Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende flexibiliteit en variabele tewerkstelling | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende flexibiliteit en variabele tewerkstelling |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
23 MAART 2022. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 23 MAART 2022. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en | gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en |
bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende flexibiliteit en | bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende flexibiliteit en |
variabele tewerkstelling (1) | variabele tewerkstelling (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de diensten voor | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de diensten voor |
gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap; | gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en | gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en |
bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende flexibiliteit en | bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende flexibiliteit en |
variabele tewerkstelling. | variabele tewerkstelling. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 23 maart 2022. | Gegeven te Brussel, 23 maart 2022. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
P.-Y. DERMAGNE | P.-Y. DERMAGNE |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van | Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van |
de Vlaamse Gemeenschap | de Vlaamse Gemeenschap |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021 |
Flexibiliteit en variabele tewerkstelling (Overeenkomst geregistreerd | Flexibiliteit en variabele tewerkstelling (Overeenkomst geregistreerd |
op 13 december 2021 onder het nummer 168822/CO/318.02) | op 13 december 2021 onder het nummer 168822/CO/318.02) |
I. Algemene bepalingen | I. Algemene bepalingen |
Artikel 1.Toepassingsgebied |
Artikel 1.Toepassingsgebied |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de | Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
werknemers en de werkgevers van de diensten voor gezinszorg (gezins- | werknemers en de werkgevers van de diensten voor gezinszorg (gezins- |
en bejaardenhulp) van de Vlaamse Gemeenschap. | en bejaardenhulp) van de Vlaamse Gemeenschap. |
Onder "werknemers" wordt verstaan : de werknemers die worden | Onder "werknemers" wordt verstaan : de werknemers die worden |
tewerkgesteld als verzorgende, oppasser, poetshulp/huishoudhulp in de | tewerkgesteld als verzorgende, oppasser, poetshulp/huishoudhulp in de |
gezinszorg, inbegrepen de werknemers betaald uit de middelen Sociale | gezinszorg, inbegrepen de werknemers betaald uit de middelen Sociale |
Maribel en de werknemers tewerkgesteld in een GESCO-statuut. | Maribel en de werknemers tewerkgesteld in een GESCO-statuut. |
Art. 2.Doelstelling |
Art. 2.Doelstelling |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel een flexibele | Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel een flexibele |
werkregeling te organiseren. | werkregeling te organiseren. |
Door flexibel werk kunnen werknemers beter regelen wanneer ze meer en | Door flexibel werk kunnen werknemers beter regelen wanneer ze meer en |
wanneer ze minder willen werken. Wendbaar werk en een werkbare | wanneer ze minder willen werken. Wendbaar werk en een werkbare |
combinatie van het werk- en privéleven dragen bovendien bij tot de | combinatie van het werk- en privéleven dragen bovendien bij tot de |
aantrekkelijkheid van het beroep. | aantrekkelijkheid van het beroep. |
Van werkgeverszijde ervaart men een noodzaak om te kunnen beantwoorden | Van werkgeverszijde ervaart men een noodzaak om te kunnen beantwoorden |
aan de specifieke zorgbehoeften van cliënten en te kunnen inspelen op | aan de specifieke zorgbehoeften van cliënten en te kunnen inspelen op |
actuele zorgvragen. Op deze manier wordt de zorgverlening gebaseerd op | actuele zorgvragen. Op deze manier wordt de zorgverlening gebaseerd op |
de zorgnood van de cliënt op momenten dat cliënten deze zorg nodig | de zorgnood van de cliënt op momenten dat cliënten deze zorg nodig |
hebben en kan worden afgestapt van het standaard zorgaanbod. | hebben en kan worden afgestapt van het standaard zorgaanbod. |
Ook vanuit organisatorische redenen dringt een flexibele | Ook vanuit organisatorische redenen dringt een flexibele |
arbeidsregeling zich op. | arbeidsregeling zich op. |
De collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021 betreffende de | De collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021 betreffende de |
continue dienstverlening blijft onverminderd van toepassing. | continue dienstverlening blijft onverminderd van toepassing. |
Art. 3.Vrijwilligheid |
Art. 3.Vrijwilligheid |
§ 1. Alle werknemers - zowel bestaande werknemers als werknemers die | § 1. Alle werknemers - zowel bestaande werknemers als werknemers die |
nieuw in dienst treden - hebben de keuze tussen enerzijds de flexibele | nieuw in dienst treden - hebben de keuze tussen enerzijds de flexibele |
werkregeling en anderzijds de werkregeling die binnen het algemeen | werkregeling en anderzijds de werkregeling die binnen het algemeen |
wettelijk kader kan worden toegepast. | wettelijk kader kan worden toegepast. |
§ 2. De werknemer die in het flexibel werksysteem wil stappen, geeft | § 2. De werknemer die in het flexibel werksysteem wil stappen, geeft |
dit te kennen : | dit te kennen : |
- bij de indiensttreding, door het ondertekenen van een addendum als | - bij de indiensttreding, door het ondertekenen van een addendum als |
bijlage bij de nieuwe arbeidsovereenkomst; | bijlage bij de nieuwe arbeidsovereenkomst; |
- indien de werknemer reeds in dienst is, door het ondertekenen van | - indien de werknemer reeds in dienst is, door het ondertekenen van |
een addendum aan de lopende arbeidsovereenkomst. | een addendum aan de lopende arbeidsovereenkomst. |
§ 3. De vrijwilligheid wordt gegarandeerd door de mogelijkheid voor de | § 3. De vrijwilligheid wordt gegarandeerd door de mogelijkheid voor de |
werknemers om uit het flexibele werksysteem te stappen conform het | werknemers om uit het flexibele werksysteem te stappen conform het |
deel IV - Terugkeermogelijkheid van deze regeling. | deel IV - Terugkeermogelijkheid van deze regeling. |
II. Verzorgenden en oppassers | II. Verzorgenden en oppassers |
HOOFDSTUK I. -Principes van flexibel werken | HOOFDSTUK I. -Principes van flexibel werken |
Art. 4.§ 1. De werknemers worden tewerkgesteld door middel van een |
Art. 4.§ 1. De werknemers worden tewerkgesteld door middel van een |
variabel uurrooster met een variabel arbeidsritme met annualisering. | variabel uurrooster met een variabel arbeidsritme met annualisering. |
§ 2. Om de voorspelbaarheid van dit werkregime te verhogen, wordt dit | § 2. Om de voorspelbaarheid van dit werkregime te verhogen, wordt dit |
flexibel werkregime gebaseerd op een referentieuurrooster dat in | flexibel werkregime gebaseerd op een referentieuurrooster dat in |
onderling overleg wordt overeengekomen en door de dienst dient | onderling overleg wordt overeengekomen en door de dienst dient |
nageleefd te worden. | nageleefd te worden. |
§ 3. De gemiddelde wekelijkse arbeidsduur wordt in de individuele | § 3. De gemiddelde wekelijkse arbeidsduur wordt in de individuele |
arbeidsovereenkomst vastgelegd. | arbeidsovereenkomst vastgelegd. |
§ 4. De grenzen van de arbeidsduur in de artikelen 19, 20, 20bis en 27 | § 4. De grenzen van de arbeidsduur in de artikelen 19, 20, 20bis en 27 |
van de arbeidswet mogen overschreden worden op voorwaarde dat : | van de arbeidswet mogen overschreden worden op voorwaarde dat : |
- de dagelijkse arbeidstijd 9 uren niet overschrijdt; | - de dagelijkse arbeidstijd 9 uren niet overschrijdt; |
- de wekelijkse arbeidstijd 45 uren niet overschrijdt; | - de wekelijkse arbeidstijd 45 uren niet overschrijdt; |
- de wekelijkse arbeidsduur over een periode van één jaar (52 weken) | - de wekelijkse arbeidsduur over een periode van één jaar (52 weken) |
de grenzen van de in de arbeidsovereenkomst vastgelegde gemiddelde | de grenzen van de in de arbeidsovereenkomst vastgelegde gemiddelde |
wekelijkse arbeidsduur niet overschrijdt. | wekelijkse arbeidsduur niet overschrijdt. |
Over een periode van één jaar (52 weken) bedraagt het maximum aantal | Over een periode van één jaar (52 weken) bedraagt het maximum aantal |
te presteren arbeidsuren aldus 52 weken x de voltijdse arbeidsduur van | te presteren arbeidsuren aldus 52 weken x de voltijdse arbeidsduur van |
toepassing in de onderneming. | toepassing in de onderneming. |
§ 5. De referteperiode van één jaar waarover de gemiddelde wekelijkse | § 5. De referteperiode van één jaar waarover de gemiddelde wekelijkse |
arbeidsduur gemiddeld moet nageleefd worden, wordt vastgelegd van 1 | arbeidsduur gemiddeld moet nageleefd worden, wordt vastgelegd van 1 |
oktober tot 30 september, tenzij hiervan op ondernemingsniveau wordt | oktober tot 30 september, tenzij hiervan op ondernemingsniveau wordt |
afgeweken. Afhankelijk van de effectieve ingangsdatum van de | afgeweken. Afhankelijk van de effectieve ingangsdatum van de |
collectieve arbeidsovereenkomst, wordt een beginreferteperiode | collectieve arbeidsovereenkomst, wordt een beginreferteperiode |
vastgelegd die eveneens kan afwijken van de algemene referteperiode | vastgelegd die eveneens kan afwijken van de algemene referteperiode |
van 1 oktober tot en met 30 september. | van 1 oktober tot en met 30 september. |
§ 6. Uren die meer gepresteerd worden dan de gemiddelde wekelijkse | § 6. Uren die meer gepresteerd worden dan de gemiddelde wekelijkse |
arbeidsduur zijn plusuren. Uren die minder gepresteerd worden dan de | arbeidsduur zijn plusuren. Uren die minder gepresteerd worden dan de |
gemiddelde wekelijkse arbeidsduur zijn minuren. | gemiddelde wekelijkse arbeidsduur zijn minuren. |
§ 7. Werknemers in het flexibel werksysteem kunnen de ene week meer | § 7. Werknemers in het flexibel werksysteem kunnen de ene week meer |
uren (opbouw plusuren of afbouw minuren) en een andere week minder | uren (opbouw plusuren of afbouw minuren) en een andere week minder |
uren (afbouw plusuren of opbouw minuren) presteren dan de in hun | uren (afbouw plusuren of opbouw minuren) presteren dan de in hun |
arbeidsovereenkomst opgenomen gemiddelde wekelijkse arbeidsduur, voor | arbeidsovereenkomst opgenomen gemiddelde wekelijkse arbeidsduur, voor |
zover de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur over de referteperiode | zover de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur over de referteperiode |
wordt gerespecteerd. | wordt gerespecteerd. |
§ 8. Indien een werknemer na het overschrijden van de jaargrens | § 8. Indien een werknemer na het overschrijden van de jaargrens |
getroffen wordt door een gerechtvaardigde afwezigheid tot het einde | getroffen wordt door een gerechtvaardigde afwezigheid tot het einde |
van de referteperiode blijven de gepresteerde plusuren verworven en | van de referteperiode blijven de gepresteerde plusuren verworven en |
worden zij vergoed a rato van 100 pct. | worden zij vergoed a rato van 100 pct. |
§ 9. Wanneer de werkgever de nieuwe arbeidsregeling invoert, moet hij | § 9. Wanneer de werkgever de nieuwe arbeidsregeling invoert, moet hij |
voorafgaandelijk aan de werknemers schriftelijk informatie verstrekken | voorafgaandelijk aan de werknemers schriftelijk informatie verstrekken |
omtrent het soort van arbeidssysteem en omtrent de factoren die de | omtrent het soort van arbeidssysteem en omtrent de factoren die de |
invoering ervan rechtvaardigen. De ondernemingsraad ontvangt deze | invoering ervan rechtvaardigen. De ondernemingsraad ontvangt deze |
informatie of, bij ontstentenis, het CPBW of, bij ontstentenis, de | informatie of, bij ontstentenis, het CPBW of, bij ontstentenis, de |
vakbondsafvaardiging. Bij ontstentenis van vakbondsafvaardiging wordt | vakbondsafvaardiging. Bij ontstentenis van vakbondsafvaardiging wordt |
de informatie aan elke werknemer individueel verstrekt. | de informatie aan elke werknemer individueel verstrekt. |
§ 10. Overeenkomstig artikel 5 van de wet van 17 maart 1987 wordt het | § 10. Overeenkomstig artikel 5 van de wet van 17 maart 1987 wordt het |
arbeidsreglement automatisch in overeenstemming gebracht met de nieuwe | arbeidsreglement automatisch in overeenstemming gebracht met de nieuwe |
arbeidsregeling. | arbeidsregeling. |
HOOFDSTUK II. - Schommelingen in de arbeidstijd | HOOFDSTUK II. - Schommelingen in de arbeidstijd |
Art. 5.§ 1. De ondernemingen stellen een nieuw arbeidsregime in met |
Art. 5.§ 1. De ondernemingen stellen een nieuw arbeidsregime in met |
een arbeidsduur van maximum 9 uur per dag en 45 uur per week. | een arbeidsduur van maximum 9 uur per dag en 45 uur per week. |
§ 2. Per werknemer zijn het aantal minuren en het aantal plusuren | § 2. Per werknemer zijn het aantal minuren en het aantal plusuren |
begrensd, waarbij de opvolging van de grenzen op een administratief | begrensd, waarbij de opvolging van de grenzen op een administratief |
eenvoudige manier wordt geregeld. Voor werknemers die meer dan | eenvoudige manier wordt geregeld. Voor werknemers die meer dan |
halftijds werken wordt de grens vastgelegd op 16 minuren en 48 | halftijds werken wordt de grens vastgelegd op 16 minuren en 48 |
plusuren. Voor werknemers die halftijds of minder werken wordt de | plusuren. Voor werknemers die halftijds of minder werken wordt de |
grens vastgelegd op 8 minuren en 24 plusuren. | grens vastgelegd op 8 minuren en 24 plusuren. |
§ 3. Wanneer deze grens bereikt wordt, moeten de min- of plusuren | § 3. Wanneer deze grens bereikt wordt, moeten de min- of plusuren |
eerst worden weggewerkt vooraleer bijkomende min- of plusuren op de | eerst worden weggewerkt vooraleer bijkomende min- of plusuren op de |
teller kunnen worden opgenomen. | teller kunnen worden opgenomen. |
HOOFDSTUK III. - Referentieuurrooster | HOOFDSTUK III. - Referentieuurrooster |
Art. 6.§ 1. Elke werknemer heeft een referentieuurrooster dat als |
Art. 6.§ 1. Elke werknemer heeft een referentieuurrooster dat als |
uitgangspunt dient voor zijn/haar werkregeling. De flexibiliteit zorgt | uitgangspunt dient voor zijn/haar werkregeling. De flexibiliteit zorgt |
ervoor dat er wekelijks wijzigingen kunnen zijn ten opzichte van het | ervoor dat er wekelijks wijzigingen kunnen zijn ten opzichte van het |
referentieuurrooster. | referentieuurrooster. |
§ 2. Bij werknemers met een voltijds arbeidsritme in dit flexibel | § 2. Bij werknemers met een voltijds arbeidsritme in dit flexibel |
werksysteem zal het referentieuurrooster verspreid worden over 5 | werksysteem zal het referentieuurrooster verspreid worden over 5 |
werkdagen. | werkdagen. |
§ 3. Werknemers in dit flexibel werksysteem hebben de mogelijkheid om | § 3. Werknemers in dit flexibel werksysteem hebben de mogelijkheid om |
een vast vrij dagdeel (voormiddag, namiddag, avond, volledige nacht) | een vast vrij dagdeel (voormiddag, namiddag, avond, volledige nacht) |
aan te duiden waarop zij niet tewerkgesteld willen worden. Dit vast | aan te duiden waarop zij niet tewerkgesteld willen worden. Dit vast |
vrij dagdeel wordt vermeld in de individuele arbeidsovereenkomst. Het | vrij dagdeel wordt vermeld in de individuele arbeidsovereenkomst. Het |
referentieuurrooster zalover de overige dagdelen verspreid worden. | referentieuurrooster zalover de overige dagdelen verspreid worden. |
§ 4. In overleg met en na goedkeuring van de directe leidinggevende | § 4. In overleg met en na goedkeuring van de directe leidinggevende |
zal de werknemer in het flexibel werksysteem bij zijn/haar aanvraag | zal de werknemer in het flexibel werksysteem bij zijn/haar aanvraag |
tot tijdskrediet of thematisch verlof (ouderschapsverlof, medische | tot tijdskrediet of thematisch verlof (ouderschapsverlof, medische |
bijstand, palliatief verlof) zijn/haar vrije dag(en) in het kader van | bijstand, palliatief verlof) zijn/haar vrije dag(en) in het kader van |
tijdskrediet of thematisch verlof kunnen vastleggen. Het | tijdskrediet of thematisch verlof kunnen vastleggen. Het |
referentieuurrooster zal over de overige werkdagen verspreid worden. | referentieuurrooster zal over de overige werkdagen verspreid worden. |
HOOFDSTUK IV. - Loon, bijkomende prestaties voor deeltijdse | HOOFDSTUK IV. - Loon, bijkomende prestaties voor deeltijdse |
werknemers, overwerk, overloon en inhaalrust | werknemers, overwerk, overloon en inhaalrust |
Art. 7.Loon |
Art. 7.Loon |
§ 1. De werknemers krijgen op het einde van de maand een loon | § 1. De werknemers krijgen op het einde van de maand een loon |
uitbetaald volgens de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur. | uitbetaald volgens de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur. |
§ 2. Indien een werknemer meer of minder werkt ten opzichte van het | § 2. Indien een werknemer meer of minder werkt ten opzichte van het |
referentieuurrooster, heeft dit geen invloed op het maandelijks loon. | referentieuurrooster, heeft dit geen invloed op het maandelijks loon. |
Ook afwezigheden waarvoor gewaarborgd loon verschuldigd is, hebben | Ook afwezigheden waarvoor gewaarborgd loon verschuldigd is, hebben |
geen invloed op het maandelijks loon. | geen invloed op het maandelijks loon. |
§ 3. Als een werknemer afwezig is, worden de uren tijdens sommige | § 3. Als een werknemer afwezig is, worden de uren tijdens sommige |
periodes van afwezigheid wel als gepresteerd in aanmerking genomen | periodes van afwezigheid wel als gepresteerd in aanmerking genomen |
voor de opbouw of afbouw van het aantal plusuren of minuren : | voor de opbouw of afbouw van het aantal plusuren of minuren : |
- Klein verlet : de uren afwezigheid tijdens een volledige dag | - Klein verlet : de uren afwezigheid tijdens een volledige dag |
onvoorzien klein verlet worden als gepresteerd beschouwd ten belope | onvoorzien klein verlet worden als gepresteerd beschouwd ten belope |
van het bekendgemaakt uurrooster en tijdens voorzienbaar klein verlet | van het bekendgemaakt uurrooster en tijdens voorzienbaar klein verlet |
ten belope van het referentieuurrooster; | ten belope van het referentieuurrooster; |
- Feestdag : de uren afwezigheid tijdens een feestdag worden als | - Feestdag : de uren afwezigheid tijdens een feestdag worden als |
gepresteerd beschouwd ten belope van het bekendgemaakt uurrooster met | gepresteerd beschouwd ten belope van het bekendgemaakt uurrooster met |
een minimum van 1/5de van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur; | een minimum van 1/5de van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur; |
- Arbeidsongeschiktheid : de uren afwezigheid tijdens een dag | - Arbeidsongeschiktheid : de uren afwezigheid tijdens een dag |
arbeidsongeschiktheid worden als gepresteerd beschouwd ten belope van | arbeidsongeschiktheid worden als gepresteerd beschouwd ten belope van |
het bekendgemaakt uurrooster. Indien de ziekteperiode langer loopt dan | het bekendgemaakt uurrooster. Indien de ziekteperiode langer loopt dan |
het bekendgemaakt uurrooster, worden de uren afwezigheid : | het bekendgemaakt uurrooster, worden de uren afwezigheid : |
- voor voltijdse werknemers als gepresteerd beschouwd ten belope van | - voor voltijdse werknemers als gepresteerd beschouwd ten belope van |
1/5de van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur per volledige dag | 1/5de van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur per volledige dag |
ziekte; | ziekte; |
- voor deeltijdse werknemers als gepresteerd beschouwd ten belope van | - voor deeltijdse werknemers als gepresteerd beschouwd ten belope van |
het referentieuurrooster. | het referentieuurrooster. |
Art. 8.Bijkomende prestaties voor deeltijdse werknemers |
Art. 8.Bijkomende prestaties voor deeltijdse werknemers |
§ 1. Bijkomende prestaties zijn uren die de contractuele arbeidsduur | § 1. Bijkomende prestaties zijn uren die de contractuele arbeidsduur |
van de deeltijdse werknemer overschrijden zonder de normale | van de deeltijdse werknemer overschrijden zonder de normale |
arbeidsduur van de voltijdse werknemers te overschrijden. Bij een | arbeidsduur van de voltijdse werknemers te overschrijden. Bij een |
variabel arbeidsritme en variabel uurrooster is er sprake van | variabel arbeidsritme en variabel uurrooster is er sprake van |
bijkomende prestaties wanneer : | bijkomende prestaties wanneer : |
- de werknemer werkt buiten het bekendgemaakte uurrooster; | - de werknemer werkt buiten het bekendgemaakte uurrooster; |
- de werknemer heeft gewerkt bovenop de contractuele arbeidsduur. | - de werknemer heeft gewerkt bovenop de contractuele arbeidsduur. |
§ 2. Het urenkrediet voor bijkomende prestaties waarvoor de werkgevers | § 2. Het urenkrediet voor bijkomende prestaties waarvoor de werkgevers |
geen toeslag voor overloon verschuldigd zijn, wordt voor deeltijdse | geen toeslag voor overloon verschuldigd zijn, wordt voor deeltijdse |
werknemers met een variabel uurrooster vastgesteld op 4 uren x het | werknemers met een variabel uurrooster vastgesteld op 4 uren x het |
aantal weken begrepen in de referteperiode (met een maximum van 208 | aantal weken begrepen in de referteperiode (met een maximum van 208 |
uren). | uren). |
§ 3. De omwisseling van uurroosters tussen werknemers onderling of de | § 3. De omwisseling van uurroosters tussen werknemers onderling of de |
verschuiving van uurroosters op verzoek van de werknemer, blijven uit | verschuiving van uurroosters op verzoek van de werknemer, blijven uit |
het krediet van bijkomende prestaties. Op het niveau van de | het krediet van bijkomende prestaties. Op het niveau van de |
organisatie wordt aantoonbaar gemaakt van wie de vraag tot omwisseling | organisatie wordt aantoonbaar gemaakt van wie de vraag tot omwisseling |
of verschuiving van uurroosters afkomstig is. | of verschuiving van uurroosters afkomstig is. |
Art. 9.Overwerk, overloon en inhaalrust |
Art. 9.Overwerk, overloon en inhaalrust |
§ 1. Er is sprake van overwerk : | § 1. Er is sprake van overwerk : |
- wanneer men meer werkt dan 9 uur per dag of 45 uur per week; | - wanneer men meer werkt dan 9 uur per dag of 45 uur per week; |
- wanneer men de contractuele arbeidsduur na afloop van de | - wanneer men de contractuele arbeidsduur na afloop van de |
referteperiode overschrijdt, met uitzondering van het eventuele over | referteperiode overschrijdt, met uitzondering van het eventuele over |
te dragen urenkrediet zoals vermeld in artikel 9, § 4; | te dragen urenkrediet zoals vermeld in artikel 9, § 4; |
- wanneer men de interne grens van plusuren zoals vermeld in artikel 5 | - wanneer men de interne grens van plusuren zoals vermeld in artikel 5 |
overschrijdt; | overschrijdt; |
- wanneer het urenkrediet bijkomende prestaties zoals vermeld in | - wanneer het urenkrediet bijkomende prestaties zoals vermeld in |
artikel 8, § 2 overschreden wordt. | artikel 8, § 2 overschreden wordt. |
§ 2. Werknemers in het flexibel werksysteem hebben de keuze om het | § 2. Werknemers in het flexibel werksysteem hebben de keuze om het |
overwerk te compenseren door : | overwerk te compenseren door : |
- opname in 100 pct. inhaalrust en 50 pct. toeslag in geld; | - opname in 100 pct. inhaalrust en 50 pct. toeslag in geld; |
- 150 pct. inhaalrust. | - 150 pct. inhaalrust. |
§ 3. Bij de instap in het flexibel werksysteem maakt de werknemer | § 3. Bij de instap in het flexibel werksysteem maakt de werknemer |
zijn/haar keuze schriftelijk kenbaar. Deze keuze kan nadien 3 maanden | zijn/haar keuze schriftelijk kenbaar. Deze keuze kan nadien 3 maanden |
voor het einde van de jaarlijkse referteperiode gewijzigd worden op | voor het einde van de jaarlijkse referteperiode gewijzigd worden op |
eenvoudig schriftelijk verzoek. | eenvoudig schriftelijk verzoek. |
§ 4. Werknemers die meer dan halftijds werken, kunnen een krediet van | § 4. Werknemers die meer dan halftijds werken, kunnen een krediet van |
24 uren overdragen op het einde van de referteperiode naar een | 24 uren overdragen op het einde van de referteperiode naar een |
volgende referteperiode zonder dat hier enige toeslag voor | volgende referteperiode zonder dat hier enige toeslag voor |
verschuldigd is. | verschuldigd is. |
Werknemers die halftijds of minder werken kunnen een krediet van 16 | Werknemers die halftijds of minder werken kunnen een krediet van 16 |
uren overdragen op het einde van de referteperiode naar een volgende | uren overdragen op het einde van de referteperiode naar een volgende |
referteperiode zonder dat hier enige toeslag voor verschuldigd is. | referteperiode zonder dat hier enige toeslag voor verschuldigd is. |
Minuren op het einde van de referteperiode zijn verworven voor de | Minuren op het einde van de referteperiode zijn verworven voor de |
medewerker. Dit saldo wordt niet overgedragen naar een volgende | medewerker. Dit saldo wordt niet overgedragen naar een volgende |
referteperiode. | referteperiode. |
HOOFDSTUK V. - Opname plus- en minuren | HOOFDSTUK V. - Opname plus- en minuren |
Art. 10.§ 1. De werknemer in het flexibel werksysteem heeft de |
Art. 10.§ 1. De werknemer in het flexibel werksysteem heeft de |
mogelijkheid om wekelijks op donderdag van week X aan de | mogelijkheid om wekelijks op donderdag van week X aan de |
leidinggevende te laten weten op welk tijdstip zij/hij in de tweede | leidinggevende te laten weten op welk tijdstip zij/hij in de tweede |
daaropvolgende week (week X+2) plusuren wenst te recupereren of bij | daaropvolgende week (week X+2) plusuren wenst te recupereren of bij |
gebrek aan plusuren toch minder wil werken dan de gemiddelde | gebrek aan plusuren toch minder wil werken dan de gemiddelde |
wekelijkse arbeidsduur en zo minuren wenst te realiseren. De | wekelijkse arbeidsduur en zo minuren wenst te realiseren. De |
leidinggevende zal bij de opmaak van de uurroosters van de | leidinggevende zal bij de opmaak van de uurroosters van de |
daaropvolgende week met deze aanvraag rekening houden en kan enkel | daaropvolgende week met deze aanvraag rekening houden en kan enkel |
omwille van de continuïteit van de dienstverlening deze aanvraag | omwille van de continuïteit van de dienstverlening deze aanvraag |
weigeren. | weigeren. |
In geval van dringende noodzakelijkheid zal door de leidinggevende de | In geval van dringende noodzakelijkheid zal door de leidinggevende de |
nodige welwillendheid aan de dag gelegd worden in verband met het | nodige welwillendheid aan de dag gelegd worden in verband met het |
respecteren van de termijn voor het indienen van de aanvragen zoals | respecteren van de termijn voor het indienen van de aanvragen zoals |
hierboven uiteengezet wordt. | hierboven uiteengezet wordt. |
§ 2. Compensatie van plusuren of het realiseren van minuren die na | § 2. Compensatie van plusuren of het realiseren van minuren die na |
overleg minimum 6 weken op voorhand worden aangevraagd en goedgekeurd | overleg minimum 6 weken op voorhand worden aangevraagd en goedgekeurd |
door de leidinggevende, kunnen vastgeklikt worden. De werknemer kan | door de leidinggevende, kunnen vastgeklikt worden. De werknemer kan |
zeker zijn - behoudens overmacht - dat hij/zij tijdens de vastgeklikte | zeker zijn - behoudens overmacht - dat hij/zij tijdens de vastgeklikte |
periode ook effectief inhaalrust (recuperatie plusuren) of realisatie | periode ook effectief inhaalrust (recuperatie plusuren) of realisatie |
van minuren heeft. Het vastklikken van plus- of minuren kan de | van minuren heeft. Het vastklikken van plus- of minuren kan de |
referteperiode zoals bepaald in huidige collectieve | referteperiode zoals bepaald in huidige collectieve |
arbeidsovereenkomst niet overschrijden. | arbeidsovereenkomst niet overschrijden. |
§ 3. De werknemer krijgt een overzicht van de min- en plusuren via | § 3. De werknemer krijgt een overzicht van de min- en plusuren via |
zijn loonfiche of via een ander volwaardig alternatief (bijvoorbeeld | zijn loonfiche of via een ander volwaardig alternatief (bijvoorbeeld |
online-toepassing). | online-toepassing). |
§ 4. De regeling van de realisatie en opname van plusuren en het | § 4. De regeling van de realisatie en opname van plusuren en het |
realiseren van minuren is het voorwerp van een voortdurende dialoog | realiseren van minuren is het voorwerp van een voortdurende dialoog |
tussen leidinggevende en werknemer. | tussen leidinggevende en werknemer. |
III. Schoonmaakhulpen | III. Schoonmaakhulpen |
HOOFDSTUK I. - Principes van flexibel werken | HOOFDSTUK I. - Principes van flexibel werken |
Art. 11.De schoonmaakhulpen die onder het toepassingsgebied van deze |
Art. 11.De schoonmaakhulpen die onder het toepassingsgebied van deze |
regeling vallen worden tewerkgesteld door middel van een vast | regeling vallen worden tewerkgesteld door middel van een vast |
arbeidsritme met een variabel uurrooster. Deze regeling is enkel | arbeidsritme met een variabel uurrooster. Deze regeling is enkel |
mogelijk voor deeltijdse schoonmaakhulpen. Voor voltijdse | mogelijk voor deeltijdse schoonmaakhulpen. Voor voltijdse |
schoonmaakhulpen wordt geen flexibele werkregeling voorzien in | schoonmaakhulpen wordt geen flexibele werkregeling voorzien in |
onderhavige tekst. | onderhavige tekst. |
HOOFDSTUK II. - Bijkomende prestaties | HOOFDSTUK II. - Bijkomende prestaties |
Art. 12.§ 1. Het urenkrediet voor bijkomende prestaties waarvoor de |
Art. 12.§ 1. Het urenkrediet voor bijkomende prestaties waarvoor de |
werkgevers geen toeslag voor overloon verschuldigd zijn, wordt voor | werkgevers geen toeslag voor overloon verschuldigd zijn, wordt voor |
deeltijdse werknemers met een variabel uurrooster vastgesteld op 4 | deeltijdse werknemers met een variabel uurrooster vastgesteld op 4 |
uren x het aantal weken begrepen in de referteperiode (met een maximum | uren x het aantal weken begrepen in de referteperiode (met een maximum |
van 208 uren). | van 208 uren). |
§ 2. De omwisseling van uurroosters tussen werknemers onderling of de | § 2. De omwisseling van uurroosters tussen werknemers onderling of de |
verschuiving van uurrooster op verzoek van de werknemer, blijven uit | verschuiving van uurrooster op verzoek van de werknemer, blijven uit |
het krediet van bijkomende prestaties. | het krediet van bijkomende prestaties. |
§ 3. Werknemers in dit flexibel werksysteem hebben de mogelijkheid om | § 3. Werknemers in dit flexibel werksysteem hebben de mogelijkheid om |
een vast vrij dagdeel (voormiddag, namiddag, avond) aan te duiden | een vast vrij dagdeel (voormiddag, namiddag, avond) aan te duiden |
waarop zij niet tewerkgesteld willen worden. Dit vast vrij dagdeel | waarop zij niet tewerkgesteld willen worden. Dit vast vrij dagdeel |
wordt vermeld in de individuele arbeidsovereenkomst. Het | wordt vermeld in de individuele arbeidsovereenkomst. Het |
referentieuurrooster zal over de overige dagdelen verspreid worden. | referentieuurrooster zal over de overige dagdelen verspreid worden. |
IV. Terugkeermogelijkheid | IV. Terugkeermogelijkheid |
HOOFDSTUK I. - Voor onbepaalde tijd | HOOFDSTUK I. - Voor onbepaalde tijd |
Art. 13.§ 1. Indien de werknemer niet langer wenst tewerkgesteld te |
Art. 13.§ 1. Indien de werknemer niet langer wenst tewerkgesteld te |
worden in het flexibel werksysteem, kan hij/zij mits een | worden in het flexibel werksysteem, kan hij/zij mits een |
opzeggingsperiode van 3 maanden een aanvraag richten om over te | opzeggingsperiode van 3 maanden een aanvraag richten om over te |
schakelen naar het systeem waarin hij/zij werkte voor de overstap naar | schakelen naar het systeem waarin hij/zij werkte voor de overstap naar |
het flexibel systeem of voor nieuwe werknemers om over te schakelen | het flexibel systeem of voor nieuwe werknemers om over te schakelen |
naar een overeen te komen vast arbeidsritme. Deze aanvraag dient | naar een overeen te komen vast arbeidsritme. Deze aanvraag dient |
schriftelijk te gebeuren. | schriftelijk te gebeuren. |
§ 2. De werkgever zal zo snel als mogelijk deze aanvraag beantwoorden | § 2. De werkgever zal zo snel als mogelijk deze aanvraag beantwoorden |
en uiterlijk binnen de maand na de verzending van de aanvraag. In | en uiterlijk binnen de maand na de verzending van de aanvraag. In |
geval van weigering, dient de werkgever op de vraag van de werknemer | geval van weigering, dient de werkgever op de vraag van de werknemer |
in te gaan binnen de 6 maanden na diens aanvraag. | in te gaan binnen de 6 maanden na diens aanvraag. |
HOOFDSTUK II. - Voor bepaalde duur | HOOFDSTUK II. - Voor bepaalde duur |
Art. 14.§ 1. Een tijdelijke terugkeer naar het basisuurrooster is |
Art. 14.§ 1. Een tijdelijke terugkeer naar het basisuurrooster is |
eveneens voor alle werknemers mogelijk omwille van dwingende familiale | eveneens voor alle werknemers mogelijk omwille van dwingende familiale |
en persoonlijke redenen. Deze aanvraag dient schriftelijk te gebeuren. | en persoonlijke redenen. Deze aanvraag dient schriftelijk te gebeuren. |
§ 2. De werkgever zal zo snel als mogelijk antwoord geven aan deze | § 2. De werkgever zal zo snel als mogelijk antwoord geven aan deze |
aanvraag en uiterlijk binnen de 2 weken na de verzending van de | aanvraag en uiterlijk binnen de 2 weken na de verzending van de |
aanvraag. De werkgever kan enkel weigeren bij manifeste ongegrondheid | aanvraag. De werkgever kan enkel weigeren bij manifeste ongegrondheid |
van de aangehaalde redenen. | van de aangehaalde redenen. |
§ 3. De werknemer kan bij positief antwoord van de werkgever gedurende | § 3. De werknemer kan bij positief antwoord van de werkgever gedurende |
6 maanden volgens het basisuurrooster werken. Indien de onverwachte | 6 maanden volgens het basisuurrooster werken. Indien de onverwachte |
familiale of persoonlijke redenen dan nog bestaan, kan die periode met | familiale of persoonlijke redenen dan nog bestaan, kan die periode met |
maximaal 6 maanden verlengd worden. Daarna werkt de werknemer terug | maximaal 6 maanden verlengd worden. Daarna werkt de werknemer terug |
volgens de flexibele werkregeling. | volgens de flexibele werkregeling. |
V. Mogelijkheid om een deeltijdse arbeidsovereenkomst om te zetten in | V. Mogelijkheid om een deeltijdse arbeidsovereenkomst om te zetten in |
een voltijdse arbeidsovereenkomst | een voltijdse arbeidsovereenkomst |
Art. 15.§ 1. De flexibele arbeidsregeling heeft geenszins het opzet |
Art. 15.§ 1. De flexibele arbeidsregeling heeft geenszins het opzet |
om het aantal deeltijds tewerkgestelde werknemers te verhogen. | om het aantal deeltijds tewerkgestelde werknemers te verhogen. |
§ 2. Een deeltijdse werknemer die voltijds wenst te werken, krijgt | § 2. Een deeltijdse werknemer die voltijds wenst te werken, krijgt |
conform artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 | conform artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 |
februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten | februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten |
aanzien van de deeltijdse arbeid, gewijzigd door de collectieve | aanzien van de deeltijdse arbeid, gewijzigd door de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 35bis van 9 februari 2000, voorrang op een | arbeidsovereenkomst nr. 35bis van 9 februari 2000, voorrang op een |
voltijdse vacature. | voltijdse vacature. |
VI. Bevoegdheid van de sociale overlegorganen | VI. Bevoegdheid van de sociale overlegorganen |
Art. 16.De werknemersdelegatie krijgt in de diverse sociale |
Art. 16.De werknemersdelegatie krijgt in de diverse sociale |
overlegorganen het recht om informatie in te winnen over flexibele | overlegorganen het recht om informatie in te winnen over flexibele |
contraeten en het ziektecijfer. Een overzicht van het aantal | contraeten en het ziektecijfer. Een overzicht van het aantal |
werknemers die werken volgens deze flexibele werkregeling en een | werknemers die werken volgens deze flexibele werkregeling en een |
overzicht van de min- en plusuren wordt standaard aangeboden. | overzicht van de min- en plusuren wordt standaard aangeboden. |
VII. Inwerkingtreding | VII. Inwerkingtreding |
Art. 17.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in |
Art. 17.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in |
uitvoering van de sectorale maatregelen kwaliteit en | uitvoering van de sectorale maatregelen kwaliteit en |
uitbreidingsbeleid, zoals afgesproken in het 6de Vlaams Intersectoraal | uitbreidingsbeleid, zoals afgesproken in het 6de Vlaams Intersectoraal |
Akkoord. | Akkoord. |
§ 2. De hierboven vermelde bepalingen kunnen enkel toegepast worden | § 2. De hierboven vermelde bepalingen kunnen enkel toegepast worden |
onder voorbehoud dat de financiering is opgenomen in de | onder voorbehoud dat de financiering is opgenomen in de |
betoelagingsreglementering van de subsidiërende overheid. | betoelagingsreglementering van de subsidiërende overheid. |
Art. 18.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor |
Art. 18.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor |
een bepaalde duur van 3 jaar. Zij treedt in werking op 1 november 2021 | een bepaalde duur van 3 jaar. Zij treedt in werking op 1 november 2021 |
en eindigt van rechtswege op 31 oktober 2024. | en eindigt van rechtswege op 31 oktober 2024. |
§ 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan opgezegd worden door elk | § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan opgezegd worden door elk |
der partijen, mits een opzegging van drie maanden, betekend door | der partijen, mits een opzegging van drie maanden, betekend door |
middel van een aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het | middel van een aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het |
Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van | Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van |
de Vlaamse Gemeenschap. | de Vlaamse Gemeenschap. |
Art. 19.Ondertekening |
Art. 19.Ondertekening |
Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 5 december 1968 betreffende | Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 5 december 1968 betreffende |
de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités worden, | de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités worden, |
voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve | voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze | arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze |
aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de | aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de |
werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de notulen van de | werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de notulen van de |
vergadering die zijn ondertekend door de voorzitter en de secretaris | vergadering die zijn ondertekend door de voorzitter en de secretaris |
en goedgekeurd door de leden. | en goedgekeurd door de leden. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 maart | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 maart |
2022. | 2022. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
P.-Y. DERMAGNE | P.-Y. DERMAGNE |