← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij administraties en andere diensten van de ministeries gemachtigd worden gesubsidieerde contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften "
Koninklijk besluit waarbij administraties en andere diensten van de ministeries gemachtigd worden gesubsidieerde contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften | Koninklijk besluit waarbij administraties en andere diensten van de ministeries gemachtigd worden gesubsidieerde contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften |
---|---|
MINISTERIE VAN AMBTENARENZAKEN | MINISTERIE VAN AMBTENARENZAKEN |
24 DECEMBER 1999. - Koninklijk besluit waarbij administraties en | 24 DECEMBER 1999. - Koninklijk besluit waarbij administraties en |
andere diensten van de ministeries gemachtigd worden gesubsidieerde | andere diensten van de ministeries gemachtigd worden gesubsidieerde |
contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en | contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en |
tijdelijke personeelsbehoeften | tijdelijke personeelsbehoeften |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de programmawet van 30 december 1988, inzonderheid op artikel | Gelet op de programmawet van 30 december 1988, inzonderheid op artikel |
94, gewijzigd bij de wet van 22 juli 1993; | 94, gewijzigd bij de wet van 22 juli 1993; |
Gelet op de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake | Gelet op de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake |
ambtenarenzaken, inzonderheid op artikel 4, gewijzigd bij de wet van | ambtenarenzaken, inzonderheid op artikel 4, gewijzigd bij de wet van |
30 maart 1994, het koninklijk besluit van 3 april 1997 en de wet van | 30 maart 1994, het koninklijk besluit van 3 april 1997 en de wet van |
20 mei 1997; | 20 mei 1997; |
Gelet op het koninklijk besluit van 18 november 1991 tot vaststelling | Gelet op het koninklijk besluit van 18 november 1991 tot vaststelling |
van de voorwaarden voor de indienstneming bij arbeidsovereenkomst in | van de voorwaarden voor de indienstneming bij arbeidsovereenkomst in |
sommige overheidsdiensten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van | sommige overheidsdiensten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van |
13 april 1995, 5 juli 1996, 9 juli 1996, 4 februari 1997 en 4 maart | 13 april 1995, 5 juli 1996, 9 juli 1996, 4 februari 1997 en 4 maart |
1997; | 1997; |
Overwegende dat de administraties en andere diensten van de | Overwegende dat de administraties en andere diensten van de |
ministeries het hoofd moeten bieden aan uitzonderlijke en tijdelijke | ministeries het hoofd moeten bieden aan uitzonderlijke en tijdelijke |
personeelsbehoeften die voortvloeien uit in de tijd beperkte acties of | personeelsbehoeften die voortvloeien uit in de tijd beperkte acties of |
een buitengewone toename van het werk; | een buitengewone toename van het werk; |
Gelet op de adviezen van de inspecteurs van Financiën en van de | Gelet op de adviezen van de inspecteurs van Financiën en van de |
regeringscommissaris, gegeven op 6 en 10 september en 20 oktober 1999; | regeringscommissaris, gegeven op 6 en 10 september en 20 oktober 1999; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 30 | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 30 |
november 1999; | november 1999; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken van | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken van |
29 november 1999; | 29 november 1999; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Onze Minister | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Onze Minister |
van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie en Onze | van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie en Onze |
Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen | Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen |
en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, | en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Worden gemachtigd personen bij arbeidsovereenkomst in |
Artikel 1.Worden gemachtigd personen bij arbeidsovereenkomst in |
dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke | dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke |
personeelsbehoeften de administraties en andere diensten van de | personeelsbehoeften de administraties en andere diensten van de |
ministeries opgenomen in de bijlage aan dit besluit. | ministeries opgenomen in de bijlage aan dit besluit. |
Deze bijlage bepaalt eveneens het gemachtigd aantal arbeidsposten, | Deze bijlage bepaalt eveneens het gemachtigd aantal arbeidsposten, |
verdeeld per overheidsdienst en per project, de graad die met deze | verdeeld per overheidsdienst en per project, de graad die met deze |
posten overeenstemt, het jaarlijks bedrag van de premie die wordt | posten overeenstemt, het jaarlijks bedrag van de premie die wordt |
toegekend per gesubsidieerde contractueel omgerekend naar voltijds | toegekend per gesubsidieerde contractueel omgerekend naar voltijds |
equivalent en de duur van de machtiging. | equivalent en de duur van de machtiging. |
Art. 2.De arbeidsposten omgevormd in statutaire betrekkingen worden |
Art. 2.De arbeidsposten omgevormd in statutaire betrekkingen worden |
afgeschaft bij het vertrek van de contractuele personeelsleden die ze | afgeschaft bij het vertrek van de contractuele personeelsleden die ze |
bezetten. | bezetten. |
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2000. |
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2000. |
Art. 4.Onze Ministers zijn, ieder wat hem betreft, belast met de |
Art. 4.Onze Ministers zijn, ieder wat hem betreft, belast met de |
uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 24 december 1999. | Gegeven te Brussel, 24 december 1999. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
De Minister van Begroting, | De Minister van Begroting, |
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie, | Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie, |
J. VANDE LANOTTE | J. VANDE LANOTTE |
De Minister van Ambtenarenzaken | De Minister van Ambtenarenzaken |
en Modernisering van de openbare besturen, | en Modernisering van de openbare besturen, |
L. VAN DEN BOSSCHE | L. VAN DEN BOSSCHE |
ANNEXE - BIJLAGE | ANNEXE - BIJLAGE |
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 24 december 1999. | Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 24 december 1999. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
De Minister van Begroting, | De Minister van Begroting, |
Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie, | Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie, |
J. VANDE LANOTTE | J. VANDE LANOTTE |
De Minister van Ambtenarenzaken | De Minister van Ambtenarenzaken |
en Modernisering van de openbare besturen, | en Modernisering van de openbare besturen, |
L. VAN DEN BOSSCHE | L. VAN DEN BOSSCHE |