Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID | FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID |
27 APRIL 2017. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 27 APRIL 2017. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de | besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de |
verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, | verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, |
gecoördineerd op 14 juli 1994 | gecoördineerd op 14 juli 1994 |
VERSLAG AAN DE KONING | VERSLAG AAN DE KONING |
Sire, | Sire, |
Het koninklijk besluit dat ik de eer heb aan Uwe Majesteit ter | Het koninklijk besluit dat ik de eer heb aan Uwe Majesteit ter |
ondertekening voor te leggen, heeft tot doel om de wachttijd in de | ondertekening voor te leggen, heeft tot doel om de wachttijd in de |
arbeidsongeschiktheidsverzekering van 6 maanden tot 12 maanden te | arbeidsongeschiktheidsverzekering van 6 maanden tot 12 maanden te |
verlengen. | verlengen. |
In het licht van het advies van de Raad van State en gelet op de | In het licht van het advies van de Raad van State en gelet op de |
gemaakte opmerkingen wordt hierna enige toelichting gegeven. | gemaakte opmerkingen wordt hierna enige toelichting gegeven. |
Artikel 3 wijzigt artikel 204 van het koninklijk besluit van 3 juli | Artikel 3 wijzigt artikel 204 van het koninklijk besluit van 3 juli |
1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering | 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering |
voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli | voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli |
1994. Het bepaalt onder welke voorwaarden en hoe lang de gerechtigden | 1994. Het bepaalt onder welke voorwaarden en hoe lang de gerechtigden |
die de wachtiijd hebben volbracht het recht op prestaties behouden. | die de wachtiijd hebben volbracht het recht op prestaties behouden. |
Het heeft als tot doel artikelen 129, 1° en 116/2, 1° van voormelde | Het heeft als tot doel artikelen 129, 1° en 116/2, 1° van voormelde |
wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige | wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige |
verzorging en uitkeringen uit te voeren. | verzorging en uitkeringen uit te voeren. |
De Raad van State is van mening dat artikel 3 zich beperkt tot het | De Raad van State is van mening dat artikel 3 zich beperkt tot het |
herinneren aan de formulering van de bepalingen van de gecoördineerde | herinneren aan de formulering van de bepalingen van de gecoördineerde |
wet, en de voorwaarden die de Koning volgens de wet moet bepalen, niet | wet, en de voorwaarden die de Koning volgens de wet moet bepalen, niet |
aangeeft. | aangeeft. |
In artikel 3 verduidelijkt de Koning echter wel degelijk de duur | In artikel 3 verduidelijkt de Koning echter wel degelijk de duur |
tijdens dewelke het recht op prestaties wordt behouden na het | tijdens dewelke het recht op prestaties wordt behouden na het |
vervullen van de wachttijd. De Koning wenst geen bijkomende | vervullen van de wachttijd. De Koning wenst geen bijkomende |
voorwaarden op te leggen, die moeten vervuld worden om dit behoud van | voorwaarden op te leggen, die moeten vervuld worden om dit behoud van |
het recht te verzekeren. Artikel 3 moet voor dit aspect dus niet | het recht te verzekeren. Artikel 3 moet voor dit aspect dus niet |
gewijzigd worden. | gewijzigd worden. |
Artikel 3 werd evenwel verduidelijkt voor een goed begrip door de | Artikel 3 werd evenwel verduidelijkt voor een goed begrip door de |
woorden « die niet voldoen aan de voorwaarden van artikel 207 » in te | woorden « die niet voldoen aan de voorwaarden van artikel 207 » in te |
voegen in het nieuw artikel 204, § 1. | voegen in het nieuw artikel 204, § 1. |
Artikel 12 preciseert dat de bepalingen van voormeld koninklijk | Artikel 12 preciseert dat de bepalingen van voormeld koninklijk |
besluit van 3 juli 1996 betreffende de verzekering voor uitkeringen | besluit van 3 juli 1996 betreffende de verzekering voor uitkeringen |
niet van toepassing zijn op de moederschapsverzekering, voor zover er | niet van toepassing zijn op de moederschapsverzekering, voor zover er |
niet wordt afgeweken van de afdelingen I, II, III, IV, IVbis en VIIbis | niet wordt afgeweken van de afdelingen I, II, III, IV, IVbis en VIIbis |
(van Hoofdstuk 3 van Titel 3 van het besluit). | (van Hoofdstuk 3 van Titel 3 van het besluit). |
De Raad van State is van mening dat de formulering te algemeen en niet | De Raad van State is van mening dat de formulering te algemeen en niet |
duidelijk genoeg is om uit te maken welke bepalingen gelden voor de | duidelijk genoeg is om uit te maken welke bepalingen gelden voor de |
moederschapsverzekering. | moederschapsverzekering. |
De formulering van artikel 12 werd gewijzigd voor een beter begrip. | De formulering van artikel 12 werd gewijzigd voor een beter begrip. |
Voor de leesbaarheid van de tekst van artikel 219 van het koninklijk | Voor de leesbaarheid van de tekst van artikel 219 van het koninklijk |
besluit van 3 juli 1996, artikel gewijzigd bij het artikel 12 van dit | besluit van 3 juli 1996, artikel gewijzigd bij het artikel 12 van dit |
besluit, lijkt het niet geschikt een lijst met de bepalingen van | besluit, lijkt het niet geschikt een lijst met de bepalingen van |
toepassing op de moederschapsverzekering op te maken. De gebruikte | toepassing op de moederschapsverzekering op te maken. De gebruikte |
formulering heeft als inspiratiebron de bewoordingen van artikel 219 | formulering heeft als inspiratiebron de bewoordingen van artikel 219 |
vóór zijn wijziging bij dit besluit, een bepaling die nooit | vóór zijn wijziging bij dit besluit, een bepaling die nooit |
interpretatiemoeilijkheden heeft veroorzaakt. | interpretatiemoeilijkheden heeft veroorzaakt. |
Voor het overige werd het besluit aangepast aan de bemerkingen | Voor het overige werd het besluit aangepast aan de bemerkingen |
geformuleerd door de Raad van State in zijn advies 61.204/2 van 20 | geformuleerd door de Raad van State in zijn advies 61.204/2 van 20 |
april 2017. Zoals gevraagd door de Raad van State, werd artikel 9 dus | april 2017. Zoals gevraagd door de Raad van State, werd artikel 9 dus |
aangepast. | aangepast. |
Wij hebben de eer te zijn, | Wij hebben de eer te zijn, |
Sire, | Sire, |
Van Uwe Majesteit, | Van Uwe Majesteit, |
de zeer eerbiedige | de zeer eerbiedige |
en zeer getrouwe dienaar, | en zeer getrouwe dienaar, |
De Minister van Sociale Zaken, | De Minister van Sociale Zaken, |
M. DE BLOCK | M. DE BLOCK |
27 APRIL 2017. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk | 27 APRIL 2017. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk |
besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de | besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de |
verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, | verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, |
gecoördineerd op 14 juli 1994 | gecoördineerd op 14 juli 1994 |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor | Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor |
geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli | geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli |
1994, artikel 93, zevende lid, artikel 116, vervangen bij de | 1994, artikel 93, zevende lid, artikel 116, vervangen bij de |
programmawet van 19 december 2014, de artikelen 116/1, 116/2, 116/3 en | programmawet van 19 december 2014, de artikelen 116/1, 116/2, 116/3 en |
116/5, ingevoegd bij de voornoemde programmawet en de artikelen 128 | 116/5, ingevoegd bij de voornoemde programmawet en de artikelen 128 |
tot 130, gewijzigd bij de voornoemde programmawet; | tot 130, gewijzigd bij de voornoemde programmawet; |
Gelet op het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de | Gelet op het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de |
wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige | wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige |
verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994; | verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994; |
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de uitkeringsverzekering | Gelet op het advies van het Beheerscomité van de uitkeringsverzekering |
voor werknemers van de Dienst voor uitkeringen van het Rijksinstituut | voor werknemers van de Dienst voor uitkeringen van het Rijksinstituut |
voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 16 november 2016; | voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 16 november 2016; |
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de uitkeringsverzekering | Gelet op het advies van het Beheerscomité van de uitkeringsverzekering |
voor zelfstandigen van de Dienst voor uitkeringen van het | voor zelfstandigen van de Dienst voor uitkeringen van het |
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 6 | Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 6 |
december 2016; | december 2016; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 1 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 1 |
februari 2017; | februari 2017; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 10 | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 10 |
maart 2017; | maart 2017; |
Gelet op advies nr. 61.204/2 van de Raad van State, gegeven op 20 | Gelet op advies nr. 61.204/2 van de Raad van State, gegeven op 20 |
april 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de | april 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken, | Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 203 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 |
Artikel 1.In artikel 203 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 |
tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor | tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor |
geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli | geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli |
1994, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 december | 1994, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 december |
2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: | 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: |
1° in het eerste lid wordt het woord "zes" vervangen door het woord | 1° in het eerste lid wordt het woord "zes" vervangen door het woord |
"twaalf" en wordt het woord "honderdtwintig" vervangen door het woord | "twaalf" en wordt het woord "honderdtwintig" vervangen door het woord |
"honderdtachtig"; | "honderdtachtig"; |
2° het derde lid wordt vervangen als volgt : | 2° het derde lid wordt vervangen als volgt : |
"In afwijking van de bepalingen van het eerste lid volbrengen de | "In afwijking van de bepalingen van het eerste lid volbrengen de |
seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse | seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse |
werknemers hun wachttijd, indien zij over een periode van twaalf | werknemers hun wachttijd, indien zij over een periode van twaalf |
maanden achthonderd arbeidsuren presteren. De referteperiode wordt | maanden achthonderd arbeidsuren presteren. De referteperiode wordt |
evenwel verlengd tot maximaal zesendertig maanden voor de | evenwel verlengd tot maximaal zesendertig maanden voor de |
seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse | seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse |
werknemers die zich wegens hun arbeidsregeling in de onmogelijkheid | werknemers die zich wegens hun arbeidsregeling in de onmogelijkheid |
bevinden hun wachttijd te vervullen binnen twaalf maanden.". | bevinden hun wachttijd te vervullen binnen twaalf maanden.". |
Art. 2.In hetzelfde besluit wordt een artikel 203/1 ingevoegd, |
Art. 2.In hetzelfde besluit wordt een artikel 203/1 ingevoegd, |
luidende : | luidende : |
" Art. 203/1.Voor de toepassing van artikel 116/1, § 1, van de |
" Art. 203/1.Voor de toepassing van artikel 116/1, § 1, van de |
gecoördineerde wet moeten de gerechtigden in een tijdvak van zes | gecoördineerde wet moeten de gerechtigden in een tijdvak van zes |
maanden minimum honderdtwintig arbeidsdagen aantonen. | maanden minimum honderdtwintig arbeidsdagen aantonen. |
In afwijking van de bepalingen van het eerste lid volbrengen de | In afwijking van de bepalingen van het eerste lid volbrengen de |
seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse | seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse |
werknemers hun wachttijd, indien zij over een periode van zes maanden | werknemers hun wachttijd, indien zij over een periode van zes maanden |
vierhonderd arbeidsuren presteren. De referteperiode wordt evenwel | vierhonderd arbeidsuren presteren. De referteperiode wordt evenwel |
verlengd tot maximaal achttien maanden voor de seizoenarbeiders, de | verlengd tot maximaal achttien maanden voor de seizoenarbeiders, de |
arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse werknemers die zich wegens | arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse werknemers die zich wegens |
hun arbeidsregeling in de onmogelijkheid bevinden hun wachttijd te | hun arbeidsregeling in de onmogelijkheid bevinden hun wachttijd te |
vervullen binnen zes maanden. | vervullen binnen zes maanden. |
De bepalingen van artikel 203, tweede lid en vierde tot zevende lid | De bepalingen van artikel 203, tweede lid en vierde tot zevende lid |
gelden eveneens voor de toepassing van artikel 116/1, § 1, van de | gelden eveneens voor de toepassing van artikel 116/1, § 1, van de |
gecoördineerde wet.". | gecoördineerde wet.". |
Art. 3.Artikel 204 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : |
Art. 3.Artikel 204 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : |
"Art. 204 § 1. Onverminderd de bepalingen van artikel 131 van de | "Art. 204 § 1. Onverminderd de bepalingen van artikel 131 van de |
gecoördineerde wet behouden de gerechtigden bedoeld in artikel 128, § | gecoördineerde wet behouden de gerechtigden bedoeld in artikel 128, § |
1, en de gerechtigden bedoeld in artikel 128, § 2, tweede lid van de | 1, en de gerechtigden bedoeld in artikel 128, § 2, tweede lid van de |
gecoördineerde wet die niet voldoen aan de voorwaarden van artikel | gecoördineerde wet die niet voldoen aan de voorwaarden van artikel |
207, het recht om prestaties te genieten tot het einde van het | 207, het recht om prestaties te genieten tot het einde van het |
kwartaal waarin zij de wachttijd hebben volbracht. | kwartaal waarin zij de wachttijd hebben volbracht. |
§ 2. Onverminderd de bepalingen van artikel 131 van de gecoördineerde | § 2. Onverminderd de bepalingen van artikel 131 van de gecoördineerde |
wet behouden de gerechtigden bedoeld in de artikelen 116/1, § 1 en | wet behouden de gerechtigden bedoeld in de artikelen 116/1, § 1 en |
116/1, § 2, tweede lid van de gecoördineerde wet die niet voldoen aan | 116/1, § 2, tweede lid van de gecoördineerde wet die niet voldoen aan |
de voorwaarden van artikel 207/1, het recht om prestaties te genieten | de voorwaarden van artikel 207/1, het recht om prestaties te genieten |
tot het einde van het kwartaal na dat waarin zij de wachttijd hebben | tot het einde van het kwartaal na dat waarin zij de wachttijd hebben |
volbracht. | volbracht. |
§ 3. Onverminderd de bepalingen van artikel 131 van de gecoördineerde | § 3. Onverminderd de bepalingen van artikel 131 van de gecoördineerde |
wet behouden de gerechtigden die zijn vrijgesteld van wachttijd | wet behouden de gerechtigden die zijn vrijgesteld van wachttijd |
overeenkomstig artikel 116/1, § 2, eerste lid of artikel 128, § 2, | overeenkomstig artikel 116/1, § 2, eerste lid of artikel 128, § 2, |
eerste lid, van de gecoördineerde wet, het recht om prestaties te | eerste lid, van de gecoördineerde wet, het recht om prestaties te |
genieten tot het einde van het tijdvak dat aanvangt de dag waarop zij | genieten tot het einde van het tijdvak dat aanvangt de dag waarop zij |
de hoedanigheid van gerechtigde hebben verkregen en eindigt op het | de hoedanigheid van gerechtigde hebben verkregen en eindigt op het |
einde van het daaropvolgende kwartaal. | einde van het daaropvolgende kwartaal. |
Zij behouden dit recht : | Zij behouden dit recht : |
1° gedurende het eerste kwartaal volgend op het in het eerste lid | 1° gedurende het eerste kwartaal volgend op het in het eerste lid |
bedoelde tijdvak, op voorwaarde dat zij over het kwartaal waarin zij | bedoelde tijdvak, op voorwaarde dat zij over het kwartaal waarin zij |
de hoedanigheid van gerechtigde hebben verkregen, voldoen aan de | de hoedanigheid van gerechtigde hebben verkregen, voldoen aan de |
voorwaarden inzake bijdragen, gesteld in afdeling V van hoofdstuk II | voorwaarden inzake bijdragen, gesteld in afdeling V van hoofdstuk II |
van titel IV; | van titel IV; |
2° gedurende het tweede kwartaal volgend op het in het eerste lid | 2° gedurende het tweede kwartaal volgend op het in het eerste lid |
bedoeld tijdvak, op voorwaarde dat ze, over ditzelfde tijdvak voldoen | bedoeld tijdvak, op voorwaarde dat ze, over ditzelfde tijdvak voldoen |
aan de voorwaarden inzake bijdragen, gesteld in afdeling V van | aan de voorwaarden inzake bijdragen, gesteld in afdeling V van |
hoofdstuk II van titel IV.". | hoofdstuk II van titel IV.". |
Art. 4.In artikel 205 van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd |
Art. 4.In artikel 205 van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd |
bij het koninklijk besluit van 28 oktober 2016, worden de volgende | bij het koninklijk besluit van 28 oktober 2016, worden de volgende |
wijzigingen aangebracht : | wijzigingen aangebracht : |
a) in paragraaf 1 wordt in de bepaling onder 5° het woord "zes" | a) in paragraaf 1 wordt in de bepaling onder 5° het woord "zes" |
telkens vervangen door het woord "twaalf"; | telkens vervangen door het woord "twaalf"; |
b) in paragraaf 1 wordt in de bepaling onder 6° het woord "zes" | b) in paragraaf 1 wordt in de bepaling onder 6° het woord "zes" |
telkens vervangen door het woord "twaalf"; | telkens vervangen door het woord "twaalf"; |
c) in paragraaf 1 wordt in de bepaling onder 7° het woord "zes" | c) in paragraaf 1 wordt in de bepaling onder 7° het woord "zes" |
telkens vervangen door het woord "twaalf"; | telkens vervangen door het woord "twaalf"; |
d) paragraaf 4 wordt opgeheven; | d) paragraaf 4 wordt opgeheven; |
e) paragraaf 5 wordt vervangen als volgt : | e) paragraaf 5 wordt vervangen als volgt : |
" § 5. Voor de toekenning van de uitkering wegens | " § 5. Voor de toekenning van de uitkering wegens |
arbeidsongeschiktheid, wordt de in artikel 128 van de gecoördineerde | arbeidsongeschiktheid, wordt de in artikel 128 van de gecoördineerde |
wet bepaalde wachttijd verminderd tot twee maanden die ten minste | wet bepaalde wachttijd verminderd tot twee maanden die ten minste |
dertig arbeidsdagen of gelijkgestelde dagen omvatten, ten gunste van | dertig arbeidsdagen of gelijkgestelde dagen omvatten, ten gunste van |
de gerechtigde die, na zich niet langer in één van de toestanden te | de gerechtigde die, na zich niet langer in één van de toestanden te |
bevinden als bedoeld in artikel 86, § 1, van de gecoördineerde wet, na | bevinden als bedoeld in artikel 86, § 1, van de gecoördineerde wet, na |
de hiervoor beoogde wachttijd te hebben volbracht of daarvan te zijn | de hiervoor beoogde wachttijd te hebben volbracht of daarvan te zijn |
vrijgesteld, opnieuw onderworpen is aan de wet van 27 juni 1969 tot | vrijgesteld, opnieuw onderworpen is aan de wet van 27 juni 1969 tot |
herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de | herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de |
maatschappelijke zekerheid der arbeiders voor zover de onderbreking, | maatschappelijke zekerheid der arbeiders voor zover de onderbreking, |
die niet mag verdeeld zijn : | die niet mag verdeeld zijn : |
1° tot doel heeft, op grond van een geschreven verklaring van de | 1° tot doel heeft, op grond van een geschreven verklaring van de |
gerechtigde, hem toe te laten zich te wijden aan de opvoeding van een | gerechtigde, hem toe te laten zich te wijden aan de opvoeding van een |
kind dat met hem onder hetzelfde dak woont en persoon ten laste is | kind dat met hem onder hetzelfde dak woont en persoon ten laste is |
hetzij van de gerechtigde zelf, hetzij van de persoon waarbij de | hetzij van de gerechtigde zelf, hetzij van de persoon waarbij de |
gerechtigde gedurende de hierboven vermelde onderbreking als persoon | gerechtigde gedurende de hierboven vermelde onderbreking als persoon |
ten laste was ingeschreven met toepassing van de bepalingen van | ten laste was ingeschreven met toepassing van de bepalingen van |
artikel 123, 1 en 2; | artikel 123, 1 en 2; |
2° in de periode valt van drie jaar volgend op de geboortedatum van | 2° in de periode valt van drie jaar volgend op de geboortedatum van |
het kind. | het kind. |
De periode van drie jaar wordt verdubbeld wanneer het een kind betreft | De periode van drie jaar wordt verdubbeld wanneer het een kind betreft |
dat de bijkomende bijslag voor mindervalide kinderen geniet met | dat de bijkomende bijslag voor mindervalide kinderen geniet met |
toepassing van de wetgeving betreffende de kinderbijslag voor | toepassing van de wetgeving betreffende de kinderbijslag voor |
werknemers of van die betreffende de kinderbijslag voor zelfstandigen. | werknemers of van die betreffende de kinderbijslag voor zelfstandigen. |
Wanneer een nieuwe geboorte zich voordoet vóór het einde van de | Wanneer een nieuwe geboorte zich voordoet vóór het einde van de |
onderbreking, kan deze worden verlengd, zonder respectievelijk de drie | onderbreking, kan deze worden verlengd, zonder respectievelijk de drie |
of de zes jaar volgend op de datum van deze nieuwe geboorte te mogen | of de zes jaar volgend op de datum van deze nieuwe geboorte te mogen |
overschrijden. | overschrijden. |
De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse | De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse |
werknemers vervullen de verminderde wachttijd indien zij over een | werknemers vervullen de verminderde wachttijd indien zij over een |
periode van twee maanden honderddrieëndertig arbeidsuren of | periode van twee maanden honderddrieëndertig arbeidsuren of |
gelijkgestelde uren presteren. De referteperiode wordt evenwel | gelijkgestelde uren presteren. De referteperiode wordt evenwel |
verlengd tot maximaal zes maanden voor de seizoenarbeiders, de | verlengd tot maximaal zes maanden voor de seizoenarbeiders, de |
arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse werknemers die zich wegens | arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse werknemers die zich wegens |
hun arbeidsregeling in de onmogelijkheid bevinden hun verminderde | hun arbeidsregeling in de onmogelijkheid bevinden hun verminderde |
wachttijd in twee maanden te volbrengen.". | wachttijd in twee maanden te volbrengen.". |
Art. 5.In hetzelfde besluit wordt een artikel 205/1 ingevoegd, |
Art. 5.In hetzelfde besluit wordt een artikel 205/1 ingevoegd, |
luidende : | luidende : |
" Art. 205/1.§ 1. Voor de vrijstelling van wachttijd wat het recht op |
" Art. 205/1.§ 1. Voor de vrijstelling van wachttijd wat het recht op |
moederschapsuitkeringen bedoeld in artikel 113 van de gecoördineerde | moederschapsuitkeringen bedoeld in artikel 113 van de gecoördineerde |
wet betreft, zijn de bepalingen van artikel 205, § 1, § 3/1 en § 6 | wet betreft, zijn de bepalingen van artikel 205, § 1, § 3/1 en § 6 |
onder dezelfde voorwaarden van toepassing. Indien de vroegere | onder dezelfde voorwaarden van toepassing. Indien de vroegere |
vervulling van een wachttijd vereist is of overeenkomstig artikel 205, | vervulling van een wachttijd vereist is of overeenkomstig artikel 205, |
§ 1, 5°, 6° en 7° een bepaald tijdvak met het vervullen van de | § 1, 5°, 6° en 7° een bepaald tijdvak met het vervullen van de |
wachttijd wordt gelijkgesteld, wordt met de duur van de wachttijd | wachttijd wordt gelijkgesteld, wordt met de duur van de wachttijd |
bedoeld in artikel 116/1 van de gecoördineerde wet rekening gehouden. | bedoeld in artikel 116/1 van de gecoördineerde wet rekening gehouden. |
§ 2. Voor de toekenning van de in artikel 113 van de gecoördineerde | § 2. Voor de toekenning van de in artikel 113 van de gecoördineerde |
wet bedoelde moederschapsuitkering, wordt de in artikel 116/1 van de | wet bedoelde moederschapsuitkering, wordt de in artikel 116/1 van de |
gecoördineerde wet bepaalde wachttijd in de situatie bedoeld in | gecoördineerde wet bepaalde wachttijd in de situatie bedoeld in |
artikel 205, § 5 en onder de voorwaarden die er worden bepaald, | artikel 205, § 5 en onder de voorwaarden die er worden bepaald, |
verminderd tot een maand die ten minste twintig arbeidsdagen of | verminderd tot een maand die ten minste twintig arbeidsdagen of |
gelijkgestelde dagen omvat. | gelijkgestelde dagen omvat. |
De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse | De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse |
werknemers vervullen de verminderde wachttijd indien zij over een | werknemers vervullen de verminderde wachttijd indien zij over een |
periode van één maand zevenzestig arbeidsuren of gelijkgestelde uren | periode van één maand zevenzestig arbeidsuren of gelijkgestelde uren |
presteren. De referteperiode wordt evenwel verlengd tot maximaal drie | presteren. De referteperiode wordt evenwel verlengd tot maximaal drie |
maanden voor de seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de | maanden voor de seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de |
deeltijdse werknemers die zich wegens hun arbeidsregeling in de | deeltijdse werknemers die zich wegens hun arbeidsregeling in de |
onmogelijkheid bevinden hun verminderde wachttijd in één maand te | onmogelijkheid bevinden hun verminderde wachttijd in één maand te |
volbrengen. | volbrengen. |
§ 3. Voor de toekenning van de in artikel 113 van de gecoördineerde | § 3. Voor de toekenning van de in artikel 113 van de gecoördineerde |
wet bedoelde moederschapsuitkering wordt de in artikel 116/1 van de | wet bedoelde moederschapsuitkering wordt de in artikel 116/1 van de |
gecoördineerde wet bepaalde wachttijd verminderd tot drie maanden die | gecoördineerde wet bepaalde wachttijd verminderd tot drie maanden die |
ten minste zestig arbeidsdagen of gelijkgestelde dagen omvatten, voor | ten minste zestig arbeidsdagen of gelijkgestelde dagen omvatten, voor |
de gerechtigde die, wanneer hij zich niet langer in één van de | de gerechtigde die, wanneer hij zich niet langer in één van de |
toestanden bevindt bedoeld in artikel 86, § 1, van de gecoördineerde | toestanden bevindt bedoeld in artikel 86, § 1, van de gecoördineerde |
wet, na de hiervoor bedoelde wachttijd te hebben volbracht of daarvan | wet, na de hiervoor bedoelde wachttijd te hebben volbracht of daarvan |
te zijn vrijgesteld, opnieuw onderworpen is aan de wet van 27 juni | te zijn vrijgesteld, opnieuw onderworpen is aan de wet van 27 juni |
1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende | 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende |
de maatschappelijke zekerheid der arbeiders indien hij intussen als | de maatschappelijke zekerheid der arbeiders indien hij intussen als |
vrijwillig verzekerde voortdurend effectief lid of persoon ten laste | vrijwillig verzekerde voortdurend effectief lid of persoon ten laste |
is geweest van een ziekenfonds voor de verstrekkingen inzake | is geweest van een ziekenfonds voor de verstrekkingen inzake |
moederschap. | moederschap. |
De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse | De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse |
werknemers volbrengen de verminderde wachttijd indien zij over een | werknemers volbrengen de verminderde wachttijd indien zij over een |
periode van drie maanden tweehonderd arbeidsuren of gelijkgestelde | periode van drie maanden tweehonderd arbeidsuren of gelijkgestelde |
uren presteren. De referteperiode wordt evenwel verlengd tot maximaal | uren presteren. De referteperiode wordt evenwel verlengd tot maximaal |
negen maanden voor de seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen | negen maanden voor de seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen |
en de deeltijdse werknemers die zich wegens hun arbeidsregeling in de | en de deeltijdse werknemers die zich wegens hun arbeidsregeling in de |
onmogelijkheid bevinden hun verminderde wachttijd in drie maanden te | onmogelijkheid bevinden hun verminderde wachttijd in drie maanden te |
volbrengen.". | volbrengen.". |
Art. 6.In artikel 206 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
Art. 6.In artikel 206 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de |
koninklijke besluiten van 10 juni 2001 en 22 november 2013, worden de | koninklijke besluiten van 10 juni 2001 en 22 november 2013, worden de |
volgende wijzigingen aangebracht : | volgende wijzigingen aangebracht : |
1° in het eerste lid wordt het woord "drie" vervangen door het woord | 1° in het eerste lid wordt het woord "drie" vervangen door het woord |
"zes" en wordt het woord "zestig" vervangen door het woord "negentig"; | "zes" en wordt het woord "zestig" vervangen door het woord "negentig"; |
2° in het tweede lid wordt het woord "drie" telkens vervangen door het | 2° in het tweede lid wordt het woord "drie" telkens vervangen door het |
woord "zes", wordt het woord "tweehonderd" vervangen door het woord | woord "zes", wordt het woord "tweehonderd" vervangen door het woord |
"vierhonderd" en wordt het woord "negen" vervangen door het woord | "vierhonderd" en wordt het woord "negen" vervangen door het woord |
"achttien". | "achttien". |
Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 206/1 ingevoegd, |
Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 206/1 ingevoegd, |
luidende : | luidende : |
" Art. 206/1.Voor de toekenning van de in artikel 113 van de |
" Art. 206/1.Voor de toekenning van de in artikel 113 van de |
gecoördineerde wet bedoelde moederschapsuitkering, wordt de in artikel | gecoördineerde wet bedoelde moederschapsuitkering, wordt de in artikel |
116/1 van de gecoördineerde wet bepaalde wachttijd in de situatie | 116/1 van de gecoördineerde wet bepaalde wachttijd in de situatie |
bedoeld in artikel 206 en onder de voorwaarden die er worden bepaald, | bedoeld in artikel 206 en onder de voorwaarden die er worden bepaald, |
verminderd tot drie maanden die ten minste zestig arbeidsdagen of | verminderd tot drie maanden die ten minste zestig arbeidsdagen of |
gelijkgestelde dagen omvatten. | gelijkgestelde dagen omvatten. |
De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse | De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse |
werknemers volbrengen de verminderde wachttijd indien zij gedurende | werknemers volbrengen de verminderde wachttijd indien zij gedurende |
een periode van drie maanden, tweehonderd arbeidsuren of | een periode van drie maanden, tweehonderd arbeidsuren of |
gelijkgestelde uren presteren. De referteperiode wordt evenwel | gelijkgestelde uren presteren. De referteperiode wordt evenwel |
verlengd tot maximaal negen maanden voor de seizoenarbeiders, de | verlengd tot maximaal negen maanden voor de seizoenarbeiders, de |
arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse werknemers die zich wegens | arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse werknemers die zich wegens |
hun arbeidsregeling in de onmogelijkheid bevinden hun verminderde | hun arbeidsregeling in de onmogelijkheid bevinden hun verminderde |
wachttijd in drie maanden te volbrengen.". | wachttijd in drie maanden te volbrengen.". |
Art. 8.In hoofdstuk III van titel III van hetzelfde besluit, wordt |
Art. 8.In hoofdstuk III van titel III van hetzelfde besluit, wordt |
het opschrift van de afdeling IV vervangen als volgt : | het opschrift van de afdeling IV vervangen als volgt : |
"Afdeling IV. Behoud van de rechten met toepassing van de artikelen | "Afdeling IV. Behoud van de rechten met toepassing van de artikelen |
116/3 en 130 van de gecoördineerde wet". | 116/3 en 130 van de gecoördineerde wet". |
Art. 9.In artikel 207 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
Art. 9.In artikel 207 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
koninklijk besluit van 10 juni 2001, worden de volgende wijzigingen | koninklijk besluit van 10 juni 2001, worden de volgende wijzigingen |
aangebracht : | aangebracht : |
1° het eerste lid wordt vervangen als volgt : | 1° het eerste lid wordt vervangen als volgt : |
"Voor de toepassing van artikel 130, eerste lid, 1° van de | "Voor de toepassing van artikel 130, eerste lid, 1° van de |
gecoördineerde wet moeten de gerechtigden op één of andere wijze voor | gecoördineerde wet moeten de gerechtigden op één of andere wijze voor |
het tweede en derde kwartaal voorafgaandelijk het kwartaal waarin zij | het tweede en derde kwartaal voorafgaandelijk het kwartaal waarin zij |
een beroep op prestaties doen de hoedanigheid van gerechtigde bedoeld | een beroep op prestaties doen de hoedanigheid van gerechtigde bedoeld |
in artikel 86, § 1 van de gecoördineerde wet gedurende honderdtwintig | in artikel 86, § 1 van de gecoördineerde wet gedurende honderdtwintig |
werkdagen behouden."; | werkdagen behouden."; |
2° tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, | 2° tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, |
luidende : | luidende : |
"In afwijking van het eerste lid, behouden de seizoenarbeiders, de | "In afwijking van het eerste lid, behouden de seizoenarbeiders, de |
arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse werknemers het recht op | arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse werknemers het recht op |
arbeidsongeschiktheidsuitkeringen op voorwaarde dat zij voor het | arbeidsongeschiktheidsuitkeringen op voorwaarde dat zij voor het |
tweede en derde kwartaal vóór dat waarin ze om prestaties vragen | tweede en derde kwartaal vóór dat waarin ze om prestaties vragen |
enerzijds vierhonderd arbeidsuren of gelijkgestelde uren zoals bedoeld | enerzijds vierhonderd arbeidsuren of gelijkgestelde uren zoals bedoeld |
in artikel 203, vierde lid aantonen en anderzijds voldaan hebben aan | in artikel 203, vierde lid aantonen en anderzijds voldaan hebben aan |
de voorwaarden bepaald in artikel 130, eerste lid, 2°, van de | de voorwaarden bepaald in artikel 130, eerste lid, 2°, van de |
gecoördineerde wet.". | gecoördineerde wet.". |
Art. 10.In hetzelfde besluit wordt een artikel 207/1 ingevoegd, |
Art. 10.In hetzelfde besluit wordt een artikel 207/1 ingevoegd, |
luidende: | luidende: |
" Art. 207/1.De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de |
" Art. 207/1.De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de |
deeltijdse werknemers behouden het recht op moederschapsuitkeringen | deeltijdse werknemers behouden het recht op moederschapsuitkeringen |
bedoeld in artikel 113 van de gecoördineerde wet op voorwaarde dat zij | bedoeld in artikel 113 van de gecoördineerde wet op voorwaarde dat zij |
voor het tweede en derde kwartaal vóór dat waarin ze om prestaties | voor het tweede en derde kwartaal vóór dat waarin ze om prestaties |
vragen enerzijds het in artikel 203/1, tweede lid, bepaalde aantal | vragen enerzijds het in artikel 203/1, tweede lid, bepaalde aantal |
arbeidsuren of gelijkgestelde uren hebben gepresteerd, en anderzijds | arbeidsuren of gelijkgestelde uren hebben gepresteerd, en anderzijds |
voldaan hebben aan de voorwaarden bepaald in artikel 116/3, eerste | voldaan hebben aan de voorwaarden bepaald in artikel 116/3, eerste |
lid, 2°, van de gecoördineerde wet. | lid, 2°, van de gecoördineerde wet. |
De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse | De seizoenarbeiders, de arbeiders bij tussenpozen en de deeltijdse |
werknemers die niet voldoen aan deze voorwaarden behouden echter het | werknemers die niet voldoen aan deze voorwaarden behouden echter het |
recht op moederschapsuitkeringen bedoeld in artikel 113 van de | recht op moederschapsuitkeringen bedoeld in artikel 113 van de |
gecoördineerde wet voor zover er zich tijdens de drie kwartalen vóór | gecoördineerde wet voor zover er zich tijdens de drie kwartalen vóór |
dat waarin ze om deze prestaties vragen geen doorlopende onderbreking | dat waarin ze om deze prestaties vragen geen doorlopende onderbreking |
van meer dan dertig dagen heeft voorgedaan in hun hoedanigheid van | van meer dan dertig dagen heeft voorgedaan in hun hoedanigheid van |
gerechtigde, zoals deze is omschreven in artikel 112 van de | gerechtigde, zoals deze is omschreven in artikel 112 van de |
gecoördineerde wet en voor zover zij voldaan hebben aan de voorwaarden | gecoördineerde wet en voor zover zij voldaan hebben aan de voorwaarden |
bepaald in artikel 116/3, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wet. | bepaald in artikel 116/3, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wet. |
Indien de arbeidstijdgegevens op globale wijze per kwartaal worden | Indien de arbeidstijdgegevens op globale wijze per kwartaal worden |
meegedeeld aan de dienst bevoegd voor de inning van de sociale | meegedeeld aan de dienst bevoegd voor de inning van de sociale |
zekerheidsbijdragen en indien de arbeidsprestaties niet gesitueerd | zekerheidsbijdragen en indien de arbeidsprestaties niet gesitueerd |
kunnen worden in een kwartaal, worden deze arbeidsprestaties beschouwd | kunnen worden in een kwartaal, worden deze arbeidsprestaties beschouwd |
niet gescheiden te zijn door een periode van meer dan dertig dagen. | niet gescheiden te zijn door een periode van meer dan dertig dagen. |
Nochtans geniet de seizoenarbeider, de arbeider bij tussenpozen of de | Nochtans geniet de seizoenarbeider, de arbeider bij tussenpozen of de |
deeltijdse werknemer die op het einde van een kwartaal in het genot is | deeltijdse werknemer die op het einde van een kwartaal in het genot is |
van uitkeringen, verder prestaties tot op het einde van de lopende | van uitkeringen, verder prestaties tot op het einde van de lopende |
periode van moederschapsbescherming.". | periode van moederschapsbescherming.". |
Art. 11.Artikel 207bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het |
Art. 11.Artikel 207bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het |
koninklijk besluit van 10 juni 2001, dat het artikel 207/2 wordt, | koninklijk besluit van 10 juni 2001, dat het artikel 207/2 wordt, |
wordt vervangen als volgt : | wordt vervangen als volgt : |
" Art. 207/2.Voor de toepassing van de artikelen 203, 203/1, 205, § 5, |
" Art. 207/2.Voor de toepassing van de artikelen 203, 203/1, 205, § 5, |
205/1, § 2 en § 3, 206, 206/1, 207, 207/1 en 224, § 1, wordt verstaan | 205/1, § 2 en § 3, 206, 206/1, 207, 207/1 en 224, § 1, wordt verstaan |
onder arbeidsdagen en arbeidsuren, de dagen en uren normale werkelijke | onder arbeidsdagen en arbeidsuren, de dagen en uren normale werkelijke |
arbeid en meerprestaties zonder inhaalrust.". | arbeid en meerprestaties zonder inhaalrust.". |
Art. 12.Artikel 219 van hetzelfde besluit, vervangen bij het |
Art. 12.Artikel 219 van hetzelfde besluit, vervangen bij het |
koninklijk besluit van 13 april 1997, wordt vervangen als volgt : | koninklijk besluit van 13 april 1997, wordt vervangen als volgt : |
" Art. 219.Voor zover zij ook betrekking op de moederschapsverzekering |
" Art. 219.Voor zover zij ook betrekking op de moederschapsverzekering |
hebben en hiervan niet afgeweken wordt door deze afdeling en de | hebben en hiervan niet afgeweken wordt door deze afdeling en de |
afdelingen I, II, III, IV, IVbis en VIIbis, zijn de bepalingen van | afdelingen I, II, III, IV, IVbis en VIIbis, zijn de bepalingen van |
onderhavig besluit die op de uitkeringsverzekering betrekking hebben, | onderhavig besluit die op de uitkeringsverzekering betrekking hebben, |
van toepassing op de moederschapsverzekering.". | van toepassing op de moederschapsverzekering.". |
Art. 13.In artikel 223quater van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het |
Art. 13.In artikel 223quater van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het |
koninklijk besluit van 5 november 2002, worden de woorden "artikel | koninklijk besluit van 5 november 2002, worden de woorden "artikel |
116bis" vervangen door de woorden "artikel 116/5". | 116bis" vervangen door de woorden "artikel 116/5". |
Art. 14.In artikel 224, § 2, eerste lid van hetzelfde besluit, |
Art. 14.In artikel 224, § 2, eerste lid van hetzelfde besluit, |
gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 maart 2003, worden de | gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 maart 2003, worden de |
woorden "of 205/1, § 2" ingevoegd tussen de woorden "artikel 205, § 5" | woorden "of 205/1, § 2" ingevoegd tussen de woorden "artikel 205, § 5" |
en de woorden ", worden geneutraliseerd". | en de woorden ", worden geneutraliseerd". |
Art. 15.In artikel 286, vierde lid van hetzelfde besluit worden de |
Art. 15.In artikel 286, vierde lid van hetzelfde besluit worden de |
woorden "artikel 121, § 2, of 128, § 1," vervangen door de woorden | woorden "artikel 121, § 2, of 128, § 1," vervangen door de woorden |
"artikel 116/1, § 1, of artikel 121, § 2,". | "artikel 116/1, § 1, of artikel 121, § 2,". |
Art. 16.In artikel 288 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
Art. 16.In artikel 288 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het |
koninklijk besluit van 29 december 1997, worden de woorden "116/1 tot | koninklijk besluit van 29 december 1997, worden de woorden "116/1 tot |
116/3 of" ingevoegd tussen de woorden "de artikelen" en de woorden | 116/3 of" ingevoegd tussen de woorden "de artikelen" en de woorden |
"128 tot 130". | "128 tot 130". |
Art. 17.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2017 en is van |
Art. 17.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2017 en is van |
toepassing op de arbeidsongeschiktheden, periodes van | toepassing op de arbeidsongeschiktheden, periodes van |
moederschapsbescherming, omgezette moederschapsverloven, | moederschapsbescherming, omgezette moederschapsverloven, |
borstvoedingspauzes, vaderschaps- of geboorteverloven en | borstvoedingspauzes, vaderschaps- of geboorteverloven en |
adoptieverloven die aanvatten vanaf 1 mei 2017, in zoverre deze | adoptieverloven die aanvatten vanaf 1 mei 2017, in zoverre deze |
bepalingen de voormelde risico's betreffen. | bepalingen de voormelde risico's betreffen. |
Art. 18.De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de |
Art. 18.De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de |
uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 27 april 2017. | Gegeven te Brussel, 27 april 2017. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Sociale Zaken, | De Minister van Sociale Zaken, |
M. DE BLOCK | M. DE BLOCK |