Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 21/10/2002
← Terug naar "Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 28, § 1, tweede lid, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen "
Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 28, § 1, tweede lid, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 28, § 1, tweede lid, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU
21 OKTOBER 2002. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 28, § 21 OKTOBER 2002. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 28, §
1, tweede lid, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de 1, tweede lid, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de
ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de Gelet op de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de
landsbonden van ziekenfondsen, inzonderheid op artikel 28, § 1, tweede landsbonden van ziekenfondsen, inzonderheid op artikel 28, § 1, tweede
lid, gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000; lid, gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000;
Gelet op het advies van het Technisch Comité ingesteld bij de Gelet op het advies van het Technisch Comité ingesteld bij de
Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van
ziekenfondsen, gegeven op 28 februari 2002; ziekenfondsen, gegeven op 28 februari 2002;
Gelet op het advies van de Raad van de Controledienst voor de Gelet op het advies van de Raad van de Controledienst voor de
ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, gegeven op 4 maart ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, gegeven op 4 maart
2002; 2002;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 5 Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 5
december 2001; december 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 9 Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 9
januari 2002; januari 2002;
Gelet op het besluit van de Ministerraad over het verzoek aan de Raad Gelet op het besluit van de Ministerraad over het verzoek aan de Raad
van State om advies te geven binnen een termijn van een maand; van State om advies te geven binnen een termijn van een maand;
Gelet op advies 33.413/1/V van de Raad van State, gegeven op 8 Gelet op advies 33.413/1/V van de Raad van State, gegeven op 8
augustus 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de augustus 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de
gecoördineerde wetten op de Raad van State; gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en op het advies Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en op het advies
van Onze in Raad vergaderde Ministers, van Onze in Raad vergaderde Ministers,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
HOOFDSTUK I. - Definities HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

1° de dienst "voorhuwelijkssparen" : de dienst ingericht met 1° de dienst "voorhuwelijkssparen" : de dienst ingericht met
toepassing van het artikel 7, § 4, van de wet van 6 augustus 1990 toepassing van het artikel 7, § 4, van de wet van 6 augustus 1990
betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen; betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen;
2° de dienst "dagvergoedingen" : de dienst ingericht met toepassing 2° de dienst "dagvergoedingen" : de dienst ingericht met toepassing
van de artikelen 3, eerste lid, b) en 7, § 2, van de voornoemde wet van de artikelen 3, eerste lid, b) en 7, § 2, van de voornoemde wet
van 6 augustus 1990, die, in geval van arbeidsongeschiktheid, voorziet van 6 augustus 1990, die, in geval van arbeidsongeschiktheid, voorziet
in uitkeringsperioden langer dan één jaar en in prestaties, waarvan in uitkeringsperioden langer dan één jaar en in prestaties, waarvan
het aan de leden uitgekeerde bedrag 5 euro per vergoedbare dag het aan de leden uitgekeerde bedrag 5 euro per vergoedbare dag
overschrijdt; overschrijdt;
3° de dienst "hospitalisatie" : de dienst ingericht met toepassing van 3° de dienst "hospitalisatie" : de dienst ingericht met toepassing van
de artikelen 3, eerste lid, b) en 7, § 2, van de voornoemde wet van 6 de artikelen 3, eerste lid, b) en 7, § 2, van de voornoemde wet van 6
augustus 1990 en die, in geval van hospitalisatie, hetzij een augustus 1990 en die, in geval van hospitalisatie, hetzij een
forfaitaire uitkering verleent, waarvan het bedrag per verpleegdag forfaitaire uitkering verleent, waarvan het bedrag per verpleegdag
12,5 euro overschrijdt, hetzij een vergoeding uitkeert in functie van 12,5 euro overschrijdt, hetzij een vergoeding uitkeert in functie van
de werkelijk gedragen kosten inzake ziekenhuisverpleging; de werkelijk gedragen kosten inzake ziekenhuisverpleging;
4° de dienst "zorgverzekering" : de dienst ingericht met toepassing 4° de dienst "zorgverzekering" : de dienst ingericht met toepassing
van de artikelen 3, eerste lid, b) en 7, § 2, van de voornoemde wet van de artikelen 3, eerste lid, b) en 7, § 2, van de voornoemde wet
van 6 augustus 1990, die, in geval van blijvend verminderd van 6 augustus 1990, die, in geval van blijvend verminderd
zelfzorgvermogen, voorziet in een forfaitaire uitkering om kosten van zelfzorgvermogen, voorziet in een forfaitaire uitkering om kosten van
niet-medische hulp- en dienstverlening te dekken; niet-medische hulp- en dienstverlening te dekken;
5° het "administratief centrum" : de dienst die dienst doet als 5° het "administratief centrum" : de dienst die dienst doet als
centraliserende rekening waarop worden aangerekend : centraliserende rekening waarop worden aangerekend :
a) wat de dienst bedoeld in artikel 3, eerste lid, a), van de a) wat de dienst bedoeld in artikel 3, eerste lid, a), van de
voornoemde wet van 6 augustus 1990 betreft, het gunstig of nadelig voornoemde wet van 6 augustus 1990 betreft, het gunstig of nadelig
resultaat vertoond op het einde van een dienstjaar door de rekening resultaat vertoond op het einde van een dienstjaar door de rekening
administratiekosten, bedoeld in artikel 195, § 5, van de wet administratiekosten, bedoeld in artikel 195, § 5, van de wet
betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en
uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994; uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;
b) wat de diensten bedoeld in de artikelen 3, eerste lid, b) en c), en b) wat de diensten bedoeld in de artikelen 3, eerste lid, b) en c), en
7, §§ 2 en 4, van de voornoemde wet van 6 augustus 1990 betreft, de 7, §§ 2 en 4, van de voornoemde wet van 6 augustus 1990 betreft, de
financiële stromen betreffende de gemeenschappelijke werkingskosten en financiële stromen betreffende de gemeenschappelijke werkingskosten en
de gemeeschappelijke opbrengsten, die niet rechtstreeks ten laste van de gemeeschappelijke opbrengsten, die niet rechtstreeks ten laste van
deze diensten kunnen worden gelegd. deze diensten kunnen worden gelegd.
HOOFDSTUK II. - De aan te leggen reservefondsen HOOFDSTUK II. - De aan te leggen reservefondsen

Art. 2.De reservefondsen bedoeld door het artikel 28, § 1, eerste

Art. 2.De reservefondsen bedoeld door het artikel 28, § 1, eerste

lid, van de voornoemde wet van 6 augustus 1990 omvatten : lid, van de voornoemde wet van 6 augustus 1990 omvatten :
1° technische voorzieningen, namelijk de middelen nodig om de 1° technische voorzieningen, namelijk de middelen nodig om de
uitvoering van de statutaire verbintenissen van de landsbonden van uitvoering van de statutaire verbintenissen van de landsbonden van
ziekenfondsen en de ziekenfondsen tegenover de leden te waarborgen; ziekenfondsen en de ziekenfondsen tegenover de leden te waarborgen;
2° voorzieningen "incurred but not recorded", hierna "voorzieningen 2° voorzieningen "incurred but not recorded", hierna "voorzieningen
voor I.B.N.R." genoemd, namelijk specifieke technische voorzieningen voor I.B.N.R." genoemd, namelijk specifieke technische voorzieningen
voor prestaties waarvan het recht ingaat tijdens een boekjaar maar voor prestaties waarvan het recht ingaat tijdens een boekjaar maar
voor dewelke een aanvraag tot terugbetaling of vergoeding pas na de voor dewelke een aanvraag tot terugbetaling of vergoeding pas na de
tweede maand van het volgende boekjaar wordt ingediend; tweede maand van het volgende boekjaar wordt ingediend;
3° een solvabiliteitsmarge, om het hoofd te bieden aan minder 3° een solvabiliteitsmarge, om het hoofd te bieden aan minder
voorspelbare incidenties. voorspelbare incidenties.

Art. 3.§ 1. Technische voorzieningen, zoals bedoeld in artikel 2, 1°,

Art. 3.§ 1. Technische voorzieningen, zoals bedoeld in artikel 2, 1°,

worden aangelegd voor de diensten "voorhuwelijkssparen", worden aangelegd voor de diensten "voorhuwelijkssparen",
"dagvergoedingen", "hospitalisatie" en "zorgverzekering". "dagvergoedingen", "hospitalisatie" en "zorgverzekering".
§ 2. Het niveau van deze technische voorzieningen is : § 2. Het niveau van deze technische voorzieningen is :
1° voor de dienst "voorhuwelijkssparen" : het equivalent van de 1° voor de dienst "voorhuwelijkssparen" : het equivalent van de
huidige waarde van de statutaire verbintenissen, zijnde de aan de huidige waarde van de statutaire verbintenissen, zijnde de aan de
huidige spaarders gewaarborgde voordelen op de door hen gestorte en huidige spaarders gewaarborgde voordelen op de door hen gestorte en
nog te storten spaargelden; nog te storten spaargelden;
2° voor de dienst "dagvergoedingen" : het equivalent van de huidige 2° voor de dienst "dagvergoedingen" : het equivalent van de huidige
waarde van de verwachte nog uit te keren prestaties en uitkeringen met waarde van de verwachte nog uit te keren prestaties en uitkeringen met
betrekking tot vergoedbare voorvallen die uiterlijk op 31 december van betrekking tot vergoedbare voorvallen die uiterlijk op 31 december van
het boekjaar aanvingen en die worden aangegeven vóór 1 maart van het het boekjaar aanvingen en die worden aangegeven vóór 1 maart van het
volgende boekjaar; volgende boekjaar;
3° voor de dienst "hospitalisatie" : het equivalent van 12,5 % van de 3° voor de dienst "hospitalisatie" : het equivalent van 12,5 % van de
uitgaven inzake prestaties van het voorgaande boekjaar. uitgaven inzake prestaties van het voorgaande boekjaar.
Indien de dekking van hospitalisaties van meer dan 180 dagen per Indien de dekking van hospitalisaties van meer dan 180 dagen per
kalenderjaar niet uitgesloten wordt, dienen de technische kalenderjaar niet uitgesloten wordt, dienen de technische
voorzieningen echter het equivalent te bedragen van 50 % van de voorzieningen echter het equivalent te bedragen van 50 % van de
uitgaven inzake prestaties van het voorgaande boekjaar; uitgaven inzake prestaties van het voorgaande boekjaar;
4° voor de dienst "zorgverzekering" : het equivalent van de huidige 4° voor de dienst "zorgverzekering" : het equivalent van de huidige
waarde van de door de mutualistische instelling verwachte nog te waarde van de door de mutualistische instelling verwachte nog te
verlenen uitkeringen te haren laste met betrekking tot vergoedbare verlenen uitkeringen te haren laste met betrekking tot vergoedbare
voorvallen die uiterlijk op 31 december van het boekjaar aanvingen en voorvallen die uiterlijk op 31 december van het boekjaar aanvingen en
die worden aangegeven vóór 1 maart van het volgende boekjaar. die worden aangegeven vóór 1 maart van het volgende boekjaar.

Art. 4.§ 1. Voorzieningen voor I.B.N.R., zoals bedoeld in artikel 2,

Art. 4.§ 1. Voorzieningen voor I.B.N.R., zoals bedoeld in artikel 2,

2°, worden aangelegd voor elke dienst ingericht in toepassing van de 2°, worden aangelegd voor elke dienst ingericht in toepassing van de
artikelen 3, eerste lid, b) en c), en 7, § 2, van de voornoemde wet artikelen 3, eerste lid, b) en c), en 7, § 2, van de voornoemde wet
van 6 augustus 1990, met uitzondering van de diensten van 6 augustus 1990, met uitzondering van de diensten
"dagvergoedingen" en "zorgverzekering". "dagvergoedingen" en "zorgverzekering".
§ 2. Indien het niveau van de aan te leggen voorzieningen voor § 2. Indien het niveau van de aan te leggen voorzieningen voor
I.B.N.R., bedoeld in § 1, niet kan geraamd worden op basis van I.B.N.R., bedoeld in § 1, niet kan geraamd worden op basis van
boekhoudkundige ervaringsgegevens, dan dienen deze voorzieningen het boekhoudkundige ervaringsgegevens, dan dienen deze voorzieningen het
equivalent te bedragen van minstens 6 % van de uitgaven inzake equivalent te bedragen van minstens 6 % van de uitgaven inzake
prestaties van het voorgaande boekjaar. prestaties van het voorgaande boekjaar.

Art. 5.§ 1. Een solvabiliteitsmarge, zoals bedoeld in artikel 2, 3°,

Art. 5.§ 1. Een solvabiliteitsmarge, zoals bedoeld in artikel 2, 3°,

wordt aangelegd : wordt aangelegd :
1° voor elke dienst ingericht in toepassing van de artikelen 3, eerste 1° voor elke dienst ingericht in toepassing van de artikelen 3, eerste
lid, b) en c), en 7, §§ 2 en 4, van de voornoemde wet van 6 augustus lid, b) en c), en 7, §§ 2 en 4, van de voornoemde wet van 6 augustus
1990; 1990;
2° voor het administratief centrum. 2° voor het administratief centrum.
§ 2. Het niveau van deze solvabiliteitsmarge bedraagt het equivalent § 2. Het niveau van deze solvabiliteitsmarge bedraagt het equivalent
van 12,5 % van de uitgaven inzake prestaties van het voorgaande van 12,5 % van de uitgaven inzake prestaties van het voorgaande
boekjaar. boekjaar.
Nochtans, met betrekking tot : Nochtans, met betrekking tot :
1° de diensten "dagvergoedingen", bedraagt de solvabiliteitsmarge het 1° de diensten "dagvergoedingen", bedraagt de solvabiliteitsmarge het
equivalent van 20 % van het niveau van de technische voorzieningen equivalent van 20 % van het niveau van de technische voorzieningen
bedoeld in artikel 3, § 2, 2°; bedoeld in artikel 3, § 2, 2°;
2° de diensten "zorgverzekering", bedraagt de solvabiliteitsmarge het 2° de diensten "zorgverzekering", bedraagt de solvabiliteitsmarge het
equivalent van 20 % van het niveau van de technische voorzieningen equivalent van 20 % van het niveau van de technische voorzieningen
bedoeld in artikel 3, § 2, 4°; bedoeld in artikel 3, § 2, 4°;
3° de diensten "voorhuwelijkssparen", bedraagt de solvabiliteitsmarge 3° de diensten "voorhuwelijkssparen", bedraagt de solvabiliteitsmarge
per einde boekjaar het equivalent van de grootheid S, gedefinieerd per einde boekjaar het equivalent van de grootheid S, gedefinieerd
door : door :
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
waar : waar :
No het per einde van het betrokken boekjaar aantal personen is die lid No het per einde van het betrokken boekjaar aantal personen is die lid
van de dienst geworden zijn tijdens dit boekjaar; van de dienst geworden zijn tijdens dit boekjaar;
N het totaal aantal leden van de dienst per einde van het betrokken N het totaal aantal leden van de dienst per einde van het betrokken
boekjaar is; boekjaar is;
TV de technische voorzieningen, bedoeld in artikel 3, § 2, 1°, per TV de technische voorzieningen, bedoeld in artikel 3, § 2, 1°, per
einde van het betrokken boekjaar vertegenwoordigt; einde van het betrokken boekjaar vertegenwoordigt;
K het totaal bedrag van de uitstaande spaargelden in het kader van de K het totaal bedrag van de uitstaande spaargelden in het kader van de
dienst is; dienst is;
4° het administratief centrum, bedraagt de solvabiliteitsmarge het 4° het administratief centrum, bedraagt de solvabiliteitsmarge het
equivalent van 20 % van het bedrag van de administratiekosten van de equivalent van 20 % van het bedrag van de administratiekosten van de
vrije en aanvullende verzekering van het voorgaande boekjaar, ongeacht vrije en aanvullende verzekering van het voorgaande boekjaar, ongeacht
de boekingswijze van deze kosten. de boekingswijze van deze kosten.
Indien de gemeenschappelijke administratiekosten via het Indien de gemeenschappelijke administratiekosten via het
administratief centrum volledig worden doorverrekend aan de diensten administratief centrum volledig worden doorverrekend aan de diensten
bedoeld in artikel 5, § 1, 1°, kan in afwijking van de regeling vervat bedoeld in artikel 5, § 1, 1°, kan in afwijking van de regeling vervat
in het voorgaande lid, deze solvabiliteitsmarge aangelegd worden in het voorgaande lid, deze solvabiliteitsmarge aangelegd worden
binnen deze diensten telkens ten belope van 20 % van hun binnen deze diensten telkens ten belope van 20 % van hun
administratiekosten van het voorgaande boekjaar. In dit geval wordt administratiekosten van het voorgaande boekjaar. In dit geval wordt
deze solvabiliteitsmarge toegevoegd aan de solvabiliteitsmarge die deze solvabiliteitsmarge toegevoegd aan de solvabiliteitsmarge die
voor de diensten van de vrije en aanvullende verzekering dient voor de diensten van de vrije en aanvullende verzekering dient
aangelegd ingevolge artikel 5, § 2, eerste lid en tweede lid, 1° en aangelegd ingevolge artikel 5, § 2, eerste lid en tweede lid, 1° en
2°. 2°.

Art. 6.Wanneer bij een ziekenfonds of een landsbond van ziekenfondsen

Art. 6.Wanneer bij een ziekenfonds of een landsbond van ziekenfondsen

een dienst, zoals bedoeld in artikel 1, wordt opgericht, wordt het in een dienst, zoals bedoeld in artikel 1, wordt opgericht, wordt het in
dit besluit bepaalde minimaal niveau van de reservefondsen aangelegd dit besluit bepaalde minimaal niveau van de reservefondsen aangelegd
volgens een tijdschema, vastgesteld door de Controledienst voor de volgens een tijdschema, vastgesteld door de Controledienst voor de
ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen. ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen.
HOOFDSTUK III. - Overgangs- en slotbepalingen HOOFDSTUK III. - Overgangs- en slotbepalingen

Art. 7.In afwachting dat de Controledienst, met toepassing van

Art. 7.In afwachting dat de Controledienst, met toepassing van

artikel 28, § 1, van voornoemde wet van 6 augustus 1990, de artikel 28, § 1, van voornoemde wet van 6 augustus 1990, de
berekeningswijze van de reservefondsen voor de dienst berekeningswijze van de reservefondsen voor de dienst
"zorgverzekering", alsook de in acht te nemen parameters vastlegt : "zorgverzekering", alsook de in acht te nemen parameters vastlegt :
a) bedraagt het bedrag van de voor deze dienst aan te leggen a) bedraagt het bedrag van de voor deze dienst aan te leggen
technische voorzieningen het equivalent van de uitgaven inzake technische voorzieningen het equivalent van de uitgaven inzake
prestaties tijdens het voorgaande boekjaar ten laste van de betrokken prestaties tijdens het voorgaande boekjaar ten laste van de betrokken
mutualistische instelling en zulks in afwijking van artikel 3, § 2, mutualistische instelling en zulks in afwijking van artikel 3, § 2,
4°; 4°;
b) bedraagt de voor deze dienst aan te leggen solvabiliteitsmarge het b) bedraagt de voor deze dienst aan te leggen solvabiliteitsmarge het
equivalent van 20 % van het niveau van de technische voorzieningen equivalent van 20 % van het niveau van de technische voorzieningen
bedoeld in a) en zulks in afwijking van artikel 5, § 2, 2°. bedoeld in a) en zulks in afwijking van artikel 5, § 2, 2°.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de derde

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de derde

maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad . maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad .

Art. 9.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering

Art. 9.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering

van dit besluit. van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 21 oktober 2002. Gegeven te Brussel, 21 oktober 2002.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken, De Minister van Sociale Zaken,
F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
^