← Terug naar "Koninklijk besluit tot vaststelling van de inbreuken op het Wetboek van economisch recht en zijn uitvoeringsbesluiten waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde ambtenaren de bevoegdheid hebben de onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of potentiële cliënten "
Koninklijk besluit tot vaststelling van de inbreuken op het Wetboek van economisch recht en zijn uitvoeringsbesluiten waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde ambtenaren de bevoegdheid hebben de onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of potentiële cliënten | Koninklijk besluit tot vaststelling van de inbreuken op het Wetboek van economisch recht en zijn uitvoeringsbesluiten waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde ambtenaren de bevoegdheid hebben de onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of potentiële cliënten |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE |
22 JUNI 2017. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de inbreuken | 22 JUNI 2017. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de inbreuken |
op het Wetboek van economisch recht en zijn uitvoeringsbesluiten | op het Wetboek van economisch recht en zijn uitvoeringsbesluiten |
waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde ambtenaren de bevoegdheid hebben | waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde ambtenaren de bevoegdheid hebben |
de onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of | de onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of |
potentiële cliënten | potentiële cliënten |
VERSLAG AAN DE KONING | VERSLAG AAN DE KONING |
Sire, | Sire, |
Het ontwerp van besluit waarvan ik de eer heb het ter ondertekening | Het ontwerp van besluit waarvan ik de eer heb het ter ondertekening |
aan Uwe Majesteit voor te leggen, heeft tot doel de bepalingen op te | aan Uwe Majesteit voor te leggen, heeft tot doel de bepalingen op te |
sommen waarvoor de in artikel XV.2 van het Wetboek van economisch | sommen waarvoor de in artikel XV.2 van het Wetboek van economisch |
recht bedoelde ambtenaren de bevoegdheid krijgen om de onderneming te | recht bedoelde ambtenaren de bevoegdheid krijgen om de onderneming te |
benaderen door zich voor te doen als cliënten of potentiële cliënten | benaderen door zich voor te doen als cliënten of potentiële cliënten |
zonder zich kenbaar te maken. Deze bevoegdheid wordt ook wel "mystery | zonder zich kenbaar te maken. Deze bevoegdheid wordt ook wel "mystery |
shopping" genoemd. | shopping" genoemd. |
Zoals ook is verduidelijkt in de Memorie van toelichting bij de wet | Zoals ook is verduidelijkt in de Memorie van toelichting bij de wet |
van 29 juni 2016 houdende diverse bepalingen inzake Economie (Belgisch | van 29 juni 2016 houdende diverse bepalingen inzake Economie (Belgisch |
Staatsblad 6 juli 2016) die door zijn artikel 37 het artikel XV.3/1, | Staatsblad 6 juli 2016) die door zijn artikel 37 het artikel XV.3/1, |
dat deze nieuwe bevoegdheid voorziet, invoegt in het Wetboek van | dat deze nieuwe bevoegdheid voorziet, invoegt in het Wetboek van |
economisch recht, kan mystery shopping enkel in eerder uitzonderlijke | economisch recht, kan mystery shopping enkel in eerder uitzonderlijke |
gevallen toegepast worden (Parl. St. Kamer 2015-2016, 54 1861/001). Er | gevallen toegepast worden (Parl. St. Kamer 2015-2016, 54 1861/001). Er |
moeten voldoende aanwijzingen zijn dat er sprake is van een | moeten voldoende aanwijzingen zijn dat er sprake is van een |
daadwerkelijk probleem en er dient steeds rekening gehouden worden met | daadwerkelijk probleem en er dient steeds rekening gehouden worden met |
proportionaliteit en subsidiariteit. Bovendien mag geen sprake zijn | proportionaliteit en subsidiariteit. Bovendien mag geen sprake zijn |
van provocatie in de zin van het artikel 30 van de voorafgaande Titel | van provocatie in de zin van het artikel 30 van de voorafgaande Titel |
van het Wetboek van Strafvordering. | van het Wetboek van Strafvordering. |
De techniek van mystery shopping zal enkel en alleen kunnen worden | De techniek van mystery shopping zal enkel en alleen kunnen worden |
toegepast, wanneer het niet mogelijk is de reële praktijken van | toegepast, wanneer het niet mogelijk is de reële praktijken van |
ondernemingen te onderzoeken via de klassieke opsporingsmethodes. In | ondernemingen te onderzoeken via de klassieke opsporingsmethodes. In |
die zin is mystery shopping een uitzonderlijke techniek, die enkel zal | die zin is mystery shopping een uitzonderlijke techniek, die enkel zal |
worden aangewend indien er voldoende aanwijzingen zijn in de richting | worden aangewend indien er voldoende aanwijzingen zijn in de richting |
van inbreuken op de bepalingen die in dit koninklijk besluit worden | van inbreuken op de bepalingen die in dit koninklijk besluit worden |
hernomen. | hernomen. |
Zodoende zal de techniek van mystery shopping niet kunnen worden | Zodoende zal de techniek van mystery shopping niet kunnen worden |
aangewend om praktijken te controleren die zich voordoen na | aangewend om praktijken te controleren die zich voordoen na |
contractsluiting, waarvan er materiële sporen zijn via geschrift of op | contractsluiting, waarvan er materiële sporen zijn via geschrift of op |
duurzame drager, zoals bv. de (wettelijk verplichte) bevestiging van | duurzame drager, zoals bv. de (wettelijk verplichte) bevestiging van |
een op afstand gesloten overeenkomst. | een op afstand gesloten overeenkomst. |
De Raad voor het Verbruik heeft op 3 november 2016 een advies | De Raad voor het Verbruik heeft op 3 november 2016 een advies |
uitgebracht met betrekking tot de vraag welke inbreuken op de | uitgebracht met betrekking tot de vraag welke inbreuken op de |
bepalingen van het Wetboek van economisch recht volgens de Raad via | bepalingen van het Wetboek van economisch recht volgens de Raad via |
mystery shopping moeten kunnen worden opgespoord (RvV 498). | mystery shopping moeten kunnen worden opgespoord (RvV 498). |
Wat het gebruik van de techniek van mystery shopping voor het toezicht | Wat het gebruik van de techniek van mystery shopping voor het toezicht |
een reeks bepalingen van het Wetboek van economisch recht, was het | een reeks bepalingen van het Wetboek van economisch recht, was het |
advies die de Raad voor het Verbruik heeft uitgebracht, niet | advies die de Raad voor het Verbruik heeft uitgebracht, niet |
eenstemmig over de ganse lijn. | eenstemmig over de ganse lijn. |
Met betrekking tot een aantal bepalingen werd er wel eensgezindheid | Met betrekking tot een aantal bepalingen werd er wel eensgezindheid |
bereikt. In het koninklijk besluit dat U ter ondertekening wordt | bereikt. In het koninklijk besluit dat U ter ondertekening wordt |
voorgelegd, zijn de wetsbepalingen waarover deze unanimiteit bestond, | voorgelegd, zijn de wetsbepalingen waarover deze unanimiteit bestond, |
hernomen. Het gaat over niet discriminatie, de zwarte lijsten met | hernomen. Het gaat over niet discriminatie, de zwarte lijsten met |
onder alle omstandigheden verboden misleidende en agressieve | onder alle omstandigheden verboden misleidende en agressieve |
handelspraktijken/beroepspraktijken jegens de consument, informatie en | handelspraktijken/beroepspraktijken jegens de consument, informatie en |
doorzichtigheid van de diensten van de informatiemaatschappij, | doorzichtigheid van de diensten van de informatiemaatschappij, |
vertrouwensdiensten. | vertrouwensdiensten. |
Voor sommige bepalingen ervan gaven de vertegenwoordigers van de | Voor sommige bepalingen ervan gaven de vertegenwoordigers van de |
ondernemingen aan dat de techniek van mystery shopping enkel relevant | ondernemingen aan dat de techniek van mystery shopping enkel relevant |
kan zijn voor situaties waar informatie mondeling wordt verstrekt aan | kan zijn voor situaties waar informatie mondeling wordt verstrekt aan |
de consument (in de winkel of via de telefoon) en konden ze aanvaarden | de consument (in de winkel of via de telefoon) en konden ze aanvaarden |
dat voor die situaties mystery shopping mogelijk wordt gemaakt. | dat voor die situaties mystery shopping mogelijk wordt gemaakt. |
Zodoende bevat het voorliggende koninklijk besluit deze bepalingen | Zodoende bevat het voorliggende koninklijk besluit deze bepalingen |
over de precontractuele informatieverplichtingen, voor zover deze | over de precontractuele informatieverplichtingen, voor zover deze |
mondeling of telefonisch worden gegeven in de winkel of bij verkoop op | mondeling of telefonisch worden gegeven in de winkel of bij verkoop op |
afstand. | afstand. |
Tot slot wordt nog voorzien in de mogelijkheid tot mystery shopping in | Tot slot wordt nog voorzien in de mogelijkheid tot mystery shopping in |
een welbepaalde situatie, waar het gaat over de veiligheid en de | een welbepaalde situatie, waar het gaat over de veiligheid en de |
gezondheid van de consument. Het gaat om het toezicht op de naleving | gezondheid van de consument. Het gaat om het toezicht op de naleving |
van het koninklijk besluit van 20 juni 2002 dat de | van het koninklijk besluit van 20 juni 2002 dat de |
uitbatingsvoorwaarden vastlegt voor zonnecentra. Dit besluit werd | uitbatingsvoorwaarden vastlegt voor zonnecentra. Dit besluit werd |
genomen in uitvoering van artikel 4 van de wet van 9 februari 1994 | genomen in uitvoering van artikel 4 van de wet van 9 februari 1994 |
betreffende de veiligheid van de consumenten, actueel art. IX.4 van | betreffende de veiligheid van de consumenten, actueel art. IX.4 van |
het Wetboek van economisch recht. Verschillende van de opgelegde | het Wetboek van economisch recht. Verschillende van de opgelegde |
voorwaarden handelen immers over informatieverstrekking en over het | voorwaarden handelen immers over informatieverstrekking en over het |
weigeren van bepaalde personen, die een verhoogd risico lopen. | weigeren van bepaalde personen, die een verhoogd risico lopen. |
Op deze manier beschikken de controlediensten over een nieuw | Op deze manier beschikken de controlediensten over een nieuw |
instrument voor het geval toezicht niet op de gebruikelijke wijze kan | instrument voor het geval toezicht niet op de gebruikelijke wijze kan |
worden gedaan. Hierbij ligt de focus o.m. op (agressieve en | worden gedaan. Hierbij ligt de focus o.m. op (agressieve en |
misleidende) handelspraktijken jegens de consument die onder alle | misleidende) handelspraktijken jegens de consument die onder alle |
omstandigheden verboden zijn en op situaties die tot een financieel | omstandigheden verboden zijn en op situaties die tot een financieel |
verlies kunnen leiden voor de consument of die zijn veiligheid of | verlies kunnen leiden voor de consument of die zijn veiligheid of |
gezondheid rechtstreeks in gevaar kunnen brengen. | gezondheid rechtstreeks in gevaar kunnen brengen. |
Om rekening te houden met de aanbeveling die de Raad van State heeft | Om rekening te houden met de aanbeveling die de Raad van State heeft |
geformuleerd, wordt de keuze van de in dit besluit opgenomen | geformuleerd, wordt de keuze van de in dit besluit opgenomen |
wetsbepalingen verduidelijkt. | wetsbepalingen verduidelijkt. |
Vooreerst moet opgemerkt worden dat het opnemen van een aantal | Vooreerst moet opgemerkt worden dat het opnemen van een aantal |
specifieke bepalingen in het besluit net tot doel heeft een bestaande | specifieke bepalingen in het besluit net tot doel heeft een bestaande |
discriminatie weg te werken. In het ontwerp zijn enkel die | discriminatie weg te werken. In het ontwerp zijn enkel die |
wetsbepalingen opgenomen die moeilijk of niet controleerbaar zijn | wetsbepalingen opgenomen die moeilijk of niet controleerbaar zijn |
zonder de techniek van mystery shopping. Door de mogelijkheid van | zonder de techniek van mystery shopping. Door de mogelijkheid van |
mystery shopping te voorzien, worden die moeilijk te controleren | mystery shopping te voorzien, worden die moeilijk te controleren |
bepalingen nu evenredig controleerbaar met andere bepalingen die | bepalingen nu evenredig controleerbaar met andere bepalingen die |
gemakkelijker te controleren zijn zonder die methode. | gemakkelijker te controleren zijn zonder die methode. |
Onder meer om volgende redenen zijn de gekozen wetsbepalingen | Onder meer om volgende redenen zijn de gekozen wetsbepalingen |
opgenomen in het besluit : | opgenomen in het besluit : |
- punt 1° : het artikel III.81 WER heeft betrekking op de | - punt 1° : het artikel III.81 WER heeft betrekking op de |
niet-discriminatie op grond van nationaliteit of verblijfplaats; die | niet-discriminatie op grond van nationaliteit of verblijfplaats; die |
mogelijke discriminatie is niet altijd expliciet vermeld en kan soms | mogelijke discriminatie is niet altijd expliciet vermeld en kan soms |
enkel aangetoond worden door middel van een (anonieme) praktijktest | enkel aangetoond worden door middel van een (anonieme) praktijktest |
door een controleambtenaar; | door een controleambtenaar; |
- punten 2° en 9° : bepaalde verplichte precontractuele informatie | - punten 2° en 9° : bepaalde verplichte precontractuele informatie |
wordt enkel mondeling meegedeeld aan de consumenten; er is dan ook | wordt enkel mondeling meegedeeld aan de consumenten; er is dan ook |
geen geschreven spoor en de enige manier om te controleren is zich bij | geen geschreven spoor en de enige manier om te controleren is zich bij |
de verkoper aandienen als consument; | de verkoper aandienen als consument; |
- punten 3° en 10° : een overeenkomst op afstand kan ook telefonisch | - punten 3° en 10° : een overeenkomst op afstand kan ook telefonisch |
tot stand komen, waarbij bepaalde relevante informatie ook enkel | tot stand komen, waarbij bepaalde relevante informatie ook enkel |
telefonisch wordt meegedeeld; door zelf telefonisch contact op te | telefonisch wordt meegedeeld; door zelf telefonisch contact op te |
nemen kan een controleambtenaar nagaan of aan de wettelijke vereisten | nemen kan een controleambtenaar nagaan of aan de wettelijke vereisten |
is voldaan; | is voldaan; |
- punten 4° en 11° : misleidende of agressieve praktijken (oneerlijke | - punten 4° en 11° : misleidende of agressieve praktijken (oneerlijke |
handels- of beroepspraktijken) worden vaak in individuele, concrete | handels- of beroepspraktijken) worden vaak in individuele, concrete |
gevallen toegepast. Indien een controleambtenaar zich kenbaar zou | gevallen toegepast. Indien een controleambtenaar zich kenbaar zou |
maken tijdens een controle, zou dit er voor zorgen dat de oneerlijke | maken tijdens een controle, zou dit er voor zorgen dat de oneerlijke |
praktijk in dat geval net niet tot uiting komt. Er kan bijvoorbeeld | praktijk in dat geval net niet tot uiting komt. Er kan bijvoorbeeld |
gedacht worden aan het bewust niet vermelden van relevante informatie | gedacht worden aan het bewust niet vermelden van relevante informatie |
waardoor een consument een beslissing neemt die hij anders niet had | waardoor een consument een beslissing neemt die hij anders niet had |
genomen (misleidende omissie, zoals bedoeld in artikel VI.99 WER). Een | genomen (misleidende omissie, zoals bedoeld in artikel VI.99 WER). Een |
ander voorbeeld is het hardnekkig of ongewenst aandringen per | ander voorbeeld is het hardnekkig of ongewenst aandringen per |
telefoon, wat een agressieve handelspraktijk is in de zin van het | telefoon, wat een agressieve handelspraktijk is in de zin van het |
artikel VI.103, 3° WER; | artikel VI.103, 3° WER; |
- punt 5° : in het koninklijk besluit van 20 juni 2002 houdende | - punt 5° : in het koninklijk besluit van 20 juni 2002 houdende |
voorwaarden betreffende de exploitatie van zonnebanken is onder meer | voorwaarden betreffende de exploitatie van zonnebanken is onder meer |
de verplichting opgenomen om bepaalde informatie mondeling mee te | de verplichting opgenomen om bepaalde informatie mondeling mee te |
delen aan nieuwe consumenten; de naleving van deze verplichting kan | delen aan nieuwe consumenten; de naleving van deze verplichting kan |
niet worden nagegaan door een controleagent die zich kenbaar maakt; | niet worden nagegaan door een controleagent die zich kenbaar maakt; |
- punt 6° : op het internet worden steeds vaker besloten groepen | - punt 6° : op het internet worden steeds vaker besloten groepen |
aangemaakt (bv. facebookgroepen) of moet er ingelogd worden vooraleer | aangemaakt (bv. facebookgroepen) of moet er ingelogd worden vooraleer |
een dienst, bijvoorbeeld het boekingsproces, zichtbaar is; het moet | een dienst, bijvoorbeeld het boekingsproces, zichtbaar is; het moet |
voor de controleambtenaren ook mogelijk zijn om toegang te krijgen tot | voor de controleambtenaren ook mogelijk zijn om toegang te krijgen tot |
minder toegankelijke diensten om na te kunnen gaan of de economische | minder toegankelijke diensten om na te kunnen gaan of de economische |
reglementering wordt nageleefd. Dit kan via de bepalingen van het boek | reglementering wordt nageleefd. Dit kan via de bepalingen van het boek |
XII WER die dienstverleners verplichten zich kenbaar te maken; | XII WER die dienstverleners verplichten zich kenbaar te maken; |
- punten 7° en 8° : er moet nagegaan kunnen worden of | - punten 7° en 8° : er moet nagegaan kunnen worden of |
vertrouwensdienstverleners hun verplichtingen nakomen. Hieromtrent | vertrouwensdienstverleners hun verplichtingen nakomen. Hieromtrent |
zullen hoogstwaarschijnlijk geen meldingen worden gedaan door de | zullen hoogstwaarschijnlijk geen meldingen worden gedaan door de |
consumenten en zal bewijsmateriaal dus enkel verkregen kunnen worden | consumenten en zal bewijsmateriaal dus enkel verkregen kunnen worden |
door de vaststellingen van de controleambtenaren die zich niet kenbaar | door de vaststellingen van de controleambtenaren die zich niet kenbaar |
moeten maken. | moeten maken. |
De toepassing van dit besluit zal worden geëvalueerd en de resultaten | De toepassing van dit besluit zal worden geëvalueerd en de resultaten |
van de gevoerde analyse zullen aangeven of het moet worden aangevuld | van de gevoerde analyse zullen aangeven of het moet worden aangevuld |
met andere wetsbepalingen. | met andere wetsbepalingen. |
Ik heb de eer te zijn, | Ik heb de eer te zijn, |
Sire, | Sire, |
Van Uwe Majesteit, | Van Uwe Majesteit, |
de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, | de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, |
De Minister van Economie, | De Minister van Economie, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
ADVIES 61.444/1 VAN 1 JUNI 2017 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING | ADVIES 61.444/1 VAN 1 JUNI 2017 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING |
WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT VASTSTELLING | WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT VASTSTELLING |
VAN DE INBREUKEN OP HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT EN ZIJN | VAN DE INBREUKEN OP HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT EN ZIJN |
UITVOERINGSBESLUITEN WAARVOOR DE IN ARTIKEL XV.2 BEDOELDE AMBTENAREN | UITVOERINGSBESLUITEN WAARVOOR DE IN ARTIKEL XV.2 BEDOELDE AMBTENAREN |
DE BEVOEGDHEID HEBBEN DE ONDERNEMING TE BENADEREN DOOR ZICH VOOR TE | DE BEVOEGDHEID HEBBEN DE ONDERNEMING TE BENADEREN DOOR ZICH VOOR TE |
DOEN ALS CLI"NTEN OF POTENTI"LE CLI"NTEN' | DOEN ALS CLI"NTEN OF POTENTI"LE CLI"NTEN' |
Op 2 mei 2017 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de | Op 2 mei 2017 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de |
Minister van Economie verzocht binnen een termijn van dertig dagen een | Minister van Economie verzocht binnen een termijn van dertig dagen een |
advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot | advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot |
vaststelling van de inbreuken op het Wetboek van economisch recht en | vaststelling van de inbreuken op het Wetboek van economisch recht en |
zijn uitvoeringsbesluiten waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde | zijn uitvoeringsbesluiten waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde |
ambtenaren de bevoegdheid hebben de onderneming te benaderen door zich | ambtenaren de bevoegdheid hebben de onderneming te benaderen door zich |
voor te doen als cliënten of potentiële cliënten'. | voor te doen als cliënten of potentiële cliënten'. |
Het ontwerp is door de eerste kamer onderzocht op 23 mei 2017. | Het ontwerp is door de eerste kamer onderzocht op 23 mei 2017. |
De kamer was samengesteld uit Wilfried Van Vaerenbergh, staatsraad, | De kamer was samengesteld uit Wilfried Van Vaerenbergh, staatsraad, |
voorzitter, Wouter Pas en Koen Muylle, staatsraden, en Greet | voorzitter, Wouter Pas en Koen Muylle, staatsraden, en Greet |
Verberckmoes, griffier. | Verberckmoes, griffier. |
Het verslag is uitgebracht door Paul Depuydt, eerste | Het verslag is uitgebracht door Paul Depuydt, eerste |
auditeur-afdelingshoofd. | auditeur-afdelingshoofd. |
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het | De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het |
advies is nagezien onder toezicht van Wouter Pas, staatsraad. | advies is nagezien onder toezicht van Wouter Pas, staatsraad. |
Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 1 juni 2017. | Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 1 juni 2017. |
Strekking en rechtsgrond van het ontwerp | Strekking en rechtsgrond van het ontwerp |
1. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit bepaalt | 1. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit bepaalt |
voor welke inbreuken de in artikel XV.2 van het Wetboek van economisch | voor welke inbreuken de in artikel XV.2 van het Wetboek van economisch |
recht bedoelde ambtenaren de in artikel XV.3/1 van het Wetboek | recht bedoelde ambtenaren de in artikel XV.3/1 van het Wetboek |
bedoelde bevoegdheid uitoefenen. Deze bevoegdheid is de bevoegdheid om | bedoelde bevoegdheid uitoefenen. Deze bevoegdheid is de bevoegdheid om |
een onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of | een onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of |
potentiële cliënten zonder zich kenbaar te maken. | potentiële cliënten zonder zich kenbaar te maken. |
2. De rechtsgrond voor het ontwerp is artikel XV.3/1, eerste lid, van | 2. De rechtsgrond voor het ontwerp is artikel XV.3/1, eerste lid, van |
het Wetboek van economisch recht. | het Wetboek van economisch recht. |
Onderzoek van de tekst | Onderzoek van de tekst |
3. Het ontwerp bevat een selectie van inbreuken waarvan de | 3. Het ontwerp bevat een selectie van inbreuken waarvan de |
vaststelling kan gebeuren door gebruik te maken van de in artikel | vaststelling kan gebeuren door gebruik te maken van de in artikel |
XV.3/1 van het Wetboek bedoelde bijzondere bevoegdheid. | XV.3/1 van het Wetboek bedoelde bijzondere bevoegdheid. |
Deze bijzondere regeling ten aanzien van de in het ontwerp vermelde | Deze bijzondere regeling ten aanzien van de in het ontwerp vermelde |
inbreuken, houdt een verschil van behandeling in. Zoals bekend is een | inbreuken, houdt een verschil van behandeling in. Zoals bekend is een |
verschil in behandeling slechts verenigbaar met de grondwettelijke | verschil in behandeling slechts verenigbaar met de grondwettelijke |
beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie, wanneer dat verschil | beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie, wanneer dat verschil |
op een objectief criterium berust en het redelijk verantwoord is. Het | op een objectief criterium berust en het redelijk verantwoord is. Het |
bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld, | bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld, |
rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betrokken | rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betrokken |
maatregel en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het | maatregel en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het |
beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer er | beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer er |
geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende | geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende |
middelen en het beoogde doel. | middelen en het beoogde doel. |
In het verslag aan de Koning dat bij het ontwerp gevoegd is, wordt | In het verslag aan de Koning dat bij het ontwerp gevoegd is, wordt |
verduidelijkt dat in het ontwerp de wetsbepalingen worden aangeduid | verduidelijkt dat in het ontwerp de wetsbepalingen worden aangeduid |
waarover in de Raad voor het Verbruik eensgezindheid bestond. | waarover in de Raad voor het Verbruik eensgezindheid bestond. |
Daarnaast wordt ook het specifieke koninklijk besluit dat de | Daarnaast wordt ook het specifieke koninklijk besluit dat de |
uitbatingsvoorwaarden bepaalt voor zonnecentra, aangeduid. | uitbatingsvoorwaarden bepaalt voor zonnecentra, aangeduid. |
De vraag of de ontworpen lijst van wetsbepalingen verantwoord is in | De vraag of de ontworpen lijst van wetsbepalingen verantwoord is in |
het licht van het gelijkheidsbeginsel, heeft zowel betrekking op de | het licht van het gelijkheidsbeginsel, heeft zowel betrekking op de |
wetsbepalingen die in de lijst zijn opgenomen als op de wetsbepalingen | wetsbepalingen die in de lijst zijn opgenomen als op de wetsbepalingen |
die niet in de lijst zijn opgenomen. De Raad van State, afdeling | die niet in de lijst zijn opgenomen. De Raad van State, afdeling |
Wetgeving, stelt vast dat, zoals ook in het verslag aan de Koning is | Wetgeving, stelt vast dat, zoals ook in het verslag aan de Koning is |
vermeld, dit ontwerp een eerste uitvoering vormt van artikel XV.3/1 | vermeld, dit ontwerp een eerste uitvoering vormt van artikel XV.3/1 |
van het Wetboek van economisch recht, en dat door de steller van het | van het Wetboek van economisch recht, en dat door de steller van het |
ontwerp een evaluatie van de toepassing ervan in het vooruitzicht | ontwerp een evaluatie van de toepassing ervan in het vooruitzicht |
wordt gesteld. Dit neemt niet weg dat het sterk aanbeveling verdient | wordt gesteld. Dit neemt niet weg dat het sterk aanbeveling verdient |
in het verslag aan de Koning voldoende duidelijk te maken, aan de hand | in het verslag aan de Koning voldoende duidelijk te maken, aan de hand |
van objectieve criteria, waarom precies de gekozen wetsbepalingen in | van objectieve criteria, waarom precies de gekozen wetsbepalingen in |
het ontwerpbesluit zijn opgenomen. | het ontwerpbesluit zijn opgenomen. |
Artikel 1 | Artikel 1 |
4. In de inleidende zin bij artikel 1 van het ontwerp schrijve men, | 4. In de inleidende zin bij artikel 1 van het ontwerp schrijve men, |
omwille van de duidelijkheid: "... bedoelde bevoegdheid uitoefenen in | omwille van de duidelijkheid: "... bedoelde bevoegdheid uitoefenen in |
het kader van de vaststelling van inbreuken op ...". | het kader van de vaststelling van inbreuken op ...". |
De griffier, | De griffier, |
G. Verberckmoes. | G. Verberckmoes. |
De voorzitter, | De voorzitter, |
W. Van Vaerenbergh. | W. Van Vaerenbergh. |
22 JUNI 2017. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de inbreuken | 22 JUNI 2017. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de inbreuken |
op het Wetboek van economisch recht en zijn uitvoeringsbesluiten | op het Wetboek van economisch recht en zijn uitvoeringsbesluiten |
waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde ambtenaren de bevoegdheid hebben | waarvoor de in artikel XV.2 bedoelde ambtenaren de bevoegdheid hebben |
de onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of | de onderneming te benaderen door zich voor te doen als cliënten of |
potentiële cliënten. | potentiële cliënten. |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op het Wetboek van economisch recht, artikel XV.3/1, eerste lid, | Gelet op het Wetboek van economisch recht, artikel XV.3/1, eerste lid, |
ingevoegd bij de wet van 29 juni 2016; | ingevoegd bij de wet van 29 juni 2016; |
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 11 | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 11 |
januari 2017; | januari 2017; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 13 | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 13 |
februari 2017; | februari 2017; |
Gelet op advies 61.444/1 van de Raad van State, gegeven op 1 juni | Gelet op advies 61.444/1 van de Raad van State, gegeven op 1 juni |
2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de | 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Op de voordracht van de Minister van Economie en op het advies van de | Op de voordracht van de Minister van Economie en op het advies van de |
in Raad vergaderde Ministers, | in Raad vergaderde Ministers, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.De in artikel XV.2 van het Wetboek van economisch recht |
Artikel 1.De in artikel XV.2 van het Wetboek van economisch recht |
bedoelde ambtenaren kunnen, elk voor wat hun bevoegdheden betreft, de | bedoelde ambtenaren kunnen, elk voor wat hun bevoegdheden betreft, de |
in artikel XV.3/1 van hetzelfde Wetboek bedoelde bevoegdheid | in artikel XV.3/1 van hetzelfde Wetboek bedoelde bevoegdheid |
uitoefenen in het kader van de vaststelling van inbreuken op de | uitoefenen in het kader van de vaststelling van inbreuken op de |
volgende artikelen van hetzelfde Wetboek en hun uitvoeringsbesluiten : | volgende artikelen van hetzelfde Wetboek en hun uitvoeringsbesluiten : |
1° het artikel III.81 betreffende de niet-discriminatie; | 1° het artikel III.81 betreffende de niet-discriminatie; |
2° het artikel VI.2 betreffende de algemene informatieverplichtingen, | 2° het artikel VI.2 betreffende de algemene informatieverplichtingen, |
voor wat betreft de mondeling verstrekte inlichtingen; | voor wat betreft de mondeling verstrekte inlichtingen; |
3° de artikelen VI.45, VI.46, VI.55 en VI.56 betreffende | 3° de artikelen VI.45, VI.46, VI.55 en VI.56 betreffende |
overeenkomsten op afstand, voor wat betreft de precontractuele | overeenkomsten op afstand, voor wat betreft de precontractuele |
inlichtingen via de telefoon; | inlichtingen via de telefoon; |
4° de artikelen VI.95, VI.100 en VI.103 betreffende de oneerlijke | 4° de artikelen VI.95, VI.100 en VI.103 betreffende de oneerlijke |
handelspraktijken jegens de consumenten; | handelspraktijken jegens de consumenten; |
5° het koninklijk besluit van 20 juni 2002 houdende voorwaarden | 5° het koninklijk besluit van 20 juni 2002 houdende voorwaarden |
betreffende de exploitatie van zonnecentra; | betreffende de exploitatie van zonnecentra; |
6° de artikelen XII.6 tot en met XII.8 betreffende informatie en | 6° de artikelen XII.6 tot en met XII.8 betreffende informatie en |
doorzichtigheid inzake diensten van de informatiemaatschappij; | doorzichtigheid inzake diensten van de informatiemaatschappij; |
7° de artikelen XII.25, §§ 9 en 10, en XII.26, tweede lid, inzake | 7° de artikelen XII.25, §§ 9 en 10, en XII.26, tweede lid, inzake |
vertrouwensdiensten; | vertrouwensdiensten; |
8° het artikel XII.28 voor wat het aanmatigen van de hoedanigheid van | 8° het artikel XII.28 voor wat het aanmatigen van de hoedanigheid van |
gekwalificeerd vertrouwensdienstverlener betreft, zonder te zijn | gekwalificeerd vertrouwensdienstverlener betreft, zonder te zijn |
opgenomen op de vertrouwenslijst bedoeld in artikel 22 van verordening | opgenomen op de vertrouwenslijst bedoeld in artikel 22 van verordening |
(EU) nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli | (EU) nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli |
2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten | 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten |
voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking | voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking |
van Richtlijn 1999/93/EG; | van Richtlijn 1999/93/EG; |
9° het artikel XIV.3 betreffende de algemene informatieverplichtingen | 9° het artikel XIV.3 betreffende de algemene informatieverplichtingen |
aan de consument, voor wat betreft de mondeling verstrekte | aan de consument, voor wat betreft de mondeling verstrekte |
inlichtingen; | inlichtingen; |
10° de artikelen XIV.27 en XIV.28 betreffende overeenkomsten op | 10° de artikelen XIV.27 en XIV.28 betreffende overeenkomsten op |
afstand, voor wat betreft de precontractuele inlichtingen via de | afstand, voor wat betreft de precontractuele inlichtingen via de |
telefoon; | telefoon; |
11° de artikelen XIV. 62, XIV. 67 en XIV. 70 betreffende de oneerlijke | 11° de artikelen XIV. 62, XIV. 67 en XIV. 70 betreffende de oneerlijke |
beroepspraktijken jegens de consumenten. | beroepspraktijken jegens de consumenten. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering |
Art. 2.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering |
van dit besluit. | van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 22 juni 2017. | Gegeven te Brussel, 22 juni 2017. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Economie, | De Minister van Economie, |
K. PEETERS | K. PEETERS |