← Terug naar "Koninklijk besluit tot verlenging van het Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de werkgelegenheid "
Koninklijk besluit tot verlenging van het Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de werkgelegenheid | Koninklijk besluit tot verlenging van het Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de werkgelegenheid |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID EN MINISTERIE VAN SOCIALE | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID EN MINISTERIE VAN SOCIALE |
ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU | ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU |
28 JUNI 2000. - Koninklijk besluit tot verlenging van het | 28 JUNI 2000. - Koninklijk besluit tot verlenging van het |
Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de | Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de |
werkgelegenheid (1) | werkgelegenheid (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op het koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot opzetting | Gelet op het koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot opzetting |
van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in de | van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in de |
niet-commerciële sector, inzonderheid op artikel 5, vervangen bij de | niet-commerciële sector, inzonderheid op artikel 5, vervangen bij de |
bijzondere wet van 6 juli 1989; | bijzondere wet van 6 juli 1989; |
Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 17 | Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 17 |
april 2000; | april 2000; |
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 27 | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 27 |
april 2000; | april 2000; |
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door het feit | Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door het feit |
dat de ziekenhuizen die werknemers tewerkstellen in het kader van het | dat de ziekenhuizen die werknemers tewerkstellen in het kader van het |
Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de | Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de |
werkgelegenheid snel op de hoogte moeten zijn van de mogelijkheid die | werkgelegenheid snel op de hoogte moeten zijn van de mogelijkheid die |
hen zal geboden worden, de werknemers in dienst te houden na de | hen zal geboden worden, de werknemers in dienst te houden na de |
vervaldatum van dit fonds, die momenteel vastgelegd is op 30 juni 2000 | vervaldatum van dit fonds, die momenteel vastgelegd is op 30 juni 2000 |
door het koninklijk besluit van 6 juli 1998 tot verlenging van het | door het koninklijk besluit van 6 juli 1998 tot verlenging van het |
Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de | Interdepartementaal begrotingsfonds ter bevordering van de |
werkgelegenheid; | werkgelegenheid; |
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 11 mei 2000, met | Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 11 mei 2000, met |
toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde | toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde |
wetten op de Raad van state; | wetten op de Raad van state; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid en van Onze | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid en van Onze |
Minister van Sociale Zaken en op het advies van Onze in Raad | Minister van Sociale Zaken en op het advies van Onze in Raad |
vergaderde Ministers, | vergaderde Ministers, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Het Inderdepartementaal begrotingsfonds, ingesteld bij |
Artikel 1.Het Inderdepartementaal begrotingsfonds, ingesteld bij |
artikel 5 van het koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot | artikel 5 van het koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot |
opzetting van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in | opzetting van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in |
de niet-commerciële sector, vervangen bij de bijzondere wet van 6 juli | de niet-commerciële sector, vervangen bij de bijzondere wet van 6 juli |
1989, wordt voor onbepaalde tijd verlengd. | 1989, wordt voor onbepaalde tijd verlengd. |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2000. |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2000. |
Art. 3.Onze Minister van Werkgelegenheid en Onze Minister van Sociale |
Art. 3.Onze Minister van Werkgelegenheid en Onze Minister van Sociale |
Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit | Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit |
besluit. | besluit. |
Gegeven te Brussel, 28 juni 2000. | Gegeven te Brussel, 28 juni 2000. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
De Minister van Sociale Zaken, | De Minister van Sociale Zaken, |
F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
Koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982, Belgisch Staatsblad van | Koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982, Belgisch Staatsblad van |
26 maart 1982. | 26 maart 1982. |
Bijzondere wet van 6 juli 1989, Belgisch Staatsblad van 28 juli 1989. | Bijzondere wet van 6 juli 1989, Belgisch Staatsblad van 28 juli 1989. |