| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers, betreffende de vorming | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers, betreffende de vorming |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 19 SEPTEMBER 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 19 SEPTEMBER 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari |
| 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, | 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, |
| de laarzenmakers en de maatwerkers, betreffende de vorming (1) | de laarzenmakers en de maatwerkers, betreffende de vorming (1) |
| FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| 28; | 28; |
| Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de |
| schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers; | schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers; |
| Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 2014, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 2014, |
| gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de | gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de |
| laarzenmakers en de maatwerkers, betreffende de vorming. | laarzenmakers en de maatwerkers, betreffende de vorming. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 19 september 2014. | Gegeven te Brussel, 19 september 2014. |
| FILIP | FILIP |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Bijlage | Bijlage |
| Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de | Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de |
| maatwerkers | maatwerkers |
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 2014 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 2014 |
| Vorming | Vorming |
| (Overeenkomst geregistreerd op 14 mei 2014 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 14 mei 2014 onder het nummer |
| 121120/CO/128.02) | 121120/CO/128.02) |
| HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen | de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen |
| die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de | die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de |
| schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers. | schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers. |
| HOOFDSTUK II. - Bepalingen | HOOFDSTUK II. - Bepalingen |
Art. 2.Deze collectieve overeenkomst wordt afgesloten in uitvoering |
Art. 2.Deze collectieve overeenkomst wordt afgesloten in uitvoering |
| van : | van : |
| - artikel 30 van de wet van 23 december 2005 betreffende het | - artikel 30 van de wet van 23 december 2005 betreffende het |
| Generatiepact; | Generatiepact; |
| - het koninklijk besluit van 11 oktober 2007 tot invoering van een | - het koninklijk besluit van 11 oktober 2007 tot invoering van een |
| bijkomende werkgeversbijdrage ten bate van de financiering van het | bijkomende werkgeversbijdrage ten bate van de financiering van het |
| betaald educatief verlof voor de werkgevers die behoren tot sectoren | betaald educatief verlof voor de werkgevers die behoren tot sectoren |
| die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseren. | die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseren. |
Art. 3.Overeenkomstig het protocol van akkoord 2013-2014, verbinden |
Art. 3.Overeenkomstig het protocol van akkoord 2013-2014, verbinden |
| zich de ondergetekende partijen er zich toe om jaarlijks de | zich de ondergetekende partijen er zich toe om jaarlijks de |
| deelnemingsgraad aan vorming voor het geheel van de sector met 5 | deelnemingsgraad aan vorming voor het geheel van de sector met 5 |
| procentpunten te doen toenemen voor de jaren 2013-2014. | procentpunten te doen toenemen voor de jaren 2013-2014. |
Art. 4.In het kader van de uitvoering van deze verbintenis wordt per |
Art. 4.In het kader van de uitvoering van deze verbintenis wordt per |
| jaar en per onderneming een "pool" van vormingsdagen opgericht, a rato | jaar en per onderneming een "pool" van vormingsdagen opgericht, a rato |
| van 1 vormingsdag per arbeid(st)er en berekend volgens het aantal | van 1 vormingsdag per arbeid(st)er en berekend volgens het aantal |
| arbeid(st)ers in dienst op 1 januari van het desbetreffende jaar. | arbeid(st)ers in dienst op 1 januari van het desbetreffende jaar. |
Art. 5.Aan de ondernemingsraad wordt informatie gegeven of, bij |
Art. 5.Aan de ondernemingsraad wordt informatie gegeven of, bij |
| gebreke aan de vakbondsafvaardiging. Bovendien zal er in de loop van | gebreke aan de vakbondsafvaardiging. Bovendien zal er in de loop van |
| 2015 in het paritair subcomité en op bedrijfsvlak een evaluatie | 2015 in het paritair subcomité en op bedrijfsvlak een evaluatie |
| gebeuren van de vormingsinspanningen 2013-2014. | gebeuren van de vormingsinspanningen 2013-2014. |
| HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve |
| arbeidsovereenkomst van 21 oktober 2011 betreffende het belang van | arbeidsovereenkomst van 21 oktober 2011 betreffende het belang van |
| vorming, geregistreerd onder het nr. 108049/CO/128.02. | vorming, geregistreerd onder het nr. 108049/CO/128.02. |
| Zij treedt in werking op 1 januari 2013 en is gesloten voor een | Zij treedt in werking op 1 januari 2013 en is gesloten voor een |
| onbepaalde duur, behalve artikel 3 dat ophoudt van kracht te zijn op | onbepaalde duur, behalve artikel 3 dat ophoudt van kracht te zijn op |
| 31 december 2014. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd | 31 december 2014. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd |
| mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend bij een ter post | mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend bij een ter post |
| aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het paritair | aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het paritair |
| subcomité. | subcomité. |
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 |
| september 2014. | september 2014. |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |