Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 22/03/2006
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 tot wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 tot wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 tot wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf"
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
22 MAART 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt 22 MAART 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003, verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003,
gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging
van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 tot van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 tot
wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor
bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (1) bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor
bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2; bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003,
gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging
van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 tot van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 tot
wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor
bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf". bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf".

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

besluit. besluit.
Gegeven te Brussel, 22 maart 2006. Gegeven te Brussel, 22 maart 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958.
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor het bouwbedrijf Paritair Comité voor het bouwbedrijf
Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003 Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003
Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996
tot wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor tot wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor
bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (Overeenkomst bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (Overeenkomst
geregistreerd op 28 oktober 2003 onder het nummer 68177/CO/124) geregistreerd op 28 oktober 2003 onder het nummer 68177/CO/124)

Artikel 1.Aan de statuten van het "Fonds voor bestaanszekerheid van

Artikel 1.Aan de statuten van het "Fonds voor bestaanszekerheid van

de werklieden uit het bouwbedrijf", zoals ze gecoördineerd zijn bij de de werklieden uit het bouwbedrijf", zoals ze gecoördineerd zijn bij de
collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 en laatst collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 en laatst
gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2001, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2001,
worden de wijzigingen aangebracht die opgenomen zijn als de bijlage worden de wijzigingen aangebracht die opgenomen zijn als de bijlage
van deze collectieve arbeidsovereenkomst. van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 2.De als bijlage opgenomen wijzigingen van de statuten treden in

Art. 2.De als bijlage opgenomen wijzigingen van de statuten treden in

werking op 1 januari 2004. werking op 1 januari 2004.

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een

onbepaalde duur en kan slechts opgezegd worden volgens de modaliteiten onbepaalde duur en kan slechts opgezegd worden volgens de modaliteiten
bepaald in de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 14 bepaald in de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 14
november 1996. november 1996.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 maart Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 maart
2006. 2006.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003 tot Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2003 tot
wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996 wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1996
tot wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor tot wijziging en coördinatie van de statuten van het "Fonds voor
bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf"

Artikel 1.Het hoofdstuk V van de statuten van het "Fonds voor

Artikel 1.Het hoofdstuk V van de statuten van het "Fonds voor

bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf", wordt bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf", wordt
vervangen door de volgende bepalingen : vervangen door de volgende bepalingen :
"HOOFDSTUK V. - Bedrag, wijze van vaststelling en inning van de "HOOFDSTUK V. - Bedrag, wijze van vaststelling en inning van de
bijdragen. bijdragen.

Art. 16.Het bedrag van de bijdragen die de bij artikel 14 beoogde

Art. 16.Het bedrag van de bijdragen die de bij artikel 14 beoogde

werkgevers aan het fonds voor bestaanszekerheid verschuldigd zijn, werkgevers aan het fonds voor bestaanszekerheid verschuldigd zijn,
wordt vastgesteld bij afzonderlijke, bij koninklijk besluit algemeen wordt vastgesteld bij afzonderlijke, bij koninklijk besluit algemeen
verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomsten. Het gaat om verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomsten. Het gaat om
het bedrag van : het bedrag van :
1° de bijdragen ter financiering van het bij artikel 3, 10° bedoelde 1° de bijdragen ter financiering van het bij artikel 3, 10° bedoelde
voordeel en de bij artikel 4, 4°, bedoelde tussenkomst; voordeel en de bij artikel 4, 4°, bedoelde tussenkomst;
2° de bijdragen ter financiering van de bij artikel 3, 11°, bedoelde 2° de bijdragen ter financiering van de bij artikel 3, 11°, bedoelde
voordelen; voordelen;
3° de forfaitaire bijdrage ter financiering van de andere bij artikel 3° de forfaitaire bijdrage ter financiering van de andere bij artikel
3 en 4 bedoelde voordelen en tussenkomsten. 3 en 4 bedoelde voordelen en tussenkomsten.

Art. 17.Voor de inning en de invordering van de bijdragen, bedoeld in

Art. 17.Voor de inning en de invordering van de bijdragen, bedoeld in

artikel 16, 1°, staat de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid in, artikel 16, 1°, staat de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid in,
volgens de regels eigen aan deze instelling. volgens de regels eigen aan deze instelling.

Art. 18.De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid kent daartoe een

Art. 18.De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid kent daartoe een

bouw-kencijfer toe aan de bij artikel 14 beoogde werkgevers, welk bouw-kencijfer toe aan de bij artikel 14 beoogde werkgevers, welk
cijfer overeenstemt met een van de vier categorieën waarin de cijfer overeenstemt met een van de vier categorieën waarin de
onderneming is gerangschikt volgens de aard van haar activiteit, zoals onderneming is gerangschikt volgens de aard van haar activiteit, zoals
vastgesteld bij een bij koninklijk besluit algemeen verbindend vastgesteld bij een bij koninklijk besluit algemeen verbindend
verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst. verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 19.De door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid geïnde

Art. 19.De door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid geïnde

bijdragen worden berekend op basis van de bezoldiging van de bijdragen worden berekend op basis van de bezoldiging van de
werklieden waarmee rekening wordt gehouden bij de berekening van de werklieden waarmee rekening wordt gehouden bij de berekening van de
bijdrage die bestemd is voor de samenstelling van het vakantiegeld van bijdrage die bestemd is voor de samenstelling van het vakantiegeld van
de werklieden conform de wetten in verband met de jaarlijkse vakantie de werklieden conform de wetten in verband met de jaarlijkse vakantie
van de loontrekkenden. van de loontrekkenden.

Art. 20.De inning en de invordering van de bijdragen bedoeld in

Art. 20.De inning en de invordering van de bijdragen bedoeld in

artikel 16, 2° worden door de bij artikel 23 beoogde instelling artikel 16, 2° worden door de bij artikel 23 beoogde instelling
verricht voor rekening van het fonds voor bestaanszekerheid, volgens verricht voor rekening van het fonds voor bestaanszekerheid, volgens
de modaliteiten vastgesteld bij een afzonderlijke, bij koninklijk de modaliteiten vastgesteld bij een afzonderlijke, bij koninklijk
besluit algemeen verbindend verklaarde collectieve besluit algemeen verbindend verklaarde collectieve
arbeidsovereenkomst. arbeidsovereenkomst.
De inning en de invordering van de forfaitaire bijdrage bedoeld in De inning en de invordering van de forfaitaire bijdrage bedoeld in
artikel 16, 3° worden door het fonds voor bestaanszekerheid verricht, artikel 16, 3° worden door het fonds voor bestaanszekerheid verricht,
volgens de modaliteiten vastgesteld bij een afzonderlijke, bij volgens de modaliteiten vastgesteld bij een afzonderlijke, bij
koninklijk besluit algemeen verbindend verklaarde collectieve koninklijk besluit algemeen verbindend verklaarde collectieve
arbeidsovereenkomst. arbeidsovereenkomst.

Art. 21.De bij artikel 20 beoogde bijdragen moeten worden gestort

Art. 21.De bij artikel 20 beoogde bijdragen moeten worden gestort

binnen de maand die volgt op het kwartaal waarvoor ze verschuldigd binnen de maand die volgt op het kwartaal waarvoor ze verschuldigd
zijn. zijn.
De werkgever die in een welbepaald kwartaal meer dan twee arbeiders De werkgever die in een welbepaald kwartaal meer dan twee arbeiders
tewerkstelde is ertoe gehouden voor het daaropvolgend kwartaal, tewerkstelde is ertoe gehouden voor het daaropvolgend kwartaal,
uiterlijk de 5de van iedere maand volgend op elk van de maanden van uiterlijk de 5de van iedere maand volgend op elk van de maanden van
dit kwartaal, een voorschot te betalen op de forfaitaire bijdrage, dit kwartaal, een voorschot te betalen op de forfaitaire bijdrage,
bedoeld in artikel 16, 3°. Het bedrag van het voorschot wordt vooraf bedoeld in artikel 16, 3°. Het bedrag van het voorschot wordt vooraf
berekend door het fonds voor bestaanszekerheid en is, per maand, berekend door het fonds voor bestaanszekerheid en is, per maand,
gelijk aan 30 pct. van het bedrag van de forfaitaire bijdrage gelijk aan 30 pct. van het bedrag van de forfaitaire bijdrage
vermenigvuldigd met het aantal arbeiders die de werkgever tewerkstelde vermenigvuldigd met het aantal arbeiders die de werkgever tewerkstelde
tijdens het voorlaatste vervallen kwartaal. Indien het totaal gestorte tijdens het voorlaatste vervallen kwartaal. Indien het totaal gestorte
bedrag aan voorschotten het uiteindelijk verschuldigd bedrag bedrag aan voorschotten het uiteindelijk verschuldigd bedrag
overschrijdt, wordt het verschil onmiddellijk teruggestort door het overschrijdt, wordt het verschil onmiddellijk teruggestort door het
fonds voor bestaanszekerheid. fonds voor bestaanszekerheid.

Art. 22.Op de bijdragen en voorschotten die niet werden betaald

Art. 22.Op de bijdragen en voorschotten die niet werden betaald

binnen de bij artikel 21 vastgestelde termijnen, dient de betrokken binnen de bij artikel 21 vastgestelde termijnen, dient de betrokken
werkgever een bijdrageverhoging van 10 pct. van dit bedrag te betalen, werkgever een bijdrageverhoging van 10 pct. van dit bedrag te betalen,
alsook een verwijlinterest waarvan het percentage overeenstemt met wat alsook een verwijlinterest waarvan het percentage overeenstemt met wat
is voorzien voor de sociale zekerheidsbijdragen in toepassing van de is voorzien voor de sociale zekerheidsbijdragen in toepassing van de
wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december
1944 betreffende de sociale zekerheid van de werknemers. De 1944 betreffende de sociale zekerheid van de werknemers. De
verwijlinterest is verschuldigd vanaf het verstrijken van de bij verwijlinterest is verschuldigd vanaf het verstrijken van de bij
artikel 21 vastgestelde termijnen tot op de dag dat de bijdragen artikel 21 vastgestelde termijnen tot op de dag dat de bijdragen
worden betaald. worden betaald.

Art. 23.De controle en de administratieve, boekhoudkundige en

Art. 23.De controle en de administratieve, boekhoudkundige en

financiële organisatie van de verrichtingen die betrekking hebben op financiële organisatie van de verrichtingen die betrekking hebben op
de toekenning van de bij artikel 3 beoogde tegemoetkomingen van het de toekenning van de bij artikel 3 beoogde tegemoetkomingen van het
fonds voor bestaanszekerheid, worden toevertrouwd aan de "Patronale fonds voor bestaanszekerheid, worden toevertrouwd aan de "Patronale
Dienst voor organisatie en controle van de Dienst voor organisatie en controle van de
bestaanszekerheidsstelsels", vereniging zonder winstbejag, waarvan de bestaanszekerheidsstelsels", vereniging zonder winstbejag, waarvan de
statuten werden gepubliceerd in de bijlagen tot het Belgisch statuten werden gepubliceerd in de bijlagen tot het Belgisch
Staatsblad van 10 december 1987. Staatsblad van 10 december 1987.
De wijze waarop en de voorwaarden waaronder deze opdracht wordt De wijze waarop en de voorwaarden waaronder deze opdracht wordt
uitgevoerd, worden in gemeen overleg vastgesteld tussen deze uitgevoerd, worden in gemeen overleg vastgesteld tussen deze
instelling en de raad van bestuur van het fonds voor instelling en de raad van bestuur van het fonds voor
bestaanszekerheid. ». bestaanszekerheid. ».
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 maart Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 maart
2006. 2006.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
^