Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de toekenning van het halftijds conventioneel brugpensioen | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de toekenning van het halftijds conventioneel brugpensioen |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
27 APRIL 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 27 APRIL 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2002, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2002, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en | gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en |
huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het | huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het |
Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de toekenning | Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de toekenning |
van het halftijds conventioneel brugpensioen (1) | van het halftijds conventioneel brugpensioen (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en |
huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het | huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het |
Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap; | Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, | Op de voordracht van Onze Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2002, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2002, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en | gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en |
huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het | huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het |
Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de toekenning | Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de toekenning |
van het halftijds conventioneel brugpensioen. | van het halftijds conventioneel brugpensioen. |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
besluit. | besluit. |
Gegeven te Brussel, 27 april 2004. | Gegeven te Brussel, 27 april 2004. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en | Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en |
-diensten van de Franse Gemeenschap,het Waalse Gewest en de | -diensten van de Franse Gemeenschap,het Waalse Gewest en de |
Duitstalige Gemeenschap | Duitstalige Gemeenschap |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2002 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2002 |
Toekenning van het halftijds conventioneel brugpensioen (Overeenkomst | Toekenning van het halftijds conventioneel brugpensioen (Overeenkomst |
geregistreerd op 8 december 2003 onder het nummer 68866/CO/319.02) | geregistreerd op 8 december 2003 onder het nummer 68866/CO/319.02) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Art. 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
Art. 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
werknemers en op de werkgevers van de instellingen en diensten die | werknemers en op de werkgevers van de instellingen en diensten die |
ressorteren onder het autonoom Franstalig Paritair Subcomité voor de | ressorteren onder het autonoom Franstalig Paritair Subcomité voor de |
opvoedings- en huisvestingsinrichtingen erkend en/of gesubsidieerd | opvoedings- en huisvestingsinrichtingen erkend en/of gesubsidieerd |
door de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige | door de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige |
Gemeenschap of de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels | Gemeenschap of de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels |
Hoofdstedelijk Gewest, evenals voor de instellingen en diensten die | Hoofdstedelijk Gewest, evenals voor de instellingen en diensten die |
dezelfde activiteiten uitoefenen en niet erkend of gesubsidieerd | dezelfde activiteiten uitoefenen en niet erkend of gesubsidieerd |
worden en waarvan de hoofdactiviteit wordt verricht in het Waalse | worden en waarvan de hoofdactiviteit wordt verricht in het Waalse |
Gewest. | Gewest. |
HOOFDSTUK II. - Principe | HOOFDSTUK II. - Principe |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft als doel een |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft als doel een |
stelsel van halftijds conventioneel brugpensioen in te voeren met | stelsel van halftijds conventioneel brugpensioen in te voeren met |
bijkomende aanwerving, zoals bedoeld in de collectieve | bijkomende aanwerving, zoals bedoeld in de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 55, gesloten op 13 juli 1993 in de Nationale | arbeidsovereenkomst nr. 55, gesloten op 13 juli 1993 in de Nationale |
Arbeidsraad en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit | Arbeidsraad en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit |
van 17 november 1993 (Belgisch Staatsblad van 4 december 1993), voor | van 17 november 1993 (Belgisch Staatsblad van 4 december 1993), voor |
de oudere werknemers bedoeld in artikel 46 van de wet van 30 maart | de oudere werknemers bedoeld in artikel 46 van de wet van 30 maart |
1994 vanaf de leeftijd van 56 jaar. | 1994 vanaf de leeftijd van 56 jaar. |
Art. 3.De betrokken werknemers moeten gewerkt hebben in een voltijdse |
Art. 3.De betrokken werknemers moeten gewerkt hebben in een voltijdse |
arbeidsregeling, zoals bepaald in artikel 2 van voornoemde collectieve | arbeidsregeling, zoals bepaald in artikel 2 van voornoemde collectieve |
arbeidsovereenkomst, gedurende de periode van twaalf maanden die | arbeidsovereenkomst, gedurende de periode van twaalf maanden die |
voorafgaat aan de vermindering van de prestaties. | voorafgaat aan de vermindering van de prestaties. |
Onder "voltijds stelsel" dient te worden verstaan : het arbeidsstelsel | Onder "voltijds stelsel" dient te worden verstaan : het arbeidsstelsel |
bedoeld in hoofdstuk III, arbeids- en rusttijden, van de arbeidswet | bedoeld in hoofdstuk III, arbeids- en rusttijden, van de arbeidswet |
van 16 maart 1971 (Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971). | van 16 maart 1971 (Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971). |
Art. 4.Zij moeten bovendien de werkloosheidsuitkering genieten waarin |
Art. 4.Zij moeten bovendien de werkloosheidsuitkering genieten waarin |
is voorzien voor deze categorie van werknemers voorzien door de | is voorzien voor deze categorie van werknemers voorzien door de |
reglementering betreffende de verzekering tegen werkloosheid. | reglementering betreffende de verzekering tegen werkloosheid. |
Art. 5.Het aantal arbeidsuren bepaald in de deeltijdse |
Art. 5.Het aantal arbeidsuren bepaald in de deeltijdse |
arbeidsregeling moet, na de vermindering, per arbeidscyclus, gemiddeld | arbeidsregeling moet, na de vermindering, per arbeidscyclus, gemiddeld |
gelijk zijn aan de helft van de arbeidsuren van een normaal voltijds | gelijk zijn aan de helft van de arbeidsuren van een normaal voltijds |
arbeidsstelsel in de dienst. | arbeidsstelsel in de dienst. |
HOOFDSTUK III. - Bedrag van de aanvullende vergoeding | HOOFDSTUK III. - Bedrag van de aanvullende vergoeding |
Art. 6.De aanvullende vergoeding wordt berekend zoals bepaald in de |
Art. 6.De aanvullende vergoeding wordt berekend zoals bepaald in de |
artikelen 5 tot en met 10 van voornoemde collectieve | artikelen 5 tot en met 10 van voornoemde collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 55 van 13 juli 1993. In geval van overgang van | arbeidsovereenkomst nr. 55 van 13 juli 1993. In geval van overgang van |
het stelsel "halftijds tijdskrediet" naar het "stelsel halftijds | het stelsel "halftijds tijdskrediet" naar het "stelsel halftijds |
brugpensioen" zal de aanvullende vergoeding berekend worden op | brugpensioen" zal de aanvullende vergoeding berekend worden op |
dezelfde basis als de werkloosheidsuitkering. | dezelfde basis als de werkloosheidsuitkering. |
Art. 7.Het bedrag van de aanvullende vergoeding is ten laste van de |
Art. 7.Het bedrag van de aanvullende vergoeding is ten laste van de |
werkgever van de betrokken werknemer en wordt maandelijks uitbetaald. | werkgever van de betrokken werknemer en wordt maandelijks uitbetaald. |
HOOFDSTUK IV. - Geldigheid | HOOFDSTUK IV. - Geldigheid |
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht op 1 |
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht op 1 |
januari 2003 en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2005. | januari 2003 en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2005. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 27 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 27 april |
2004. | 2004. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |