Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende de vorming, de innovatie en de technologische dienst- en adviesverlening | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende de vorming, de innovatie en de technologische dienst- en adviesverlening |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
23 MAART 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 23 MAART 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie | gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie |
en distributie, betreffende de vorming, de innovatie en de | en distributie, betreffende de vorming, de innovatie en de |
technologische dienst- en adviesverlening (1) | technologische dienst- en adviesverlening (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
installatie en distributie; | installatie en distributie; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie | gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie |
en distributie, betreffende de vorming, de innovatie en de | en distributie, betreffende de vorming, de innovatie en de |
technologische dienst- en adviesverlening. | technologische dienst- en adviesverlening. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 23 maart 2019. | Gegeven te Brussel, 23 maart 2019. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie | Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018 |
Vorming, innovatie en technologische dienst- en adviesverlening | Vorming, innovatie en technologische dienst- en adviesverlening |
(Overeenkomst geregistreerd op 22 januari 2019 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 22 januari 2019 onder het nummer |
150206/CO/149.01) | 150206/CO/149.01) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers en arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder | de werkgevers en arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder |
de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : | de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
installatie en distributie. | installatie en distributie. |
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt |
onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. | onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. |
De uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | De uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt |
toegewezen aan Volta vzw/asbl, verder Volta genoemd. | toegewezen aan Volta vzw/asbl, verder Volta genoemd. |
HOOFDSTUK II. - Risicogroepen | HOOFDSTUK II. - Risicogroepen |
Art. 2.§ 1. Onder "risicogroepen" wordt verstaan : |
Art. 2.§ 1. Onder "risicogroepen" wordt verstaan : |
-langdurig werkzoekenden; | -langdurig werkzoekenden; |
- kortgeschoolde werkzoekenden; | - kortgeschoolde werkzoekenden; |
- werkzoekenden van 45 jaar en ouder; | - werkzoekenden van 45 jaar en ouder; |
- herintreders en herintreedsters; | - herintreders en herintreedsters; |
- leefloners; | - leefloners; |
- personen met een arbeidshandicap; | - personen met een arbeidshandicap; |
- personen van allochtone afkomst; | - personen van allochtone afkomst; |
- werkzoekenden in een herinschakelingsstatuut; | - werkzoekenden in een herinschakelingsstatuut; |
- (deeltijds) lerende jongeren; | - (deeltijds) lerende jongeren; |
- kortgeschoolde arbeiders; | - kortgeschoolde arbeiders; |
- arbeiders die geconfronteerd worden met meervoudig ontslag, | - arbeiders die geconfronteerd worden met meervoudig ontslag, |
herstructurering of de introductie van nieuwe technologieën; | herstructurering of de introductie van nieuwe technologieën; |
- arbeiders van 45 jaar en ouder; | - arbeiders van 45 jaar en ouder; |
- de risicogroepen voorzien in het koninklijk besluit van 19 februari | - de risicogroepen voorzien in het koninklijk besluit van 19 februari |
2013 tot uitvoering van artikel 189, vierde lid van de wet van 27 | 2013 tot uitvoering van artikel 189, vierde lid van de wet van 27 |
december 2006 houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8 | december 2006 houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8 |
april 2013), gespecifieerd in § 2 en § 3 van dit artikel. | april 2013), gespecifieerd in § 2 en § 3 van dit artikel. |
§ 2. Tenminste 0,05 pct. van de loonmassa dient te worden voorbehouden | § 2. Tenminste 0,05 pct. van de loonmassa dient te worden voorbehouden |
aan één of meerdere van volgende risicogroepen : | aan één of meerdere van volgende risicogroepen : |
1. De werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; | 1. De werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; |
2. De werknemers van minstens 40 jaar die in de sector werken en | 2. De werknemers van minstens 40 jaar die in de sector werken en |
bedreigd zijn met ontslag : | bedreigd zijn met ontslag : |
a. hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de | a. hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de |
opzeggingstermijn loopt; | opzeggingstermijn loopt; |
b. hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend | b. hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend |
is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering; | is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering; |
c. hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een | c. hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een |
collectief ontslag werd aangekondigd; | collectief ontslag werd aangekondigd; |
3. De niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar | 3. De niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar |
werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding. | werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding. |
Onder "niet-werkenden" wordt verstaan : | Onder "niet-werkenden" wordt verstaan : |
a. de langdurig werkzoekenden, zijnde de personen die in het bezit | a. de langdurig werkzoekenden, zijnde de personen die in het bezit |
zijn van een werkkaart, bedoeld in artikel 13 van het koninklijk | zijn van een werkkaart, bedoeld in artikel 13 van het koninklijk |
besluit van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van | besluit van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van |
langdurig werkzoekenden; | langdurig werkzoekenden; |
b. de uitkeringsgerechtigde werklozen; | b. de uitkeringsgerechtigde werklozen; |
c. de werkzoekenden die laaggeschoold of erg-laaggeschoold zijn in de | c. de werkzoekenden die laaggeschoold of erg-laaggeschoold zijn in de |
zin van artikel 24 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van | zin van artikel 24 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van |
de tewerkstelling; | de tewerkstelling; |
d. de herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking | d. de herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking |
van minstens één jaar terug op de arbeidsmarkt begeven; | van minstens één jaar terug op de arbeidsmarkt begeven; |
e. de personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in | e. de personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in |
toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op |
maatschappelijke integratie en personen die gerechtigd zijn op | maatschappelijke integratie en personen die gerechtigd zijn op |
maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli | maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli |
1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; | 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; |
f. de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart | f. de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart |
herstructurering in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart 2006 | herstructurering in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart 2006 |
betreffende het activerend beleid bij herstructureringen; | betreffende het activerend beleid bij herstructureringen; |
g. de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de | g. de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de |
Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze | Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze |
nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie | nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie |
minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of | minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of |
niet bezaten bij overlijden; | niet bezaten bij overlijden; |
4. De personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk : | 4. De personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk : |
a. de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te | a. de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te |
worden in een regionaal agentschap voor personen met een handicap; | worden in een regionaal agentschap voor personen met een handicap; |
b. de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens | b. de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens |
33 pct.; | 33 pct.; |
c. de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te | c. de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te |
hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming | hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming |
ingevolge de wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan | ingevolge de wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan |
personen met een handicap; | personen met een handicap; |
d. de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren | d. de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren |
bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het | bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het |
Paritair Comité voor de beschutte en de sociale werkplaatsen; | Paritair Comité voor de beschutte en de sociale werkplaatsen; |
e. de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op | e. de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op |
basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens | basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens |
66 pct.; | 66 pct.; |
f. de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de | f. de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de |
Algemene Directie Personen met een Handicap van de Federale | Algemene Directie Personen met een Handicap van de Federale |
Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en | Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en |
fiscale voordelen; | fiscale voordelen; |
g. de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor | g. de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor |
arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot | arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot |
werkhervatting; | werkhervatting; |
5. De jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, | 5. De jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, |
hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van | hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van |
een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in | een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in |
artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991 | artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991 |
houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een | houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een |
instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk | instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk |
besluit van 25 november 1991. | besluit van 25 november 1991. |
§ 3. Van de in § 2 bedoelde inspanning moet minstens de helft (0,025 | § 3. Van de in § 2 bedoelde inspanning moet minstens de helft (0,025 |
pct.) besteed worden aan initiatieven ten voordelen van één of | pct.) besteed worden aan initiatieven ten voordelen van één of |
meerdere van de volgende groepen : | meerdere van de volgende groepen : |
a. de in artikel 2, § 2, 5. bedoelde jongeren; | a. de in artikel 2, § 2, 5. bedoelde jongeren; |
b. de in artikel 2, § 2, 3. en 4. bedoelde personen die nog geen 26 | b. de in artikel 2, § 2, 3. en 4. bedoelde personen die nog geen 26 |
jaar oud zijn. | jaar oud zijn. |
Dit aandeel van de bijdrage voor risicogroepen dat besteed moet worden | Dit aandeel van de bijdrage voor risicogroepen dat besteed moet worden |
aan de jongeren zal verhoogd worden tot minstens 0,05 pct. van de | aan de jongeren zal verhoogd worden tot minstens 0,05 pct. van de |
loonmassa, om jongeren, via een ingroeibaan, werkkansen te bieden in | loonmassa, om jongeren, via een ingroeibaan, werkkansen te bieden in |
de sector. | de sector. |
Elke jongere komt in aanmerking voor een ingroeibaan, ongeacht de aard | Elke jongere komt in aanmerking voor een ingroeibaan, ongeacht de aard |
van de overeenkomst (IBO/FPI(-E), PFI, IBU, deeltijd leren/werken, | van de overeenkomst (IBO/FPI(-E), PFI, IBU, deeltijd leren/werken, |
arbeidsovereenkomst van bepaalde of onbepaalde duur,...). | arbeidsovereenkomst van bepaalde of onbepaalde duur,...). |
Volta krijgt de opdracht om in dit kader ondersteunende en bijkomende | Volta krijgt de opdracht om in dit kader ondersteunende en bijkomende |
acties te ontwikkelen. | acties te ontwikkelen. |
Een specifieke opdracht in dit kader voor Volta is het uitwerken van | Een specifieke opdracht in dit kader voor Volta is het uitwerken van |
een opleidingspakket voor werknemers in een traject van peterschap om | een opleidingspakket voor werknemers in een traject van peterschap om |
jongeren in een ingroeibaan te begeleiden en te coachen. Deze | jongeren in een ingroeibaan te begeleiden en te coachen. Deze |
werknemers dienen de nodige tijd te krijgen om enerzijds deze | werknemers dienen de nodige tijd te krijgen om enerzijds deze |
opleiding te volgen en anderzijds de jonge werknemer te begeleiden en | opleiding te volgen en anderzijds de jonge werknemer te begeleiden en |
te coachen in zijn nieuwe baan. | te coachen in zijn nieuwe baan. |
Art. 3.Opdrachten aan Volta |
Art. 3.Opdrachten aan Volta |
De financiële middelen zoals bepaald in artikel 14 van deze | De financiële middelen zoals bepaald in artikel 14 van deze |
overeenkomst, worden door Volta aangewend om onderstaande opdrachten | overeenkomst, worden door Volta aangewend om onderstaande opdrachten |
voor de doelgroep zoals omschreven in artikel 2 van deze overeenkomst, | voor de doelgroep zoals omschreven in artikel 2 van deze overeenkomst, |
te vervullen : | te vervullen : |
- bijzondere aandacht dient te worden besteed aan de ondersteuning van | - bijzondere aandacht dient te worden besteed aan de ondersteuning van |
vormings-, opleidings- en tewerkstellingsinitiatieven van, alsook | vormings-, opleidings- en tewerkstellingsinitiatieven van, alsook |
samenwerking met, institutionele partners, onder andere VDAB, | samenwerking met, institutionele partners, onder andere VDAB, |
Bruxelles Formation, Actiris, ADG en Forem, met als doel een maximale | Bruxelles Formation, Actiris, ADG en Forem, met als doel een maximale |
tewerkstelling binnen de sector; | tewerkstelling binnen de sector; |
- ondersteuning en samenwerking met derden inzake vormings- en | - ondersteuning en samenwerking met derden inzake vormings- en |
opleidingsinitiatieven en tewerkstellingsinitiatieven, met als doel | opleidingsinitiatieven en tewerkstellingsinitiatieven, met als doel |
een maximale tewerkstelling binnen de sector; | een maximale tewerkstelling binnen de sector; |
- uitbouwen van een paritair beheerd en kwalitatief alternerend | - uitbouwen van een paritair beheerd en kwalitatief alternerend |
opleidingssysteem, onder andere via projecten in samenwerking met | opleidingssysteem, onder andere via projecten in samenwerking met |
deeltijds onderwijs en middenstandsleerlingwezen; | deeltijds onderwijs en middenstandsleerlingwezen; |
- optimaliseren van de aansluiting opleiding en arbeidsmarkt; | - optimaliseren van de aansluiting opleiding en arbeidsmarkt; |
- alle andere opdrachten en projecten van de raad van bestuur van | - alle andere opdrachten en projecten van de raad van bestuur van |
Volta in het kader van de ondersteuning van vormings- en | Volta in het kader van de ondersteuning van vormings- en |
opleidingsinitiatieven van personen zoals bepaald in artikel 2 van | opleidingsinitiatieven van personen zoals bepaald in artikel 2 van |
deze overeenkomst. | deze overeenkomst. |
Art. 4.Modaliteiten |
Art. 4.Modaliteiten |
De raad van beheer van Volta bepaalt de verdere modaliteiten met | De raad van beheer van Volta bepaalt de verdere modaliteiten met |
betrekking tot de opdrachten van Volta, zoals bepaald in artikel 3 van | betrekking tot de opdrachten van Volta, zoals bepaald in artikel 3 van |
deze overeenkomst, en dit in functie van onder andere de instroom van | deze overeenkomst, en dit in functie van onder andere de instroom van |
risicogroepen in de sector, de beheersbaarheid van de kosten, alsook | risicogroepen in de sector, de beheersbaarheid van de kosten, alsook |
de tewerkstelling in de sector. | de tewerkstelling in de sector. |
HOOFDSTUK III. - Recht op permanente vorming | HOOFDSTUK III. - Recht op permanente vorming |
Art. 5.Definitieve permanente vorming |
Art. 5.Definitieve permanente vorming |
Onder "permanente vorming" wordt verstaan : | Onder "permanente vorming" wordt verstaan : |
a) de vorming die het vakmanschap van de arbeider bevordert, zijn | a) de vorming die het vakmanschap van de arbeider bevordert, zijn |
arbeidsmarktpositie verstrekt en beantwoordt aan de noden van de | arbeidsmarktpositie verstrekt en beantwoordt aan de noden van de |
ondernemingen en de sector; | ondernemingen en de sector; |
b) de formele opleiding : door lesgevers of sprekers ontwikkelde | b) de formele opleiding : door lesgevers of sprekers ontwikkelde |
cursussen en stages. Deze opleidingen worden gekenmerkt door een hoge | cursussen en stages. Deze opleidingen worden gekenmerkt door een hoge |
graad van organisatie van de opleider of opleidingsinstelling. Ze gaan | graad van organisatie van de opleider of opleidingsinstelling. Ze gaan |
door op een plaats die duidelijk van de werkplek gescheiden is. Ze | door op een plaats die duidelijk van de werkplek gescheiden is. Ze |
richten zich tot een groep cursisten en vaak wordt een attest | richten zich tot een groep cursisten en vaak wordt een attest |
verstrekt dat de opleiding gevolgd werd. Die opleidingen kunnen | verstrekt dat de opleiding gevolgd werd. Die opleidingen kunnen |
ontwikkeld en beheerd worden door de onderneming zelf of door een | ontwikkeld en beheerd worden door de onderneming zelf of door een |
extern organisme; | extern organisme; |
c) de informele opleiding : de opleidingsactiviteiten, andere dan deze | c) de informele opleiding : de opleidingsactiviteiten, andere dan deze |
bedoeld onder b), die rechtstreeks betrekking hebben op het werk. Deze | bedoeld onder b), die rechtstreeks betrekking hebben op het werk. Deze |
opleidingen worden gekenmerkt door een hoge graad van zelforganisatie | opleidingen worden gekenmerkt door een hoge graad van zelforganisatie |
door de individuele cursist of door een groep cursisten met betrekking | door de individuele cursist of door een groep cursisten met betrekking |
tot de tijd, de plaats en de inhoud, een inhoud die gekozen wordt | tot de tijd, de plaats en de inhoud, een inhoud die gekozen wordt |
volgens de individuele behoeften van de cursist op de werkplek, en met | volgens de individuele behoeften van de cursist op de werkplek, en met |
een rechtstreeks verband met het werk en de werkplek, met inbegrip van | een rechtstreeks verband met het werk en de werkplek, met inbegrip van |
deelname. | deelname. |
Art. 6.Opdrachten aan Volta |
Art. 6.Opdrachten aan Volta |
De opdracht van Volta omvat het ondersteunen van een sectoraal | De opdracht van Volta omvat het ondersteunen van een sectoraal |
opleidingsbeleid, met name : | opleidingsbeleid, met name : |
- het onderzoeken van kwalificatie- en opleidingsnoden; | - het onderzoeken van kwalificatie- en opleidingsnoden; |
- het ontwikkelen van opleidingstrajecten in functie van de permanente | - het ontwikkelen van opleidingstrajecten in functie van de permanente |
vorming; | vorming; |
- de kwaliteitsbewaking en erkenning van de opleidingsinspanningen ten | - de kwaliteitsbewaking en erkenning van de opleidingsinspanningen ten |
behoeve van de sector; | behoeve van de sector; |
- de certificering van arbeiders binnen de domeinen bepaald door de | - de certificering van arbeiders binnen de domeinen bepaald door de |
raad van bestuur van Volta en dit via projecten zoals onder meer het | raad van bestuur van Volta en dit via projecten zoals onder meer het |
ervaringsbewijs; | ervaringsbewijs; |
- het aanbieden van een ondersteunende rol teneinde bedrijfsleiders en | - het aanbieden van een ondersteunende rol teneinde bedrijfsleiders en |
vakbondsafgevaardigden bij te staan bij de uitwerking van het | vakbondsafgevaardigden bij te staan bij de uitwerking van het |
bedrijfsopleidingsplan; | bedrijfsopleidingsplan; |
- het opvolgen van de opleidingsplannen in de ondernemingen, met als | - het opvolgen van de opleidingsplannen in de ondernemingen, met als |
doel de verbetering van de kwantiteit van de bedrijfsopleidingsplannen | doel de verbetering van de kwantiteit van de bedrijfsopleidingsplannen |
en van de kwaliteit van de sectorale opleidingsplanner; | en van de kwaliteit van de sectorale opleidingsplanner; |
- het nastreven van een betere afstemming en samenwerking tussen Volta | - het nastreven van een betere afstemming en samenwerking tussen Volta |
en andere opleidingsfondsen, waaronder ook deze voor bedienden | en andere opleidingsfondsen, waaronder ook deze voor bedienden |
teneinde de opleidingsinitiatieven op bedrijfsvlak voor arbeiders en | teneinde de opleidingsinitiatieven op bedrijfsvlak voor arbeiders en |
bedienden optimaal te ondersteunen. In dit kader dient Volta tevens te | bedienden optimaal te ondersteunen. In dit kader dient Volta tevens te |
kunnen beschikken over de gegevens van de bedienden tewerkgesteld bij | kunnen beschikken over de gegevens van de bedienden tewerkgesteld bij |
werkgevers uit de sector van het Paritair Subcomité voor de | werkgevers uit de sector van het Paritair Subcomité voor de |
elektriciens : installatie en distributie; | elektriciens : installatie en distributie; |
- de mogelijkheid om beperkte betalende activiteiten te ontwikkelen en | - de mogelijkheid om beperkte betalende activiteiten te ontwikkelen en |
bedrijven een globaal opleidingsaanbod te verstrekken, in zoverre dat | bedrijven een globaal opleidingsaanbod te verstrekken, in zoverre dat |
de middelen die hiermee gegenereerd worden opnieuw in de werking van | de middelen die hiermee gegenereerd worden opnieuw in de werking van |
Volta geïnvesteerd worden. Deze initiatieven dienen zelfbedruipend te | Volta geïnvesteerd worden. Deze initiatieven dienen zelfbedruipend te |
zijn en mogen de algemene lasten niet bezwaren teneinde de | zijn en mogen de algemene lasten niet bezwaren teneinde de |
basisopdrachten van Volta niet in het gedrang te brengen; | basisopdrachten van Volta niet in het gedrang te brengen; |
- het ontwikkelen van initiatieven ter bevordering van de | - het ontwikkelen van initiatieven ter bevordering van de |
werkzekerheid van arbeiders, meer specifiek zoals voorzien in artikel | werkzekerheid van arbeiders, meer specifiek zoals voorzien in artikel |
2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2003 inzake | 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2003 inzake |
werkzekerheid, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit | werkzekerheid, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit |
van 15 juli 2004 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 28 | van 15 juli 2004 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 28 |
september 2004; | september 2004; |
- andere door de raad van bestuur van Volta te bepalen | - andere door de raad van bestuur van Volta te bepalen |
opleidingsinitiatieven. | opleidingsinitiatieven. |
Art. 7.Recht op vorming en opleiding |
Art. 7.Recht op vorming en opleiding |
1. Collectief recht | 1. Collectief recht |
Vanaf 1 januari 2018 wordt het collectief recht op vorming en | Vanaf 1 januari 2018 wordt het collectief recht op vorming en |
opleiding verhoogd tot 2 dagen per arbeider per kalenderjaar en dit | opleiding verhoogd tot 2 dagen per arbeider per kalenderjaar en dit |
voor alle ondernemingen in de sector. | voor alle ondernemingen in de sector. |
2. Individueel recht | 2. Individueel recht |
§ 1. Sinds 1 januari 2016 heeft elke arbeider een individueel en | § 1. Sinds 1 januari 2016 heeft elke arbeider een individueel en |
afdwingbaar recht op 1 dag scholing en permanente vorming per jaar, op | afdwingbaar recht op 1 dag scholing en permanente vorming per jaar, op |
voorwaarde dat de arbeider het voorbije jaar een opleiding heeft | voorwaarde dat de arbeider het voorbije jaar een opleiding heeft |
gevolgd bij de betrokken werkgever. | gevolgd bij de betrokken werkgever. |
§ 2. Vanaf 1 januari 2018 wordt het individueel recht op vorming en | § 2. Vanaf 1 januari 2018 wordt het individueel recht op vorming en |
opleiding van 1 dag per arbeider per jaar aangewend voor vormingen die | opleiding van 1 dag per arbeider per jaar aangewend voor vormingen die |
bedrijfsrelevant zijn en de inzetbaarheid van de arbeider op de | bedrijfsrelevant zijn en de inzetbaarheid van de arbeider op de |
arbeidsmarkt verbeteren, op voorwaarde dat de arbeider het voorbije | arbeidsmarkt verbeteren, op voorwaarde dat de arbeider het voorbije |
jaar geen opleiding heeft gevolgd bij de betrokken werkgever. | jaar geen opleiding heeft gevolgd bij de betrokken werkgever. |
Art. 8.Premiekrediet |
Art. 8.Premiekrediet |
1. Opbouw premiekrediet | 1. Opbouw premiekrediet |
§ 1. Teneinde de ondernemingen te stimuleren om effectief beroep te | § 1. Teneinde de ondernemingen te stimuleren om effectief beroep te |
doen op de door de sector, via Volta, aangeboden mogelijkheden | doen op de door de sector, via Volta, aangeboden mogelijkheden |
betreffende erkende opleidingen, werd met ingang van 1 januari 2004 | betreffende erkende opleidingen, werd met ingang van 1 januari 2004 |
het systeem van premiekrediet ingevoerd. Met dit premiekrediet wordt | het systeem van premiekrediet ingevoerd. Met dit premiekrediet wordt |
de permanente vorming van de arbeiders, zoals bepaald in artikel 5 van | de permanente vorming van de arbeiders, zoals bepaald in artikel 5 van |
deze overeenkomst, verzekerd. | deze overeenkomst, verzekerd. |
§ 2. Het jaarlijks premiekrediet wordt berekend op basis van het | § 2. Het jaarlijks premiekrediet wordt berekend op basis van het |
aantal arbeiders (contract onbepaalde of bepaalde duur) tewerkgesteld | aantal arbeiders (contract onbepaalde of bepaalde duur) tewerkgesteld |
tijdens het kwartaal waarvan de meest recente gegevens beschikbaar | tijdens het kwartaal waarvan de meest recente gegevens beschikbaar |
zijn, vermenigvuldigd met 15,50 EUR en 16 uren. De raad van bestuur | zijn, vermenigvuldigd met 15,50 EUR en 16 uren. De raad van bestuur |
van Volta kan beslissen het kwartaal waarop de berekening van het | van Volta kan beslissen het kwartaal waarop de berekening van het |
premiekrediet geschiedt, te wijzigen indien dit om praktische redenen | premiekrediet geschiedt, te wijzigen indien dit om praktische redenen |
aangewezen zou zijn. Het premiekrediet, waarop een firma recht heeft, | aangewezen zou zijn. Het premiekrediet, waarop een firma recht heeft, |
wordt door Volta aan de onderneming meegedeeld in de loop van het 4de | wordt door Volta aan de onderneming meegedeeld in de loop van het 4de |
kwartaal van het voorgaande kalenderjaar. | kwartaal van het voorgaande kalenderjaar. |
§ 3. Voor de ondernemingen is de mogelijkheid om het collectief | § 3. Voor de ondernemingen is de mogelijkheid om het collectief |
premiekrediet bepaald in § 2 hierboven te gebruiken beperkt tot het | premiekrediet bepaald in § 2 hierboven te gebruiken beperkt tot het |
betrokken jaar (hierna "N"). | betrokken jaar (hierna "N"). |
De onderneming, die voor het lopende jaar meer dagen aan opleiding | De onderneming, die voor het lopende jaar meer dagen aan opleiding |
voorziet dan diegene die gedekt zijn door het premiekrediet door Volta | voorziet dan diegene die gedekt zijn door het premiekrediet door Volta |
meegedeeld, zoals bepaald in § 2 hierboven, kan niettemin een | meegedeeld, zoals bepaald in § 2 hierboven, kan niettemin een |
voorafname van dit premiekrediet ontvangen tot maximaal de 2 | voorafname van dit premiekrediet ontvangen tot maximaal de 2 |
daaropvolgende jaren volgens de formules N+1 en N+2. | daaropvolgende jaren volgens de formules N+1 en N+2. |
Indien zou blijken dat de voorafname op het premiekrediet hoger is dan | Indien zou blijken dat de voorafname op het premiekrediet hoger is dan |
het premiekrediet waarop het bedrijf, overeenkomstig de gegevens | het premiekrediet waarop het bedrijf, overeenkomstig de gegevens |
waarover Volta beschikt, in de loop van de volgende jaren recht zal | waarover Volta beschikt, in de loop van de volgende jaren recht zal |
hebben, kan Volta de voorafname terugvorderen van het betrokken | hebben, kan Volta de voorafname terugvorderen van het betrokken |
bedrijf. Dit geldt bijgevolg tevens voor ondernemingen die de sector | bedrijf. Dit geldt bijgevolg tevens voor ondernemingen die de sector |
verlaten. | verlaten. |
§ 4. Een onderneming heeft de mogelijkheid om het niet opgenomen | § 4. Een onderneming heeft de mogelijkheid om het niet opgenomen |
premiekrediet van de voorgaande jaren vooralsnog op te nemen. Dit is | premiekrediet van de voorgaande jaren vooralsnog op te nemen. Dit is |
echter beperkt tot de twee voorgaande jaren volgens de formules N-1 en | echter beperkt tot de twee voorgaande jaren volgens de formules N-1 en |
N-2. | N-2. |
Het niet opgenomen premiekrediet van N-3 en voorgaande jaren wordt | Het niet opgenomen premiekrediet van N-3 en voorgaande jaren wordt |
toegevoegd aan de globale sectorale begroting ter financiering van de | toegevoegd aan de globale sectorale begroting ter financiering van de |
voortzetting van het premiestelsel. | voortzetting van het premiestelsel. |
§ 5. Het verhoogde premiekrediet zal het voorwerp uitmaken van een | § 5. Het verhoogde premiekrediet zal het voorwerp uitmaken van een |
sectorale evaluatie, tegen uiterlijk 31 december 2018, met het oog op | sectorale evaluatie, tegen uiterlijk 31 december 2018, met het oog op |
de betaalbaarheid. | de betaalbaarheid. |
2. Aanwending premiekrediet | 2. Aanwending premiekrediet |
§ 1. Wanneer een arbeider uit een onderneming behorende tot het | § 1. Wanneer een arbeider uit een onderneming behorende tot het |
Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie | Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie |
deelgenomen heeft aan een door Volta erkende opleiding, zal zijn | deelgenomen heeft aan een door Volta erkende opleiding, zal zijn |
werkgever recht hebben op het ontvangen van een premie van 15,50 EUR | werkgever recht hebben op het ontvangen van een premie van 15,50 EUR |
per opleidingsuur. De arbeider zelf krijgt gedurende de opleiding zijn | per opleidingsuur. De arbeider zelf krijgt gedurende de opleiding zijn |
loon van de werkgever doorbetaald volgens het arbeidsregime waarin hij | loon van de werkgever doorbetaald volgens het arbeidsregime waarin hij |
tewerkgesteld is. | tewerkgesteld is. |
§ 2. Indien de opleiding echter in aanmerking komt voor het betaald | § 2. Indien de opleiding echter in aanmerking komt voor het betaald |
educatief verlof, zal de werkgever slechts recht hebben op het | educatief verlof, zal de werkgever slechts recht hebben op het |
ontvangen van een premie van 7,75 EUR per opleidingsuur. De arbeider | ontvangen van een premie van 7,75 EUR per opleidingsuur. De arbeider |
zelf krijgt gedurende de opleiding zijn loon van de werkgever | zelf krijgt gedurende de opleiding zijn loon van de werkgever |
doorbetaald volgens het arbeidsregime waarin hij tewerkgesteld is. | doorbetaald volgens het arbeidsregime waarin hij tewerkgesteld is. |
§ 3. Teneinde recht te hebben op de in § 1 en § 2 beschreven | § 3. Teneinde recht te hebben op de in § 1 en § 2 beschreven |
tussenkomsten vanwege Volta, dient de werkgever een correct ingevulde | tussenkomsten vanwege Volta, dient de werkgever een correct ingevulde |
premie-aanvraag (bepaald door Volta) in te dienen bij Volta. | premie-aanvraag (bepaald door Volta) in te dienen bij Volta. |
§ 4. De in § 1 en § 2 bepaalde tussenkomsten zijn afkomstig van het | § 4. De in § 1 en § 2 bepaalde tussenkomsten zijn afkomstig van het |
opgebouwde premiekrediet, zoals bepaald in artikel 8 van deze | opgebouwde premiekrediet, zoals bepaald in artikel 8 van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst. Het premiekrediet wordt dus | collectieve arbeidsovereenkomst. Het premiekrediet wordt dus |
verminderd in functie van het aantal door de arbeider(s) gevolgde | verminderd in functie van het aantal door de arbeider(s) gevolgde |
opleidingsuren. | opleidingsuren. |
§ 5. Het premiekrediet kan worden afgebouwd voor de opleidingen zoals | § 5. Het premiekrediet kan worden afgebouwd voor de opleidingen zoals |
die beschreven worden in artikel 8.3 en artikel 7.2 van deze | die beschreven worden in artikel 8.3 en artikel 7.2 van deze |
overeenkomst. | overeenkomst. |
§ 6. In ondernemingen met een vakbondsafvaardiging kan het | § 6. In ondernemingen met een vakbondsafvaardiging kan het |
premiekrediet slechts worden toegekend op basis van paritair | premiekrediet slechts worden toegekend op basis van paritair |
goedgekeurde bedrijfsopleidingsplannen. Ook alle latere aanpassingen | goedgekeurde bedrijfsopleidingsplannen. Ook alle latere aanpassingen |
aan het bedrijfsopleidingsplan moeten paritair worden goedgekeurd. | aan het bedrijfsopleidingsplan moeten paritair worden goedgekeurd. |
3. Systeem premiekrediet | 3. Systeem premiekrediet |
§ 1. Voor het bovenstaande systeem van premiekrediet komen enkel de | § 1. Voor het bovenstaande systeem van premiekrediet komen enkel de |
erkende opleidingen in aanmerking. Voor de opleidingen die nog niet | erkende opleidingen in aanmerking. Voor de opleidingen die nog niet |
erkend zijn kan een premie-aanvraag ingediend worden via een | erkend zijn kan een premie-aanvraag ingediend worden via een |
vastgelegde procedure. De raad van bestuur van Volta legt hiertoe de | vastgelegde procedure. De raad van bestuur van Volta legt hiertoe de |
modaliteiten vast. | modaliteiten vast. |
§ 2. Opleidingen op initiatief van de werkgever kunnen maar erkend | § 2. Opleidingen op initiatief van de werkgever kunnen maar erkend |
worden door Volta wanneer deze opleidingen doorgaan binnen de normale | worden door Volta wanneer deze opleidingen doorgaan binnen de normale |
werkuren van de arbeider, met uitzondering van de bij wet opgelegde | werkuren van de arbeider, met uitzondering van de bij wet opgelegde |
opleidingen buiten de werkuren, die erkend zijn door Volta. Deze | opleidingen buiten de werkuren, die erkend zijn door Volta. Deze |
laatste volgen dezelfde bepalingen als de opleidingen binnen de | laatste volgen dezelfde bepalingen als de opleidingen binnen de |
werkuren. | werkuren. |
De arbeider die een opleiding volgt in dit systeem wordt verloond | De arbeider die een opleiding volgt in dit systeem wordt verloond |
volgens het arbeidsregime waarin hij tewerkgesteld is. | volgens het arbeidsregime waarin hij tewerkgesteld is. |
Het inschrijvingsgeld wordt betaald door de werkgever. | Het inschrijvingsgeld wordt betaald door de werkgever. |
De premie wordt betaald aan de werkgever en afgebouwd van het | De premie wordt betaald aan de werkgever en afgebouwd van het |
premiekrediet van de onderneming, zoals bepaald in artikel 8.2 van | premiekrediet van de onderneming, zoals bepaald in artikel 8.2 van |
deze overeenkomst. | deze overeenkomst. |
Art. 9.Opleidingspaspoort |
Art. 9.Opleidingspaspoort |
Telkens een arbeider uit een onderneming behorende tot het Paritair | Telkens een arbeider uit een onderneming behorende tot het Paritair |
Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie heeft | Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie heeft |
deelgenomen aan een door Volta erkende opleiding, krijgt deze ten | deelgenomen aan een door Volta erkende opleiding, krijgt deze ten |
persoonlijke titel een deelname-attest toegestuurd dat in het | persoonlijke titel een deelname-attest toegestuurd dat in het |
persoonlijk opleidingspaspoort dient te worden gekleefd. Dit | persoonlijk opleidingspaspoort dient te worden gekleefd. Dit |
opleidingspaspoort geeft de arbeider een overzicht van de | opleidingspaspoort geeft de arbeider een overzicht van de |
Volta-erkende opleidingen die deze heeft gevolgd. | Volta-erkende opleidingen die deze heeft gevolgd. |
Art. 10.Competentietest ervaringsbewijs |
Art. 10.Competentietest ervaringsbewijs |
De arbeider die een competentietest voor een ervaringsbewijs aflegt, | De arbeider die een competentietest voor een ervaringsbewijs aflegt, |
heeft het recht om, gedurende maximaal 1 dag per kalenderjaar en met | heeft het recht om, gedurende maximaal 1 dag per kalenderjaar en met |
behoud van zijn normale loon, van het werk afwezig te zijn. | behoud van zijn normale loon, van het werk afwezig te zijn. |
Art. 11.Bedrijfsopleidingsplannen |
Art. 11.Bedrijfsopleidingsplannen |
§ 1. Ondernemingen met vakbondsafvaardiging | § 1. Ondernemingen met vakbondsafvaardiging |
In bedrijven met een vakbondsafvaardiging dient het opstellen en het | In bedrijven met een vakbondsafvaardiging dient het opstellen en het |
wijzigen van een bedrijfsopleidingsplan in de onderneming paritair te | wijzigen van een bedrijfsopleidingsplan in de onderneming paritair te |
worden goedgekeurd. | worden goedgekeurd. |
Om een kwaliteitsvol overleg over de bedrijfsopleidingsplannen te | Om een kwaliteitsvol overleg over de bedrijfsopleidingsplannen te |
verzekeren, dienen de besprekingen op ondernemingsvlak vóór 15 | verzekeren, dienen de besprekingen op ondernemingsvlak vóór 15 |
november van het voorgaande kalenderjaar te worden aangevat. | november van het voorgaande kalenderjaar te worden aangevat. |
Indien de partners er niet in slagen een paritair goedgekeurd | Indien de partners er niet in slagen een paritair goedgekeurd |
bedrijfsopleidingsplan op te stellen, kunnen de betrokken partijen | bedrijfsopleidingsplan op te stellen, kunnen de betrokken partijen |
binnen deze bedrijven voor het opstellen van hun | binnen deze bedrijven voor het opstellen van hun |
bedrijfsopleidingsplan beroep doen op de begeleiding van Volta. | bedrijfsopleidingsplan beroep doen op de begeleiding van Volta. |
Tenslotte kan bij niet-akkoord op vlak van de onderneming het ontwerp | Tenslotte kan bij niet-akkoord op vlak van de onderneming het ontwerp |
van bedrijfsopleidingsplan, opgesteld door de werkgever samen met de | van bedrijfsopleidingsplan, opgesteld door de werkgever samen met de |
bedenkingen van de vakbondsafgevaardigden overgemaakt worden aan | bedenkingen van de vakbondsafgevaardigden overgemaakt worden aan |
Volta. | Volta. |
Het bedrijfsopleidingsplan wordt jaarlijks vóór 15 februari aan Volta | Het bedrijfsopleidingsplan wordt jaarlijks vóór 15 februari aan Volta |
overgemaakt, maar kan gewijzigd of aangevuld worden in de loop van het | overgemaakt, maar kan gewijzigd of aangevuld worden in de loop van het |
kalenderjaar. | kalenderjaar. |
§ 2. Ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging | § 2. Ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging |
Indien in ondernemingen zonder een vakbondsafvaardiging de bereidheid | Indien in ondernemingen zonder een vakbondsafvaardiging de bereidheid |
bestaat een bedrijfsopleidingsplan uit te werken, kunnen de partners | bestaat een bedrijfsopleidingsplan uit te werken, kunnen de partners |
binnen de onderneming hiervoor een beroep doen op de begeleiding van | binnen de onderneming hiervoor een beroep doen op de begeleiding van |
Volta. | Volta. |
§ 3. Het bedrijfsopleidingsplan houdt rekening met de opleidingsnoden | § 3. Het bedrijfsopleidingsplan houdt rekening met de opleidingsnoden |
en de gewenste antwoorden hierop van het bedrijf. In functie van een | en de gewenste antwoorden hierop van het bedrijf. In functie van een |
sectorale erkenning en een optimaal gebruik van het premiekrediet en | sectorale erkenning en een optimaal gebruik van het premiekrediet en |
van de wet op het betaald educatief verlof, verloopt de uitvoering van | van de wet op het betaald educatief verlof, verloopt de uitvoering van |
dit plan - hoewel niet exclusief - in samenwerking met Volta. | dit plan - hoewel niet exclusief - in samenwerking met Volta. |
§ 4. De uitvoering van dit plan wordt eveneens in de onderneming | § 4. De uitvoering van dit plan wordt eveneens in de onderneming |
paritair opgevolgd en jaarlijks geëvalueerd. De jaarlijkse evaluatie | paritair opgevolgd en jaarlijks geëvalueerd. De jaarlijkse evaluatie |
gebeurt in de ondernemingsraad, bij ontstentenis in samenspraak met de | gebeurt in de ondernemingsraad, bij ontstentenis in samenspraak met de |
vakbondsafvaardiging of door het paritair subcomité. | vakbondsafvaardiging of door het paritair subcomité. |
§ 5. Indien een bedrijfsopleidingsplan in erkende opleidingen | § 5. Indien een bedrijfsopleidingsplan in erkende opleidingen |
voorziet, die gevolge worden door een competentietest in het kader van | voorziet, die gevolge worden door een competentietest in het kader van |
een certificering van arbeiders, zal de vakbondsafvaardiging, indien | een certificering van arbeiders, zal de vakbondsafvaardiging, indien |
er één bestaat, door de werkgever voorafgaand geïnformeerd en | er één bestaat, door de werkgever voorafgaand geïnformeerd en |
geconsulteerd worden over de procedure. In geval van negatieve | geconsulteerd worden over de procedure. In geval van negatieve |
testresultaten van een opleiding die leidt tot certificering wordt een | testresultaten van een opleiding die leidt tot certificering wordt een |
principerecht op remediëring voorzien, waarin de werkgever er zich toe | principerecht op remediëring voorzien, waarin de werkgever er zich toe |
verbindt om een niet-geslaagde cursist een éénmalige | verbindt om een niet-geslaagde cursist een éénmalige |
remediëringsopleiding aan te bieden met behoud van de bestaande | remediëringsopleiding aan te bieden met behoud van de bestaande |
voordelen. Volta zal deze remediëringsopleiding gratis aanbieden | voordelen. Volta zal deze remediëringsopleiding gratis aanbieden |
indien het gaat om een door Volta georganiseerde erkende opleiding. | indien het gaat om een door Volta georganiseerde erkende opleiding. |
§ 6. Teneinde het vormingsaanbod van Volta beter op de sector af te | § 6. Teneinde het vormingsaanbod van Volta beter op de sector af te |
stemmen : | stemmen : |
- dienen de bedrijfsopleidingsplannen aan Volta te worden overgemaakt; | - dienen de bedrijfsopleidingsplannen aan Volta te worden overgemaakt; |
- zal een globale analyse van de ingediende opleidingsplannen | - zal een globale analyse van de ingediende opleidingsplannen |
gebeuren; | gebeuren; |
- dient Volta haar bedrijfsbezoeken uit te bouwen. | - dient Volta haar bedrijfsbezoeken uit te bouwen. |
HOOFDSTUK IV. - Sectorpromotie en innovatie | HOOFDSTUK IV. - Sectorpromotie en innovatie |
Art. 12.Onderwijs en arbeidsmarkt |
Art. 12.Onderwijs en arbeidsmarkt |
De financiële middelen kunnen door Volta aangewend worden om een | De financiële middelen kunnen door Volta aangewend worden om een |
paritair beheerd en kwalitatief opleidingssysteem uit te bouwen, onder | paritair beheerd en kwalitatief opleidingssysteem uit te bouwen, onder |
andere via projecten in samenwerking met onderwijs. | andere via projecten in samenwerking met onderwijs. |
De raad van bestuur van Volta bepaalt de verdere modaliteiten met | De raad van bestuur van Volta bepaalt de verdere modaliteiten met |
betrekking tot deze opdracht van Volta en kan tevens beslissen tot | betrekking tot deze opdracht van Volta en kan tevens beslissen tot |
andere initiatieven ter promotie van de sector, in samenwerking met | andere initiatieven ter promotie van de sector, in samenwerking met |
institutionele en andere derden. De raad van bestuur van Volta dient | institutionele en andere derden. De raad van bestuur van Volta dient |
deze initiatieven te kaderen in functie van onder andere de instroom | deze initiatieven te kaderen in functie van onder andere de instroom |
in de sector, de beheersbaarheid van de kosten, alsook de | in de sector, de beheersbaarheid van de kosten, alsook de |
tewerkstelling in de sector. | tewerkstelling in de sector. |
Art. 13.Technologische dienst- en adviesverlening |
Art. 13.Technologische dienst- en adviesverlening |
De sociale partners ondersteunen via Volta de inspanningen inzake | De sociale partners ondersteunen via Volta de inspanningen inzake |
technologisch onderzoek in de sector, met oog op het bevorderen, het | technologisch onderzoek in de sector, met oog op het bevorderen, het |
opvolgen en het organiseren van alle vormen van technologische dienst- | opvolgen en het organiseren van alle vormen van technologische dienst- |
en adviesverlening, onder andere inzake de volgende terreinen : | en adviesverlening, onder andere inzake de volgende terreinen : |
technology assessment (onderzoek van de weerslag van nieuwe | technology assessment (onderzoek van de weerslag van nieuwe |
technologieën voor de werkgevers en arbeiders in de sector), | technologieën voor de werkgevers en arbeiders in de sector), |
milieu-technologie en de impact ervan op de sector en sectorlabelling | milieu-technologie en de impact ervan op de sector en sectorlabelling |
en bedrijfscertificering op technologisch vlak. | en bedrijfscertificering op technologisch vlak. |
De opdrachten moeten zodanig toegekend worden dat er een evenwichtige | De opdrachten moeten zodanig toegekend worden dat er een evenwichtige |
spreiding is over de verschillende regio's van het land. | spreiding is over de verschillende regio's van het land. |
HOOFDSTUK V. - Financiering | HOOFDSTUK V. - Financiering |
Art. 14.Risicogroepen en innoverende opleidingsprojecten |
Art. 14.Risicogroepen en innoverende opleidingsprojecten |
§ 1. Overeenkomstig titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 van de wet | § 1. Overeenkomstig titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 van de wet |
van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen, gepubliceerd in het | van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen, gepubliceerd in het |
Belgisch Staatsblad van 28 december 2006, en haar uitvoeringsbesluit | Belgisch Staatsblad van 28 december 2006, en haar uitvoeringsbesluit |
van 26 april 2009 ter activering van de inspanning ten voordelen van | van 26 april 2009 ter activering van de inspanning ten voordelen van |
personen die tot de risicogroepen behoren en van de inspanning ten | personen die tot de risicogroepen behoren en van de inspanning ten |
bate van de actieve begeleiding en opvolging van werklozen voor de | bate van de actieve begeleiding en opvolging van werklozen voor de |
periode 2009-2010, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 18 mei | periode 2009-2010, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 18 mei |
2009, wordt de inning van 0,15 pct. van de brutolonen van de arbeiders | 2009, wordt de inning van 0,15 pct. van de brutolonen van de arbeiders |
aan 108 pct. bevestigd. | aan 108 pct. bevestigd. |
§ 2. Van hogergenoemde bijdrage van 0,15 pct. wordt 0,05 pct. | § 2. Van hogergenoemde bijdrage van 0,15 pct. wordt 0,05 pct. |
aangewend voor innoverende opleidingsprojecten. Modaliteiten hiertoe | aangewend voor innoverende opleidingsprojecten. Modaliteiten hiertoe |
dienen te worden vastgelegd binnen de raad van bestuur van Volta. | dienen te worden vastgelegd binnen de raad van bestuur van Volta. |
§ 3. Gezien deze inspanning, vragen partijen dat de Minister van Werk | § 3. Gezien deze inspanning, vragen partijen dat de Minister van Werk |
de sector verder zou vrijstellen van de stortingen van 0,10 pct. | de sector verder zou vrijstellen van de stortingen van 0,10 pct. |
bestemd voor het tewerkstellingsfonds. | bestemd voor het tewerkstellingsfonds. |
§ 4. De sociale partners komen overeen dat, rekening houdende met de | § 4. De sociale partners komen overeen dat, rekening houdende met de |
inspanningen van de sector op het vlak van risicogroepen, er op | inspanningen van de sector op het vlak van risicogroepen, er op |
sectorvlak een aanvraag zal gericht worden aan de Minister van Werk | sectorvlak een aanvraag zal gericht worden aan de Minister van Werk |
tot opheffing van de verplichting tot aanwerving van arbeiders met een | tot opheffing van de verplichting tot aanwerving van arbeiders met een |
startbaanovereenkomst. | startbaanovereenkomst. |
Art. 15.Vorming, innovatie, technologische dienst- en adviesverlening |
Art. 15.Vorming, innovatie, technologische dienst- en adviesverlening |
Voor de financiering van de inspanningen op vlak van vorming, | Voor de financiering van de inspanningen op vlak van vorming, |
innovatie en technologische dienst- en adviesverlening wordt een | innovatie en technologische dienst- en adviesverlening wordt een |
bijdrage geïnd van 0,65 pct. van de brutolonen van de arbeiders aan | bijdrage geïnd van 0,65 pct. van de brutolonen van de arbeiders aan |
108 pct., waarvan 0,60 pct. voorzien wordt voor vorming en innovatie. | 108 pct., waarvan 0,60 pct. voorzien wordt voor vorming en innovatie. |
Art. 16.Toepassingsmodaliteiten bijdrage vorming, innovatie, |
Art. 16.Toepassingsmodaliteiten bijdrage vorming, innovatie, |
technologische dienst- en adviesverlening | technologische dienst- en adviesverlening |
Voor de aanwending van de sommen bepaald in deze collectieve | Voor de aanwending van de sommen bepaald in deze collectieve |
arbeidsovereenkomst in functie van de uitvoering van de opdrachten | arbeidsovereenkomst in functie van de uitvoering van de opdrachten |
inzake vorming, innovatie, technologische dienst- en adviesverlening, | inzake vorming, innovatie, technologische dienst- en adviesverlening, |
zoals beschreven in hoofdstukken III en IV van deze overeenkomst, zal | zoals beschreven in hoofdstukken III en IV van deze overeenkomst, zal |
het fonds voor bestaanszekerheid - Volta (fbz Volta fse) de verdere | het fonds voor bestaanszekerheid - Volta (fbz Volta fse) de verdere |
uitvoeringsmodaliteiten bepalen. | uitvoeringsmodaliteiten bepalen. |
Ten einde Volta in staat te stellen de haar bij collectieve | Ten einde Volta in staat te stellen de haar bij collectieve |
arbeidsovereenkomst opgelegde verplichtingen na te komen, worden de | arbeidsovereenkomst opgelegde verplichtingen na te komen, worden de |
nodige middelen voorzien. | nodige middelen voorzien. |
In het bijzonder zullen voor de opdrachten inzake permanente vorming, | In het bijzonder zullen voor de opdrachten inzake permanente vorming, |
zoals beschreven in hoofdstukken III en IV van deze overeenkomst, | zoals beschreven in hoofdstukken III en IV van deze overeenkomst, |
vanuit het fonds voor bestaanszekerheid - Volta (fbz Volta fse), | vanuit het fonds voor bestaanszekerheid - Volta (fbz Volta fse), |
indien nodig, bijkomende middelen worden vrijgemaakt. Een paritaire | indien nodig, bijkomende middelen worden vrijgemaakt. Een paritaire |
werkgroep binnen het fonds voor bestaanszekerheid - Volta (fbz Volta | werkgroep binnen het fonds voor bestaanszekerheid - Volta (fbz Volta |
fse) zal de modaliteiten hiertoe uitwerken. | fse) zal de modaliteiten hiertoe uitwerken. |
HOOFDSTUK VI. - Engagement opleidingsinpanningen | HOOFDSTUK VI. - Engagement opleidingsinpanningen |
Art. 17.§ 1. De ondertekenende partijen onderschrijven de noodzaak |
Art. 17.§ 1. De ondertekenende partijen onderschrijven de noodzaak |
van permanente vorming als middel tot verhoging van de competentie van | van permanente vorming als middel tot verhoging van de competentie van |
de arbeiders, en bijgevolg van de ondernemingen. | de arbeiders, en bijgevolg van de ondernemingen. |
§ 2. De ondertekenende partijen bevestigen de verbintenis om de | § 2. De ondertekenende partijen bevestigen de verbintenis om de |
inspanningen inzake een sectoraal model van werkbaar werk te | inspanningen inzake een sectoraal model van werkbaar werk te |
ontwikkelen, genomen door artikel 11 van de collectieve | ontwikkelen, genomen door artikel 11 van de collectieve |
arbeidsovereenkomst van 27 juni 2017 inzake het nationaal akkoord | arbeidsovereenkomst van 27 juni 2017 inzake het nationaal akkoord |
2017-2018, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : | 2017-2018, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
installatie en distributie, verder te zetten. | installatie en distributie, verder te zetten. |
Hiertoe wordt een werkgroep "werkbaar werk" opgericht die onder andere | Hiertoe wordt een werkgroep "werkbaar werk" opgericht die onder andere |
het thema "vorming en opleiding" zal behandelen en het groeipad | het thema "vorming en opleiding" zal behandelen en het groeipad |
waarvan sprake in artikel 13 van hoofdstuk 2 van de wet van 5 maart | waarvan sprake in artikel 13 van hoofdstuk 2 van de wet van 5 maart |
2017 betreffende werkbaar werk (Belgisch Staatsblad van 15 maart 2017) | 2017 betreffende werkbaar werk (Belgisch Staatsblad van 15 maart 2017) |
zal evalueren. | zal evalueren. |
HOOFDSTUK VII. - Geldigheid | HOOFDSTUK VII. - Geldigheid |
Art. 18.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve |
Art. 18.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve |
arbeidsovereenkomst van 27 september 2017 inzake vorming en innovatie, | arbeidsovereenkomst van 27 september 2017 inzake vorming en innovatie, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie | gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie |
en distributie, geregistreerd onder het nummer 142278/CO/149.01 op 27 | en distributie, geregistreerd onder het nummer 142278/CO/149.01 op 27 |
oktober 2017 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit | oktober 2017 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit |
van 15 april 2018 (Belgisch Staatsblad van 8 mei 2018). | van 15 april 2018 (Belgisch Staatsblad van 8 mei 2018). |
Art. 19.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
Art. 19.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
januari 2019 en wordt gesloten voor onbepaalde duur. | januari 2019 en wordt gesloten voor onbepaalde duur. |
Zij kan door één van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits | Zij kan door één van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits |
een opzegging van zes maanden betekend met een ter post aangetekende | een opzegging van zes maanden betekend met een ter post aangetekende |
brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de | brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de |
elektriciens : installatie en distributie. | elektriciens : installatie en distributie. |
Deze opzegging kan slechts ingaan ten vroegste vanaf 1 januari 2020. | Deze opzegging kan slechts ingaan ten vroegste vanaf 1 januari 2020. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 maart | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 maart |
2019. | 2019. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018, | Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie | gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie |
en distributie, betreffende de vorming, de innovatie en de | en distributie, betreffende de vorming, de innovatie en de |
technologische dienst- en adviesverlening | technologische dienst- en adviesverlening |
Non-discriminatieclausule | Non-discriminatieclausule |
Elk bedrijf dat ressorteert onder de bevoegdheid van het paritair | Elk bedrijf dat ressorteert onder de bevoegdheid van het paritair |
subcomité wordt aanbevolen om, met ingang van 1 januari 2018 en voor | subcomité wordt aanbevolen om, met ingang van 1 januari 2018 en voor |
zover dit nog niet gebeurde, de volgende non-discriminatieclausule op | zover dit nog niet gebeurde, de volgende non-discriminatieclausule op |
te nemen in haar arbeidsreglement, hierbij de procedure, zoals | te nemen in haar arbeidsreglement, hierbij de procedure, zoals |
vastgelegd door de wet van 8 april 1965 tot instelling van de | vastgelegd door de wet van 8 april 1965 tot instelling van de |
arbeidsreglementen, respecterende : | arbeidsreglementen, respecterende : |
Werknemers en werkgevers zijn ertoe gehouden alle regels van | Werknemers en werkgevers zijn ertoe gehouden alle regels van |
welvoeglijkheid, goede zeden en beleefdheid in acht te nemen, | welvoeglijkheid, goede zeden en beleefdheid in acht te nemen, |
inclusief ten aanzien van bezoekers. Dit impliceert ook een zich | inclusief ten aanzien van bezoekers. Dit impliceert ook een zich |
onthouden van elke vorm van racisme en discriminatie en een bejegenen | onthouden van elke vorm van racisme en discriminatie en een bejegenen |
van iedereen met dezelfde nodige menselijke eerbied voor éénieders | van iedereen met dezelfde nodige menselijke eerbied voor éénieders |
waardigheid, gevoelens en overtuiging. | waardigheid, gevoelens en overtuiging. |
Verboden is bijgevolg elke vorm van verbaal racisme, alsook het | Verboden is bijgevolg elke vorm van verbaal racisme, alsook het |
verspreiden van racistische lectuur en pamfletten. | verspreiden van racistische lectuur en pamfletten. |
Ook elke discriminatie op grond van leeftijd, seksuele geaardheid, | Ook elke discriminatie op grond van leeftijd, seksuele geaardheid, |
burgerlijke staat, geboorte, fortuin, geloof of levensbeschouwing, | burgerlijke staat, geboorte, fortuin, geloof of levensbeschouwing, |
politieke overtuiging, syndicale overtuiging, taal, | politieke overtuiging, syndicale overtuiging, taal, |
gezondheidstoestand, een handicap, fysieke of genetische eigenschappen | gezondheidstoestand, een handicap, fysieke of genetische eigenschappen |
en sociale origine, geslacht, nationaliteit, een zogenaamd ras, | en sociale origine, geslacht, nationaliteit, een zogenaamd ras, |
huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming is verboden. | huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming is verboden. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 maart | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 maart |
2019. | 2019. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |