Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, ter definitie van de risicogroepen voor de periode 2013-2014 | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, ter definitie van de risicogroepen voor de periode 2013-2014 |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
28 APRIL 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 28 APRIL 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013, |
gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, ter | gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, ter |
definitie van de risicogroepen voor de periode 2013-2014 (1) | definitie van de risicogroepen voor de periode 2013-2014 (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de audiovisuele | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de audiovisuele |
sector; | sector; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013, |
gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, ter | gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, ter |
definitie van de risicogroepen voor de periode 2013-2014. | definitie van de risicogroepen voor de periode 2013-2014. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 28 april 2014. | Gegeven te Brussel, 28 april 2014. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de audiovisuele sector | Paritair Comité voor de audiovisuele sector |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013 |
Definitie van de risicogroepen voor de periode 2013-2014 | Definitie van de risicogroepen voor de periode 2013-2014 |
(Overeenkomst geregistreerd op 29 oktober 2013 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 29 oktober 2013 onder het nummer |
117693/CO/227) | 117693/CO/227) |
Artikel 1.Doel |
Artikel 1.Doel |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in toepassing van | Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in toepassing van |
titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 - Inspanningen ten voordele van | titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 - Inspanningen ten voordele van |
personen die behoren tot de risicogroepen van de wet houdende diverse | personen die behoren tot de risicogroepen van de wet houdende diverse |
bepalingen (I) van 27 december 2006 en het koninklijk besluit van 19 | bepalingen (I) van 27 december 2006 en het koninklijk besluit van 19 |
februari 2013 ter uitvoering van artikel 189, alinea 4 van de wet van | februari 2013 ter uitvoering van artikel 189, alinea 4 van de wet van |
de hierboven vermelde wet van 27 december 2006. | de hierboven vermelde wet van 27 december 2006. |
Art. 2.Toepassingsgebied |
Art. 2.Toepassingsgebied |
Deze overeenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de | Deze overeenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de |
werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die vallen onder de | werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die vallen onder de |
bevoegdheid van het Paritair Comité voor de audiovisuele sector. | bevoegdheid van het Paritair Comité voor de audiovisuele sector. |
Art. 3.Bijdragen |
Art. 3.Bijdragen |
Ter herinnering, vanaf 1 januari 2013, stort elke werkgever van de | Ter herinnering, vanaf 1 januari 2013, stort elke werkgever van de |
audiovisuele sector, per kwartaal van 2013 en 2014 een bijdrage van | audiovisuele sector, per kwartaal van 2013 en 2014 een bijdrage van |
0,10 pct. betalen ten gunste van risicogroepen zoals bepaald in deze | 0,10 pct. betalen ten gunste van risicogroepen zoals bepaald in deze |
collectieve arbeidsovereenkomst en volgens de voorwaarden zoals | collectieve arbeidsovereenkomst en volgens de voorwaarden zoals |
bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013 die | bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2013 die |
gesloten werd voor onbepaalde duur ter vastlegging van het bedrag en | gesloten werd voor onbepaalde duur ter vastlegging van het bedrag en |
ter bepaling van de betaling van de bijdragen voor de risicogroepen | ter bepaling van de betaling van de bijdragen voor de risicogroepen |
aan het sociaal fonds geïnd via de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. | aan het sociaal fonds geïnd via de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. |
Art. 4.Definitie |
Art. 4.Definitie |
Onder "risicogroepen" dient te worden verstaan : | Onder "risicogroepen" dient te worden verstaan : |
- Alle werknemers tewerkgesteld in de sector die omwille van nieuwe | - Alle werknemers tewerkgesteld in de sector die omwille van nieuwe |
technologieën of door de evolutie van de beroepen een bijkomende | technologieën of door de evolutie van de beroepen een bijkomende |
opleiding of bijscholing moeten volgen om hun werkzekerheid te | opleiding of bijscholing moeten volgen om hun werkzekerheid te |
handhaven; | handhaven; |
- Werkzoekenden die jonger zijn dan 26 jaar; | - Werkzoekenden die jonger zijn dan 26 jaar; |
- Ervaren werknemers in de sector van minstens 50 jaar; | - Ervaren werknemers in de sector van minstens 50 jaar; |
- Werknemers in de sector met een verminderde arbeidsgeschiktheid; | - Werknemers in de sector met een verminderde arbeidsgeschiktheid; |
- Migranten in de sector; | - Migranten in de sector; |
- De personen zoals omschreven in artikel 5 en 6 van deze collectieve | - De personen zoals omschreven in artikel 5 en 6 van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
De bijdrage kan ook gebruikt worden om deel te nemen aan regionale | De bijdrage kan ook gebruikt worden om deel te nemen aan regionale |
tewerkstellingsprogramma's die in aanmerking genomen worden voor | tewerkstellingsprogramma's die in aanmerking genomen worden voor |
regionale of Europese financiering. | regionale of Europese financiering. |
Art. 5.Inspanningen voorbehouden aan bepaalde categorieën van |
Art. 5.Inspanningen voorbehouden aan bepaalde categorieën van |
risicogroepen | risicogroepen |
De helft van de bijdrage van 0,10 pct., voorzien in artikel 3, hetzij | De helft van de bijdrage van 0,10 pct., voorzien in artikel 3, hetzij |
0,05 pct. zal voorbehouden worden aan inspanningen ten gunste van de | 0,05 pct. zal voorbehouden worden aan inspanningen ten gunste van de |
volgende risicogroepen : | volgende risicogroepen : |
1° de werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; | 1° de werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; |
2° de werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en | 2° de werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en |
bedreigd zijn met ontslag : | bedreigd zijn met ontslag : |
- hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de | - hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de |
opzeggingstermijn loopt; | opzeggingstermijn loopt; |
- hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend | - hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend |
is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering; | is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering; |
- hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een | - hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een |
collectief ontslag werd aangekondigd; | collectief ontslag werd aangekondigd; |
3° de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan één jaar | 3° de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan één jaar |
werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding; | werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding; |
Onder "niet-werkenden" wordt verstaan : | Onder "niet-werkenden" wordt verstaan : |
a) de uitkeringsgerechtigde werklozen; | a) de uitkeringsgerechtigde werklozen; |
b) de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart | b) de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart |
herstructureringen in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart | herstructureringen in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart |
2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen; | 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen; |
c) de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de | c) de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de |
Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze | Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze |
nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie | nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie |
minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of | minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of |
niet bezaten bij overlijden; | niet bezaten bij overlijden; |
4° de jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, | 4° de jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, |
hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van | hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van |
een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in | een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in |
artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991 | artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991 |
houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een | houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een |
instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk | instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk |
besluit van 25 november 1991. | besluit van 25 november 1991. |
Art. 6.Inspanningen voorbehouden aan bepaalde categorieën van |
Art. 6.Inspanningen voorbehouden aan bepaalde categorieën van |
risicogroepen | risicogroepen |
De inspanning voorzien in artikel 5 moet, minstens voor de helft, | De inspanning voorzien in artikel 5 moet, minstens voor de helft, |
hetzij 0,025 pct., voorbehouden worden voor initiatieven ten gunste | hetzij 0,025 pct., voorbehouden worden voor initiatieven ten gunste |
van de volgende risicogroepen die nog geen 26 jaar oud zijn : | van de volgende risicogroepen die nog geen 26 jaar oud zijn : |
a) de personen die opgeleid worden, hetzij in een stelsel van | a) de personen die opgeleid worden, hetzij in een stelsel van |
alternerend leren, hetzij in het kader van een individuele | alternerend leren, hetzij in het kader van een individuele |
beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in artikel 27, 6° van het | beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in artikel 27, 6° van het |
koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de | koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de |
werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een instapstage, | werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een instapstage, |
bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk besluit van 25 | bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk besluit van 25 |
november 1991; | november 1991; |
b) de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar | b) de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar |
werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding : | werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding : |
- de uitkeringsgerechtigde werklozen; | - de uitkeringsgerechtigde werklozen; |
- de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de | - de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de |
Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze | Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze |
nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie | nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie |
minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of | minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of |
niet bezaten bij overlijden. | niet bezaten bij overlijden. |
Art. 7.Verslag en financieel overzicht |
Art. 7.Verslag en financieel overzicht |
Een evaluatieverslag en een financieel overzicht van de uitvoering van | Een evaluatieverslag en een financieel overzicht van de uitvoering van |
de verplichte inspanningen ten gunste van de risicogroepen zullen | de verplichte inspanningen ten gunste van de risicogroepen zullen |
jaarlijks opgemaakt worden door het "Sociaal Fonds voor de | jaarlijks opgemaakt worden door het "Sociaal Fonds voor de |
audiovisuele sector". Zij zullen neergelegd worden op de Griffie van | audiovisuele sector". Zij zullen neergelegd worden op de Griffie van |
de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale | de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale |
Overheidsdienst Werk, Arbeid en Sociaal Overleg en dit te laatste op 1 | Overheidsdienst Werk, Arbeid en Sociaal Overleg en dit te laatste op 1 |
juli van het jaar volgend op het jaar waarop de collectieve | juli van het jaar volgend op het jaar waarop de collectieve |
arbeidsovereenkomst betrekking heeft. | arbeidsovereenkomst betrekking heeft. |
Art. 8.Inwerkingtreding en duur |
Art. 8.Inwerkingtreding en duur |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari | Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari |
2013 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2014. | 2013 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2014. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 april |
2014. | 2014. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |