Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1998, gesloten in het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, betreffende de eindejaarspremie (1) | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1998, gesloten in het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, betreffende de eindejaarspremie (1) |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
26 APRIL 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 26 APRIL 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1998, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1998, |
gesloten in het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en | gesloten in het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en |
bejaardenhulp, betreffende de eindejaarspremie (Vlaamse Gemeenschap) | bejaardenhulp, betreffende de eindejaarspremie (Vlaamse Gemeenschap) |
(1) | (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de diensten voor | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de diensten voor |
gezins- en bejaardenhulp; | gezins- en bejaardenhulp; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1998, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1998, gesloten |
in het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, | in het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, |
betreffende de eindejaarspremie (Vlaamse Gemeenschap). | betreffende de eindejaarspremie (Vlaamse Gemeenschap). |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
van dit besluit. | van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 26 april 2000. | Gegeven te Brussel, 26 april 2000. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp | Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp |
(Vlaamse Gemeenschap) | (Vlaamse Gemeenschap) |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1998 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1998 |
Eindejaarspremie (Overeenkomst geregistreerd op 27 augustus 1998 onder | Eindejaarspremie (Overeenkomst geregistreerd op 27 augustus 1998 onder |
het nummer 49008/CO/318) | het nummer 49008/CO/318) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing |
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing |
op het vrouwelijk en mannelijk arbeiders- en bediendenpersoneel en op | op het vrouwelijk en mannelijk arbeiders- en bediendenpersoneel en op |
hun werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor de | hun werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor de |
diensten voor gezins- en bejaardenhulp en die worden gesubsidieerd | diensten voor gezins- en bejaardenhulp en die worden gesubsidieerd |
door de Vlaamse Gemeenschap. | door de Vlaamse Gemeenschap. |
§ 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op | § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op |
het personeel dat prestaties levert voor een in § 1 bedoelde werkgever | het personeel dat prestaties levert voor een in § 1 bedoelde werkgever |
in het kader van het bijzonder tewerkstellingsstatuut derde | in het kader van het bijzonder tewerkstellingsstatuut derde |
arbeidscircuit. | arbeidscircuit. |
§ 3. Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst op | § 3. Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst op |
het personeel dat prestaties levert voor een in § 1 bedoelde werkgever | het personeel dat prestaties levert voor een in § 1 bedoelde werkgever |
in het kader van een bijzonder tewerkstellingsstatuut zoals | in het kader van een bijzonder tewerkstellingsstatuut zoals |
gesubsidieerde contractuelen en andere, zal een werkgroep ad hoc de | gesubsidieerde contractuelen en andere, zal een werkgroep ad hoc de |
uitwerking onderzoeken en haar besluiten neerleggen tegen uiterlijk 31 | uitwerking onderzoeken en haar besluiten neerleggen tegen uiterlijk 31 |
december 1998. | december 1998. |
HOOFDSTUK II. - Toepassingsmodaliteiten | HOOFDSTUK II. - Toepassingsmodaliteiten |
Art. 2.De werkgever betaalt een eindejaarspremie aan de werknemers |
Art. 2.De werkgever betaalt een eindejaarspremie aan de werknemers |
bedoeld in artikel 1. | bedoeld in artikel 1. |
Art. 3.Het bedrag van deze premie is gelijk aan 3.000 F (voor de |
Art. 3.Het bedrag van deze premie is gelijk aan 3.000 F (voor de |
eindejaarspremie uit te betalen met het loon van december 1998) en | eindejaarspremie uit te betalen met het loon van december 1998) en |
4.000 F (vanaf de eindejaarspremie uit te betalen met het loon van | 4.000 F (vanaf de eindejaarspremie uit te betalen met het loon van |
december 1999 en verder) voor het personeel met voltijdse prestaties, | december 1999 en verder) voor het personeel met voltijdse prestaties, |
en wordt pro rata temporis berekend voor het personeel dat deeltijds | en wordt pro rata temporis berekend voor het personeel dat deeltijds |
werkt. De pro rata-regel wordt eveneens toegepast voor de periode van | werkt. De pro rata-regel wordt eveneens toegepast voor de periode van |
het kalenderjaar tijdens dewelke het personeel in dienst is. Dit | het kalenderjaar tijdens dewelke het personeel in dienst is. Dit |
bedrag wordt verhoogd met 5,2 F per gewerkt of gelijkgesteld uur | bedrag wordt verhoogd met 5,2 F per gewerkt of gelijkgesteld uur |
tijdens het lopende kalenderjaar. | tijdens het lopende kalenderjaar. |
Met gelijkgestelde uren wordt bedoeld met gewerkte uren gelijkgestelde | Met gelijkgestelde uren wordt bedoeld met gewerkte uren gelijkgestelde |
inactiviteitsuren, zoals bepaald bij het koninklijk besluit van 30 | inactiviteitsuren, zoals bepaald bij het koninklijk besluit van 30 |
maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de | maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de |
wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders. | wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders. |
De werknemers die in de loop van het kalenderjaar in dienst treden of | De werknemers die in de loop van het kalenderjaar in dienst treden of |
de dienst verlaten, hebben recht op de premie volgens de berekening | de dienst verlaten, hebben recht op de premie volgens de berekening |
hierboven vermeld. | hierboven vermeld. |
Art. 4.De in artikel 3 vastgestelde bedragen worden gekoppeld aan het |
Art. 4.De in artikel 3 vastgestelde bedragen worden gekoppeld aan het |
indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks vastgesteld door het | indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks vastgesteld door het |
Ministerie van Economische Zaken en bekendgemaakt in het Belgisch | Ministerie van Economische Zaken en bekendgemaakt in het Belgisch |
Staatsblad volgens de bepalingen van de collectieve | Staatsblad volgens de bepalingen van de collectieve |
arbeidsovereenkomst van 20 maart 1989 betreffende de koppeling van de | arbeidsovereenkomst van 20 maart 1989 betreffende de koppeling van de |
lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, algemeen | lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, algemeen |
verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 12 september 1989 | verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 12 september 1989 |
(Belgisch Staatsblad van 14 oktober 1989). | (Belgisch Staatsblad van 14 oktober 1989). |
De in artikel 3 vastgestelde bedragen stemmen overeen met de spilindex | De in artikel 3 vastgestelde bedragen stemmen overeen met de spilindex |
101,12. | 101,12. |
Art. 5.De eindejaarspremie wordt uitbetaald gelijktijdig met het loon |
Art. 5.De eindejaarspremie wordt uitbetaald gelijktijdig met het loon |
van de maand december van het jaar waarop ze betrekking heeft. | van de maand december van het jaar waarop ze betrekking heeft. |
Art. 6.In afwijking op de bepalingen van artikel 3, derde lid, heeft |
Art. 6.In afwijking op de bepalingen van artikel 3, derde lid, heeft |
het personeel dat ontslagen wordt om dringende reden, geen recht op de | het personeel dat ontslagen wordt om dringende reden, geen recht op de |
eindejaarspremie. | eindejaarspremie. |
HOOFDSTUK III. - Eindbepalingen | HOOFDSTUK III. - Eindbepalingen |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
ingang van 1 januari 1998 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd. | ingang van 1 januari 1998 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd. |
Zij kan door elk van de ondertekenende partijen opgezegd worden mits | Zij kan door elk van de ondertekenende partijen opgezegd worden mits |
een opzegging van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende | een opzegging van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende |
brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de | brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de |
diensten voor gezins- en bejaardenhulp. | diensten voor gezins- en bejaardenhulp. |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve | Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve |
arbeidsovereenkomst van 7 september 1995 betreffende een | arbeidsovereenkomst van 7 september 1995 betreffende een |
eindejaarspremie, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit | eindejaarspremie, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit |
van 21 mei 1996 (Belgisch Staatsblad van 19 juli 1996). | van 21 mei 1996 (Belgisch Staatsblad van 19 juli 1996). |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 april |
2000. | 2000. |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |