Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende de werkzekerheid | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende de werkzekerheid |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
28 AUGUSTUS 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 28 AUGUSTUS 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2001, | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2001, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende | gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende |
de werkzekerheid (1) | de werkzekerheid (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel; | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2001, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2001, gesloten |
in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende de | in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende de |
werkzekerheid. | werkzekerheid. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
van dit besluit. | van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 28 augustus 2002. | Gegeven te Brussel, 28 augustus 2002. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de metaalhandel | Paritair Subcomité voor de metaalhandel |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2001 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2001 |
Werkzekerheid | Werkzekerheid |
(Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001 onder het nummer |
58992/CO/149.04) | 58992/CO/149.04) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers en werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder | de werkgevers en werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder |
het Paritair Subcomité voor de metaalhandel. | het Paritair Subcomité voor de metaalhandel. |
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt |
onder "werklieden" verstaan : de werklieden en werksters. | onder "werklieden" verstaan : de werklieden en werksters. |
HOOFDSTUK II. - Voorwerp | HOOFDSTUK II. - Voorwerp |
Afdeling 1. - Principe | Afdeling 1. - Principe |
Art. 2.Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst zal in |
Art. 2.Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst zal in |
geen enkele onderneming overgegaan worden tot meervoudig ontslag | geen enkele onderneming overgegaan worden tot meervoudig ontslag |
vooraleer andere tewerkstellingsbehoudende maatregelen - met inbegrip | vooraleer andere tewerkstellingsbehoudende maatregelen - met inbegrip |
van tijdelijke werkloosheid - uitgeput zijn en vooraleer de | van tijdelijke werkloosheid - uitgeput zijn en vooraleer de |
mogelijkheid tot beroepsopleiding voor de getroffen werklieden werd | mogelijkheid tot beroepsopleiding voor de getroffen werklieden werd |
onderzocht. Voor de werklieden ouder dan 45 jaar zal prioritair naar | onderzocht. Voor de werklieden ouder dan 45 jaar zal prioritair naar |
tewerkstellingsbehoudende maatregelen worden gezocht. | tewerkstellingsbehoudende maatregelen worden gezocht. |
Afdeling 2. - Definities | Afdeling 2. - Definities |
Art. 3.Als "ontslag" wordt beschouwd elk ontslag om economische, |
Art. 3.Als "ontslag" wordt beschouwd elk ontslag om economische, |
financiële, structurele, technische en alle andere redenen | financiële, structurele, technische en alle andere redenen |
onafhankelijk van de wil van de werklieden, met uitzondering van het | onafhankelijk van de wil van de werklieden, met uitzondering van het |
ontslag om dringende redenen. | ontslag om dringende redenen. |
Art. 4.Als "meervoudig" wordt beschouwd een ontslag van ten minste 2 |
Art. 4.Als "meervoudig" wordt beschouwd een ontslag van ten minste 2 |
werklieden in ondernemingen met 29 werknemers en minder, van tenminste | werklieden in ondernemingen met 29 werknemers en minder, van tenminste |
3 werklieden in ondernemingen van 30 tot 59 werknemers en van ten | 3 werklieden in ondernemingen van 30 tot 59 werknemers en van ten |
minste 4 werklieden in ondernemingen van 60 tot 79 werknemers, van ten | minste 4 werklieden in ondernemingen van 60 tot 79 werknemers, van ten |
minste 5 werklieden tussen 80 en 99 werknemers en van ten minste 6 | minste 5 werklieden tussen 80 en 99 werknemers en van ten minste 6 |
werklieden in ondernemingen met 100 werknemers en meer, dit alles in | werklieden in ondernemingen met 100 werknemers en meer, dit alles in |
de loop van een periode van zestig kalenderdagen. | de loop van een periode van zestig kalenderdagen. |
Afdeling 3. - Procedure | Afdeling 3. - Procedure |
Art. 5.Wanneer zich onvoorzienbare en onvoorziene economische en/of |
Art. 5.Wanneer zich onvoorzienbare en onvoorziene economische en/of |
financiële omstandigheden zouden voordoen waardoor bijvoorbeeld | financiële omstandigheden zouden voordoen waardoor bijvoorbeeld |
tijdelijke werkloosheid of andere equivalente maatregelen | tijdelijke werkloosheid of andere equivalente maatregelen |
sociaal-economisch onhoudbaar worden, zal de volgende sectorale | sociaal-economisch onhoudbaar worden, zal de volgende sectorale |
overlegprocedure - tijdens de welke niet tot ontslag kan worden | overlegprocedure - tijdens de welke niet tot ontslag kan worden |
overgegaan - worden nageleefd : | overgegaan - worden nageleefd : |
1. Wanneer de werkgever voornemens is over te gaan tot ontslag van | 1. Wanneer de werkgever voornemens is over te gaan tot ontslag van |
meerdere werknemers, dat als meervoudig ontslag kan worden beschouwd, | meerdere werknemers, dat als meervoudig ontslag kan worden beschouwd, |
licht hij voorafgaandelijk de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, | licht hij voorafgaandelijk de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, |
de vakbondsafgevaardigde in. In geval er geen ondernemingsraad of | de vakbondsafgevaardigde in. In geval er geen ondernemingsraad of |
vakbondsafvaardiging bestaan, licht hij voorafgaandelijk en | vakbondsafvaardiging bestaan, licht hij voorafgaandelijk en |
individueel de betrokken werknemers schriftelijk in. | individueel de betrokken werknemers schriftelijk in. |
2. Binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie aan de syndicale | 2. Binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie aan de syndicale |
vertegenwoordigers van de werklieden dienen partijen op | vertegenwoordigers van de werklieden dienen partijen op |
ondernemingsvlak de besprekingen te starten over de maatregelen die | ondernemingsvlak de besprekingen te starten over de maatregelen die |
terzake kunnen worden genomen. Indien dit overleg niet tot een | terzake kunnen worden genomen. Indien dit overleg niet tot een |
oplossing leidt, dan wordt binnen de acht kalenderdagen na het | oplossing leidt, dan wordt binnen de acht kalenderdagen na het |
vaststellen van een niet-akkoord op ondernemingsvlak, beroep gedaan op | vaststellen van een niet-akkoord op ondernemingsvlak, beroep gedaan op |
het verzoeningsbureau op initiatief van de meest gereden partij. | het verzoeningsbureau op initiatief van de meest gereden partij. |
3. Ingeval er geen ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging bestaat in | 3. Ingeval er geen ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging bestaat in |
de onderneming, kan, binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie | de onderneming, kan, binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie |
aan de werknemers, dezelfde overlegprocedure worden ingeleid op | aan de werknemers, dezelfde overlegprocedure worden ingeleid op |
initiatief van de vakbondsorganisaties die de werklieden | initiatief van de vakbondsorganisaties die de werklieden |
vertegenwoordigen. | vertegenwoordigen. |
Deze procedure is eveneens van toepassing bij faillissement. | Deze procedure is eveneens van toepassing bij faillissement. |
Afdeling 4. - Sanctie | Afdeling 4. - Sanctie |
Art. 6.Bij niet-naleving van de procedure bepaald in artikel 5, dient |
Art. 6.Bij niet-naleving van de procedure bepaald in artikel 5, dient |
de in gebreke zijnde werkgever, naast de normale opzegtermijn, aan de | de in gebreke zijnde werkgever, naast de normale opzegtermijn, aan de |
betrokken werknemers een vergoeding te betalen. | betrokken werknemers een vergoeding te betalen. |
Deze vergoeding is gelijk aan het loon verschuldigd voor de genoemde | Deze vergoeding is gelijk aan het loon verschuldigd voor de genoemde |
opzegtermijn. | opzegtermijn. |
In geval van betwisting wordt beroep gedaan op het verzoeningsbureau | In geval van betwisting wordt beroep gedaan op het verzoeningsbureau |
op vraag van de meest gerede partij. | op vraag van de meest gerede partij. |
De afwezigheid van een werkgever op de in deze procedure voorziene | De afwezigheid van een werkgever op de in deze procedure voorziene |
bijeenkomst van het verzoeningsbureau wordt beschouwd als een | bijeenkomst van het verzoeningsbureau wordt beschouwd als een |
niet-naleving van de bovenstaande procedure. De werkgever kan zich | niet-naleving van de bovenstaande procedure. De werkgever kan zich |
laten vertegenwoordigen door een bevoegde afgevaardigde behorende tot | laten vertegenwoordigen door een bevoegde afgevaardigde behorende tot |
zijn onderneming. | zijn onderneming. |
Indien de overlegprocedure niet is gevolgd, is de sanctie eveneens van | Indien de overlegprocedure niet is gevolgd, is de sanctie eveneens van |
toepassing in geval van faillissement. | toepassing in geval van faillissement. |
De sanctie is eveneens van toepassing op de werkgever die een unaniem | De sanctie is eveneens van toepassing op de werkgever die een unaniem |
advies van het verzoeningsbureau niet toegepast. | advies van het verzoeningsbureau niet toegepast. |
HOOFDSTUK III. - Geldigheid | HOOFDSTUK III. - Geldigheid |
Art. 7.De huidige collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking |
Art. 7.De huidige collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking |
met ingang van 1 januari 2001 voor onbepaalde duur. | met ingang van 1 januari 2001 voor onbepaalde duur. |
Zij kan door één van de partijen opgezegd worden met een opzeg van | Zij kan door één van de partijen opgezegd worden met een opzeg van |
drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht | drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht |
aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel en | aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel en |
aan de ondertekenende organisaties. | aan de ondertekenende organisaties. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 augustus | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 augustus |
2002. | 2002. |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |