| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van het conventioneel brugpensioen | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van het conventioneel brugpensioen |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 20 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 20 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober |
| 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen | 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen |
| die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van | die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van |
| het conventioneel brugpensioen (1) | het conventioneel brugpensioen (1) |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| 28; | 28; |
| Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de erkende | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de erkende |
| ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren; | ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren; |
| Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011, |
| gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die | gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die |
| buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van het | buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van het |
| conventioneel brugpensioen. | conventioneel brugpensioen. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 20 februari 2013. | Gegeven te Brussel, 20 februari 2013. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Bijlage | Bijlage |
| Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of | Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of |
| -diensten leveren | -diensten leveren |
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011 |
| Toekenning van het conventioneel brugpensioen | Toekenning van het conventioneel brugpensioen |
| (Overeenkomst geregistreerd op 15 december 2011 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 15 december 2011 onder het nummer |
| 107354/CO/322.01) | 107354/CO/322.01) |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren | de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren |
| onder het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die | onder het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die |
| buurtwerken of -diensten leveren. | buurtwerken of -diensten leveren. |
Art. 2.Om te kunnen genieten van de bepalingen van deze collectieve |
Art. 2.Om te kunnen genieten van de bepalingen van deze collectieve |
| arbeidsovereenkomst dienen de werknemers te voldoen aan de voorwaarden | arbeidsovereenkomst dienen de werknemers te voldoen aan de voorwaarden |
| vastgelegd in het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende | vastgelegd in het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende |
| de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel | de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel |
| brugpensioen en aan de voorwaarden vastgelegd in het koninklijk | brugpensioen en aan de voorwaarden vastgelegd in het koninklijk |
| besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het conventioneel brugpensioen | besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het conventioneel brugpensioen |
| in het kader van het Generatiepact en dienen zij op het ogenblik | in het kader van het Generatiepact en dienen zij op het ogenblik |
| waarop de arbeidsovereenkomst werkelijk wordt beëindigd, de leeftijd | waarop de arbeidsovereenkomst werkelijk wordt beëindigd, de leeftijd |
| van 58 jaar te hebben bereikt. | van 58 jaar te hebben bereikt. |
Art. 3.De werknemers bedoeld in artikel 2 hebben na ontslag recht op |
Art. 3.De werknemers bedoeld in artikel 2 hebben na ontslag recht op |
| een aanvullende vergoeding ten laste van hun werkgever. Die | een aanvullende vergoeding ten laste van hun werkgever. Die |
| aanvullende vergoeding wordt toegekend vanaf het einde van de | aanvullende vergoeding wordt toegekend vanaf het einde van de |
| wettelijke opzeggingstermijn tot aan de pensioengerechtigde leeftijd | wettelijke opzeggingstermijn tot aan de pensioengerechtigde leeftijd |
Art. 4.De aanvullende vergoeding is gelijk aan de helft van het |
Art. 4.De aanvullende vergoeding is gelijk aan de helft van het |
| verschil tussen het nettorefertemaandloon en de werkloosheidsuitkering | verschil tussen het nettorefertemaandloon en de werkloosheidsuitkering |
| en wordt berekend en aangepast overeenkomstig de bepalingen van de | en wordt berekend en aangepast overeenkomstig de bepalingen van de |
| collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad, | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad, |
| tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste | tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste |
| van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen. | van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen. |
Art. 5.De artikelen 3 en 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst |
Art. 5.De artikelen 3 en 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst |
| zijn slechts van toepassing voor de werknemers die gedurende de twee | zijn slechts van toepassing voor de werknemers die gedurende de twee |
| jaren voorafgaand aan hun brugpensioen door een arbeidsovereenkomst | jaren voorafgaand aan hun brugpensioen door een arbeidsovereenkomst |
| verbonden zijn geweest met hun werkgever. | verbonden zijn geweest met hun werkgever. |
Art. 6.Onverminderd artikel 4 van deze collectieve |
Art. 6.Onverminderd artikel 4 van deze collectieve |
| arbeidsovereenkomst, wordt de aanvullende vergoeding berekend op basis | arbeidsovereenkomst, wordt de aanvullende vergoeding berekend op basis |
| van het gemiddelde van de lonen die de werknemer heeft ontvangen | van het gemiddelde van de lonen die de werknemer heeft ontvangen |
| gedurende de twaalf maanden voorafgaand aan zijn brugpensioen en niet | gedurende de twaalf maanden voorafgaand aan zijn brugpensioen en niet |
| op basis van het loon van de refertemaand. | op basis van het loon van de refertemaand. |
Art. 7.§ 1. Ingeval de werknemer overgaat van een |
Art. 7.§ 1. Ingeval de werknemer overgaat van een |
| loopbaanvermindering of een halftijdse betrekking in het kader van | loopbaanvermindering of een halftijdse betrekking in het kader van |
| collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, naar het systeem van | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, naar het systeem van |
| conventioneel brugpensioen op basis van de collectieve | conventioneel brugpensioen op basis van de collectieve |
| arbeidsovereenkomst nr. 17, gebeurt de berekening van de aanvullende | arbeidsovereenkomst nr. 17, gebeurt de berekening van de aanvullende |
| vergoeding op basis van het voltijds netto-referteloon. | vergoeding op basis van het voltijds netto-referteloon. |
| § 2. Ingeval de werknemer overgaat van een volledige schorsing van de | § 2. Ingeval de werknemer overgaat van een volledige schorsing van de |
| arbeidsprestaties in het kader van het tijdskrediet zoals voorzien in | arbeidsprestaties in het kader van het tijdskrediet zoals voorzien in |
| collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis op het systeem van het | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis op het systeem van het |
| conventioneel brugpensioen, gebeurt de berekening van de aanvullende | conventioneel brugpensioen, gebeurt de berekening van de aanvullende |
| vergoeding op basis van het referteloon dat overeenstemt met het | vergoeding op basis van het referteloon dat overeenstemt met het |
| arbeidsregime voorafgaand aan de schorsing van de arbeidsprestaties. | arbeidsregime voorafgaand aan de schorsing van de arbeidsprestaties. |
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
| juli 2011 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 2013. | juli 2011 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 2013. |
| Zij kan worden opgezegd op verzoek van de meest gerede partij, mits | Zij kan worden opgezegd op verzoek van de meest gerede partij, mits |
| een opzegging van zes maanden, gericht bij ter post aangetekende brief | een opzegging van zes maanden, gericht bij ter post aangetekende brief |
| aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de erkende | aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de erkende |
| ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren. | ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren. |
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 februari | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 februari |
| 2013. | 2013. |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |