Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de tewerkstelling en opleiding van risicogroepen | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de tewerkstelling en opleiding van risicogroepen |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
18 DECEMBER 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 18 DECEMBER 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2015, | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2015, |
gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende | gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende |
de tewerkstelling en opleiding van risicogroepen (1) | de tewerkstelling en opleiding van risicogroepen (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de non-ferro | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de non-ferro |
metalen; | metalen; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2015, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2015, gesloten |
in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de | in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de |
tewerkstelling en opleiding van risicogroepen. | tewerkstelling en opleiding van risicogroepen. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 18 december 2015. | Gegeven te Brussel, 18 december 2015. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de non-ferro metalen | Paritair Comité voor de non-ferro metalen |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2015 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2015 |
Tewerkstelling en opleiding van risicogroepen | Tewerkstelling en opleiding van risicogroepen |
(Overeenkomst geregistreerd op 23 juli 2015 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 23 juli 2015 onder het nummer |
128179/CO/105) | 128179/CO/105) |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de | de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de |
non-ferro metalen en op de werklieden die zij tewerkstellen. | non-ferro metalen en op de werklieden die zij tewerkstellen. |
Onder "werklieden" wordt verstaan : de werklieden en de werksters. | Onder "werklieden" wordt verstaan : de werklieden en de werksters. |
Art. 2.In toepassing van titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 van |
Art. 2.In toepassing van titel XIII, hoofdstuk VIII, afdeling 1 van |
de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) storten de | de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) storten de |
ondernemingen in 2015 en 2016, binnen de maand na het verstrijken van | ondernemingen in 2015 en 2016, binnen de maand na het verstrijken van |
elk kwartaal, 0,10 pct. van de brutolonen van de werklieden aan 108 | elk kwartaal, 0,10 pct. van de brutolonen van de werklieden aan 108 |
pct. van het verlopen kwartaal op de rekening van de VZW | pct. van het verlopen kwartaal op de rekening van de VZW |
"Tewerkstellings- en opleidingsfonds voor de arbeiders van de | "Tewerkstellings- en opleidingsfonds voor de arbeiders van de |
non-ferro sector", ter ondersteuning van tewerkstellings- en | non-ferro sector", ter ondersteuning van tewerkstellings- en |
opleidingsinitiatieven ten gunste van de risicogroepen. | opleidingsinitiatieven ten gunste van de risicogroepen. |
Art. 3.Gedurende de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst |
Art. 3.Gedurende de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst |
wordt de opleiding van bepaalde categorieën werkzoekenden en | wordt de opleiding van bepaalde categorieën werkzoekenden en |
werklieden financieel ondersteund door de maatregelen voorzien bij | werklieden financieel ondersteund door de maatregelen voorzien bij |
artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. De raad van | artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. De raad van |
bestuur van de VZW "Tewerkstellings- en opleidingsfonds voor de | bestuur van de VZW "Tewerkstellings- en opleidingsfonds voor de |
arbeiders van de non-ferro sector" beslist over de aanwending van de | arbeiders van de non-ferro sector" beslist over de aanwending van de |
gestorte bijdragen in functie van de finan-ciële middelen en van de | gestorte bijdragen in functie van de finan-ciële middelen en van de |
gevraagde tegemoetkomingen van de ondernemingen. | gevraagde tegemoetkomingen van de ondernemingen. |
Art. 4.§ 1. Als tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven voor |
Art. 4.§ 1. Als tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven voor |
risicogroepen, kunnen onder meer volgende maatregelen worden genomen : | risicogroepen, kunnen onder meer volgende maatregelen worden genomen : |
-Projecten van alternerend leren en werken; | -Projecten van alternerend leren en werken; |
- Positieve acties voor vrouwen; | - Positieve acties voor vrouwen; |
- Reclasseringsinitiatieven ten voordele van bedreigde oudere of | - Reclasseringsinitiatieven ten voordele van bedreigde oudere of |
laaggeschoolde werknemers; | laaggeschoolde werknemers; |
- Opleiding van laaggeschoolde werknemers; | - Opleiding van laaggeschoolde werknemers; |
- Opleiding van personen behorend tot risicogroepen, zoals hierna | - Opleiding van personen behorend tot risicogroepen, zoals hierna |
beschreven in § 2. | beschreven in § 2. |
§ 2. Onder "risicogroepen" wordt onder meer verstaan : | § 2. Onder "risicogroepen" wordt onder meer verstaan : |
- Deeltijds leerplichtigen; | - Deeltijds leerplichtigen; |
- Laaggeschoolde werklozen; hieronder wordt verstaand werklozen met | - Laaggeschoolde werklozen; hieronder wordt verstaand werklozen met |
een scholingsgraad lager dan secundair onderwijs; | een scholingsgraad lager dan secundair onderwijs; |
- Langdurig werklozen; hieronder wordt verstaan werklozen die minstens | - Langdurig werklozen; hieronder wordt verstaan werklozen die minstens |
twee jaar werkloos zijn; | twee jaar werkloos zijn; |
- Oudere werklozen; hieronder wordt verstaan werklozen van 45 jaar en | - Oudere werklozen; hieronder wordt verstaan werklozen van 45 jaar en |
ouder; | ouder; |
- Werklozen die betrokken zijn bij tewerkstellingsprojecten van de | - Werklozen die betrokken zijn bij tewerkstellingsprojecten van de |
overheid; | overheid; |
- Werkzoekenden die bij het "Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van | - Werkzoekenden die bij het "Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van |
Personen met een Handicap/Fonds communautaire pour l'intégration | Personen met een Handicap/Fonds communautaire pour l'intégration |
sociale et professionnelle des handicapés" zijn ingeschreven; | sociale et professionnelle des handicapés" zijn ingeschreven; |
- Werkzoekenden die geen werkloosheids- of onderbrekingsuitkeringen | - Werkzoekenden die geen werkloosheids- of onderbrekingsuitkeringen |
genieten en die de laatste drie jaar geen beroepsactiviteit hebben | genieten en die de laatste drie jaar geen beroepsactiviteit hebben |
verricht; | verricht; |
- Bestaansminimumtrekkers; | - Bestaansminimumtrekkers; |
- Migranten; | - Migranten; |
- Werknemers van 45 jaar en ouder of met een scholingsgraad lager dan | - Werknemers van 45 jaar en ouder of met een scholingsgraad lager dan |
secundair onderwijs en die aan een nieuwe functie of installatie | secundair onderwijs en die aan een nieuwe functie of installatie |
moeten aangepast worden ingevolge een reorganisatie, herstructurering | moeten aangepast worden ingevolge een reorganisatie, herstructurering |
of de invoering van nieuwe technologie; | of de invoering van nieuwe technologie; |
- De risicogroepen voorzien in het koninklijk besluit van 19 februari | - De risicogroepen voorzien in het koninklijk besluit van 19 februari |
2013 tot uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27 | 2013 tot uitvoering van artikel 189, 4de lid van de wet van 27 |
december 2006 houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8 | december 2006 houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8 |
april 2013), gespecifieerd in artikel 5 van onderhavige collectieve | april 2013), gespecifieerd in artikel 5 van onderhavige collectieve |
arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. |
§ 3. De raad van bestuur van de VZW "Tewerkstellings- en | § 3. De raad van bestuur van de VZW "Tewerkstellings- en |
opleidingsfonds voor de arbeiders van de non-ferro sector" beslist | opleidingsfonds voor de arbeiders van de non-ferro sector" beslist |
over de aanwending van de gestorte bijdragen. | over de aanwending van de gestorte bijdragen. |
Art. 5.0,05 pct. van de loonmassa dient te worden voorbehouden aan |
Art. 5.0,05 pct. van de loonmassa dient te worden voorbehouden aan |
één of meerdere van volgende risicogroepen : | één of meerdere van volgende risicogroepen : |
1. de werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; | 1. de werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken; |
2. de werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en | 2. de werknemers van minstens 40 jaar oud die in de sector werken en |
bedreigd zijn met ontslag : | bedreigd zijn met ontslag : |
a) hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de | a) hetzij doordat hun arbeidsovereenkomst werd opgezegd en de |
opzeggingstermijn loopt; | opzeggingstermijn loopt; |
b) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend | b) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming die erkend |
is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering; | is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering; |
c) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een | c) hetzij doordat zij tewerkgesteld zijn in een onderneming waar een |
collectief ontslag werd aangekondigd; | collectief ontslag werd aangekondigd; |
3. de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar | 3. de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar |
werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding. | werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding. |
Onder "niet-werkenden" wordt verstaan : | Onder "niet-werkenden" wordt verstaan : |
a) de langdurig werkzoekenden, zijnde de personen in het bezit van een | a) de langdurig werkzoekenden, zijnde de personen in het bezit van een |
werkkaart, bedoeld in artikel 13 van het koninklijk besluit van 19 | werkkaart, bedoeld in artikel 13 van het koninklijk besluit van 19 |
december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig | december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig |
werkzoekenden; | werkzoekenden; |
b) de uitkeringsgerechtigde werklozen; | b) de uitkeringsgerechtigde werklozen; |
c) de werkzoekenden die laaggeschoold of erg-laaggeschoold zijn in de | c) de werkzoekenden die laaggeschoold of erg-laaggeschoold zijn in de |
zin van artikel 24 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van | zin van artikel 24 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van |
de tewerkstelling; | de tewerkstelling; |
d) de herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking | d) de herintreders, zijnde de personen die zich na een onderbreking |
van minstens één jaar terug op de arbeidsmarkt begeven; | van minstens één jaar terug op de arbeidsmarkt begeven; |
e) de personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in | e) de personen die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie in |
toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op |
maatschappelijke integratie en personen die gerechtigd zijn op | maatschappelijke integratie en personen die gerechtigd zijn op |
maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli | maatschappelijke hulp in toepassing van de organieke wet van 8 juli |
1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; | 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; |
f) de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart | f) de werknemers die in het bezit zijn van een verminderingskaart |
herstructureringen in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart | herstructureringen in de zin van het koninklijk besluit van 9 maart |
2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen; | 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen; |
g) de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de | g) de werkzoekenden die niet de nationaliteit van een lidstaat van de |
Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze | Europese Unie bezitten, of van wie minstens één van de ouders deze |
nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie | nationaliteit niet bezit of niet bezat bij overlijden, of van wie |
minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of | minstens twee van de grootouders deze nationaliteit niet bezitten of |
niet bezaten bij overlijden; | niet bezaten bij overlijden; |
4. de personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk : | 4. de personen met een verminderde arbeidsgeschiktheid, namelijk : |
a) de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te | a) de personen die voldoen aan de voorwaarden om ingeschreven te |
worden in een regionaal agentschap voor personen met een handicap; | worden in een regionaal agentschap voor personen met een handicap; |
b) de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens | b) de personen met een definitieve arbeidsongeschiktheid van minstens |
33 pct.; | 33 pct.; |
c) de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te | c) de personen die voldoen aan de medische voorwaarden om recht te |
hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming | hebben op een inkomensvervangende of een integratietegemoetkoming |
ingevolge de wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan | ingevolge de wet van 27 februari 1987 op de tegemoetkomingen aan |
personen met een handicap; | personen met een handicap; |
d) de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren | d) de personen die als doelgroepwerknemer tewerkgesteld zijn of waren |
bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het | bij een werkgever die valt onder het toepassingsgebied van het |
Paritair Comité voor de beschutte en de sociale werkplaatsen; | Paritair Comité voor de beschutte en de sociale werkplaatsen; |
e) de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op | e) de gehandicapte die het recht op verhoogde kinderbijslag opent op |
basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens | basis van een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens |
66 pct.; | 66 pct.; |
f) de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de | f) de personen die in het bezit zijn van een attest afgeleverd door de |
Algemene Directie Personen met een Handicap van de Federale | Algemene Directie Personen met een Handicap van de Federale |
Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en | Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en |
fiscale voordelen; | fiscale voordelen; |
g) de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor | g) de persoon met een invaliditeitsuitkering of een uitkering voor |
arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot | arbeidsongevallen of beroepsziekten in het kader van programma's tot |
werkhervatting; | werkhervatting; |
5. de jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, | 5. de jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden, |
hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van | hetzij in een stelsel van alternerend leren, hetzij in het kader van |
een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in | een individuele beroepsopleiding in een onderneming, bedoeld in |
artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991 | artikel 27, 6° van het koninklijk besluit van 25 november 1991 |
houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een | houdende de werkloosheidsreglementering, hetzij in het kader van een |
instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk | instapstage, bedoeld in artikel 36quater van hetzelfde koninklijk |
besluit van 25 november 1991. | besluit van 25 november 1991. |
Art. 6.Van de in artikel 2 bedoelde inspanning moet minstens de helft |
Art. 6.Van de in artikel 2 bedoelde inspanning moet minstens de helft |
besteed worden aan initiatieven ten voordele van één of meerdere van | besteed worden aan initiatieven ten voordele van één of meerdere van |
de volgende groepen : | de volgende groepen : |
- de in artikel 5, 5. bedoelde jongeren; | - de in artikel 5, 5. bedoelde jongeren; |
- de in artikel 5, 3. en 4. bedoelde jongeren die nog geen 26 jaar | - de in artikel 5, 3. en 4. bedoelde jongeren die nog geen 26 jaar |
zijn. | zijn. |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
ingang van 1 januari 2015 en treedt buiten werking op 31 december | ingang van 1 januari 2015 en treedt buiten werking op 31 december |
2016. | 2016. |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve | Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve |
arbeidsovereenkomst van 21 maart 2014 betreffende de tewerkstelling en | arbeidsovereenkomst van 21 maart 2014 betreffende de tewerkstelling en |
opleiding van risicogroepen (registratienummer : 121155/CO/105). | opleiding van risicogroepen (registratienummer : 121155/CO/105). |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 december | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 december |
2015. | 2015. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |