon aan 100 pct., dient rekening gehouden met de bepalingen van |
de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de | de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de |
vorm van een vermindering van de persoonlijke sociale | vorm van een vermindering van de persoonlijke sociale |
zekerheidsbijdragen aan werknemers met lage lonen en aan sommige | zekerheidsbijdragen aan werknemers met lage lonen en aan sommige |
werknemers die het slachtoffer werden van een herstructurering. | werknemers die het slachtoffer werden van een herstructurering. |
De bovengrens van het maandelijks brutoloon wordt gekoppeld aan de | De bovengrens van het maandelijks brutoloon wordt gekoppeld aan de |
schommelingen van de index der consumptieprijzen, overeenkomstig de | schommelingen van de index der consumptieprijzen, overeenkomstig de |
bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een | bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een |
stelsel voor koppeling aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. | stelsel voor koppeling aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. |
Deze grens wordt daarenboven op 1 januari van elk jaar herzien om | Deze grens wordt daarenboven op 1 januari van elk jaar herzien om |
rekening te houden met de evolutie van de conventionele lonen | rekening te houden met de evolutie van de conventionele lonen |
overeenkomstig hetgeen dienaangaande wordt beslist in de Nationale | overeenkomstig hetgeen dienaangaande wordt beslist in de Nationale |
Arbeidsraad. | Arbeidsraad. |
Het netto-referteloon wordt afgerond naar de hogere euro. | Het netto-referteloon wordt afgerond naar de hogere euro. |
Art. 13.1. Het brutoloon omvat de contractuele premies die |
Art. 13.1. Het brutoloon omvat de contractuele premies die |
rechtstreeks gebonden zijn aan de door de arbeider verrichte | rechtstreeks gebonden zijn aan de door de arbeider verrichte |
prestaties waarop inhoudingen voor sociale zekerheid worden uitgevoerd | prestaties waarop inhoudingen voor sociale zekerheid worden uitgevoerd |
en waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt. | en waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt. |
Het omvat ook de voordelen in natura die aan inhoudingen voor sociale | Het omvat ook de voordelen in natura die aan inhoudingen voor sociale |
zekerheid onderworpen zijn. | zekerheid onderworpen zijn. |
Daarentegen worden de premies of vergoedingen, die als tegenwaarde van | Daarentegen worden de premies of vergoedingen, die als tegenwaarde van |
werkelijke kosten worden verleend, niet in aanmerking genomen. | werkelijke kosten worden verleend, niet in aanmerking genomen. |
2. Voor de per maand betaalde arbeider wordt als brutoloon beschouwd, | 2. Voor de per maand betaalde arbeider wordt als brutoloon beschouwd, |
het loon dat hij gedurende de in navolgend punt 6 bepaalde | het loon dat hij gedurende de in navolgend punt 6 bepaalde |
refertemaand heeft verdiend. | refertemaand heeft verdiend. |
3. Voor de arbeider die niet per maand wordt betaald, wordt het | 3. Voor de arbeider die niet per maand wordt betaald, wordt het |
brutoloon berekend op grond van het normale uurloon. | brutoloon berekend op grond van het normale uurloon. |
Het normale uurloon wordt bekomen door het loon voor de normale | Het normale uurloon wordt bekomen door het loon voor de normale |
prestaties van de refertemaand te delen door het aantal tijdens die | prestaties van de refertemaand te delen door het aantal tijdens die |
periode gewerkte normale uren. Het aldus bekomen resultaat wordt | periode gewerkte normale uren. Het aldus bekomen resultaat wordt |
vermenigvuldigd met het aantal arbeidsuren, bepaald bij de wekelijkse | vermenigvuldigd met het aantal arbeidsuren, bepaald bij de wekelijkse |
arbeidstijdregeling van de werknemer; dat product, vermenigvuldigd met | arbeidstijdregeling van de werknemer; dat product, vermenigvuldigd met |
52 en gedeeld door 12, stemt overeen met het maandloon. | 52 en gedeeld door 12, stemt overeen met het maandloon. |
4. Het brutoloon van een arbeider die gedurende de ganse refertemaand | 4. Het brutoloon van een arbeider die gedurende de ganse refertemaand |
niet heeft gewerkt, wordt berekend alsof hij aanwezig was geweest op | niet heeft gewerkt, wordt berekend alsof hij aanwezig was geweest op |
alle arbeidsdagen die in de beschouwde maand vallen. | alle arbeidsdagen die in de beschouwde maand vallen. |
Indien een arbeider, krachtens de bepalingen van zijn | Indien een arbeider, krachtens de bepalingen van zijn |
arbeidsovereenkomst, slechts gedurende een gedeelte van de | arbeidsovereenkomst, slechts gedurende een gedeelte van de |
refertemaand moet werken en hij al die tijd niet heeft gewerkt, wordt | refertemaand moet werken en hij al die tijd niet heeft gewerkt, wordt |
zijn brutoloon berekend op grond van het aantal arbeidsdagen dat in de | zijn brutoloon berekend op grond van het aantal arbeidsdagen dat in de |
arbeidsovereenkomst is vastgesteld. | arbeidsovereenkomst is vastgesteld. |
5. Het door de arbeider verdiende brutoloon, ongeacht of het per maand | 5. Het door de arbeider verdiende brutoloon, ongeacht of het per maand |
of anderszins wordt betaald, wordt vermeerderd met een twaalfde van | of anderszins wordt betaald, wordt vermeerderd met een twaalfde van |
het totaal der contractuele premies en van de veranderlijke | het totaal der contractuele premies en van de veranderlijke |
bezoldiging waarvan de betalingsperiodiciteit geen maand overschrijdt | bezoldiging waarvan de betalingsperiodiciteit geen maand overschrijdt |
en door die arbeider in de loop van de twaalf maanden die aan het | en door die arbeider in de loop van de twaalf maanden die aan het |
ontslag voorafgaan afzonderlijk werden ontvangen. | ontslag voorafgaan afzonderlijk werden ontvangen. |
6. Naar aanleiding van het bij artikel 17 voorzien overleg, zal in | 6. Naar aanleiding van het bij artikel 17 voorzien overleg, zal in |
gemeen akkoord worden beslist met welke refertemaand rekening moet | gemeen akkoord worden beslist met welke refertemaand rekening moet |
worden gehouden. Indien geen refertemaand wordt vastgesteld, wordt de | worden gehouden. Indien geen refertemaand wordt vastgesteld, wordt de |
kalendermaand die de datum van het ontslag voorafgaat, in aanmerking | kalendermaand die de datum van het ontslag voorafgaat, in aanmerking |
genomen. | genomen. |
HOOFDSTUK V. - Aanpassing van het bedrag van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK V. - Aanpassing van het bedrag van de aanvullende vergoeding |
Art. 14.Het bedrag van de uitgekeerde aanvullende vergoedingen wordt |
Art. 14.Het bedrag van de uitgekeerde aanvullende vergoedingen wordt |
gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer der | gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer der |
consumptieprijzen, volgens de toepassingsvoorwaarden die van | consumptieprijzen, volgens de toepassingsvoorwaarden die van |
toepassing zijn inzake werkloosheidsuitkeringen, overeenkomstig de | toepassing zijn inzake werkloosheidsuitkeringen, overeenkomstig de |
bepalingen van de wet van 2 augustus 1971. | bepalingen van de wet van 2 augustus 1971. |
Het bedrag van deze vergoedingen wordt daarenboven elk jaar op 1 | Het bedrag van deze vergoedingen wordt daarenboven elk jaar op 1 |
januari herzien ten opzichte van de ontwikkeling van de conventionele | januari herzien ten opzichte van de ontwikkeling van de conventionele |
lonen, overeenkomstig hetgeen dienaangaande wordt beslist in de | lonen, overeenkomstig hetgeen dienaangaande wordt beslist in de |
Nationale Arbeidsraad. | Nationale Arbeidsraad. |
Voor de arbeiders die in de loop van het jaar tot de regeling | Voor de arbeiders die in de loop van het jaar tot de regeling |
toetreden wordt de aanpassing op grond van het verloop van de | toetreden wordt de aanpassing op grond van het verloop van de |
regelingslonen verricht, rekening houdend met het ogenblik van het | regelingslonen verricht, rekening houdend met het ogenblik van het |
jaar waarop zij in het stelsel treden; elk kwartaal wordt in | jaar waarop zij in het stelsel treden; elk kwartaal wordt in |
aanmerking genomen voor de berekening van de aanpassing. | aanmerking genomen voor de berekening van de aanpassing. |
HOOFDSTUK VI. - Betalingsperiodiciteit van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK VI. - Betalingsperiodiciteit van de aanvullende vergoeding |
Art. 15.De betaling van de aanvullende vergoeding gebeurt |
Art. 15.De betaling van de aanvullende vergoeding gebeurt |
maandelijks. | maandelijks. |
HOOFDSTUK VII. - Cumulatie van de aanvullende vergoeding met andere | HOOFDSTUK VII. - Cumulatie van de aanvullende vergoeding met andere |
voordelen | voordelen |
Art. 16.De aanvullende vergoeding mag niet worden gecumuleerd met |
Art. 16.De aanvullende vergoeding mag niet worden gecumuleerd met |
andere wegens afdanking verleende speciale vergoedingen of toeslagen, | andere wegens afdanking verleende speciale vergoedingen of toeslagen, |
die worden toegekend krachtens wettelijke of reglementaire bepalingen. | die worden toegekend krachtens wettelijke of reglementaire bepalingen. |
De in de artikelen 2 tot en met 4 bedoelde arbeider zal dus eerst de | De in de artikelen 2 tot en met 4 bedoelde arbeider zal dus eerst de |
uit die bepalingen voortvloeiende rechten moeten uitputten alvorens | uit die bepalingen voortvloeiende rechten moeten uitputten alvorens |
aanspraak te kunnen maken op de in artikel 5 bepaalde aanvullende | aanspraak te kunnen maken op de in artikel 5 bepaalde aanvullende |
vergoeding. | vergoeding. |
HOOFDSTUK VIII. - Overlegprocedure | HOOFDSTUK VIII. - Overlegprocedure |
Art. 17.Vooraleer één of meerdere in de artikelen 2 tot en met 4 |
Art. 17.Vooraleer één of meerdere in de artikelen 2 tot en met 4 |
bedoelde arbeiders te ontslaan pleegt de werkgever overleg met de | bedoelde arbeiders te ontslaan pleegt de werkgever overleg met de |
vertegenwoordigers van het personeel in de ondernemingsraad of, bij | vertegenwoordigers van het personeel in de ondernemingsraad of, bij |
ontstentenis daarvan, met de vakbondsafvaardiging. Onverminderd de | ontstentenis daarvan, met de vakbondsafvaardiging. Onverminderd de |
bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9 van 9 maart | bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9 van 9 maart |
1972, inzonderheid van artikel 12, heeft deze beraadslaging tot doel | 1972, inzonderheid van artikel 12, heeft deze beraadslaging tot doel |
in gemeen overleg te beslissen of, afgezien van de in de onderneming | in gemeen overleg te beslissen of, afgezien van de in de onderneming |
van kracht zijnde afdankingscriteria, arbeiders die aan het in artikel | van kracht zijnde afdankingscriteria, arbeiders die aan het in artikel |
3 bepaalde leeftijdscriterium voldoen, bij voorrang kunnen worden | 3 bepaalde leeftijdscriterium voldoen, bij voorrang kunnen worden |
ontslagen en derhalve het voordeel van de aanvullende regeling kunnen | ontslagen en derhalve het voordeel van de aanvullende regeling kunnen |
genieten. | genieten. |
Bij ontbreken van een ondernemingsraad of een vakbondsafvaardiging | Bij ontbreken van een ondernemingsraad of een vakbondsafvaardiging |
heeft dit overleg plaats met de vertegenwoordigers van de | heeft dit overleg plaats met de vertegenwoordigers van de |
representatieve werknemersorganisaties of, bij ontstentenis, met de | representatieve werknemersorganisaties of, bij ontstentenis, met de |
arbeiders van de onderneming. | arbeiders van de onderneming. |
Vooraleer een beslissing tot ontslag te nemen nodigt de werkgever | Vooraleer een beslissing tot ontslag te nemen nodigt de werkgever |
daarenboven de betrokken arbeider bij aangetekende brief uit tot een | daarenboven de betrokken arbeider bij aangetekende brief uit tot een |
onderhoud tijdens de werkuren op de zetel van de onderneming. Dat | onderhoud tijdens de werkuren op de zetel van de onderneming. Dat |
onderhoud heeft tot doel aan de arbeider de gelegenheid te bieden zijn | onderhoud heeft tot doel aan de arbeider de gelegenheid te bieden zijn |
bezwaren tegen het door de werkgever voorgenomen ontslag kenbaar te | bezwaren tegen het door de werkgever voorgenomen ontslag kenbaar te |
maken. | maken. |
Overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1972, | Overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1972, |
inzonderheid artikel 7, kan de arbeider zich bij dit onderhoud laten | inzonderheid artikel 7, kan de arbeider zich bij dit onderhoud laten |
bijstaan door zijn vakbondsafgevaardigde. het ontslag kan ten vroegste | bijstaan door zijn vakbondsafgevaardigde. het ontslag kan ten vroegste |
geschieden op de tweede werkdag na de dag waarop dat onderhoud plaats | geschieden op de tweede werkdag na de dag waarop dat onderhoud plaats |
had of waarop het gepland was. | had of waarop het gepland was. |
De ontslagen arbeiders hebben de mogelijkheid de aanvullende regeling | De ontslagen arbeiders hebben de mogelijkheid de aanvullende regeling |
te aanvaarden of deze te weigeren en aldus deel uit te maken van de | te aanvaarden of deze te weigeren en aldus deel uit te maken van de |
arbeidsreserve. | arbeidsreserve. |
HOOFDSTUK IX. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK IX. - Slotbepalingen |
Art. 18.De voor de uitvoering van deze overeenkomst vereiste |
Art. 18.De voor de uitvoering van deze overeenkomst vereiste |
administratieve formaliteiten worden door het beheerscomité van het | administratieve formaliteiten worden door het beheerscomité van het |
fonds vastgesteld. De administratieve richtlijnen van het | fonds vastgesteld. De administratieve richtlijnen van het |
beheerscomité van het fonds moeten door de werkgever nageleefd worden. | beheerscomité van het fonds moeten door de werkgever nageleefd worden. |
Art. 19.De algemene interpretatiemoeilijkheden van deze collectieve |
Art. 19.De algemene interpretatiemoeilijkheden van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst worden door het beheerscomité van het fonds | arbeidsovereenkomst worden door het beheerscomité van het fonds |
beslecht in de geest van en met verwijzing naar de collectieve | beslecht in de geest van en met verwijzing naar de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad. | arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad. |
Art. 20.De ondertekenende partijen vragen de |
Art. 20.De ondertekenende partijen vragen de |
algemeenverbindendverklaring bij koninklijk besluit van deze | algemeenverbindendverklaring bij koninklijk besluit van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst. | collectieve arbeidsovereenkomst. |
Art. 21.Deze overeenkomst is van toepassing vanaf 1 januari 2013 tot |
Art. 21.Deze overeenkomst is van toepassing vanaf 1 januari 2013 tot |
en met 31 december 2013. | en met 31 december 2013. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 maart | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 maart |
2014. | 2014. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |