| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende de opleiding en vorming ten voordele van de risicogroepen | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende de opleiding en vorming ten voordele van de risicogroepen |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 19 SEPTEMBER 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 19 SEPTEMBER 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september |
| 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, | 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, |
| betreffende de opleiding en vorming ten voordele van de risicogroepen | betreffende de opleiding en vorming ten voordele van de risicogroepen |
| (1) | (1) |
| FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| 28; | 28; |
| Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de vezelcement; | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de vezelcement; |
| Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2013, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2013, |
| gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende de | gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende de |
| opleiding en vorming ten voordele van de risicogroepen. | opleiding en vorming ten voordele van de risicogroepen. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 19 september 2014. | Gegeven te Brussel, 19 september 2014. |
| FILIP | FILIP |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Bijlage | Bijlage |
| Paritair Subcomité voor de vezelcement | Paritair Subcomité voor de vezelcement |
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2013 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2013 |
| Opleiding en vorming ten voordele van de risicogroepen (Overeenkomst | Opleiding en vorming ten voordele van de risicogroepen (Overeenkomst |
| geregistreerd op 28 oktober 2013 onder het nummer 117635/CO/106.03) | geregistreerd op 28 oktober 2013 onder het nummer 117635/CO/106.03) |
| HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren | de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren |
| onder het Paritair Subcomité voor de vezelcement (PSC 106.03). | onder het Paritair Subcomité voor de vezelcement (PSC 106.03). |
| Onder "werknemers" wordt verstaan : arbeiders en arbeidsters. | Onder "werknemers" wordt verstaan : arbeiders en arbeidsters. |
| Zij is gesloten in toepassing van afdeling 1 van hoofdstuk VIII van | Zij is gesloten in toepassing van afdeling 1 van hoofdstuk VIII van |
| titel XIII van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen | titel XIII van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen |
| (I) (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006) en het koninklijk | (I) (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006) en het koninklijk |
| besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, 4e lid | besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, 4e lid |
| van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen. | van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen. |
| HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen | HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen |
Art. 2.In toepassing van de artikelen 6 en 8bis van de collectieve |
Art. 2.In toepassing van de artikelen 6 en 8bis van de collectieve |
| arbeidsovereenkomst van 21 december 1988 en 7 maart 1989, gesloten in | arbeidsovereenkomst van 21 december 1988 en 7 maart 1989, gesloten in |
| het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende de oprichting | het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende de oprichting |
| van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn | van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn |
| statuten, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 mei | statuten, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 mei |
| 1989, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 19 | 1989, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 19 |
| maart 1990 en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 | maart 1990 en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 |
| september 1993, kan in 2013 en 2014, het "Sociaal Fonds voor de | september 1993, kan in 2013 en 2014, het "Sociaal Fonds voor de |
| vezelcement" in samenwerking met de Vlaamse Dienst voor | vezelcement" in samenwerking met de Vlaamse Dienst voor |
| Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB), de Brusselse | Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB), de Brusselse |
| Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling (BGDA) en "Office | Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling (BGDA) en "Office |
| communautaire et régional de la formation professionnelle et de | communautaire et régional de la formation professionnelle et de |
| l'emploi (FOREM)", initiatieven nemen met betrekking tot de opleiding | l'emploi (FOREM)", initiatieven nemen met betrekking tot de opleiding |
| en vorming, scholing en omscholing van risicogroepen. Deze opleidingen | en vorming, scholing en omscholing van risicogroepen. Deze opleidingen |
| kunnen ook door andere dan voormelde erkende vormingsinstituten | kunnen ook door andere dan voormelde erkende vormingsinstituten |
| uitgevoerd worden. | uitgevoerd worden. |
Art. 3.Onder "risicogroepen" wordt bedoeld : |
Art. 3.Onder "risicogroepen" wordt bedoeld : |
| 1. de laaggeschoolde werklozen en langdurig werklozen, de | 1. de laaggeschoolde werklozen en langdurig werklozen, de |
| gehandicapten, de deeltijds leerplichtigen, de herintreders, de | gehandicapten, de deeltijds leerplichtigen, de herintreders, de |
| leefloontrekkers en de laaggeschoolde werknemers (geen houder van een | leefloontrekkers en de laaggeschoolde werknemers (geen houder van een |
| getuigschrift hoger secundair onderwijs); | getuigschrift hoger secundair onderwijs); |
| 2. de werklozen of laaggeschoolde werknemers die geconfronteerd worden | 2. de werklozen of laaggeschoolde werknemers die geconfronteerd worden |
| met een ontslag, herstructurering of de invoering van nieuwe | met een ontslag, herstructurering of de invoering van nieuwe |
| technologieën; | technologieën; |
| 3. de werklozen op wie een inschakelingparcours van toepassing is; | 3. de werklozen op wie een inschakelingparcours van toepassing is; |
| 4. allochtone werknemers en werkzoekenden. | 4. allochtone werknemers en werkzoekenden. |
Art. 4.De middelen ten laste van de werkgevers waarover het fonds |
Art. 4.De middelen ten laste van de werkgevers waarover het fonds |
| beschikt bedragen jaarlijks 0,10 pct. van het volledige loon van hun | beschikt bedragen jaarlijks 0,10 pct. van het volledige loon van hun |
| werknemers zoals bedoeld in artikel 23 van de wet van 29 juni 1981 | werknemers zoals bedoeld in artikel 23 van de wet van 29 juni 1981 |
| houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor de | houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor de |
| werknemers. Ze kunnen uitsluitend worden aangewend voor de onder | werknemers. Ze kunnen uitsluitend worden aangewend voor de onder |
| artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde | artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde |
| initiatieven. | initiatieven. |
Art. 4bis.Om van de startbaanverplichting van de wet van 24 december |
Art. 4bis.Om van de startbaanverplichting van de wet van 24 december |
| 1999 sectoraal vrijgesteld te worden, worden de vormingsmiddelen, | 1999 sectoraal vrijgesteld te worden, worden de vormingsmiddelen, |
| waarvan sprake in artikel 4, verhoogd met 0,05 pct. tot 0,15 pct.. | waarvan sprake in artikel 4, verhoogd met 0,05 pct. tot 0,15 pct.. |
Art. 5.Jaarlijks wordt een evaluatieverslag en financieel overzicht |
Art. 5.Jaarlijks wordt een evaluatieverslag en financieel overzicht |
| neergelegd op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve | neergelegd op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve |
| Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, | Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, |
| Arbeid en Sociaal Overleg tegen uiterlijk 1 juli van respectievelijk | Arbeid en Sociaal Overleg tegen uiterlijk 1 juli van respectievelijk |
| 2014 en 2015. | 2014 en 2015. |
| HOOFDSTUK III. - Geldigheidsduur | HOOFDSTUK III. - Geldigheidsduur |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
| ingang van 1 januari 2013 en treedt buiten werking op 31 december | ingang van 1 januari 2013 en treedt buiten werking op 31 december |
| 2014. | 2014. |
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 |
| september 2014. | september 2014. |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |