← Terug naar "Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden voor het organiseren van weddenschappen door de Nationale Loterij. - Addendum "
Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden voor het organiseren van weddenschappen door de Nationale Loterij. - Addendum | Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden voor het organiseren van weddenschappen door de Nationale Loterij. - Addendum |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN | FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN |
20 JULI 2012. - Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden voor het | 20 JULI 2012. - Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden voor het |
organiseren van weddenschappen door de Nationale Loterij. - Addendum | organiseren van weddenschappen door de Nationale Loterij. - Addendum |
In het Belgisch Staatsblad van 9 augustus 2012, pagina 46 495, dient | In het Belgisch Staatsblad van 9 augustus 2012, pagina 46 495, dient |
het volgende advies van de Raad van State toegevoegd te worden : | het volgende advies van de Raad van State toegevoegd te worden : |
ADVIES 51.520/2 VAN 4 JULI 2012 | ADVIES 51.520/2 VAN 4 JULI 2012 |
VAN DE AFDELING WETGEVING | VAN DE AFDELING WETGEVING |
VAN DE RAAD VAN STATE | VAN DE RAAD VAN STATE |
De RAAD VAN STATE, afdeling Wetgeving, tweede kamer, op 12 juni 2012 | De RAAD VAN STATE, afdeling Wetgeving, tweede kamer, op 12 juni 2012 |
door de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën verzocht hem, | door de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën verzocht hem, |
binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een | binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een |
ontwerp van koninklijk besluit « betreffende de voorwaarden voor het | ontwerp van koninklijk besluit « betreffende de voorwaarden voor het |
organiseren van weddenschappen door de Nationale Loterij », heeft het | organiseren van weddenschappen door de Nationale Loterij », heeft het |
volgende advies gegeven : | volgende advies gegeven : |
Onderzoek van het ontwerp | Onderzoek van het ontwerp |
Aanhef | Aanhef |
Het tweede en het derde lid moeten onderling van plaats worden | Het tweede en het derde lid moeten onderling van plaats worden |
verwisseld. | verwisseld. |
De aanhefverwijzing betreffende het onderzoek over de noodzaak om een | De aanhefverwijzing betreffende het onderzoek over de noodzaak om een |
effectbeoordeling uit te voeren moet vóór de aanhefverwijzing | effectbeoordeling uit te voeren moet vóór de aanhefverwijzing |
betreffende het advies van de Raad van State worden geplaatst. | betreffende het advies van de Raad van State worden geplaatst. |
Indeling in hoofdstukken | Indeling in hoofdstukken |
De beperkte omvang van het ontwerp, dat slechts drie artikelen omvat | De beperkte omvang van het ontwerp, dat slechts drie artikelen omvat |
waarvan twee betrekking hebben op de inwerkingtreding en de | waarvan twee betrekking hebben op de inwerkingtreding en de |
uitvoering, rechtvaardigt niet dat het in hoofdstukken wordt | uitvoering, rechtvaardigt niet dat het in hoofdstukken wordt |
onderverdeeld. | onderverdeeld. |
Dispositief | Dispositief |
Artikel 1 | Artikel 1 |
1. Uit artikel 1 en uit het ontwerp van verslag aan de Koning kan | 1. Uit artikel 1 en uit het ontwerp van verslag aan de Koning kan |
worden opgemaakt dat de stellers van het ontwerp de bedoeling hebben | worden opgemaakt dat de stellers van het ontwerp de bedoeling hebben |
te bepalen dat door de Kansspelcommissie een vergunning voor het | te bepalen dat door de Kansspelcommissie een vergunning voor het |
inrichten van weddenschappen kan worden verleend aan de Nationale | inrichten van weddenschappen kan worden verleend aan de Nationale |
Loterij, indien deze voldoet aan de voorwaarden van deze vergunning. | Loterij, indien deze voldoet aan de voorwaarden van deze vergunning. |
Het verdient dan ook aanbeveling in de eerste zin van het ontworpen | Het verdient dan ook aanbeveling in de eerste zin van het ontworpen |
lid niet te schrijven : « Er wordt (...) ook een vergunning (...) | lid niet te schrijven : « Er wordt (...) ook een vergunning (...) |
toegekend aan de Nationale Loterij » maar wel : « Er kan (...) een | toegekend aan de Nationale Loterij » maar wel : « Er kan (...) een |
vergunning (...) worden toegekend aan de Nationale Loterij ». | vergunning (...) worden toegekend aan de Nationale Loterij ». |
Er wordt in overweging gegeven om in het begin van hetzelfde lid het | Er wordt in overweging gegeven om in het begin van hetzelfde lid het |
woord « daarnaast » weg te laten en het woord « bijkomende » in te | woord « daarnaast » weg te laten en het woord « bijkomende » in te |
voegen tussen de woorden « Er kan een » en « vergunning klasse F1 ». | voegen tussen de woorden « Er kan een » en « vergunning klasse F1 ». |
De eerste zin van het ontworpen lid zou dientengevolge als volgt | De eerste zin van het ontworpen lid zou dientengevolge als volgt |
beginnen : « Er kan een bijkomende vergunning klasse F1 worden | beginnen : « Er kan een bijkomende vergunning klasse F1 worden |
toegekend aan de Nationale Loterij [vervolg zoals in het ontwerp] ». | toegekend aan de Nationale Loterij [vervolg zoals in het ontwerp] ». |
2. Aan het einde van de eerste zin moeten de woorden « in | 2. Aan het einde van de eerste zin moeten de woorden « in |
overeenstemming met de Kansspelwet en haar uitvoeringsbesluiten » | overeenstemming met de Kansspelwet en haar uitvoeringsbesluiten » |
worden vervangen door de woorden « overeenkomstig de wet van 7 mei | worden vervangen door de woorden « overeenkomstig de wet van 7 mei |
1999 op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en | 1999 op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en |
de bescherming van de spelers ». | de bescherming van de spelers ». |
3. De derde zin van het ontworpen lid bepaalt : « De Nationale Loterij | 3. De derde zin van het ontworpen lid bepaalt : « De Nationale Loterij |
treft alle maatregelen die de Kansspelcommissie toelaten om haar | treft alle maatregelen die de Kansspelcommissie toelaten om haar |
wettelijke opdracht uit te oefenen ». | wettelijke opdracht uit te oefenen ». |
Het is de afdeling Wetgeving niet duidelijk wat de strekking is van | Het is de afdeling Wetgeving niet duidelijk wat de strekking is van |
deze bijzondere verplichting die enkel ten aanzien van de Nationale | deze bijzondere verplichting die enkel ten aanzien van de Nationale |
Loterij wordt bepaald, terwijl de regelgeving inzake weddenschappen de | Loterij wordt bepaald, terwijl de regelgeving inzake weddenschappen de |
vergunninghouders reeds tal van verplichtingen oplegt teneinde de | vergunninghouders reeds tal van verplichtingen oplegt teneinde de |
transparantie te garanderen, bijvoorbeeld in de artikelen 43/5 en 43/6 | transparantie te garanderen, bijvoorbeeld in de artikelen 43/5 en 43/6 |
van de wet van 7 mei 1999 'op de kansspelen, de weddenschappen, de | van de wet van 7 mei 1999 'op de kansspelen, de weddenschappen, de |
kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers'. | kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers'. |
Voorts is deze ontworpen zin onnauwkeurig daar hij betrekking heeft op | Voorts is deze ontworpen zin onnauwkeurig daar hij betrekking heeft op |
de wettelijke opdracht van de voornoemde commissie terwijl, gelet op | de wettelijke opdracht van de voornoemde commissie terwijl, gelet op |
de strekking van het ontwerp, alleen het toezicht dat de commissie kan | de strekking van het ontwerp, alleen het toezicht dat de commissie kan |
houden op de houders van een vergunning voor het inrichten van | houden op de houders van een vergunning voor het inrichten van |
weddenschappen aan de orde is. | weddenschappen aan de orde is. |
De laatste zin van het ontworpen lid moet derhalve worden weggelaten. | De laatste zin van het ontworpen lid moet derhalve worden weggelaten. |
Artikel 2 | Artikel 2 |
Artikel 2 van het voorliggende ontwerp bepaalt dat het besluit in | Artikel 2 van het voorliggende ontwerp bepaalt dat het besluit in |
werking treedt op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt | werking treedt op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt |
bekendgemaakt. | bekendgemaakt. |
Op die wijze wordt afgeweken van de gangbare termijn van | Op die wijze wordt afgeweken van de gangbare termijn van |
inwerkingtreding van besluiten, d.i. de tiende dag na de bekendmaking | inwerkingtreding van besluiten, d.i. de tiende dag na de bekendmaking |
in het Belgisch Staatsblad, zoals bepaald in artikel 6 van de wet van | in het Belgisch Staatsblad, zoals bepaald in artikel 6 van de wet van |
31 mei 1961 'betreffende het gebruik der talen in wetgevingszaken, het | 31 mei 1961 'betreffende het gebruik der talen in wetgevingszaken, het |
opmaken, bekendmaken en inwerkingtreden van wetten en verordeningen'. | opmaken, bekendmaken en inwerkingtreden van wetten en verordeningen'. |
Tenzij er een specifieke reden bestaat waarom wordt afgeweken van die | Tenzij er een specifieke reden bestaat waarom wordt afgeweken van die |
gangbare termijn van inwerkingtreding, dient artikel 2 uit het ontwerp | gangbare termijn van inwerkingtreding, dient artikel 2 uit het ontwerp |
te worden weggelaten. | te worden weggelaten. |
De kamer was samengesteld uit : | De kamer was samengesteld uit : |
de heren : | de heren : |
Y. KREINS, kamervoorzitter; | Y. KREINS, kamervoorzitter; |
P. VANDERNOOT, Mevr. M. BAGUET, staatsraden; | P. VANDERNOOT, Mevr. M. BAGUET, staatsraden; |
Mevr. A. WEYEMBERGH, de heer Chr. BEHRENDT, assessoren van de afdeling | Mevr. A. WEYEMBERGH, de heer Chr. BEHRENDT, assessoren van de afdeling |
Wetgeving; | Wetgeving; |
Mevr. B. VIGNERON, griffier. | Mevr. B. VIGNERON, griffier. |
Het verslag werd uitgebracht door de Heer Y. DELVAL, auditeur. | Het verslag werd uitgebracht door de Heer Y. DELVAL, auditeur. |
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd | De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd |
nagezien onder toezicht van Mevr. M. Baguet. | nagezien onder toezicht van Mevr. M. Baguet. |
De griffier, B. VIGNERON. | De griffier, B. VIGNERON. |
De voorzitter, Y. KREINS. | De voorzitter, Y. KREINS. |