Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de instelling van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de instelling van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
23 MEI 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 23 MEI 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van | gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van |
de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, | de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, |
betreffende de instelling van een stelsel van werkloosheid met | betreffende de instelling van een stelsel van werkloosheid met |
bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan | bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan |
(1) | (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de |
socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap | socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap |
en het Waalse Gewest; | en het Waalse Gewest; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van | gesloten in het Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van |
de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, | de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, |
betreffende de instelling van een stelsel van werkloosheid met | betreffende de instelling van een stelsel van werkloosheid met |
bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan. | bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 23 mei 2016. | Gegeven te Brussel, 23 mei 2016. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Franstalige en | Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Franstalige en |
Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest | Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015 |
Instelling van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor | Instelling van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor |
sommige oudere werknemers met een lange loopbaan (Overeenkomst | sommige oudere werknemers met een lange loopbaan (Overeenkomst |
geregistreerd op 21 oktober 2015 onder het nummer 129817/CO/329.02) | geregistreerd op 21 oktober 2015 onder het nummer 129817/CO/329.02) |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair | de werkgevers die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair |
Subcomité voor de socioculturele sector van de Franstalige en | Subcomité voor de socioculturele sector van de Franstalige en |
Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest. | Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest. |
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk | Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk |
werklieden- en bediendepersoneel. | werklieden- en bediendepersoneel. |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in |
uitvoering van : | uitvoering van : |
1° de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 115 van de Nationale | 1° de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 115 van de Nationale |
Arbeidsraad, gesloten op 27 april 2015, tot invoering op | Arbeidsraad, gesloten op 27 april 2015, tot invoering op |
interprofessioneel niveau, voor 2015 en 2016, van een stelsel van | interprofessioneel niveau, voor 2015 en 2016, van een stelsel van |
bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan | bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan |
die worden ontslagen; | die worden ontslagen; |
2° de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 116 van de Nationale | 2° de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 116 van de Nationale |
Arbeidsraad, gesloten op 27 april 2015, tot vaststelling op | Arbeidsraad, gesloten op 27 april 2015, tot vaststelling op |
interprofessioneel niveau, voor 2015 en 2016, van de leeftijd vanaf | interprofessioneel niveau, voor 2015 en 2016, van de leeftijd vanaf |
welke een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag kan worden | welke een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag kan worden |
toegekend aan sommige oudere werknemers met een lange loopbaan die | toegekend aan sommige oudere werknemers met een lange loopbaan die |
worden ontslagen; | worden ontslagen; |
3° de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale | 3° de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale |
Arbeidsraad, gesloten op 19 december 1974, tot invoering van een | Arbeidsraad, gesloten op 19 december 1974, tot invoering van een |
regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde | regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde |
werknemers indien zij worden ontslagen; | werknemers indien zij worden ontslagen; |
4° het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel | 4° het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel |
van werkloosheid met bedrijfstoeslag, zoals laatst gewijzigd door het | van werkloosheid met bedrijfstoeslag, zoals laatst gewijzigd door het |
koninklijk besluit van 30 december 2014. | koninklijk besluit van 30 december 2014. |
Art. 3.Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag bedoeld in |
Art. 3.Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag bedoeld in |
deze overeenkomst is van toepassing op de werknemers die : | deze overeenkomst is van toepassing op de werknemers die : |
1° op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en | 1° op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en |
die gedurende de periode van 1 januari 2015 tot 31 december 2016 58 | die gedurende de periode van 1 januari 2015 tot 31 december 2016 58 |
jaar of ouder zijn; | jaar of ouder zijn; |
2° op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een | 2° op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een |
beroepsloopbaan van minstens 40 jaar als loontrekker bewijzen; | beroepsloopbaan van minstens 40 jaar als loontrekker bewijzen; |
3° niet worden ontslagen om een dringende reden in de zin van de | 3° niet worden ontslagen om een dringende reden in de zin van de |
wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten; | wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten; |
4° worden ontslagen tijdens de geldigheidsduur van deze overeenkomst. | 4° worden ontslagen tijdens de geldigheidsduur van deze overeenkomst. |
De opzegtermijnen zijn deze bepaald door de wet op de | De opzegtermijnen zijn deze bepaald door de wet op de |
arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978. | arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978. |
Art. 4.In afwijking van artikel 3 geldt het stelsel bedoeld in deze |
Art. 4.In afwijking van artikel 3 geldt het stelsel bedoeld in deze |
overeenkomst voor de werknemers : | overeenkomst voor de werknemers : |
1° die vóór 1 januari 2016 worden ontslagen, behalve in geval van | 1° die vóór 1 januari 2016 worden ontslagen, behalve in geval van |
dringende reden in de zin van de wetgeving betreffende de | dringende reden in de zin van de wetgeving betreffende de |
arbeidsovereenkomsten; | arbeidsovereenkomsten; |
2° op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en | 2° op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en |
uiterlijk op 31 december 2015 56 jaar of ouder zijn; | uiterlijk op 31 december 2015 56 jaar of ouder zijn; |
3° op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een | 3° op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een |
beroepsloopbaan van 40 jaar als loontrekker bewijzen; | beroepsloopbaan van 40 jaar als loontrekker bewijzen; |
4° waarvan het ontslag plaatsgreep tijdens de geldigheidsduur van deze | 4° waarvan het ontslag plaatsgreep tijdens de geldigheidsduur van deze |
overeenkomst en vóór 1 januari 2016. | overeenkomst en vóór 1 januari 2016. |
De opzegtermijnen zijn deze bepaald door de wet op de | De opzegtermijnen zijn deze bepaald door de wet op de |
arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978. | arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978. |
Art. 5.De werknemers bedoeld in artikelen 3 en 4 kunnen aanspraak |
Art. 5.De werknemers bedoeld in artikelen 3 en 4 kunnen aanspraak |
maken op een aanvullende vergoeding ten laste van de werkgever op | maken op een aanvullende vergoeding ten laste van de werkgever op |
voorwaarde dat zij het bewijs leveren dat zij recht hebben op | voorwaarde dat zij het bewijs leveren dat zij recht hebben op |
werkloosheidsuitkeringen. De aanvullende vergoeding zal door de | werkloosheidsuitkeringen. De aanvullende vergoeding zal door de |
werkgever niet meer betaald worden vanaf het ogenblik dat de betrokken | werkgever niet meer betaald worden vanaf het ogenblik dat de betrokken |
werknemer zijn recht op de werkloosheidsuitkeringen verliest. | werknemer zijn recht op de werkloosheidsuitkeringen verliest. |
In geen geval zal de werkgever de verandering of de afschaffing van de | In geen geval zal de werkgever de verandering of de afschaffing van de |
werkloosheidsuitkeringen compenseren met een hogere vergoeding. | werkloosheidsuitkeringen compenseren met een hogere vergoeding. |
Art. 6.Ongeacht de toepassing van artikelen 6 tot 9 van voornoemde |
Art. 6.Ongeacht de toepassing van artikelen 6 tot 9 van voornoemde |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 is het bedrag van de | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 is het bedrag van de |
aanvullende vergoeding gelijk aan zevenenvijftig procent (57 pct.) van | aanvullende vergoeding gelijk aan zevenenvijftig procent (57 pct.) van |
het verschil tussen het netto referteloon en de | het verschil tussen het netto referteloon en de |
werkloosheidsuitkering. | werkloosheidsuitkering. |
Bij overgang van het stelsel van "halftijds tijdskrediet" of "4/5 | Bij overgang van het stelsel van "halftijds tijdskrediet" of "4/5 |
tijdskrediet" naar het stelsel van "SWT" wordt de aanvullende | tijdskrediet" naar het stelsel van "SWT" wordt de aanvullende |
vergoeding berekend op basis van het arbeidsstelsel waarin de | vergoeding berekend op basis van het arbeidsstelsel waarin de |
werknemer werkte op het ogenblik dat hij tot één van die | werknemer werkte op het ogenblik dat hij tot één van die |
arbeidsduurverminderingsstelsels toetrad. | arbeidsduurverminderingsstelsels toetrad. |
Art. 7.Voor alles wat niet uitdrukkelijk in deze collectieve |
Art. 7.Voor alles wat niet uitdrukkelijk in deze collectieve |
arbeidsovereenkomst is voorzien, gelden de bepalingen van de | arbeidsovereenkomst is voorzien, gelden de bepalingen van de |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten op 19 december 1974 | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten op 19 december 1974 |
in de Nationale Arbeidsraad, de collectieve arbeidsovereenkomst nr. | in de Nationale Arbeidsraad, de collectieve arbeidsovereenkomst nr. |
115, gesloten op 27 april 2015 in de Nationale Arbeidsraad, evenals | 115, gesloten op 27 april 2015 in de Nationale Arbeidsraad, evenals |
alle wettelijke en reglementaire bepalingen die hierop van toepassing | alle wettelijke en reglementaire bepalingen die hierop van toepassing |
zijn. | zijn. |
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een |
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een |
bepaalde duur. | bepaalde duur. |
Zij treedt in werking op 21 september 2015 en houdt op van kracht te | Zij treedt in werking op 21 september 2015 en houdt op van kracht te |
zijn op 31 december 2016. | zijn op 31 december 2016. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 mei | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 mei |
2016. | 2016. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |