| Koninklijk besluit betreffende de oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk | Koninklijk besluit betreffende de oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 27 OKTOBER 2009. - Koninklijk besluit betreffende de oprichting van | 27 OKTOBER 2009. - Koninklijk besluit betreffende de oprichting van |
| een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op | een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op |
| het werk (1) | het werk (1) |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de | Gelet op de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de |
| werknemers bij de uitvoering van hun werk, artikel 38, § 1, gewijzigd | werknemers bij de uitvoering van hun werk, artikel 38, § 1, gewijzigd |
| bij de wet van 13 februari 1998; | bij de wet van 13 februari 1998; |
| Gelet op het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming, | Gelet op het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming, |
| goedgekeurd bij de besluiten van de Regent van 11 februari 1946 en 27 | goedgekeurd bij de besluiten van de Regent van 11 februari 1946 en 27 |
| september 1947; | september 1947; |
| Gelet op het advies van de Hoge Raad voor Preventie en bescherming op | Gelet op het advies van de Hoge Raad voor Preventie en bescherming op |
| het werk, gegeven op 18 april 2008; | het werk, gegeven op 18 april 2008; |
| Gelet op advies 46.719/1 van de Raad van State, gegeven op 11 juni | Gelet op advies 46.719/1 van de Raad van State, gegeven op 11 juni |
| 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de | 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
| wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
| Afdeling 1. - Definities | Afdeling 1. - Definities |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
| 1° de wet : de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de | 1° de wet : de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de |
| werknemers bij de uitvoering van hun werk; | werknemers bij de uitvoering van hun werk; |
| 2° de Minister : de Minister tot wiens Bevoegdheid het welzijn van de | 2° de Minister : de Minister tot wiens Bevoegdheid het welzijn van de |
| werknemers bij de uitvoering van hun werk behoort; | werknemers bij de uitvoering van hun werk behoort; |
| 3° het comité : het Comité voor Preventie en Bescherming op het werk | 3° het comité : het Comité voor Preventie en Bescherming op het werk |
| of, bij ontstentenis van een comité, de vakbondsafvaardiging; | of, bij ontstentenis van een comité, de vakbondsafvaardiging; |
| 4° de Algemene directie HUA : de Algemene directie Humanisering van de | 4° de Algemene directie HUA : de Algemene directie Humanisering van de |
| Arbeid van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en | Arbeid van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en |
| Sociaal Overleg; | Sociaal Overleg; |
| 5° de Algemene directie TWW : de Algemene directie van het Toezicht op | 5° de Algemene directie TWW : de Algemene directie van het Toezicht op |
| het Welzijn op het werk van de Federale Overheidsdienst | het Welzijn op het werk van de Federale Overheidsdienst |
| Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg; | Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg; |
| 6° de interne dienst : de interne dienst voor preventie en bescherming | 6° de interne dienst : de interne dienst voor preventie en bescherming |
| op het werk; | op het werk; |
| 7° de externe dienst : de externe dienst voor preventie en bescherming | 7° de externe dienst : de externe dienst voor preventie en bescherming |
| op het werk; | op het werk; |
| 8° de aanvrager : de onderneming, instelling of organisatie die, | 8° de aanvrager : de onderneming, instelling of organisatie die, |
| namens een werkgever of een groep werkgevers, gemandateerd wordt om | namens een werkgever of een groep werkgevers, gemandateerd wordt om |
| een aanvraag te doen tot oprichting van een gemeenschappelijke interne | een aanvraag te doen tot oprichting van een gemeenschappelijke interne |
| dienst. | dienst. |
| Afdeling 2. - Voorwaarden voor de oprichting van een | Afdeling 2. - Voorwaarden voor de oprichting van een |
| gemeenschappelijke interne dienst | gemeenschappelijke interne dienst |
Art. 2.Een werkgever of groep van werkgevers, kan toegelaten worden |
Art. 2.Een werkgever of groep van werkgevers, kan toegelaten worden |
| een gemeenschappelijke interne dienst op te richten in toepassing van | een gemeenschappelijke interne dienst op te richten in toepassing van |
| artikel 38, § 1, van de wet, voor zover de volgende voorwaarden zijn | artikel 38, § 1, van de wet, voor zover de volgende voorwaarden zijn |
| vervuld : | vervuld : |
| 1° er bestaat een juridische, economische, geografische of technische | 1° er bestaat een juridische, economische, geografische of technische |
| band tussen de betrokken werkgevers; | band tussen de betrokken werkgevers; |
| 2° de gemeenschappelijke interne dienst biedt ten opzichte van de | 2° de gemeenschappelijke interne dienst biedt ten opzichte van de |
| afzonderlijke interne diensten van de betrokken werkgevers één of | afzonderlijke interne diensten van de betrokken werkgevers één of |
| meerdere voordelen. Deze voordelen betreffen inzonderheid : | meerdere voordelen. Deze voordelen betreffen inzonderheid : |
| - er is een groter aantal preventieadviseurs aanwezig; | - er is een groter aantal preventieadviseurs aanwezig; |
| - er is een groter aantal disciplines vertegenwoordigd; | - er is een groter aantal disciplines vertegenwoordigd; |
| - er is een hoger niveau van aanvullende vorming aanwezig; | - er is een hoger niveau van aanvullende vorming aanwezig; |
| - er is meer tijd beschikbaar om te besteden aan preventietaken; | - er is meer tijd beschikbaar om te besteden aan preventietaken; |
| - er worden meer middelen, zoals bedoeld in artikel 17, § 1, eerste | - er worden meer middelen, zoals bedoeld in artikel 17, § 1, eerste |
| lid, 2°, van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de | lid, 2°, van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de |
| interne dienst voor preventie en bescherming op het werk, ter | interne dienst voor preventie en bescherming op het werk, ter |
| beschikking gesteld; | beschikking gesteld; |
| 3° een planning van de organisatie van de gemeenschappelijke interne | 3° een planning van de organisatie van de gemeenschappelijke interne |
| dienst is uitgewerkt, met dien verstande dat voor het vastleggen van | dienst is uitgewerkt, met dien verstande dat voor het vastleggen van |
| het aantal preventieadviseurs, hun niveau van aanvullende vorming | het aantal preventieadviseurs, hun niveau van aanvullende vorming |
| evenals hun prestatieduur de bepalingen bedoeld in het koninklijk | evenals hun prestatieduur de bepalingen bedoeld in het koninklijk |
| besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst voor preventie | besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst voor preventie |
| en bescherming op het werk, worden toegepast op het geheel van de | en bescherming op het werk, worden toegepast op het geheel van de |
| betrokken werkgevers die de gemeenschappelijke interne dienst wensen | betrokken werkgevers die de gemeenschappelijke interne dienst wensen |
| op te richten; | op te richten; |
| 4° er bestaat een voorafgaand akkoord tussen de betrokken werkgevers | 4° er bestaat een voorafgaand akkoord tussen de betrokken werkgevers |
| ingeval ze : | ingeval ze : |
| - de opname wensen in de gemeenschappelijke interne dienst van een | - de opname wensen in de gemeenschappelijke interne dienst van een |
| bestaand departement belast met het medisch toezicht; | bestaand departement belast met het medisch toezicht; |
| - een beroep wensen te doen op de deskundigheden ergonomie, | - een beroep wensen te doen op de deskundigheden ergonomie, |
| bedrijfshygiëne of psychosociale aspecten van de arbeid, waarvoor | bedrijfshygiëne of psychosociale aspecten van de arbeid, waarvoor |
| werknemers van één of meerdere betrokken werkgevers een vorming | werknemers van één of meerdere betrokken werkgevers een vorming |
| bezitten overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 5 | bezitten overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 5 |
| december 2003 betreffende de deskundigheden van de preventieadviseurs | december 2003 betreffende de deskundigheden van de preventieadviseurs |
| van de externe diensten; | van de externe diensten; |
| 5° de voorafgaande adviezen van de betrokken comités zijn gevraagd met | 5° de voorafgaande adviezen van de betrokken comités zijn gevraagd met |
| betrekking tot de oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst | betrekking tot de oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst |
| en de prestatieduur van de preventieadviseurs. | en de prestatieduur van de preventieadviseurs. |
| Afdeling 3. - Procedure voor de aanvraag tot oprichting van een | Afdeling 3. - Procedure voor de aanvraag tot oprichting van een |
| gemeenschappelijke interne dienst | gemeenschappelijke interne dienst |
Art. 3.De aanvrager vult het formulier in dat als bijlage bij dit |
Art. 3.De aanvrager vult het formulier in dat als bijlage bij dit |
| besluit is gevoegd. | besluit is gevoegd. |
| Hij maakt dit formulier, evenals de erbij horende stukken, over aan de | Hij maakt dit formulier, evenals de erbij horende stukken, over aan de |
| Algemene directie HUA. | Algemene directie HUA. |
Art. 4.De Algemene directie HUA gaat na of de aanvraag volledig is en |
Art. 4.De Algemene directie HUA gaat na of de aanvraag volledig is en |
| zendt deze vervolgens voor onderzoek en advies naar de Algemene | zendt deze vervolgens voor onderzoek en advies naar de Algemene |
| directie TWW. | directie TWW. |
| De Algemene directie TWW houdt bij het geven van haar advies in het | De Algemene directie TWW houdt bij het geven van haar advies in het |
| bijzonder rekening met : | bijzonder rekening met : |
| 1° het aantal voorziene preventieadviseurs, hun niveau van aanvullende | 1° het aantal voorziene preventieadviseurs, hun niveau van aanvullende |
| vorming evenals de tijd die voorgesteld wordt om te besteden aan | vorming evenals de tijd die voorgesteld wordt om te besteden aan |
| preventietaken; | preventietaken; |
| 2° het niveau van aanvullende vorming van de preventieadviseur belast | 2° het niveau van aanvullende vorming van de preventieadviseur belast |
| met de leiding van de gemeenschappelijke interne dienst en de tijd die | met de leiding van de gemeenschappelijke interne dienst en de tijd die |
| voorgesteld wordt om te besteden aan preventietaken; | voorgesteld wordt om te besteden aan preventietaken; |
| 3° in voorkomend geval, het aantal contactpersonen tussen de | 3° in voorkomend geval, het aantal contactpersonen tussen de |
| gemeenschappelijke interne dienst en de betrokken werkgevers. | gemeenschappelijke interne dienst en de betrokken werkgevers. |
Art. 5.In geval van gunstig advies van de Algemene directie TWW maakt |
Art. 5.In geval van gunstig advies van de Algemene directie TWW maakt |
| de Algemene directie HUA een ontwerp van ministerieel besluit houdende | de Algemene directie HUA een ontwerp van ministerieel besluit houdende |
| toelating tot het oprichten van een gemeenschappelijke interne dienst | toelating tot het oprichten van een gemeenschappelijke interne dienst |
| over aan de Minister. | over aan de Minister. |
| In geval van ongunstig advies van de Algemene directie TWW brengt de | In geval van ongunstig advies van de Algemene directie TWW brengt de |
| Algemene directie HUA de Minister hiervan op de hoogte. | Algemene directie HUA de Minister hiervan op de hoogte. |
Art. 6.De Minister beslist de toelating tot oprichting van een |
Art. 6.De Minister beslist de toelating tot oprichting van een |
| gemeenschappelijke interne dienst al dan niet te geven. | gemeenschappelijke interne dienst al dan niet te geven. |
| Hij verleent de toelating bij wege van ministerieel besluit. | Hij verleent de toelating bij wege van ministerieel besluit. |
| Dit besluit bevat tenminste de bepalingen bedoeld in artikel 4, tweede | Dit besluit bevat tenminste de bepalingen bedoeld in artikel 4, tweede |
| lid. | lid. |
| Dit besluit kan, in voorkomend geval, bijkomende voorwaarden opleggen | Dit besluit kan, in voorkomend geval, bijkomende voorwaarden opleggen |
| betreffende : | betreffende : |
| 1° de financiële aspecten van de werking van de gemeenschappelijke | 1° de financiële aspecten van de werking van de gemeenschappelijke |
| interne dienst; | interne dienst; |
| 2° de oprichting van een beheerscomité, bestaande uit personen | 2° de oprichting van een beheerscomité, bestaande uit personen |
| aangeduid door de aangesloten werkgevers en vertegenwoordigers | aangeduid door de aangesloten werkgevers en vertegenwoordigers |
| aangeduid door de representatieve werknemersorganisaties, belast met | aangeduid door de representatieve werknemersorganisaties, belast met |
| het toezicht op het beleid van de gemeenschappelijke interne dienst. | het toezicht op het beleid van de gemeenschappelijke interne dienst. |
| De Minister kan eveneens nadere bepalingen vastleggen betreffende : | De Minister kan eveneens nadere bepalingen vastleggen betreffende : |
| 1° de wijze waarop werkgevers kunnen toetreden tot de | 1° de wijze waarop werkgevers kunnen toetreden tot de |
| gemeenschappelijke interne dienst; | gemeenschappelijke interne dienst; |
| 2° de wijze waarop werkgevers zich kunnen terugtrekken uit de | 2° de wijze waarop werkgevers zich kunnen terugtrekken uit de |
| gemeenschappelijke interne dienst. | gemeenschappelijke interne dienst. |
| In geval van weigering tot oprichting van een gemeenschappelijke | In geval van weigering tot oprichting van een gemeenschappelijke |
| interne dienst, motiveert de Minister zijn beslissing en wordt deze | interne dienst, motiveert de Minister zijn beslissing en wordt deze |
| bij aangetekend schrijven ter kennis gebracht van de aanvrager. | bij aangetekend schrijven ter kennis gebracht van de aanvrager. |
| Afdeling 4. - Wijziging van de samenstelling van een | Afdeling 4. - Wijziging van de samenstelling van een |
| gemeenschappelijke interne dienst | gemeenschappelijke interne dienst |
Art. 7.Voor elke wijziging inzake de samenstelling van de |
Art. 7.Voor elke wijziging inzake de samenstelling van de |
| gemeenschappelijke interne dienst wat betreft de aangesloten | gemeenschappelijke interne dienst wat betreft de aangesloten |
| werkgevers, wordt de procedure vermeld in afdeling 3 gevolgd. | werkgevers, wordt de procedure vermeld in afdeling 3 gevolgd. |
| Afdeling 5. - Verplichtingen ingeval van aanvullend beroep op een | Afdeling 5. - Verplichtingen ingeval van aanvullend beroep op een |
| externe dienst | externe dienst |
Art. 8.Onverminderd de bepalingen van artikel 2, derde, vierde en |
Art. 8.Onverminderd de bepalingen van artikel 2, derde, vierde en |
| vijfde lid, van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende | vijfde lid, van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende |
| de externe diensten voor preventie en bescherming op het werk, doen de | de externe diensten voor preventie en bescherming op het werk, doen de |
| bij een gemeenschappelijke interne dienst aangesloten werkgevers, | bij een gemeenschappelijke interne dienst aangesloten werkgevers, |
| wanneer het aanvullend beroep op een externe dienst vereist is, een | wanneer het aanvullend beroep op een externe dienst vereist is, een |
| beroep op dezelfde externe dienst. | beroep op dezelfde externe dienst. |
| In afwijking van het eerste lid, mogen de werkgevers, bedoeld in | In afwijking van het eerste lid, mogen de werkgevers, bedoeld in |
| artikel 36, § 1 en § 2, van de wet, een beroep doen op verschillende | artikel 36, § 1 en § 2, van de wet, een beroep doen op verschillende |
| externe diensten voor elk gebied van een hoog overlegcomité, van een | externe diensten voor elk gebied van een hoog overlegcomité, van een |
| basisoverlegcomité of van een orgaan dat minstens vijftig werknemers | basisoverlegcomité of van een orgaan dat minstens vijftig werknemers |
| telt. | telt. |
| De verplichting, bedoeld in het eerste lid, geldt niet voor de duur | De verplichting, bedoeld in het eerste lid, geldt niet voor de duur |
| van de opzeggingstermijn bedoeld in artikel 13 van het koninklijk | van de opzeggingstermijn bedoeld in artikel 13 van het koninklijk |
| besluit van 27 maart 1998 betreffende de externe diensten voor | besluit van 27 maart 1998 betreffende de externe diensten voor |
| preventie en bescherming op het werk ten aanzien van werkgevers die, | preventie en bescherming op het werk ten aanzien van werkgevers die, |
| om te voldoen aan de in het eerste lid bedoelde verplichting, de | om te voldoen aan de in het eerste lid bedoelde verplichting, de |
| overeenkomst met hun externe dienst hebben opgezegd. | overeenkomst met hun externe dienst hebben opgezegd. |
| Afdeling 6. - Bijzondere bepalingen betreffende de werking van de | Afdeling 6. - Bijzondere bepalingen betreffende de werking van de |
| gemeenschappelijke interne dienst | gemeenschappelijke interne dienst |
Art. 9.- De preventieadviseurs van de gemeenschappelijke interne |
Art. 9.- De preventieadviseurs van de gemeenschappelijke interne |
| dienst behoren tot het personeel van één van de betrokken werkgevers. | dienst behoren tot het personeel van één van de betrokken werkgevers. |
| Ze hebben toegang tot de bedrijven van alle betrokken werkgevers om | Ze hebben toegang tot de bedrijven van alle betrokken werkgevers om |
| hun opdrachten uit te oefenen. | hun opdrachten uit te oefenen. |
Art. 10.- De eventuele maandverslagen en het jaarverslag van de |
Art. 10.- De eventuele maandverslagen en het jaarverslag van de |
| interne dienst, zoals bedoeld in artikel 7, § 1, 2°, a en b, van het | interne dienst, zoals bedoeld in artikel 7, § 1, 2°, a en b, van het |
| koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst | koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst |
| voor preventie en bescherming op het werk, bevatten bijlagen met | voor preventie en bescherming op het werk, bevatten bijlagen met |
| afzonderlijke gegevens betreffende elk van de betrokken werkgevers. | afzonderlijke gegevens betreffende elk van de betrokken werkgevers. |
| Afdeling 7. - Overgangsbepaling en slotbepalingen | Afdeling 7. - Overgangsbepaling en slotbepalingen |
Art. 11.- De machtigingsbesluiten tot oprichting van een |
Art. 11.- De machtigingsbesluiten tot oprichting van een |
| gemeenschappelijke interne dienst die in toepassing van artikel 38, § | gemeenschappelijke interne dienst die in toepassing van artikel 38, § |
| 2, van de wet, werden genomen voor de inwerkingtreding van dit | 2, van de wet, werden genomen voor de inwerkingtreding van dit |
| besluit, blijven rechtsgeldig mits naleving van de erin vermelde | besluit, blijven rechtsgeldig mits naleving van de erin vermelde |
| voorwaarden. | voorwaarden. |
| Een aanvraag tot oprichting of tot wijziging van een | Een aanvraag tot oprichting of tot wijziging van een |
| gemeenschappelijke interne dienst, ingediend voor de inwerkingtreding | gemeenschappelijke interne dienst, ingediend voor de inwerkingtreding |
| van dit besluit wordt, voor de verdere afhandeling ervan, | van dit besluit wordt, voor de verdere afhandeling ervan, |
| gelijkgesteld met een aanvraag bedoeld in artikel 3. | gelijkgesteld met een aanvraag bedoeld in artikel 3. |
Art. 12.- In Titel V, Hoofdstuk II, van het Algemeen Reglement voor |
Art. 12.- In Titel V, Hoofdstuk II, van het Algemeen Reglement voor |
| de Arbeidsbescherming, goedgekeurd bij de besluiten van de Regent van | de Arbeidsbescherming, goedgekeurd bij de besluiten van de Regent van |
| 11 februari 1946 en 27 september 1947, wordt afdeling IV, dat artikel | 11 februari 1946 en 27 september 1947, wordt afdeling IV, dat artikel |
| 840 vervat, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 maart 1958, | 840 vervat, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 maart 1958, |
| opgeheven. | opgeheven. |
Art. 13.- De bepalingen van de artikelen 1 tot 11 vormen hoofdstuk |
Art. 13.- De bepalingen van de artikelen 1 tot 11 vormen hoofdstuk |
| VII van titel II van de Codex over het welzijn op het werk met | VII van titel II van de Codex over het welzijn op het werk met |
| volgende opschriften : | volgende opschriften : |
| 1° "Titel II. - Organisatorische structuren"; | 1° "Titel II. - Organisatorische structuren"; |
| 2° "Hoofdstuk VII. - De gemeenschappelijke interne dienst voor | 2° "Hoofdstuk VII. - De gemeenschappelijke interne dienst voor |
| preventie en bescherming op het werk". | preventie en bescherming op het werk". |
Art. 14.- De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering |
Art. 14.- De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering |
| van dit besluit. | van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 27 oktober 2009. | Gegeven te Brussel, 27 oktober 2009. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Vice-Eerste Minister | De Vice-Eerste Minister |
| en Minister van Werk en Gelijke Kansen, | en Minister van Werk en Gelijke Kansen, |
| belast met het Migratie- en Asielbeleid, | belast met het Migratie- en Asielbeleid, |
| Mevr. J. MILQUET | Mevr. J. MILQUET |
| Nota | Nota |
| (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 4 augustus 1996, Belgisch Staatsblad van 18 september 1996. | Wet van 4 augustus 1996, Belgisch Staatsblad van 18 september 1996. |
| Wet van 13 februari 1998, Belgisch Staatsblad van 19 februari 1998. | Wet van 13 februari 1998, Belgisch Staatsblad van 19 februari 1998. |
| Besluit van de Regent van 11 februari 1946, Belgisch Staatsblad van 3 | Besluit van de Regent van 11 februari 1946, Belgisch Staatsblad van 3 |
| april 1946. | april 1946. |
| Besluit van de Regent van 27 september 1947, Belgisch Staatsblad van 3 | Besluit van de Regent van 27 september 1947, Belgisch Staatsblad van 3 |
| oktober 1947. | oktober 1947. |
| Koninklijk besluit van 27 maart 1998, Belgisch Staatsblad van 31 maart | Koninklijk besluit van 27 maart 1998, Belgisch Staatsblad van 31 maart |
| 1998. | 1998. |
| Koninklijk besluit van 5 december 2003, Belgisch Staatsblad van 22 | Koninklijk besluit van 5 december 2003, Belgisch Staatsblad van 22 |
| december 2003. | december 2003. |
| Bijlage | Bijlage |
| FOD WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FOD WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| Algemene Directie Humanisering van de Arbeid | Algemene Directie Humanisering van de Arbeid |
| AANVRAAG TOT OPRICHTING VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE DIENST VOOR | AANVRAAG TOT OPRICHTING VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE DIENST VOOR |
| PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK | PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK |
| 1. Identiteit van de aanvrager (onderneming of organisatie, die namens | 1. Identiteit van de aanvrager (onderneming of organisatie, die namens |
| de betrokken werkgevers gemachtigd is deze aanvraag te doen) : | de betrokken werkgevers gemachtigd is deze aanvraag te doen) : |
| Naam : . . . . . | Naam : . . . . . |
| Adres : . . . . . | Adres : . . . . . |
| 2. Identiteit van de betrokken ondernemingen (in te vullen voor elke | 2. Identiteit van de betrokken ondernemingen (in te vullen voor elke |
| exploitatiezetel van elke betrokken werkgever) : | exploitatiezetel van elke betrokken werkgever) : |
| - Ondernemingsnummer : . . . . . | - Ondernemingsnummer : . . . . . |
| - Aantal werknemers : . . . . . | - Aantal werknemers : . . . . . |
| - Nace-code van de hoofdactiviteit (1) : . . . . . | - Nace-code van de hoofdactiviteit (1) : . . . . . |
| - Er bestaat een comité PBW : JA/NEEN of een syndicale afvaardiging : | - Er bestaat een comité PBW : JA/NEEN of een syndicale afvaardiging : |
| JA/NEEN | JA/NEEN |
| - Ondernemingsnummer : . . . . . | - Ondernemingsnummer : . . . . . |
| - Aantal werknemers : . . . . . | - Aantal werknemers : . . . . . |
| - Nace-code van de hoofdactiviteit : . . . . . | - Nace-code van de hoofdactiviteit : . . . . . |
| - Er bestaat een comité PBW : JA/NEEN of een syndicale afvaardiging : | - Er bestaat een comité PBW : JA/NEEN of een syndicale afvaardiging : |
| JA/NEEN | JA/NEEN |
| - Ondernemingsnummer : . . . . . | - Ondernemingsnummer : . . . . . |
| - Aantal werknemers : . . . . . | - Aantal werknemers : . . . . . |
| - Nace-code van de hoofdactiviteit : . . . . . | - Nace-code van de hoofdactiviteit : . . . . . |
| - Er bestaat een comité PBW : JA/NEEN of een syndicale afvaardiging : | - Er bestaat een comité PBW : JA/NEEN of een syndicale afvaardiging : |
| JA/NEEN | JA/NEEN |
| - Ondernemingsnummer : . . . . . | - Ondernemingsnummer : . . . . . |
| - Aantal werknemers : . . . . . | - Aantal werknemers : . . . . . |
| - Nace-code van de hoofdactiviteit : . . . . . | - Nace-code van de hoofdactiviteit : . . . . . |
| - Er bestaat een comité PBW : JA/NEEN of een syndicale afvaardiging : | - Er bestaat een comité PBW : JA/NEEN of een syndicale afvaardiging : |
| JA/NEEN | JA/NEEN |
| Juridische, economische, geografische of technische band tussen de | Juridische, economische, geografische of technische band tussen de |
| betrokken werkgevers : | betrokken werkgevers : |
| . . . . . | . . . . . |
| . . . . . | . . . . . |
| . . . . . | . . . . . |
| . . . . . | . . . . . |
| 3. Geplande organisatie van de gemeenschappelijke interne dienst PBW : | 3. Geplande organisatie van de gemeenschappelijke interne dienst PBW : |
| - Samenstelling van de dienst : | - Samenstelling van de dienst : |
| Preventieadviseur belast met de leiding van de gemeenschappelijke | Preventieadviseur belast met de leiding van de gemeenschappelijke |
| dienst (indien reeds gekend) : . . . . . | dienst (indien reeds gekend) : . . . . . |
| . . . . . | . . . . . |
| Aantal eventuele overige preventieadviseurs : . . . . . | Aantal eventuele overige preventieadviseurs : . . . . . |
| - Niveau van aanvullende vorming (niveau I, niveau II, basisvorming of | - Niveau van aanvullende vorming (niveau I, niveau II, basisvorming of |
| geen) : | geen) : |
| - van de preventieadviseur belast met de leiding : . . . . . | - van de preventieadviseur belast met de leiding : . . . . . |
| - van de eventuele overige preventieadviseurs : . . . . . | - van de eventuele overige preventieadviseurs : . . . . . |
| - Zijn er contactpersonen voorzien tussen de dienst PBW en voormelde | - Zijn er contactpersonen voorzien tussen de dienst PBW en voormelde |
| ondernemingen? JA/NEEN | ondernemingen? JA/NEEN |
| Zo ja, aantal en verdeling over de exploitatiezetels : . . . . . | Zo ja, aantal en verdeling over de exploitatiezetels : . . . . . |
| . . . . . | . . . . . |
| - Voorgestelde minimum prestatieduur (uit te drukken in % van een | - Voorgestelde minimum prestatieduur (uit te drukken in % van een |
| voltijdse betrekking) : | voltijdse betrekking) : |
| - van de leidinggevende preventieadviseur : . . . . . | - van de leidinggevende preventieadviseur : . . . . . |
| - van de overige preventieadviseurs : . . . . . | - van de overige preventieadviseurs : . . . . . |
| - Zijn er afspraken gemaakt tussen de ondernemingen onderling naar | - Zijn er afspraken gemaakt tussen de ondernemingen onderling naar |
| tijdsbesteding? JA/NEEN | tijdsbesteding? JA/NEEN |
| Zo ja, welke ? . . . . . | Zo ja, welke ? . . . . . |
| 4. Voordelen die de gemeenschappelijke interne dienst biedt ten | 4. Voordelen die de gemeenschappelijke interne dienst biedt ten |
| opzichte van de afzonderlijke interne diensten (inzake het aantal | opzichte van de afzonderlijke interne diensten (inzake het aantal |
| preventieadviseurs, het niveau van aanvullende vorming, de | preventieadviseurs, het niveau van aanvullende vorming, de |
| prestatieduur, de middelen,...) : | prestatieduur, de middelen,...) : |
| . . . . . | . . . . . |
| . . . . . | . . . . . |
| . . . . . | . . . . . |
| . . . . . | . . . . . |
| 5. Aantal bijlagen : .............. | 5. Aantal bijlagen : .............. |
| In geval er een comité PBW of syndicale afvaardiging bestaat (voor | In geval er een comité PBW of syndicale afvaardiging bestaat (voor |
| overheidsdiensten het bevoegde overlegcomité) in één of meerdere van | overheidsdiensten het bevoegde overlegcomité) in één of meerdere van |
| de betrokken ondernemingen, dienen deze organen te worden geraadpleegd | de betrokken ondernemingen, dienen deze organen te worden geraadpleegd |
| omtrent onderhavige aanvraag en dienen in bijlage te worden gevoegd : | omtrent onderhavige aanvraag en dienen in bijlage te worden gevoegd : |
| - hun advies omtrent de oprichting van de gemeenschappelijke dienst | - hun advies omtrent de oprichting van de gemeenschappelijke dienst |
| PBW; | PBW; |
| - hun advies omtrent de voorgestelde minimum prestatieduur van de | - hun advies omtrent de voorgestelde minimum prestatieduur van de |
| leidinggevende preventieadviseur en de overige preventieadviseurs. | leidinggevende preventieadviseur en de overige preventieadviseurs. |
| Deze adviezen kunnen bestaan hetzij uit een afschrift van de | Deze adviezen kunnen bestaan hetzij uit een afschrift van de |
| goedgekeurde notulen van een comitévergadering, hetzij uit een | goedgekeurde notulen van een comitévergadering, hetzij uit een |
| verklaring ondertekend door alle betrokken werknemersafgevaardigden. | verklaring ondertekend door alle betrokken werknemersafgevaardigden. |
| In bijlage wordt tevens gevoegd : een door alle betrokken werkgevers | In bijlage wordt tevens gevoegd : een door alle betrokken werkgevers |
| ondertekende verklaring of overeenkomst, waaruit blijkt dat zij deze | ondertekende verklaring of overeenkomst, waaruit blijkt dat zij deze |
| aanvraag onderschrijven. | aanvraag onderschrijven. |
| Datum : | Datum : |
| Handtekening van de aanvrager : | Handtekening van de aanvrager : |
| Dit formulier dient te worden teruggestuurd naar : | Dit formulier dient te worden teruggestuurd naar : |
| FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg | FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg |
| Algemene Directie Humanisering van de Arbeid | Algemene Directie Humanisering van de Arbeid |
| Ernest Blérotstraat 1 | Ernest Blérotstraat 1 |
| 1070 Brussel | 1070 Brussel |
| (1) Vermeld hier de NACE-code van de hoofdactiviteit (Verordening | (1) Vermeld hier de NACE-code van de hoofdactiviteit (Verordening |
| 1893/2006 van 20 december 2006, Publicatieblad van de Europese Unie, | 1893/2006 van 20 december 2006, Publicatieblad van de Europese Unie, |
| nr. L 393/1 van 30 december 2006) | nr. L 393/1 van 30 december 2006) |
| Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 29 oktober 2009 | Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 29 oktober 2009 |
| betreffende de oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst | betreffende de oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst |
| voor preventie en bescherming op het werk. | voor preventie en bescherming op het werk. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast | De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast |
| met het Migratie- en Asielbeleid, | met het Migratie- en Asielbeleid, |
| Mevr. J. MILQUET | Mevr. J. MILQUET |