Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 18/09/2001
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID
18 SEPTEMBER 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 18 SEPTEMBER 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september
1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot
uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek (1) uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op de arbeidswet van 16 maart 1971; Gelet op de arbeidswet van 16 maart 1971;
Gelet op de wet van 17 maart 1987 betreffende de invoering van nieuwe Gelet op de wet van 17 maart 1987 betreffende de invoering van nieuwe
arbeidsregelingen in de ondernemingen; arbeidsregelingen in de ondernemingen;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 42 van 2 juni 1987, Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 42 van 2 juni 1987,
gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de invoering van gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de invoering van
nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen, algemeen verbindend nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen, algemeen verbindend
verklaard bij koninklijk besluit van 18 juni 1987; verklaard bij koninklijk besluit van 18 juni 1987;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten
in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot organisatie van de in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot organisatie van de
regelingen ter bevordering van de tewerkstelling in 1997 en 1998, regelingen ter bevordering van de tewerkstelling in 1997 en 1998,
algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 20 oktober algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 20 oktober
1999, inzonderheid titel III, hoofdstuk I, afdeling 1; 1999, inzonderheid titel III, hoofdstuk I, afdeling 1;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997, overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997,
gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot uitvoering gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot uitvoering
van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek. van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering

van dit besluit. van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 september 2001. Gegeven te Brussel, 18 september 2001.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 16 maart 1971, Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971. Wet van 16 maart 1971, Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971.
Wet van 17 maart 1987, Belgisch Staatsblad van 12 juni 1987. Wet van 17 maart 1987, Belgisch Staatsblad van 12 juni 1987.
Koninklijk besluit van 18 juni 1987, Belgisch Staatsblad van 26 juni Koninklijk besluit van 18 juni 1987, Belgisch Staatsblad van 26 juni
1987. 1987.
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Koninklijk besluit van 20 oktober 1999, Belgisch Staatsblad van 16 Koninklijk besluit van 20 oktober 1999, Belgisch Staatsblad van 16
december 1999. december 1999.
Bijlage Bijlage
Paritair Comité voor het bouwbedrijf Paritair Comité voor het bouwbedrijf
Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997 Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997
Tot uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele regeling Tot uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele regeling
(Overeenkomst geregistreerd op 12 november 1998 onder het nummer (Overeenkomst geregistreerd op 12 november 1998 onder het nummer
49463/CO/124) 49463/CO/124)
Afdeling 1. - Toepassingsgebied Afdeling 1. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in

uitvoering van titel III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de collectieve uitvoering van titel III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de collectieve
arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 tot organisatie van de regelingen arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 tot organisatie van de regelingen
ter bevordering van de tewerkstelling in 1997 en 1998, algemeen ter bevordering van de tewerkstelling in 1997 en 1998, algemeen
verbindend verklaard bij het koninklijk besluit van 20 oktober 1999 verbindend verklaard bij het koninklijk besluit van 20 oktober 1999
(Belgisch Staatsblad van 6 december 1999) hierna kader-collectieve (Belgisch Staatsblad van 6 december 1999) hierna kader-collectieve
arbeidsovereenkomst genoemd. arbeidsovereenkomst genoemd.

Art. 2.Deze overeenkomst is eveneens gesloten in toepassing van de

Art. 2.Deze overeenkomst is eveneens gesloten in toepassing van de

bepalingen van de wet van 17 maart 1987 betreffende de invoering van bepalingen van de wet van 17 maart 1987 betreffende de invoering van
nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen (Belgisch Staatsblad van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen (Belgisch Staatsblad van
12 juni 1987) en de collectieve arbeidsovereenkomst nr 42 van 2 juni 12 juni 1987) en de collectieve arbeidsovereenkomst nr 42 van 2 juni
1987, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de invoering 1987, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de invoering
van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen, algemeen verbindend van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen, algemeen verbindend
verklaard bij koninklijk besluit van 18 juni 1987 (Belgisch Staatsblad verklaard bij koninklijk besluit van 18 juni 1987 (Belgisch Staatsblad
van 26 juni 1987). van 26 juni 1987).

Art. 3.Deze overeenkomst is van toepassing op de werkgevers en de

Art. 3.Deze overeenkomst is van toepassing op de werkgevers en de

arbeiders van de ondernemingen die behoren tot het Paritair Comité arbeiders van de ondernemingen die behoren tot het Paritair Comité
voor het bouwbedrijf voor zover deze werkgevers beslissen toe te voor het bouwbedrijf voor zover deze werkgevers beslissen toe te
treden tot titel III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de treden tot titel III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de
kader-collectieve arbeidsovereenkomst. kader-collectieve arbeidsovereenkomst.
Onder "arbeiders" wordt verstaan de arbeiders en de arbeidsters. Onder "arbeiders" wordt verstaan de arbeiders en de arbeidsters.
Afdeling 2. - Toepassingsmodaliteiten van de inhaalrust Afdeling 2. - Toepassingsmodaliteiten van de inhaalrust

Art. 4.De bijkomende uren, bedoeld bij artikel 71 van de

Art. 4.De bijkomende uren, bedoeld bij artikel 71 van de

kader-collectieve arbeidsovereenkomst, moeten worden ingehaald door kader-collectieve arbeidsovereenkomst, moeten worden ingehaald door
volledige rustdagen die worden toegekend tijdens de bij artikel 73 van volledige rustdagen die worden toegekend tijdens de bij artikel 73 van
de kader-collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde ononderbroken de kader-collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde ononderbroken
periode van 12 maanden. periode van 12 maanden.
Dit inhalen gebeurt door toekenning van één rustdag per acht Dit inhalen gebeurt door toekenning van één rustdag per acht
gepresteerde bijkomende uren. gepresteerde bijkomende uren.

Art. 5.De bij artikel 4 bedoelde inhaalrust moet samenvallen met de

Art. 5.De bij artikel 4 bedoelde inhaalrust moet samenvallen met de

bij artikel 74 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde bij artikel 74 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde
dagen of perioden van slecht weer of gebrek aan werk. dagen of perioden van slecht weer of gebrek aan werk.
De inhaalrust mag op geen ander dan in het eerste lid bedoelde moment De inhaalrust mag op geen ander dan in het eerste lid bedoelde moment
worden toegekend behalve indien : worden toegekend behalve indien :
- de bij artikel 75 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst - de bij artikel 75 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst
bedoelde interne grens van 65 uren werd bereikt; bedoelde interne grens van 65 uren werd bereikt;
- de bij artikel 74 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst - de bij artikel 74 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst
bedoelde dagen of perioden niet volstaan om het saldo bijkomende uren bedoelde dagen of perioden niet volstaan om het saldo bijkomende uren
op te vangen vóór het einde van de ononderbroken periode van 12 op te vangen vóór het einde van de ononderbroken periode van 12
maanden zoals bedoeld bij artikel 73 van de kader-collectieve maanden zoals bedoeld bij artikel 73 van de kader-collectieve
arbeidsovereenkomst. arbeidsovereenkomst.

Art. 6.De bij artikel 5, lid 2 bedoelde inhaalrust moet samenvallen

Art. 6.De bij artikel 5, lid 2 bedoelde inhaalrust moet samenvallen

met een dag waarop de arbeider normaal zou hebben gewerkt indien deze met een dag waarop de arbeider normaal zou hebben gewerkt indien deze
arbeider geen inhaalrust, overeenkomstig de bepalingen van dit artikel arbeider geen inhaalrust, overeenkomstig de bepalingen van dit artikel
5, lid 2, had genoten. 5, lid 2, had genoten.
Afdeling 3. - Beloning van de bijkomende uren Afdeling 3. - Beloning van de bijkomende uren

Art. 7.In toepassing van artikel 76 van de kader-collectieve

Art. 7.In toepassing van artikel 76 van de kader-collectieve

arbeidsovereenkomst en van artikel 9bis van de wet van 12 april 1965 arbeidsovereenkomst en van artikel 9bis van de wet van 12 april 1965
betreffende de bescherming van het loon van de werknemers (Belgisch betreffende de bescherming van het loon van de werknemers (Belgisch
Staatsblad van 30 april 1965), wordt het loon voor de bijkomende uren Staatsblad van 30 april 1965), wordt het loon voor de bijkomende uren
betaald op het einde van de betaalperiode waarin de inhaalrust wordt betaald op het einde van de betaalperiode waarin de inhaalrust wordt
toegekend. toegekend.

Art. 8.Indien de inhaalrust niet kan worden toegekend vóór het einde

Art. 8.Indien de inhaalrust niet kan worden toegekend vóór het einde

van de arbeidsovereenkomst moet het loon voor de bijkomende uren van de arbeidsovereenkomst moet het loon voor de bijkomende uren
worden betaald, uiterlijk op de eerste betaaldag die volgt op de datum worden betaald, uiterlijk op de eerste betaaldag die volgt op de datum
waarop de arbeidsovereenkomst eindigt. waarop de arbeidsovereenkomst eindigt.

Art. 9.Bij elke definitieve afrekening van het maandloon :

Art. 9.Bij elke definitieve afrekening van het maandloon :

1. vermeldt de werkgever het aantal bijkomende uren waarvoor het loon, 1. vermeldt de werkgever het aantal bijkomende uren waarvoor het loon,
overeenkomstig artikel 7 van deze overeenkomst, wordt uitgesteld op de overeenkomstig artikel 7 van deze overeenkomst, wordt uitgesteld op de
afrekening die hij de arbeider bezorgt; afrekening die hij de arbeider bezorgt;
2. voegt de werkgever een kopie van de bij artikel 10 van deze 2. voegt de werkgever een kopie van de bij artikel 10 van deze
overeenkomst bedoelde maandelijkse prestatiestaat bij de afrekening overeenkomst bedoelde maandelijkse prestatiestaat bij de afrekening
die hij de arbeider bezorgt. die hij de arbeider bezorgt.
De bepalingen van lid 1 zijn opgesteld zonder afbreuk te doen aan de De bepalingen van lid 1 zijn opgesteld zonder afbreuk te doen aan de
wettelijke en reglementaire bepalingen betreffende de bescherming van wettelijke en reglementaire bepalingen betreffende de bescherming van
het loon van de werknemers en meer bepaald het koninklijk besluit van het loon van de werknemers en meer bepaald het koninklijk besluit van
18 januari 1984 betreffende de informatie van de werknemers over de 18 januari 1984 betreffende de informatie van de werknemers over de
staat van hun prestaties, wanneer hun arbeidsstelsel georganiseerd is staat van hun prestaties, wanneer hun arbeidsstelsel georganiseerd is
overeenkomstig de artikelen 20, § 2, 20bis en 26bis van de arbeidswet overeenkomstig de artikelen 20, § 2, 20bis en 26bis van de arbeidswet
van 16 maart 1971 (Belgisch Staatsblad van 18 februari 1984). van 16 maart 1971 (Belgisch Staatsblad van 18 februari 1984).
Afdeling 4. - Modaliteiten van de controle op het inhalen van de Afdeling 4. - Modaliteiten van de controle op het inhalen van de
bijkomende uren bijkomende uren

Art. 10.De werkgever houdt voor elke arbeider die valt onder de

Art. 10.De werkgever houdt voor elke arbeider die valt onder de

toepassing van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek toepassing van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek
zoals georganiseerd bij deze collectieve arbeidsovereenkomst en de zoals georganiseerd bij deze collectieve arbeidsovereenkomst en de
kader-collectieve arbeidsovereenkomst, een maandelijkse prestatiestaat kader-collectieve arbeidsovereenkomst, een maandelijkse prestatiestaat
bij die volgende vermeldingen bevat : bij die volgende vermeldingen bevat :
- de identiteit van de werkgever; - de identiteit van de werkgever;
- de identiteit van de werknemer; - de identiteit van de werknemer;
- het aantal tijdens de maand gepresteerde bijkomende uren; - het aantal tijdens de maand gepresteerde bijkomende uren;
- het aantal tijdens de maand ingehaalde bijkomende uren; - het aantal tijdens de maand ingehaalde bijkomende uren;
- het saldo in te halen bijkomende uren; - het saldo in te halen bijkomende uren;
- de data van de tijdens de maand toegekende rustdagen; - de data van de tijdens de maand toegekende rustdagen;
- de omstandigheden die de toekenning van de rustdagen rechtvaardigen. - de omstandigheden die de toekenning van de rustdagen rechtvaardigen.
De raad van bestuur van het Fonds voor bestaanszekerheid van de De raad van bestuur van het Fonds voor bestaanszekerheid van de
werklieden uit het bouwbedrijf (F.B.Z.) verduidelijkt de vermeldingen werklieden uit het bouwbedrijf (F.B.Z.) verduidelijkt de vermeldingen
van lid 1 en stelt het model van de maandelijkse prestatiestaat vast. van lid 1 en stelt het model van de maandelijkse prestatiestaat vast.

Art. 11.De werkgever stuurt maandelijks de bij artikel 10 bedoelde

Art. 11.De werkgever stuurt maandelijks de bij artikel 10 bedoelde

maandelijkse prestatiestaat naar het F.B.Z. maandelijkse prestatiestaat naar het F.B.Z.
De raad van bestuur van het F.B.Z. stelt de termijnen en modaliteiten De raad van bestuur van het F.B.Z. stelt de termijnen en modaliteiten
vast voor het bij lid 1 bedoelde overmaken van de prestatiestaten. vast voor het bij lid 1 bedoelde overmaken van de prestatiestaten.

Art. 12.Het F.B.Z. is gemachtigd na te gaan of in de onderneming het

Art. 12.Het F.B.Z. is gemachtigd na te gaan of in de onderneming het

inhalen van de bijkomende uren gebeurt in overeenstemming met de inhalen van de bijkomende uren gebeurt in overeenstemming met de
artikelen 4 tot 7 van deze overeenkomst. Hiervoor kan het F.B.Z. de artikelen 4 tot 7 van deze overeenkomst. Hiervoor kan het F.B.Z. de
werkgever om bijkomende inlichtingen vragen en zich een kopie van elk werkgever om bijkomende inlichtingen vragen en zich een kopie van elk
bewijsstuk laten overmaken. bewijsstuk laten overmaken.
Afdeling 5. - Toekenningsvoorwaarden en -modaliteiten van het Afdeling 5. - Toekenningsvoorwaarden en -modaliteiten van het
specifieke voordeel specifieke voordeel

Art. 13.Het bij artikel 78 van de kader-collectieve

Art. 13.Het bij artikel 78 van de kader-collectieve

arbeidsovereenkomst bedoelde specifieke voordeel wordt enkel toegekend arbeidsovereenkomst bedoelde specifieke voordeel wordt enkel toegekend
voor de rustdagen die een dag tijdelijke werkloosheid vervangen zoals voor de rustdagen die een dag tijdelijke werkloosheid vervangen zoals
bepaald in artikel 74 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst. bepaald in artikel 74 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 14.Het bedrag van dit specifieke voordeel is het dagbedrag van

Art. 14.Het bedrag van dit specifieke voordeel is het dagbedrag van

de aanvullende werkloosheidsuitkeringen zoals vastgesteld in de de aanvullende werkloosheidsuitkeringen zoals vastgesteld in de
collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993 betreffende de
toekenning van aanvullende werkloosheidsuitkeringen aan de werklieden toekenning van aanvullende werkloosheidsuitkeringen aan de werklieden
uit de bouwnijverheid, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk uit de bouwnijverheid, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk
besluit van 7 november 1994 (Belgisch Staatsblad van 24 december besluit van 7 november 1994 (Belgisch Staatsblad van 24 december
1994), gewijzigd en verlengd bij de collectieve arbeidsovereenkomsten 1994), gewijzigd en verlengd bij de collectieve arbeidsovereenkomsten
van 11 mei 1995 en 15 mei 1997, respectievelijk algemeen verbindend van 11 mei 1995 en 15 mei 1997, respectievelijk algemeen verbindend
verklaard bij de koninklijke besluiten van 23 mei 1996 en 6 oktober verklaard bij de koninklijke besluiten van 23 mei 1996 en 6 oktober
1999 (Belgisch Staatsblad van 25 juli 1996 en 16 december 1999). 1999 (Belgisch Staatsblad van 25 juli 1996 en 16 december 1999).

Art. 15.Het maandbedrag van het specifieke voordeel waarop de

Art. 15.Het maandbedrag van het specifieke voordeel waarop de

werkgever aanspraak kan maken, stemt overeen met het bij artikel 14 werkgever aanspraak kan maken, stemt overeen met het bij artikel 14
bedoelde bedrag, vermenigvuldigd met het aantal bij artikel 13 bedoelde bedrag, vermenigvuldigd met het aantal bij artikel 13
bedoelde rustdagen die volgens de prestatiestaten in de betrokken bedoelde rustdagen die volgens de prestatiestaten in de betrokken
maand in de onderneming werden toegekend. maand in de onderneming werden toegekend.
Het specifieke voordeel wordt per kwartaal aan de werkgever betaald Het specifieke voordeel wordt per kwartaal aan de werkgever betaald
volgens door de raad van bestuur van het Fonds voor bestaanszekerheid volgens door de raad van bestuur van het Fonds voor bestaanszekerheid
van de werklieden uit het bouwbedrijf (F.B.Z.) te bepalen van de werklieden uit het bouwbedrijf (F.B.Z.) te bepalen
modaliteiten. modaliteiten.

Art. 16.De raad van bestuur van het F.B.Z. :

Art. 16.De raad van bestuur van het F.B.Z. :

- spreekt zich uit over de tekortkomingen die door het F.B.Z. in - spreekt zich uit over de tekortkomingen die door het F.B.Z. in
toepassing van artikel 12, werden vastgesteld; toepassing van artikel 12, werden vastgesteld;
- beslist over de opschorting of, in geval van fraude, over de - beslist over de opschorting of, in geval van fraude, over de
afschaffing van de betaling van het specifieke voordeel en de afschaffing van de betaling van het specifieke voordeel en de
terugvordering van de reeds gestorte bedragen; terugvordering van de reeds gestorte bedragen;
- licht de voorzitter van het paritair comité in over de vastgestelde - licht de voorzitter van het paritair comité in over de vastgestelde
tekortkomingen en de toegepaste sancties. tekortkomingen en de toegepaste sancties.
Afdeling 6. - Toetredingsmodaliteiten en slotbepalingen Afdeling 6. - Toetredingsmodaliteiten en slotbepalingen

Art. 17.In toepassing van artikel 69 van de kader-collectieve

Art. 17.In toepassing van artikel 69 van de kader-collectieve

arbeidsovereenkomst gebeurt de toetreding tot titel III - hoofdstuk 1 arbeidsovereenkomst gebeurt de toetreding tot titel III - hoofdstuk 1
- afdeling 1 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst voor een - afdeling 1 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst voor een
periode die minimum 1 en maximum 2 toepassingsperioden van de periode die minimum 1 en maximum 2 toepassingsperioden van de
sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek bevat. sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek bevat.
Onder toepassingsperiode van de regeling, verstaat men de bij artikel Onder toepassingsperiode van de regeling, verstaat men de bij artikel
73 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde ononderbroken 73 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde ononderbroken
periode van 12 maanden. periode van 12 maanden.
De toepassingsperiode van de regeling kan in geen geval 30 juni 2000 De toepassingsperiode van de regeling kan in geen geval 30 juni 2000
overschrijden. overschrijden.

Art. 18.De bij artikel 19 bedoelde toetredingsakten en

Art. 18.De bij artikel 19 bedoelde toetredingsakten en

-overeenkomsten moeten uiterlijk op 1 december 1998 aan de voorzitter -overeenkomsten moeten uiterlijk op 1 december 1998 aan de voorzitter
van het paritair comité worden overgemaakt. van het paritair comité worden overgemaakt.

Art. 19.De werkgever treedt toe tot titel III - hoofdstuk I -

Art. 19.De werkgever treedt toe tot titel III - hoofdstuk I -

afdeling 1 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst met afdeling 1 van de kader-collectieve arbeidsovereenkomst met
inachtneming van de bepalingen van titel IV van de kader-collectieve inachtneming van de bepalingen van titel IV van de kader-collectieve
arbeidsovereenkomst betreffende de toetredings- en arbeidsovereenkomst betreffende de toetredings- en
goedkeuringsprocedure. goedkeuringsprocedure.
Hiertoe gebruikt de werkgever, afhankelijk van het geval, het Hiertoe gebruikt de werkgever, afhankelijk van het geval, het
toetredingsformulier met als opschrift "toetredingsakte" of toetredingsformulier met als opschrift "toetredingsakte" of
"collectieve toetredingsovereenkomst" waarvan de modellen bij deze "collectieve toetredingsovereenkomst" waarvan de modellen bij deze
overeenkomst zijn gevoegd. overeenkomst zijn gevoegd.
De werkgever voegt bij zijn toetredingsformulier een document dat de De werkgever voegt bij zijn toetredingsformulier een document dat de
verschillende uurroosters bevat die in toepassing van de sectorale verschillende uurroosters bevat die in toepassing van de sectorale
regeling van de flexibele arbeidsweek in de onderneming kunnen worden regeling van de flexibele arbeidsweek in de onderneming kunnen worden
toegepast. toegepast.

Art. 20.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1

Art. 20.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1

juli 1997 en verstrijkt op 31 december 1998. juli 1997 en verstrijkt op 31 december 1998.
Deze overeenkomst blijft echter van toepassing tot 30 juni 2000 voor Deze overeenkomst blijft echter van toepassing tot 30 juni 2000 voor
alle goedgekeurde toetredingen die vóór 2 december 1998 werden alle goedgekeurde toetredingen die vóór 2 december 1998 werden
ingediend. ingediend.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18
september 2001. september 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997 Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997
tot uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek tot uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek
Paritair Comité voor het bouwbedrijf Paritair Comité voor het bouwbedrijf
Toetredingsakte (1) tot de sectorale regeling van de flexibele Toetredingsakte (1) tot de sectorale regeling van de flexibele
arbeidsweek arbeidsweek
Akte van .................. . . . . . .. (2) houdende toetreding van Akte van .................. . . . . . .. (2) houdende toetreding van
de onderneming ....................................... . . . . . . tot de onderneming ....................................... . . . . . . tot
titel III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de collectieve titel III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de collectieve
arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 tot organisatie van de regelingen arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 tot organisatie van de regelingen
ter bevordering van de tewerkstelling van 1997 en 1998, algemeen ter bevordering van de tewerkstelling van 1997 en 1998, algemeen
verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 20 oktober 1999 verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 20 oktober 1999
(Belgisch Staatsblad van 16 december 1999). (Belgisch Staatsblad van 16 december 1999).
Deze toetredingsakte moet behoorlijk ingevuld, gedateerd en Deze toetredingsakte moet behoorlijk ingevuld, gedateerd en
ondertekend, in twee exemplaren (origineel en een door de werkgever ondertekend, in twee exemplaren (origineel en een door de werkgever
voor eensluidend verklaarde kopie), voor goedkeuring door het beperkt voor eensluidend verklaarde kopie), voor goedkeuring door het beperkt
comité van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, worden verstuurd comité van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, worden verstuurd
naar : naar :
De voorzitter van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf De voorzitter van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf
Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf
Poincarélaan 68-70 Poincarélaan 68-70
1070 Brussel 1070 Brussel
1. Identificatie van de werkgever 1. Identificatie van de werkgever
Naam en voornaam of firmanaam : . . . . . Naam en voornaam of firmanaam : . . . . .
Woonplaats of sociale zetel : Straat . . . . . nr. ..... Woonplaats of sociale zetel : Straat . . . . . nr. .....
Postcode : .......... Gemeente : . . . . . Postcode : .......... Gemeente : . . . . .
Telefoon : . . . . . Telefoon : . . . . .
Identiteit van de werkgever (3) : . . . . . Identiteit van de werkgever (3) : . . . . .
Functie : . . . . . Functie : . . . . .
Inschrijvingsnummer R.S.Z. : . . . . . Inschrijvingsnummer R.S.Z. : . . . . .
Aantal aan de R.S.Z. aangegeven werknemers (arbeiders en bedienden) op Aantal aan de R.S.Z. aangegeven werknemers (arbeiders en bedienden) op
30 juni van het jaar voorafgaand aan de toetreding : . . . . . 30 juni van het jaar voorafgaand aan de toetreding : . . . . .
2. Invoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek 2. Invoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek
2.1. Ingevoerde regeling 2.1. Ingevoerde regeling
- In toepassing van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek - In toepassing van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek
mag de normale wekelijkse arbeidsduur van 40 uur met maximaal 5 uur mag de normale wekelijkse arbeidsduur van 40 uur met maximaal 5 uur
worden verhoogd. worden verhoogd.
- Het weekkrediet aan bijkomende uren wordt gebruikt in de loop van - Het weekkrediet aan bijkomende uren wordt gebruikt in de loop van
maandag tot vrijdag, ten belope van maximum één bijkomend uur per dag maandag tot vrijdag, ten belope van maximum één bijkomend uur per dag
(4). (4).
- De gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van 40 uur wordt op jaarbasis - De gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van 40 uur wordt op jaarbasis
nageleefd door toekenning van betaalde rustdagen. nageleefd door toekenning van betaalde rustdagen.
2.2. Vaststelling van de periode voor het naleven van de gemiddelde 2.2. Vaststelling van de periode voor het naleven van de gemiddelde
wekelijkse arbeidsduur wekelijkse arbeidsduur
De periode van 12 maanden waarbinnen de gemiddelde wekelijkse De periode van 12 maanden waarbinnen de gemiddelde wekelijkse
arbeidsduur van 40 uur moet worden nageleefd, loopt van arbeidsduur van 40 uur moet worden nageleefd, loopt van
.................... tot .................... (5) .................... tot .................... (5)
2.3. Toekenning inhaalrust 2.3. Toekenning inhaalrust
De rustdagen worden toegekend zodra één of meerdere dagen of perioden De rustdagen worden toegekend zodra één of meerdere dagen of perioden
van slecht weer of gebrek aan werk voorkomen die indien er geen van slecht weer of gebrek aan werk voorkomen die indien er geen
rustdagen waren geweest, de tijdelijke werkloosheid van de arbeiders rustdagen waren geweest, de tijdelijke werkloosheid van de arbeiders
waarop de regeling van toepassing is, zou hebben gerechtvaardigd. waarop de regeling van toepassing is, zou hebben gerechtvaardigd.
2.4. Betaling van het loon voor de bijkomende uren 2.4. Betaling van het loon voor de bijkomende uren
De bijkomende uren worden betaald aan het normale uurloon van de De bijkomende uren worden betaald aan het normale uurloon van de
betrokken arbeider. betrokken arbeider.
Het loon voor de bijkomende uren wordt betaald op het ogenblik dat de Het loon voor de bijkomende uren wordt betaald op het ogenblik dat de
inhaalrust wordt toegekend. inhaalrust wordt toegekend.
2.5. Alternatieve uurregelingen 2.5. Alternatieve uurregelingen
De verschillende uurregelingen die in toepassing van de sectorale De verschillende uurregelingen die in toepassing van de sectorale
regeling van de flexibele arbeidsweek in de onderneming kunnen worden regeling van de flexibele arbeidsweek in de onderneming kunnen worden
toegepast, zijn opgenomen in een document dat aan deze akte wordt toegepast, zijn opgenomen in een document dat aan deze akte wordt
toegevoegd en samen met de akte bij het arbeidsreglement wordt toegevoegd en samen met de akte bij het arbeidsreglement wordt
gevoegd. gevoegd.
3. Geldigheidsduur van de toetredingsakte 3. Geldigheidsduur van de toetredingsakte
Deze toetredingsakte is geldig van ................... . . . . . tot Deze toetredingsakte is geldig van ................... . . . . . tot
.................... (6)(7). .................... (6)(7).
Ze is opgesteld onder voorbehoud van goedkeuring door het beperkt Ze is opgesteld onder voorbehoud van goedkeuring door het beperkt
comité van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf. comité van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf.
4. Bijkomende verklaringen 4. Bijkomende verklaringen
4.1. De ondergetekende bevestigt : 4.1. De ondergetekende bevestigt :
4.1.1. dat er in de onderneming geen vakbondsafvaardiging bestaat; 4.1.1. dat er in de onderneming geen vakbondsafvaardiging bestaat;
4.1.2. dat de raadplegingsprocedure van de arbeiders van de 4.1.2. dat de raadplegingsprocedure van de arbeiders van de
onderneming werd nageleefd overeenkomstig de bepalingen van artikel 90 onderneming werd nageleefd overeenkomstig de bepalingen van artikel 90
van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997. van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997.
4.2. De ondergetekende verbindt zich ertoe : 4.2. De ondergetekende verbindt zich ertoe :
4.2.1. de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek toe te 4.2.1. de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek toe te
passen overeenkomstig de bepalingen van de terzake toepasselijke passen overeenkomstig de bepalingen van de terzake toepasselijke
collectieve arbeidsovereenkomsten (8); collectieve arbeidsovereenkomsten (8);
4.2.2. de wettelijke regeling van de flexibele arbeidsweek (artikel 4.2.2. de wettelijke regeling van de flexibele arbeidsweek (artikel
20bis van de wet van 16 maart 1971) niet toe te passen tijdens de 20bis van de wet van 16 maart 1971) niet toe te passen tijdens de
geldigheidsduur van deze toetredingsakte; geldigheidsduur van deze toetredingsakte;
4.2.3. het tewerkstellingspeil in de onderneming te behouden tijdens 4.2.3. het tewerkstellingspeil in de onderneming te behouden tijdens
de geldigheidsduur van deze toetredingsakte; de geldigheidsduur van deze toetredingsakte;
4.2.4. de maandelijkse prestatiestaat (9) op te maken en elke maand op 4.2.4. de maandelijkse prestatiestaat (9) op te maken en elke maand op
te sturen naar het Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit te sturen naar het Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit
het bouwbedrijf (F.B.Z.); het bouwbedrijf (F.B.Z.);
4.2.5. op vraag van het F.B.Z. werklieden bijkomende inlichtingen en 4.2.5. op vraag van het F.B.Z. werklieden bijkomende inlichtingen en
bewijsstukken over te maken waardoor het fonds de toekenning van de bewijsstukken over te maken waardoor het fonds de toekenning van de
inhaalrust kan controleren; inhaalrust kan controleren;
4.2.6. deze door het beperkt comité van het Paritair Comité voor het 4.2.6. deze door het beperkt comité van het Paritair Comité voor het
bouwbedrijf goedgekeurde toetredingsakte bij het arbeidsreglement van bouwbedrijf goedgekeurde toetredingsakte bij het arbeidsreglement van
de onderneming te voegen. de onderneming te voegen.
5. Bijlagen 5. Bijlagen
Ondergetekende voegt .......... documenten als bijlage bij deze Ondergetekende voegt .......... documenten als bijlage bij deze
toetredingsakte waaronder : toetredingsakte waaronder :
- het register voor opmerkingen dat gedurende de bij punt 4.1.2. - het register voor opmerkingen dat gedurende de bij punt 4.1.2.
bedoelde raadplegingsperiode ter beschikking van de arbeiders moet bedoelde raadplegingsperiode ter beschikking van de arbeiders moet
worden gehouden; worden gehouden;
- een kopie van de normale uurregelingen die in de onderneming worden - een kopie van de normale uurregelingen die in de onderneming worden
toegepast; toegepast;
- een kopie van het bij punt 2.5. bedoelde document in verband met de - een kopie van het bij punt 2.5. bedoelde document in verband met de
verschillende uurroosters die in de onderneming toepasbaar zijn in verschillende uurroosters die in de onderneming toepasbaar zijn in
uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek; uitvoering van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek;
Ik bevestig op mijn eer dat deze verklaring getrouw en volledig is. Ik bevestig op mijn eer dat deze verklaring getrouw en volledig is.
Opgemaakt te .................. . . . . . .. op .................. . . Opgemaakt te .................. . . . . . .. op .................. . .
. . . .. . . . ..
(Handtekening en identiteit van de werkgever of zijn afgevaardigde). (Handtekening en identiteit van de werkgever of zijn afgevaardigde).
_______ _______
Nota's Nota's
(1) Dit model van toetredingsakte kan slechts worden gebruikt door de (1) Dit model van toetredingsakte kan slechts worden gebruikt door de
bouwondernemingen die minder dan 50 werknemers tewerkstellen op 30 bouwondernemingen die minder dan 50 werknemers tewerkstellen op 30
juni van het aan de toetreding voorafgaande jaar en die geen juni van het aan de toetreding voorafgaande jaar en die geen
vakbondsafvaardiging hebben. vakbondsafvaardiging hebben.
(2) Datum waarop de toetredingsakte in de onderneming wordt getekend. (2) Datum waarop de toetredingsakte in de onderneming wordt getekend.
(3) Of van zijn afgevaardigde. De identiteit die hier wordt vermeld, (3) Of van zijn afgevaardigde. De identiteit die hier wordt vermeld,
moet overeenstemmen met die van de ondertekenaar op het einde van het moet overeenstemmen met die van de ondertekenaar op het einde van het
formulier. formulier.
(4) D.w.z. één uur meer dan de in het arbeidsreglement vermelde (4) D.w.z. één uur meer dan de in het arbeidsreglement vermelde
normale dagelijkse arbeidsduur. normale dagelijkse arbeidsduur.
(5) Indien U geen andere periode kiest, moet U de periode gaande van 1 (5) Indien U geen andere periode kiest, moet U de periode gaande van 1
april tot 31 maart van het volgende jaar invullen. april tot 31 maart van het volgende jaar invullen.
(6) De geldigheidsduur van de toetredingsakte moet zo worden (6) De geldigheidsduur van de toetredingsakte moet zo worden
vastgesteld dat de regeling tenminste gedurende de onder punt 2.2. van vastgesteld dat de regeling tenminste gedurende de onder punt 2.2. van
deze akte bedoelde toepassingsperiode van 12 maanden kan worden deze akte bedoelde toepassingsperiode van 12 maanden kan worden
toegepast. De geldigheidsduur van de toetredingsakte kan ook zo worden toegepast. De geldigheidsduur van de toetredingsakte kan ook zo worden
vastgesteld dat de regeling gedurende een tweede toepassingsperiode vastgesteld dat de regeling gedurende een tweede toepassingsperiode
van 12 maanden kan worden toegepast voor zover de totale duur van de 2 van 12 maanden kan worden toegepast voor zover de totale duur van de 2
toepassingsperioden (24 maanden) de datum van 30 juni 2000 niet toepassingsperioden (24 maanden) de datum van 30 juni 2000 niet
overschrijdt. overschrijdt.
(7) Opgelet : het is niet meer mogelijk tot de regeling toe te treden (7) Opgelet : het is niet meer mogelijk tot de regeling toe te treden
nà 1 december 1998. nà 1 december 1998.
(8) Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 (Titel III - (8) Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 (Titel III -
Hoofdstuk I - afdeling 1) en collectieve arbeidsovereenkomst van 18 Hoofdstuk I - afdeling 1) en collectieve arbeidsovereenkomst van 18
september 1997. september 1997.
(9) Deze documenten zijn verkrijgbaar bij de werkgeversorganisaties (9) Deze documenten zijn verkrijgbaar bij de werkgeversorganisaties
van de bouwsector of bij het Fonds voor bestaanszekerheid van de van de bouwsector of bij het Fonds voor bestaanszekerheid van de
werklieden uit het bouwbedrijf. werklieden uit het bouwbedrijf.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18
september 2001. september 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
Paritair Comité voor het bouwbedrijf Paritair Comité voor het bouwbedrijf
Collectieve toetredingsovereenkomst Collectieve toetredingsovereenkomst
tot de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek tot de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek
Collectieve overeenkomst van .................. . . . . . .. (1) Collectieve overeenkomst van .................. . . . . . .. (1)
houdende toetreding van de onderneming .................... tot titel houdende toetreding van de onderneming .................... tot titel
III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst
van 15 mei 1997 tot organisatie voor de regelingen ter bevordering van van 15 mei 1997 tot organisatie voor de regelingen ter bevordering van
de tewerkstellingen 1997 en 1998, algemeen verbindend verklaard bij de tewerkstellingen 1997 en 1998, algemeen verbindend verklaard bij
koninklijk besluit van 20 oktober 1999 (Belgisch Staatsblad van 16 koninklijk besluit van 20 oktober 1999 (Belgisch Staatsblad van 16
december 1999). december 1999).
Deze toetredingsovereenkomst moet behoorlijk ingevuld, gedateerd en Deze toetredingsovereenkomst moet behoorlijk ingevuld, gedateerd en
ondertekend, in dubbel exemplaar (origineel en een door de werkgever ondertekend, in dubbel exemplaar (origineel en een door de werkgever
voor eensluidend verklaarde kopie), voor goedkeuring door het beperkt voor eensluidend verklaarde kopie), voor goedkeuring door het beperkt
comité van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf worden verstuurd comité van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf worden verstuurd
naar : naar :
De voorzitter van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf De voorzitter van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf
Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf
Poincarélaan 68-70 Poincarélaan 68-70
1070 Brussel 1070 Brussel

Artikel 1.Deze collectieve toetredingsovereenkomst wordt gesloten

Artikel 1.Deze collectieve toetredingsovereenkomst wordt gesloten

tussen : tussen :
- De onderneming : . . . . . - De onderneming : . . . . .
- Woonplaats of sociale zetel : Straat . . . . . nr. .... - Woonplaats of sociale zetel : Straat . . . . . nr. ....
- Postcode :.......... Gemeente : . . . . . - Postcode :.......... Gemeente : . . . . .
- Telefoon : . . . . . - Telefoon : . . . . .
- Inschrijvingsnummer R.S.Z. : . . . . . - Inschrijvingsnummer R.S.Z. : . . . . .
- Aantal aan de R.S.Z. aangegeven werknemers (arbeiders en bedienden) - Aantal aan de R.S.Z. aangegeven werknemers (arbeiders en bedienden)
op 30 juni van het aan de toetreding voorafgaande jaar : .......... op 30 juni van het aan de toetreding voorafgaande jaar : ..........
- Vertegenwoordigd door : . . . . . - Vertegenwoordigd door : . . . . .
. . . . . (naam en functie) . . . . . (naam en functie)
- en de volgende representatieve vakorganisaties (2) : - en de volgende representatieve vakorganisaties (2) :
- De Christelijke Centrale der Houtbewerkers en Bouwvakarbeiders, - De Christelijke Centrale der Houtbewerkers en Bouwvakarbeiders,
vertegenwoordigd door : . . . . . vertegenwoordigd door : . . . . .
. . . . . (naam en functie) . . . . . (naam en functie)
- De Algemene Centrale, vertegenwoordigd door : . . . . . - De Algemene Centrale, vertegenwoordigd door : . . . . .
. . . . . (naam en functie) . . . . . (naam en functie)
- De A.C.L.V.B., vertegenwoordigd door : . . . . . - De A.C.L.V.B., vertegenwoordigd door : . . . . .
. . . . . (naam en functie) . . . . . (naam en functie)

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de

onderneming bedoeld in artikel 1 en op de arbeiders die zij onderneming bedoeld in artikel 1 en op de arbeiders die zij
tewerkstelt. tewerkstelt.

Art. 3.Deze overeenkomst heeft tot doel toe te treden tot de

Art. 3.Deze overeenkomst heeft tot doel toe te treden tot de

sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek zoals georganiseerd sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek zoals georganiseerd
bij titel III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de voormelde collectieve bij titel III - hoofdstuk I - afdeling 1 van de voormelde collectieve
arbeidsovereenkomst tot bevordering van de tewerkstelling in 1997 en arbeidsovereenkomst tot bevordering van de tewerkstelling in 1997 en
1998 die op 15 mei 1997 werd gesloten in het Paritair Comité voor het 1998 die op 15 mei 1997 werd gesloten in het Paritair Comité voor het
bouwbedrijf. bouwbedrijf.

Art. 4.De werkgever zal de regeling bedoeld in artikel 3 van deze

Art. 4.De werkgever zal de regeling bedoeld in artikel 3 van deze

overeenkomst toepassen met inachtneming van de bepalingen van overeenkomst toepassen met inachtneming van de bepalingen van
voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 en van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 en van de
collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997 ter uitvoering collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 1997 ter uitvoering
van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek. van de sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek.

Art. 5.In toepassing van de sectorale regeling van de flexibele

Art. 5.In toepassing van de sectorale regeling van de flexibele

arbeidsweek : arbeidsweek :
1. Mag de normale wekelijkse arbeidsduur van 40 uur met maximaal 5 uur 1. Mag de normale wekelijkse arbeidsduur van 40 uur met maximaal 5 uur
worden verhoogd. worden verhoogd.
2. Wordt het weekkrediet aan bijkomende uren gebruikt in de loop van 2. Wordt het weekkrediet aan bijkomende uren gebruikt in de loop van
maandag tot vrijdag, ten belope van maximum één bijkomend uur per dag maandag tot vrijdag, ten belope van maximum één bijkomend uur per dag
(3). (3).
3. Wordt de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van 40 uur op jaarbasis 3. Wordt de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van 40 uur op jaarbasis
nageleefd door toekenning van betaalde rustdagen. nageleefd door toekenning van betaalde rustdagen.
4. Worden de rustdagen toegekend zodra één of meerdere dagen of 4. Worden de rustdagen toegekend zodra één of meerdere dagen of
perioden van slecht weer of gebrek aan werk voorkomen die indien er perioden van slecht weer of gebrek aan werk voorkomen die indien er
geen rustdagen waren geweest, de tijdelijke werkloosheid van de geen rustdagen waren geweest, de tijdelijke werkloosheid van de
arbeiders waarop de regeling van toepassing is, zou hebben arbeiders waarop de regeling van toepassing is, zou hebben
gerechtvaardigd. gerechtvaardigd.
5. Worden de bijkomende uren betaald aan het normale uurloon van de 5. Worden de bijkomende uren betaald aan het normale uurloon van de
betrokken arbeider. betrokken arbeider.
Het loon voor de bijkomende uren wordt betaald op het ogenblik dat de Het loon voor de bijkomende uren wordt betaald op het ogenblik dat de
inhaalrust wordt toegekend. inhaalrust wordt toegekend.

Art. 6.De verschillende uurregelingen die in toepassing van de

Art. 6.De verschillende uurregelingen die in toepassing van de

sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek in de onderneming sectorale regeling van de flexibele arbeidsweek in de onderneming
kunnen worden toegepast, zijn in een document opgenomen dat wordt kunnen worden toegepast, zijn in een document opgenomen dat wordt
toegevoegd aan deze overeenkomst. Dit document vermeld eveneens de toegevoegd aan deze overeenkomst. Dit document vermeld eveneens de
normale uurregelingen die in de onderneming van toepassing zijn. normale uurregelingen die in de onderneming van toepassing zijn.

Art. 7.De periode van 12 maanden waarbinnen de gemiddelde wekelijkse

Art. 7.De periode van 12 maanden waarbinnen de gemiddelde wekelijkse

arbeidsduur van 40 uur moet worden nageleefd, loopt van ............. arbeidsduur van 40 uur moet worden nageleefd, loopt van .............
. . . . . ....... tot . . . . . . ................... (4). . . . . . ....... tot . . . . . . ................... (4).

Art. 8.Deze toetredingsovereenkomst wordt, na goedkeuring door het

Art. 8.Deze toetredingsovereenkomst wordt, na goedkeuring door het

beperkt comité van het paritair comité, samen met de in artikel 6 beperkt comité van het paritair comité, samen met de in artikel 6
bedoelde bijlage, bij het arbeidsreglement van de onderneming gevoegd. bedoelde bijlage, bij het arbeidsreglement van de onderneming gevoegd.

Art. 9.De werkgever verbindt zich ertoe :

Art. 9.De werkgever verbindt zich ertoe :

1. de wettelijke regeling van de flexibele arbeidsweek (artikel 20bis 1. de wettelijke regeling van de flexibele arbeidsweek (artikel 20bis
van de wet van 16 maart 1971) niet toe te passen tijdens de van de wet van 16 maart 1971) niet toe te passen tijdens de
geldigheidsduur van deze toetredingsakte; geldigheidsduur van deze toetredingsakte;
2. het tewerkstellingspeil in de onderneming te houden tijdens de 2. het tewerkstellingspeil in de onderneming te houden tijdens de
geldigheidsduur van deze toetredingsakte; geldigheidsduur van deze toetredingsakte;
3. de maandelijkse prestatiestaat (5) op te maken en elke maand op te 3. de maandelijkse prestatiestaat (5) op te maken en elke maand op te
sturen naar het Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het sturen naar het Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het
bouwbedrijf (F.B.Z.); bouwbedrijf (F.B.Z.);
4. op vraag van het F.B.Z. bijkomende inlichtingen en bewijsstukken 4. op vraag van het F.B.Z. bijkomende inlichtingen en bewijsstukken
over te maken waardoor het fonds de toekenning van de inhaalrust kan over te maken waardoor het fonds de toekenning van de inhaalrust kan
controleren. controleren.

Art. 10.Deze toetredingsovereenkomst treedt in werking op

Art. 10.Deze toetredingsovereenkomst treedt in werking op

.................... en verstrijkt op .................... (6)(7). .................... en verstrijkt op .................... (6)(7).
Deze overeenkomst is gesloten onder voorbehoud van goedkeuring door Deze overeenkomst is gesloten onder voorbehoud van goedkeuring door
het beperkt comité van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf. het beperkt comité van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf.
De ondertekenende partijen : De ondertekenende partijen :
- Voor de onderneming : - Voor de onderneming :
. . . . . (naam) . . . . . (naam)
. . . . . (functie) . . . . . (functie)
. . . . . (handtekening) . . . . . (handtekening)
- Voor elk van de vakorganisaties : - Voor elk van de vakorganisaties :
. . . . . (naam) . . . . . (naam)
. . . . . (functie) . . . . . (functie)
. . . . . (handtekening) . . . . . (handtekening)
_______ _______
Nota's Nota's
(1) Datum waarop de toetredingsovereenkomst in de onderneming wordt (1) Datum waarop de toetredingsovereenkomst in de onderneming wordt
ondertekend. ondertekend.
(2) Deze overeenkomst moet worden ondertekend door een (2) Deze overeenkomst moet worden ondertekend door een
vertegenwoordiger van elk van de vakorganisaties die zitting hebben in vertegenwoordiger van elk van de vakorganisaties die zitting hebben in
het Paritair Comité voor het bouwbedrijf en die vertegenwoordigd zijn het Paritair Comité voor het bouwbedrijf en die vertegenwoordigd zijn
in de vakbondsafvaardiging van de onderneming. Bij ontstentenis van in de vakbondsafvaardiging van de onderneming. Bij ontstentenis van
een vakbondsafvaardiging moet de overeenkomst worden ondertekend door een vakbondsafvaardiging moet de overeenkomst worden ondertekend door
een vertegenwoordiger van minstens 2 vakorganisaties die zitting een vertegenwoordiger van minstens 2 vakorganisaties die zitting
hebben in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf en die het meest hebben in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf en die het meest
representatief zijn voor het arbeiderspersoneel van de onderneming. representatief zijn voor het arbeiderspersoneel van de onderneming.
(3) Dit wil zeggen één uur meer dan de in het arbeidsreglement (3) Dit wil zeggen één uur meer dan de in het arbeidsreglement
vermelde normale dagelijkse arbeidsduur. vermelde normale dagelijkse arbeidsduur.
(4) Indien geen andere periode wordt gekozen, moet de periode gaande (4) Indien geen andere periode wordt gekozen, moet de periode gaande
van 1 april tot 31 maart van het volgende jaar worden ingevuld. van 1 april tot 31 maart van het volgende jaar worden ingevuld.
(5) Deze documenten zijn verkrijgbaar bij de werkgeversorganisaties (5) Deze documenten zijn verkrijgbaar bij de werkgeversorganisaties
van de bouwsector of bij het Fonds voor bestaanszekerheid van de van de bouwsector of bij het Fonds voor bestaanszekerheid van de
werklieden uit het bouwbedrijf. werklieden uit het bouwbedrijf.
(6) De geldigheid van de toetredingsovereenkomst moet zo worden (6) De geldigheid van de toetredingsovereenkomst moet zo worden
vastgesteld dat de regeling tenminste gedurende de bij artikel 7 vastgesteld dat de regeling tenminste gedurende de bij artikel 7
bedoelde toepassingsperiode van 12 maanden kan worden toegepast. De bedoelde toepassingsperiode van 12 maanden kan worden toegepast. De
geldigheidsduur van de toetredingsovereenkomst kan ook zo worden geldigheidsduur van de toetredingsovereenkomst kan ook zo worden
vastgesteld dat de regeling gedurende een tweede toepassingsperiode vastgesteld dat de regeling gedurende een tweede toepassingsperiode
van 12 maanden kan worden toegepast voor zover de totale duur van de 2 van 12 maanden kan worden toegepast voor zover de totale duur van de 2
toepassingsperioden (24 maanden) de datum van 30 juni 2000 niet toepassingsperioden (24 maanden) de datum van 30 juni 2000 niet
overschrijdt. overschrijdt.
(7) Opgelet ! Het is niet meer mogelijk tot de regeling toe te treden (7) Opgelet ! Het is niet meer mogelijk tot de regeling toe te treden
na 1 december 1998. na 1 december 1998.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18
september 2001. september 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
^