Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 19/12/2006
← Terug naar "Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het ministerieel besluit van 19 oktober 2006 tot bepaling van de wijze van aanduiding van het begin en het einde van de zone onder toezicht, bedoeld in artikel 11, § 3, van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid "
Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het ministerieel besluit van 19 oktober 2006 tot bepaling van de wijze van aanduiding van het begin en het einde van de zone onder toezicht, bedoeld in artikel 11, § 3, van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het ministerieel besluit van 19 oktober 2006 tot bepaling van de wijze van aanduiding van het begin en het einde van de zone onder toezicht, bedoeld in artikel 11, § 3, van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN
19 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de 19 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de
officiële Duitse vertaling van het ministerieel besluit van 19 oktober officiële Duitse vertaling van het ministerieel besluit van 19 oktober
2006 tot bepaling van de wijze van aanduiding van het begin en het 2006 tot bepaling van de wijze van aanduiding van het begin en het
einde van de zone onder toezicht, bedoeld in artikel 11, § 3, van de einde van de zone onder toezicht, bedoeld in artikel 11, § 3, van de
wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere
veiligheid veiligheid
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen
voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1°, voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1°,
en § 3, vervangen bij de wet van 18 juli 1990; en § 3, vervangen bij de wet van 18 juli 1990;
Gelet op het ontwerp van officiële Duitse vertaling van het Gelet op het ontwerp van officiële Duitse vertaling van het
ministerieel besluit van 19 oktober 2006 tot bepaling van de wijze van ministerieel besluit van 19 oktober 2006 tot bepaling van de wijze van
aanduiding van het begin en het einde van de zone onder toezicht, aanduiding van het begin en het einde van de zone onder toezicht,
bedoeld in artikel 11, § 3, van de wet van 10 april 1990 tot regeling bedoeld in artikel 11, § 3, van de wet van 10 april 1990 tot regeling
van de private en bijzondere veiligheid, opgemaakt door de Centrale van de private en bijzondere veiligheid, opgemaakt door de Centrale
Dienst voor Duitse vertaling bij het Dienst voor Duitse vertaling bij het
Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy; Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bij dit besluit gevoegde tekst is de officiële Duitse

Artikel 1.De bij dit besluit gevoegde tekst is de officiële Duitse
vertaling van het ministerieel besluit van 19 oktober 2006 tot vertaling van het ministerieel besluit van 19 oktober 2006 tot
bepaling van de wijze van aanduiding van het begin en het einde van de bepaling van de wijze van aanduiding van het begin en het einde van de
zone onder toezicht, bedoeld in artikel 11, § 3, van de wet van 10 zone onder toezicht, bedoeld in artikel 11, § 3, van de wet van 10
april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de
uitvoering van dit besluit. uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 décember 2006. Gegeven te Brussel, 19 décember 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken, De Minister van Binnenlandse Zaken,
P. DEWAEL P. DEWAEL
Bijlage Bijlage
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST INNERES FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST INNERES
19. OKTOBER 2006 - Ministerieller Erlass zur Bestimmung der Art der 19. OKTOBER 2006 - Ministerieller Erlass zur Bestimmung der Art der
Angabe des Beginns und des Endes des in Artikel 11 § 3 des Gesetzes Angabe des Beginns und des Endes des in Artikel 11 § 3 des Gesetzes
vom 10. April 1990 zur Regelung der privaten und besonderen Sicherheit vom 10. April 1990 zur Regelung der privaten und besonderen Sicherheit
erwähnten Überwachungsbereichs erwähnten Überwachungsbereichs
Der Minister des Innern, Der Minister des Innern,
Aufgrund des Gesetzes vom 10. April 1990 zur Regelung der privaten und Aufgrund des Gesetzes vom 10. April 1990 zur Regelung der privaten und
besonderen Sicherheit, insbesondere des Artikels 11 § 3 Absatz 4, besonderen Sicherheit, insbesondere des Artikels 11 § 3 Absatz 4,
eingefügt durch das Gesetz vom 7. Mai 2004; eingefügt durch das Gesetz vom 7. Mai 2004;
Aufgrund der Stellungnahme 39.831/2 des Staatsrates vom 20. Februar Aufgrund der Stellungnahme 39.831/2 des Staatsrates vom 20. Februar
2006; 2006;
Aufgrund der Bemerkungen der Europäischen Kommission in Anwendung der Aufgrund der Bemerkungen der Europäischen Kommission in Anwendung der
Richtlinie 98/34/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 22. Richtlinie 98/34/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 22.
Juni 1998 über ein Informationsverfahren auf dem Gebiet der Normen und Juni 1998 über ein Informationsverfahren auf dem Gebiet der Normen und
technischen Vorschriften und der Vorschriften für die Dienste der technischen Vorschriften und der Vorschriften für die Dienste der
Informationsgesellschaft, abgeändert durch die Richtlinie 98/48/EG des Informationsgesellschaft, abgeändert durch die Richtlinie 98/48/EG des
Europäischen Parlaments und des Rates der Europäischen Gemeinschaften Europäischen Parlaments und des Rates der Europäischen Gemeinschaften
vom 20. Juli 1998, insbesondere des Artikels 9 Nr. 7, vom 20. Juli 1998, insbesondere des Artikels 9 Nr. 7,
Erlässt: Erlässt:
Artikel 1 - In den in Artikel 11 § 3 Absatz 4 des Gesetzes vom 10. Artikel 1 - In den in Artikel 11 § 3 Absatz 4 des Gesetzes vom 10.
April 1990 zur Regelung der privaten und besonderen Sicherheit April 1990 zur Regelung der privaten und besonderen Sicherheit
bestimmten Fällen muss jeder Zugang zu dem Bereich, in dem die bestimmten Fällen muss jeder Zugang zu dem Bereich, in dem die
Wachtätigkeiten stattfinden, durch ein sichtbares und lesbares Wachtätigkeiten stattfinden, durch ein sichtbares und lesbares
Hinweisschild angegeben werden, das einem der Muster in Anlage 1 Hinweisschild angegeben werden, das einem der Muster in Anlage 1
entspricht, und muss jeder Ausgang aus diesem Bereich durch ein entspricht, und muss jeder Ausgang aus diesem Bereich durch ein
sichtbares und lesbares Hinweisschild angegeben werden, das einem der sichtbares und lesbares Hinweisschild angegeben werden, das einem der
Muster in Anlage 2 entspricht. Muster in Anlage 2 entspricht.
§ 2 - Der in § 1 erwähnte Bereich kann ausserdem durch ein § 2 - Der in § 1 erwähnte Bereich kann ausserdem durch ein
Abgrenzungsband abgegrenzt werden. Abgrenzungsband abgegrenzt werden.
Art. 2 - § 1 - Die Hinweisschilder entsprechen folgenden Vorschriften: Art. 2 - § 1 - Die Hinweisschilder entsprechen folgenden Vorschriften:
1. Sie haben eine Abmessung von 0,60 x 0,40 m. 1. Sie haben eine Abmessung von 0,60 x 0,40 m.
2. Sie entsprechen den Mustern und den Farben der Muster in Anlage 1 2. Sie entsprechen den Mustern und den Farben der Muster in Anlage 1
und Anlage 2. und Anlage 2.
3. Sie bestehen aus einer einzigen, mindestens 1,5 mm dicken 3. Sie bestehen aus einer einzigen, mindestens 1,5 mm dicken
Aluminiumplatte. Aluminiumplatte.
4. Sie sind mit Verankerungspunkten auf der Rückseite versehen. 4. Sie sind mit Verankerungspunkten auf der Rückseite versehen.
§ 2 - Das in Artikel 2 § 2 erwähnte Abgrenzungsband ist aus mindestens § 2 - Das in Artikel 2 § 2 erwähnte Abgrenzungsband ist aus mindestens
0,1 mm dickem und 75 mm breitem Polyäthylen hergestellt. 0,1 mm dickem und 75 mm breitem Polyäthylen hergestellt.
Es ist rotweiss gestreift. Es ist rotweiss gestreift.
Art. 3 - Das Wachunternehmen oder der interne Wachdienst, das/der die Art. 3 - Das Wachunternehmen oder der interne Wachdienst, das/der die
in Artikel 1 § 1 Nr. 5 des Gesetzes erwähnte Wachtätigkeit an den in in Artikel 1 § 1 Nr. 5 des Gesetzes erwähnte Wachtätigkeit an den in
Artikel 11 § 3 des Gesetzes erwähnten Orten ausübt, ist für die im Artikel 11 § 3 des Gesetzes erwähnten Orten ausübt, ist für die im
vorliegenden Erlass erwähnte Ausschilderung verantwortlich. vorliegenden Erlass erwähnte Ausschilderung verantwortlich.
Art. 4 - Der vorliegende Erlass tritt zehn Tage nach seiner Art. 4 - Der vorliegende Erlass tritt zehn Tage nach seiner
Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft, mit Ausnahme des Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft, mit Ausnahme des
Artikels 2 § 1 des Gesetzes, der sechs Monate nach seiner Artikels 2 § 1 des Gesetzes, der sechs Monate nach seiner
Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft tritt. Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft tritt.
Brüssel, den 19. Oktober 2006 Brüssel, den 19. Oktober 2006
P. DEWAEL P. DEWAEL
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Anlage 1 zum Ministeriellen Erlass zur Bestimmung der Art der Angabe Anlage 1 zum Ministeriellen Erlass zur Bestimmung der Art der Angabe
des Beginns und des Endes des in Artikel 11 § 3 des Gesetzes vom 10. des Beginns und des Endes des in Artikel 11 § 3 des Gesetzes vom 10.
April 1990 zur Regelung der privaten und besonderen Sicherheit April 1990 zur Regelung der privaten und besonderen Sicherheit
erwähnten Überwachungsbereichs erwähnten Überwachungsbereichs
Brüssel, den 19. Oktober 2006 Brüssel, den 19. Oktober 2006
Der Minister des Innern Der Minister des Innern
P. DEWAEL P. DEWAEL
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Anlage 2 zum Ministeriellen Erlass zur Bestimmung der Art der Angabe Anlage 2 zum Ministeriellen Erlass zur Bestimmung der Art der Angabe
des Beginns und des Endes des in Artikel 11 § 3 des Gesetzes vom 10. des Beginns und des Endes des in Artikel 11 § 3 des Gesetzes vom 10.
April 1990 zur Regelung der privaten und besonderen Sicherheit April 1990 zur Regelung der privaten und besonderen Sicherheit
erwähnten Überwachungsbereichs erwähnten Überwachungsbereichs
Brüssel, den 19. Oktober 2006 Brüssel, den 19. Oktober 2006
Der Minister des Innern Der Minister des Innern
P. DEWAEL P. DEWAEL
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 december 2006. Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 december 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken, De Minister van Binnenlandse Zaken,
P. DEWAEL P. DEWAEL
^