← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen "
| Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE |
| 21 SEPTEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het | 21 SEPTEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het |
| koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet | koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet |
| van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te | van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te |
| bouwen of in aanbouw zijnde woningen | bouwen of in aanbouw zijnde woningen |
| VERSLAG AAN DE KONING | VERSLAG AAN DE KONING |
| Sire, | Sire, |
| Artikel 12 van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw | Artikel 12 van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw |
| en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen voorziet in | en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen voorziet in |
| twee soorten waarborgen, deze van erkende en deze van niet-erkende | twee soorten waarborgen, deze van erkende en deze van niet-erkende |
| aannemers. Voorts bepaalt dit artikel dat de Koning de aard van de | aannemers. Voorts bepaalt dit artikel dat de Koning de aard van de |
| waarborg en de voorwaarden waaronder deze wordt verleend, alsook de | waarborg en de voorwaarden waaronder deze wordt verleend, alsook de |
| wijze waarop de koper of de opdrachtgever daarvan wordt ingelicht, zal | wijze waarop de koper of de opdrachtgever daarvan wordt ingelicht, zal |
| bepalen. Daaraan werd gevolg gegeven door het koninklijk besluit van | bepalen. Daaraan werd gevolg gegeven door het koninklijk besluit van |
| 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971. | 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971. |
| Artikel 4 van dit koninklijk besluit van 21 oktober 1971 bepaalt dat | Artikel 4 van dit koninklijk besluit van 21 oktober 1971 bepaalt dat |
| de borgstelling van een niet-erkende aannemer dient te gebeuren hetzij | de borgstelling van een niet-erkende aannemer dient te gebeuren hetzij |
| bij een kredietinstelling als bedoeld in de wet van 22 maart 1993 op | bij een kredietinstelling als bedoeld in de wet van 22 maart 1993 op |
| het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, hetzij bij | het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, hetzij bij |
| een hypotheekonderneming als bedoeld in de wet van 4 augustus 1992 op | een hypotheekonderneming als bedoeld in de wet van 4 augustus 1992 op |
| het hypothecair krediet. Een erkende aannemer daarentegen kan de | het hypothecair krediet. Een erkende aannemer daarentegen kan de |
| waarborg niet enkel stellen bij een kredietinstelling of een | waarborg niet enkel stellen bij een kredietinstelling of een |
| hypotheekonderneming, maar ook bij een verzekeringsonderneming volgens | hypotheekonderneming, maar ook bij een verzekeringsonderneming volgens |
| artikel 1, 2° van het koninklijk besluit van 14 maart 2002 betreffende | artikel 1, 2° van het koninklijk besluit van 14 maart 2002 betreffende |
| de gezamenlijke borgtochten voor de overheidsopdrachten voor aanneming | de gezamenlijke borgtochten voor de overheidsopdrachten voor aanneming |
| van werken, leveringen en diensten. | van werken, leveringen en diensten. |
| Er is geen rechtvaardigingsgrond voor dit verschil in behandeling, dat | Er is geen rechtvaardigingsgrond voor dit verschil in behandeling, dat |
| wellicht eerder het gevolg is van een vergetelheid van de wetgever. | wellicht eerder het gevolg is van een vergetelheid van de wetgever. |
| In de huidige economische context waarin vastgesteld wordt dat de | In de huidige economische context waarin vastgesteld wordt dat de |
| banken zich terugplooien op hun hoofdactiviteiten en bijgevolg minder | banken zich terugplooien op hun hoofdactiviteiten en bijgevolg minder |
| waarborgen leveren, is het evenzeer in het belang van de | waarborgen leveren, is het evenzeer in het belang van de |
| koper/opdrachtgever om aan de niet-erkende aannemer of verkoper de | koper/opdrachtgever om aan de niet-erkende aannemer of verkoper de |
| mogelijkheid te bieden de voltooiingswaarborg te stellen via een | mogelijkheid te bieden de voltooiingswaarborg te stellen via een |
| verzekeringsonderneming, zoals reeds het geval is voor de erkende | verzekeringsonderneming, zoals reeds het geval is voor de erkende |
| aannemer. Daarnaast zal dit de concurrentie op de markt ten goede | aannemer. Daarnaast zal dit de concurrentie op de markt ten goede |
| komen, wat tot gevolg kan hebben dat een verlaging van de prijzen | komen, wat tot gevolg kan hebben dat een verlaging van de prijzen |
| optreedt in het voordeel van de koper/opdrachtgever. | optreedt in het voordeel van de koper/opdrachtgever. |
| Het besluit voorziet dat een niet-erkende aannemer de | Het besluit voorziet dat een niet-erkende aannemer de |
| voltooiingswaarborg niet alleen kan stellen bij een kredietinstelling | voltooiingswaarborg niet alleen kan stellen bij een kredietinstelling |
| of bij een hypotheekonderneming, maar ook bij een | of bij een hypotheekonderneming, maar ook bij een |
| verzekeringsonderneming die voldoet, naar gelang van het geval, aan de | verzekeringsonderneming die voldoet, naar gelang van het geval, aan de |
| voorschriften van de artikelen 3 en 64 van de wet van 9 juli 1975 | voorschriften van de artikelen 3 en 64 van de wet van 9 juli 1975 |
| betreffende de controle der verzekeringsondernemingen. | betreffende de controle der verzekeringsondernemingen. |
| Ik heb de eer te zijn, | Ik heb de eer te zijn, |
| Sire, | Sire, |
| Van Uwe Majesteit, | Van Uwe Majesteit, |
| de zeer eerbiedige | de zeer eerbiedige |
| en zeer trouwe dienaar. | en zeer trouwe dienaar. |
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
| Mevr. A. TURTELBOOM | Mevr. A. TURTELBOOM |
| ADVIES 51.919/2/V VAN 28 AUGUSTUS 2012 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN | ADVIES 51.919/2/V VAN 28 AUGUSTUS 2012 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN |
| DE RAAD VAN STATE | DE RAAD VAN STATE |
| De Raad van State, afdeling Wetgeving, tweede vakantiekamer, op 31 | De Raad van State, afdeling Wetgeving, tweede vakantiekamer, op 31 |
| juli 2012 door de Minister van Justitie verzocht haar, binnen een | juli 2012 door de Minister van Justitie verzocht haar, binnen een |
| termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van | termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van |
| koninklijk besluit « tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 | koninklijk besluit « tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 |
| oktober 1971 houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot | oktober 1971 houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot |
| regeling van de woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw | regeling van de woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw |
| zijnde woningen », heeft het volgende advies gegeven : | zijnde woningen », heeft het volgende advies gegeven : |
| Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, | Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, |
| eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, | eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, |
| zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003, beperkt de | zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003, beperkt de |
| afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde | afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde |
| gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het | gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het |
| ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te | ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te |
| vervullen voorafgaande vormvereisten. | vervullen voorafgaande vormvereisten. |
| Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de | Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de |
| volgende opmerkingen. | volgende opmerkingen. |
| 1. In het eerste lid van de aanhef moet verwezen worden naar « artikel | 1. In het eerste lid van de aanhef moet verwezen worden naar « artikel |
| 12, derde lid, van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de | 12, derde lid, van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de |
| woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen » | woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen » |
| en niet naar het tweede lid van die bepaling. | en niet naar het tweede lid van die bepaling. |
| 2. Het heeft geen zin in de aanhef de artikelen te vermelden van het | 2. Het heeft geen zin in de aanhef de artikelen te vermelden van het |
| besluit dat gewijzigd wordt (1). | besluit dat gewijzigd wordt (1). |
| In het tweede lid van de aanhef moeten de woorden « , artikel 4 » dus | In het tweede lid van de aanhef moeten de woorden « , artikel 4 » dus |
| vervallen. | vervallen. |
| (1) Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het | (1) Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het |
| opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, | opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, |
| www.raadvst-consetat.be, tab Wetgevingstechniek, aanbeveling 30, | www.raadvst-consetat.be, tab Wetgevingstechniek, aanbeveling 30, |
| formule F 3-3. | formule F 3-3. |
| De kamer was samengesteld uit : | De kamer was samengesteld uit : |
| De heer R. Andersen, eerste voorzitter van de Raad van State; | De heer R. Andersen, eerste voorzitter van de Raad van State; |
| De heer P. Vandernoot en de heer M. Pâques, staatsraden; | De heer P. Vandernoot en de heer M. Pâques, staatsraden; |
| Mevr. A. Weyembergh en de heer Y. De Cordt, assessoren van de afdeling | Mevr. A. Weyembergh en de heer Y. De Cordt, assessoren van de afdeling |
| Wetgeving. | Wetgeving. |
| Mevr. A.-C. Van Geersdaele, griffier. | Mevr. A.-C. Van Geersdaele, griffier. |
| Het verslag werd uitgebracht door de heer X. Delgrange, eerste | Het verslag werd uitgebracht door de heer X. Delgrange, eerste |
| auditeur-afdelingshoofd. | auditeur-afdelingshoofd. |
| De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd | De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd |
| nagezien onder toezicht van de heer P. Vandernoot. | nagezien onder toezicht van de heer P. Vandernoot. |
| De griffier, | De griffier, |
| A.-C. Van Geersdaele | A.-C. Van Geersdaele |
| De eerste voorzitter, | De eerste voorzitter, |
| Andersen | Andersen |
| 21 SEPTEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het | 21 SEPTEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het |
| koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet | koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende uitvoering van de wet |
| van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te | van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te |
| bouwen of in aanbouw zijnde woningen | bouwen of in aanbouw zijnde woningen |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de | Gelet op de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de |
| verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen, artikel 12, lid | verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen, artikel 12, lid |
| 3, gewijzigd bij de wet van 3 mei 1993; | 3, gewijzigd bij de wet van 3 mei 1993; |
| Gelet op het Koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende | Gelet op het Koninklijk besluit van 21 oktober 1971 houdende |
| uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw | uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw |
| en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen; | en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen; |
| Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 juli | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 juli |
| 2012; | 2012; |
| Gelet op advies nr. 51.919/2/V van de Raad van State, gegeven op 28 | Gelet op advies nr. 51.919/2/V van de Raad van State, gegeven op 28 |
| augustus 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van | augustus 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van |
| de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Op de voordracht van de Minister van Justitie, | Op de voordracht van de Minister van Justitie, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 4 van het koninklijk besluit van 21 oktober 1971 |
Artikel 1.In artikel 4 van het koninklijk besluit van 21 oktober 1971 |
| houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de | houdende uitvoering van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de |
| woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen | woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen |
| worden de woorden « of een verzekeringsonderneming die voldoet, naar | worden de woorden « of een verzekeringsonderneming die voldoet, naar |
| gelang van het geval, aan de voorschriften van de artikelen 3 en 64 | gelang van het geval, aan de voorschriften van de artikelen 3 en 64 |
| van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der | van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der |
| verzekeringsondernemingen, » ingevoegd tussen de woorden « hypothecair | verzekeringsondernemingen, » ingevoegd tussen de woorden « hypothecair |
| krediet » en de woorden « zich ertoe verbindt ». | krediet » en de woorden « zich ertoe verbindt ». |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
| Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
Art. 3.De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering |
Art. 3.De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering |
| van dit besluit. | van dit besluit. |
| Gegeven te Trapani, 21 september 2012. | Gegeven te Trapani, 21 september 2012. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
| Mevr. A. TURTELBOOM | Mevr. A. TURTELBOOM |