Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 26/06/2024
← Terug naar "Koninklijk besluit betreffende het in aanmerking nemen, bij de berekening van het pensioen, van de premie voor competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit het Federale Agentschap voor de kinderbijslag overgehevelde personeelsleden"
Koninklijk besluit betreffende het in aanmerking nemen, bij de berekening van het pensioen, van de premie voor competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit het Federale Agentschap voor de kinderbijslag overgehevelde personeelsleden Koninklijk besluit betreffende het in aanmerking nemen, bij de berekening van het pensioen, van de premie voor competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit het Federale Agentschap voor de kinderbijslag overgehevelde personeelsleden
26 JUNI 2024. - Koninklijk besluit betreffende het in aanmerking 26 JUNI 2024. - Koninklijk besluit betreffende het in aanmerking
nemen, bij de berekening van het pensioen, van de premie voor nemen, bij de berekening van het pensioen, van de premie voor
competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit het Federale competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit het Federale
Agentschap voor de kinderbijslag overgehevelde personeelsleden Agentschap voor de kinderbijslag overgehevelde personeelsleden
VERSLAG AAN DE KONING VERSLAG AAN DE KONING
Sire, Sire,
Ik heb de eer aan Uwe Majesteit een koninklijk besluit voor te leggen Ik heb de eer aan Uwe Majesteit een koninklijk besluit voor te leggen
dat genomen wordt ter uitvoering van artikel 8, § 2, vierde lid, van dat genomen wordt ter uitvoering van artikel 8, § 2, vierde lid, van
de algemene wet van 21 juli 1844 op de burgerlijke en kerkelijke de algemene wet van 21 juli 1844 op de burgerlijke en kerkelijke
pensioenen, ingevoegd bij de wet van 25 januari 1999 houdende sociale pensioenen, ingevoegd bij de wet van 25 januari 1999 houdende sociale
bepalingen. bepalingen.
Artikelsgewijze toelichting Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1. Artikel 1.
Krachtens artikel 8, § 1, vierde lid, van voormelde wet van 21 juli Krachtens artikel 8, § 1, vierde lid, van voormelde wet van 21 juli
1844, wordt in voorkomend geval voor de vaststelling van de 1844, wordt in voorkomend geval voor de vaststelling van de
referentiewedde die als basis dient voor de berekening van het referentiewedde die als basis dient voor de berekening van het
pensioen ook rekening gehouden met de weddebijslagen voorzien in pensioen ook rekening gehouden met de weddebijslagen voorzien in
artikel 8, § 2, van die wet voor zover ze verbonden zijn aan de artikel 8, § 2, van die wet voor zover ze verbonden zijn aan de
functie waarin de belanghebbende vastbenoemd werd. functie waarin de belanghebbende vastbenoemd werd.
Artikel 8, § 2, derde lid, van voormelde wet beperkt dit voordeel Artikel 8, § 2, derde lid, van voormelde wet beperkt dit voordeel
echter tot de weddebijslagen zoals die van kracht waren op 31 december echter tot de weddebijslagen zoals die van kracht waren op 31 december
1998, de dag vóór de inwerkingtreding van voormelde wet van 25 januari 1998, de dag vóór de inwerkingtreding van voormelde wet van 25 januari
1999. Die beperking heeft namelijk tot gevolg dat de na 31 december 1999. Die beperking heeft namelijk tot gevolg dat de na 31 december
1998 gecreëerde bijslagen, in principe niet in aanmerking mogen 1998 gecreëerde bijslagen, in principe niet in aanmerking mogen
genomen worden voor de berekening van het pensioen. genomen worden voor de berekening van het pensioen.
Niettemin voorziet artikel 8, § 2, vierde lid, dat de Koning, bij een Niettemin voorziet artikel 8, § 2, vierde lid, dat de Koning, bij een
besluit genomen na overleg in de Ministerraad, de lijst van de in besluit genomen na overleg in de Ministerraad, de lijst van de in
aanmerking komende bijslagen kan aanvullen. aanmerking komende bijslagen kan aanvullen.
Dit besluit voegt aan deze lijst de premie voor Dit besluit voegt aan deze lijst de premie voor
competentieontwikkeling toe die toegekend wordt aan de gewezen competentieontwikkeling toe die toegekend wordt aan de gewezen
personeelsleden van het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag personeelsleden van het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag
(Famifed) die overgedragen werden aan het Waalse Gewest, de Vlaamse (Famifed) die overgedragen werden aan het Waalse Gewest, de Vlaamse
Gemeenschap, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Gemeenschap, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de
Duitstalige Gemeenschap. Duitstalige Gemeenschap.
In het kader van de Zesde Staathervorming werd de bevoegdheid inzake In het kader van de Zesde Staathervorming werd de bevoegdheid inzake
kinderbijslag geregionaliseerd waardoor de personeelsleden van Famifed kinderbijslag geregionaliseerd waardoor de personeelsleden van Famifed
werden overgeheveld naar de "Caisse publique wallonne d'allocations werden overgeheveld naar de "Caisse publique wallonne d'allocations
familiales" (Famiwal), het Vlaams Agentschap voor de Uitbetaling van familiales" (Famiwal), het Vlaams Agentschap voor de Uitbetaling van
Toelagen in het kader van het Gezinsbeleid (VUTG), Iriscare en de Toelagen in het kader van het Gezinsbeleid (VUTG), Iriscare en de
diensten van de regering van de Duitstalige Gemeenschap. diensten van de regering van de Duitstalige Gemeenschap.
Vóór hun overheveling ontving het personeel van Famifed een premie Vóór hun overheveling ontving het personeel van Famifed een premie
voor competentieontwikkeling. Voor de statutaire personeelsleden van voor competentieontwikkeling. Voor de statutaire personeelsleden van
Famifed zijn deze toelagen opgenomen onder het nummer 54° van artikel Famifed zijn deze toelagen opgenomen onder het nummer 54° van artikel
8, § 2, van de wet van 21 juli 1844 en worden zij derhalve in 8, § 2, van de wet van 21 juli 1844 en worden zij derhalve in
aanmerking genomen in de pensioenberekening. aanmerking genomen in de pensioenberekening.
Vanaf hun overdracht op 1 januari 2019 naar Famiwal, VUTG, Iriscare of Vanaf hun overdracht op 1 januari 2019 naar Famiwal, VUTG, Iriscare of
de diensten van de regering van de Duitstalige Gemeenschap blijven de de diensten van de regering van de Duitstalige Gemeenschap blijven de
betrokken personeelsleden genieten van deze premie voor betrokken personeelsleden genieten van deze premie voor
competentieontwikkeling maar op grond van een verschillende juridische competentieontwikkeling maar op grond van een verschillende juridische
basis, met name artikel 4, § 1, tweede lid van het koninklijk besluit basis, met name artikel 4, § 1, tweede lid van het koninklijk besluit
van 21 maart 2018 tot bepaling van de regels voor de overdracht van de van 21 maart 2018 tot bepaling van de regels voor de overdracht van de
personeelsleden van het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag aan personeelsleden van het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag aan
het Waalse Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap het Waalse Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap
en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Het hierboven bedoelde en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Het hierboven bedoelde
nummer 54° is op hen dus niet meer van toepassing. nummer 54° is op hen dus niet meer van toepassing.
Aangezien het dezelfde premies betreft als deze die door Famifed aan Aangezien het dezelfde premies betreft als deze die door Famifed aan
de betrokken personeelsleden toegekend werden vóór hun overdracht, de betrokken personeelsleden toegekend werden vóór hun overdracht,
dienen deze eveneens in aanmerking te worden genomen in de dienen deze eveneens in aanmerking te worden genomen in de
pensioenberekening. pensioenberekening.
Het is dus noodzakelijk om de in artikel 8, § 2, eerste lid, van de Het is dus noodzakelijk om de in artikel 8, § 2, eerste lid, van de
wet van 21 juli 1844 bepaalde lijst van weddebijslagen te wet van 21 juli 1844 bepaalde lijst van weddebijslagen te
vervolledigen opdat zij ook zou verwijzen naar de premie voor vervolledigen opdat zij ook zou verwijzen naar de premie voor
competentieontwikkeling toegekend met toepassing van artikel 4, § 1, competentieontwikkeling toegekend met toepassing van artikel 4, § 1,
tweede lid, van het voormelde koninklijk besluit van 21 maart 2018. tweede lid, van het voormelde koninklijk besluit van 21 maart 2018.
Art. 2. Art. 2.
Dit artikel stelt de datum van inwerkingtreding van dit besluit vast. Dit artikel stelt de datum van inwerkingtreding van dit besluit vast.
Deze datum wordt met terugwerkende kracht vastgesteld op 1 januari Deze datum wordt met terugwerkende kracht vastgesteld op 1 januari
2019 en stemt overeen met de datum waarop de statutaire 2019 en stemt overeen met de datum waarop de statutaire
personeelsleden van Famifed werden overgedragen naar Famiwal, VUTG, personeelsleden van Famifed werden overgedragen naar Famiwal, VUTG,
Iriscare of de diensten van de regering van de Duitstalige Iriscare of de diensten van de regering van de Duitstalige
Gemeenschap. Gemeenschap.
Ik heb de eer te zijn, Ik heb de eer te zijn,
Sire, Sire,
Van Uwe Majesteit, Van Uwe Majesteit,
de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar,
De Minister van Pensioenen, De Minister van Pensioenen,
K. LALIEUX K. LALIEUX
26 JUNI 2024. - Koninklijk besluit betreffende het in aanmerking 26 JUNI 2024. - Koninklijk besluit betreffende het in aanmerking
nemen, bij de berekening van het pensioen, van de premie voor nemen, bij de berekening van het pensioen, van de premie voor
competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit het Federale competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit het Federale
Agentschap voor de kinderbijslag overgehevelde personeelsleden Agentschap voor de kinderbijslag overgehevelde personeelsleden
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de algemene wet van 21 juli 1844 op de burgerlijke en Gelet op de algemene wet van 21 juli 1844 op de burgerlijke en
kerkelijke pensioenen, artikel 8, § 2, vierde lid, ingevoegd bij de kerkelijke pensioenen, artikel 8, § 2, vierde lid, ingevoegd bij de
wet van 25 januari 1999; wet van 25 januari 1999;
Gelet op het protocol nr. 244/5 van 24 april 2024 van het Gelet op het protocol nr. 244/5 van 24 april 2024 van het
Gemeenschappelijk comité voor alle overheidsdiensten; Gemeenschappelijk comité voor alle overheidsdiensten;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 30 Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 30
september 2022; september 2022;
Gelet op de weigering van akkoordbevinding van de Staatssecretaris Gelet op de weigering van akkoordbevinding van de Staatssecretaris
voor begroting, d.d. 9 februari 2023; voor begroting, d.d. 9 februari 2023;
Gelet op het besluit van de Ministerraad van 22 maart 2024 om voorbij Gelet op het besluit van de Ministerraad van 22 maart 2024 om voorbij
te gaan aan de weigering van akkoordbevinding van de Staatssecretaris te gaan aan de weigering van akkoordbevinding van de Staatssecretaris
voor Begroting; voor Begroting;
Gelet op de regelgevingsimpactanalyse, uitgevoerd overeenkomstig Gelet op de regelgevingsimpactanalyse, uitgevoerd overeenkomstig
artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse
bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op de adviesaanvraag aan de Raad van State binnen een termijn Gelet op de adviesaanvraag aan de Raad van State binnen een termijn
van 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van van 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van
de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat de adviesaanvraag is ingeschreven op 28 maart 2024 op Overwegende dat de adviesaanvraag is ingeschreven op 28 maart 2024 op
de rol van de afdeling Wetgeving van de Raad van State onder het de rol van de afdeling Wetgeving van de Raad van State onder het
nummer 76.008/4; nummer 76.008/4;
Gelet op de beslissing van de afdeling Wetgeving van 29 maart 2024 om Gelet op de beslissing van de afdeling Wetgeving van 29 maart 2024 om
binnen de gevraagde termijn geen advies te verlenen, met toepassing binnen de gevraagde termijn geen advies te verlenen, met toepassing
van artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd van artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd
op 12 januari 1973; op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Pensioenen en op het advies van Op de voordracht van de Minister van Pensioenen en op het advies van
de in Raad vergaderde Ministers, de in Raad vergaderde Ministers,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 8, § 2, eerste lid, van de wet van 21 juli 1844 op

Artikel 1.Artikel 8, § 2, eerste lid, van de wet van 21 juli 1844 op
de burgerlijke en kerkelijke pensioenen, ingevoegd bij de wet van 25 de burgerlijke en kerkelijke pensioenen, ingevoegd bij de wet van 25
januari 1999 en aangevuld bij de wetten van 30 maart 2001 en 27 maart januari 1999 en aangevuld bij de wetten van 30 maart 2001 en 27 maart
2006 en bij de koninklijke besluiten van, 25 maart 2003, 3 april 2003, 2006 en bij de koninklijke besluiten van, 25 maart 2003, 3 april 2003,
7 mei 2004, 3 juni 2007, 20 december 2007, 27 september 2009, 5 7 mei 2004, 3 juni 2007, 20 december 2007, 27 september 2009, 5
december 2011, 16 februari 2014 en 2 februari 2021 wordt aangevuld als december 2011, 16 februari 2014 en 2 februari 2021 wordt aangevuld als
volgt: volgt:
"62° de premie voor competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit "62° de premie voor competentieontwikkeling toegekend aan de vanuit
het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag overgehevelde het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag overgehevelde
personeelsleden, met toepassing van artikel 4, § 1, tweede lid, van personeelsleden, met toepassing van artikel 4, § 1, tweede lid, van
het koninklijk besluit van 21 maart 2018 tot bepaling van de regels het koninklijk besluit van 21 maart 2018 tot bepaling van de regels
voor de overdracht van de personeelsleden van het Federaal Agentschap voor de overdracht van de personeelsleden van het Federaal Agentschap
voor de Kinderbijslag aan het Waalse Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, voor de Kinderbijslag aan het Waalse Gewest, de Vlaamse Gemeenschap,
de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke
Gemeenschapscommissie;". Gemeenschapscommissie;".

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019.

Art. 3.De minister bevoegd voor Pensioenen is belast met de

Art. 3.De minister bevoegd voor Pensioenen is belast met de
uitvoering van dit besluit. uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 juni 2024. Gegeven te Brussel, 26 juni 2024.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Pensioenen, De Minister van Pensioenen,
K. LALIEUX K. LALIEUX
^