Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende een bijkomende vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid na een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende een bijkomende vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid na een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
22 FEBRUARI 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 22 FEBRUARI 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997, | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997, |
gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende een | gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende een |
bijkomende vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid na een | bijkomende vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid na een |
arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid (1) | arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de uitzendarbeid; | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de uitzendarbeid; |
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, | Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997, gesloten |
in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende een | in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende een |
bijkomende vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid na een | bijkomende vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid na een |
arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid. | arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid. |
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de |
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de |
uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 22 februari 1998. | Gegeven te Brussel, 22 februari 1998. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, | De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, |
Mevr. M. SMET | Mevr. M. SMET |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de uitzendarbeid | Paritair Comité voor de uitzendarbeid |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997 |
Bijkomende vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid na een | Bijkomende vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid na een |
arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid (Overeenkomst geregistreerd op | arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid (Overeenkomst geregistreerd op |
15 september 1997 onder het nummer 44951/CO/322) | 15 september 1997 onder het nummer 44951/CO/322) |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op : |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op : |
a) de uitzendbureaus, bedoeld bij artikel 7, 1° van de wet van 24 juli | a) de uitzendbureaus, bedoeld bij artikel 7, 1° van de wet van 24 juli |
1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter | 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter |
beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers, verder | beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers, verder |
genoemd "de werkgever"; | genoemd "de werkgever"; |
b) de uitzendkrachten, bedoeld bij artikel 7, 3° van voornoemde wet | b) de uitzendkrachten, bedoeld bij artikel 7, 3° van voornoemde wet |
van 24 juli 1987, die door deze uitzendbureaus worden tewerkgesteld, | van 24 juli 1987, die door deze uitzendbureaus worden tewerkgesteld, |
verder genoemd "de werknemer". | verder genoemd "de werknemer". |
Art. 2.Wanneer een arbeidsongeschiktheid als gevolg van een ziekte of |
Art. 2.Wanneer een arbeidsongeschiktheid als gevolg van een ziekte of |
een ongeval van gemeen recht een aanvang neemt na het einde van de | een ongeval van gemeen recht een aanvang neemt na het einde van de |
arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid en uiterlijk op de eerste | arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid en uiterlijk op de eerste |
werkdag na het einde van deze arbeidsovereenkomst, heeft de werknemer | werkdag na het einde van deze arbeidsovereenkomst, heeft de werknemer |
ten laste van de laatste werkgever recht op een bijkomende vergoeding, | ten laste van de laatste werkgever recht op een bijkomende vergoeding, |
bovenop de uitkering betaald door het ziekenfonds. | bovenop de uitkering betaald door het ziekenfonds. |
Art. 3.Voor de werknemer-arbeider is de vergoeding, bedoeld in |
Art. 3.Voor de werknemer-arbeider is de vergoeding, bedoeld in |
artikel 2, gelijk aan 25,88 pct. van het gedeelte van het normale loon | artikel 2, gelijk aan 25,88 pct. van het gedeelte van het normale loon |
dat het plafond waarmee rekening wordt gehouden bij de berekening | dat het plafond waarmee rekening wordt gehouden bij de berekening |
vande uitkeringen inzake ziekte- en invaliditeitsverzekering niet | vande uitkeringen inzake ziekte- en invaliditeitsverzekering niet |
overschrijdt, en aan 85,88 pct. van het gedeelte van het normale loon | overschrijdt, en aan 85,88 pct. van het gedeelte van het normale loon |
dat dit plafonds overschrijdt. | dat dit plafonds overschrijdt. |
Voor de werknemer-bediende zijn deze percentages gelijk aan | Voor de werknemer-bediende zijn deze percentages gelijk aan |
respectievelijk 26,93 pct. en 86,93 pct. | respectievelijk 26,93 pct. en 86,93 pct. |
Het normale loon wordt berekend overeenkomstig artikel 56, tweede lid | Het normale loon wordt berekend overeenkomstig artikel 56, tweede lid |
van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. | van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. |
Art. 4.Deze vergoeding is verschuldigd voor elke werkdag die niet |
Art. 4.Deze vergoeding is verschuldigd voor elke werkdag die niet |
werd gepresteerd als gevolg van de arbeidsongeschiktheid, met een | werd gepresteerd als gevolg van de arbeidsongeschiktheid, met een |
maximum van 5 of 6 dagen, naargelang de werknemer in het 5 of 6 | maximum van 5 of 6 dagen, naargelang de werknemer in het 5 of 6 |
dagenstelsel tewerkgesteld was. | dagenstelsel tewerkgesteld was. |
Art. 5.De vergoeding, bedoeld bij artikel 2, is enkel door de |
Art. 5.De vergoeding, bedoeld bij artikel 2, is enkel door de |
werkgever verschuldigd indien de werknemer : | werkgever verschuldigd indien de werknemer : |
a) op het ogenblik waarop de arbeidsongeschiktheid een aanvang neemt, | a) op het ogenblik waarop de arbeidsongeschiktheid een aanvang neemt, |
65 dagen gewerkt heeft bij het uitzendbureau en bij de | 65 dagen gewerkt heeft bij het uitzendbureau en bij de |
klant-gebruiker, en dit, overeenkomstig artikel 13 van de wet van 24 | klant-gebruiker, en dit, overeenkomstig artikel 13 van de wet van 24 |
juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het | juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het |
ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers; | ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers; |
b) uiterlijk de tweede werkdag na het einde van de arbeidsovereenkomst | b) uiterlijk de tweede werkdag na het einde van de arbeidsovereenkomst |
voor uitzendarbeid het bewijs van de arbeidsongeschiktheid levert. | voor uitzendarbeid het bewijs van de arbeidsongeschiktheid levert. |
Art. 6.De vergoeding, bedoeld in artikel 2, is niet verschuldigd aan |
Art. 6.De vergoeding, bedoeld in artikel 2, is niet verschuldigd aan |
de werknemer indien de werkgever het bewijs levert de werknemer, ook | de werknemer indien de werkgever het bewijs levert de werknemer, ook |
zonder enige vorm van arbeidsongeschiktheid, gedurende de periode | zonder enige vorm van arbeidsongeschiktheid, gedurende de periode |
bedoeld bij artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, | bedoeld bij artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, |
geenszins voor rekening van de werkgever bij de klant-gebruiker zou | geenszins voor rekening van de werkgever bij de klant-gebruiker zou |
gewerkt hebben. | gewerkt hebben. |
Het bewijs, waarvan sprake in de vorige alinea, kan door alle | Het bewijs, waarvan sprake in de vorige alinea, kan door alle |
rechtsmiddelen worden aangebracht. | rechtsmiddelen worden aangebracht. |
Art. 7.De vergoeding, bedoeld bij artikel 2, is niet verschuldigd aan |
Art. 7.De vergoeding, bedoeld bij artikel 2, is niet verschuldigd aan |
de werknemer indien de arbeidsongeschiktheid aanvangt tijdens de | de werknemer indien de arbeidsongeschiktheid aanvangt tijdens de |
arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid, noch in geval van | arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid, noch in geval van |
moederschapsverlof. | moederschapsverlof. |
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een |
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een |
bepaalde duur. | bepaalde duur. |
Zij treedt in werking op 1 juli 1997 en verstrijkt op 31 december | Zij treedt in werking op 1 juli 1997 en verstrijkt op 31 december |
1998. | 1998. |
Zij kan, mits een opzeggingstermijn van drie maanden wordt in acht | Zij kan, mits een opzeggingstermijn van drie maanden wordt in acht |
genomen, door elk van de partijen worden opgezegd met een aangetekend | genomen, door elk van de partijen worden opgezegd met een aangetekend |
schrijven gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de | schrijven gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de |
uitzendarbeid. | uitzendarbeid. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 februari | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 februari |
1998. | 1998. |
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, | De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, |
Mevr. M. SMET | Mevr. M. SMET |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |