← Terug naar "Koninklijk besluit houdende de procedure volgens dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van een daad van terrorisme in de zin van artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 "
| Koninklijk besluit houdende de procedure volgens dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van een daad van terrorisme in de zin van artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 | Koninklijk besluit houdende de procedure volgens dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van een daad van terrorisme in de zin van artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE |
| 16 FEBRUARI 2017. - Koninklijk besluit houdende de procedure volgens | 16 FEBRUARI 2017. - Koninklijk besluit houdende de procedure volgens |
| dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van een daad van | dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van een daad van |
| terrorisme in de zin van artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 | terrorisme in de zin van artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 |
| VERSLAG AAN DE KONING | VERSLAG AAN DE KONING |
| Sire, | Sire, |
| Voorliggend koninklijk besluit geeft uitvoering aan artikel 42bis, | Voorliggend koninklijk besluit geeft uitvoering aan artikel 42bis, |
| eerste lid, van de wet van 1 augustus 1985 en legt de procedure vast | eerste lid, van de wet van 1 augustus 1985 en legt de procedure vast |
| volgens dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van daden van | volgens dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van daden van |
| terrorisme. | terrorisme. |
| Om het maatschappelijk belang te benadrukken dat de Regering hecht aan | Om het maatschappelijk belang te benadrukken dat de Regering hecht aan |
| de erkenning van slachtoffers van terrorisme dient een | de erkenning van slachtoffers van terrorisme dient een |
| erkenningsbesluit in Ministerraad genomen te worden (art. 2) op | erkenningsbesluit in Ministerraad genomen te worden (art. 2) op |
| initiatief van de minister van Justitie, na het advies te hebben | initiatief van de minister van Justitie, na het advies te hebben |
| gevraagd van de federale procureur en, in voorkomend geval, van de | gevraagd van de federale procureur en, in voorkomend geval, van de |
| minister van Buitenlandse Zaken (art. 2, tweede lid en art. 3). | minister van Buitenlandse Zaken (art. 2, tweede lid en art. 3). |
| De minister van Justitie dient het advies van de federale procureur te | De minister van Justitie dient het advies van de federale procureur te |
| vragen en voor feiten in het buitenland van de minister van | vragen en voor feiten in het buitenland van de minister van |
| Buitenlandse Zaken (art. 3, § 1). Deze adviesaanvraag is verplicht, | Buitenlandse Zaken (art. 3, § 1). Deze adviesaanvraag is verplicht, |
| maar het advies is niet bindend. Hij kan ook beroep doen op andere | maar het advies is niet bindend. Hij kan ook beroep doen op andere |
| informatiebronnen, zoals het Coördinatieorgaan voor de | informatiebronnen, zoals het Coördinatieorgaan voor de |
| dreigingsanalyse, de procureur-generaal van het rechtsgebied waar de | dreigingsanalyse, de procureur-generaal van het rechtsgebied waar de |
| daad plaatsvond en het Comité, bedoeld in artikel 5 van de wet van 1 | daad plaatsvond en het Comité, bedoeld in artikel 5 van de wet van 1 |
| april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door | april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door |
| terrorisme (art. 3, § 2). | terrorisme (art. 3, § 2). |
| Het voorliggende besluit houdt rekening met het advies van de Raad van | Het voorliggende besluit houdt rekening met het advies van de Raad van |
| State (advies 60.385/3 van 2 december 2016). | State (advies 60.385/3 van 2 december 2016). |
| In antwoord op het advies van de Raad van State kan worden onderlijnd | In antwoord op het advies van de Raad van State kan worden onderlijnd |
| dat de informatieverstrekking aan de minister van Justitie, voorzien | dat de informatieverstrekking aan de minister van Justitie, voorzien |
| in artikel 3, § 1, kan gekaderd worden binnen de opdrachten van het | in artikel 3, § 1, kan gekaderd worden binnen de opdrachten van het |
| Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse. Zo voorziet artikel 10 van | Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse. Zo voorziet artikel 10 van |
| de wet van 10 juli 2006 betreffende de analyse van de dreiging, dat de | de wet van 10 juli 2006 betreffende de analyse van de dreiging, dat de |
| evaluaties bedoeld in artikel 8, 1°, van de wet ambtshalve of op vraag | evaluaties bedoeld in artikel 8, 1°, van de wet ambtshalve of op vraag |
| van een lid van de regering worden uitgevoerd en meegedeeld aan het | van een lid van de regering worden uitgevoerd en meegedeeld aan het |
| lid van de regering dat de evaluatie heeft gevraagd. | lid van de regering dat de evaluatie heeft gevraagd. |
| Overeenkomstig artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 kan de | Overeenkomstig artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 kan de |
| Koning de vergoeding uitbreiden van de slachtoffers van daden die zijn | Koning de vergoeding uitbreiden van de slachtoffers van daden die zijn |
| erkend als terroristische daad en de verplichtingen aanpassen van de | erkend als terroristische daad en de verplichtingen aanpassen van de |
| personen die recht hebben op een vergoeding als bedoeld in hoofdstuk | personen die recht hebben op een vergoeding als bedoeld in hoofdstuk |
| III, afdelingen II en III van de wet, rekening houdend met de | III, afdelingen II en III van de wet, rekening houdend met de |
| kenmerken van terrorisme. | kenmerken van terrorisme. |
| In de memorie van toelichting bij het ontwerp dat geleid heeft tot | In de memorie van toelichting bij het ontwerp dat geleid heeft tot |
| artikel 42bis wordt aangegeven dat aan de Koning de bevoegdheid wordt | artikel 42bis wordt aangegeven dat aan de Koning de bevoegdheid wordt |
| verleend een specifieke regeling uit te werken voor slachtoffers van | verleend een specifieke regeling uit te werken voor slachtoffers van |
| terrorisme. | terrorisme. |
| De bevoegdheid van de Koning blijft beperkt tot de hoogte van de toe | De bevoegdheid van de Koning blijft beperkt tot de hoogte van de toe |
| te kennen vergoeding en tot de aanpassing van de bepalingen die bij | te kennen vergoeding en tot de aanpassing van de bepalingen die bij |
| terrorisme niet toepasbaar zijn of waarvan het zinloos is om die toe | terrorisme niet toepasbaar zijn of waarvan het zinloos is om die toe |
| te passen. | te passen. |
| De in het ontwerp voorziene bepalingen vallen binnen de voormelde | De in het ontwerp voorziene bepalingen vallen binnen de voormelde |
| gestelde beperking, aangezien de algemene regelingen in geval van een | gestelde beperking, aangezien de algemene regelingen in geval van een |
| daad van terrorisme op een aantal punten niet toepasbaar zijn of het | daad van terrorisme op een aantal punten niet toepasbaar zijn of het |
| zinloos zou zijn om ze toe te passen. | zinloos zou zijn om ze toe te passen. |
| Eén van de belangrijkste kenmerken van terrorisme bestaat erin dat | Eén van de belangrijkste kenmerken van terrorisme bestaat erin dat |
| deze daden niet ophouden aan de landsgrenzen. De collectieve | deze daden niet ophouden aan de landsgrenzen. De collectieve |
| solidariteit die de basis vormt van de wet van 1 augustus 1985 | solidariteit die de basis vormt van de wet van 1 augustus 1985 |
| houdende fiscale en andere bepalingen kan dan ook moeilijk stoppen aan | houdende fiscale en andere bepalingen kan dan ook moeilijk stoppen aan |
| de grenzen van het Rijk. | de grenzen van het Rijk. |
| In die zin voorziet dit koninklijk besluit dan ook een (beperkte) | In die zin voorziet dit koninklijk besluit dan ook een (beperkte) |
| grensoverschrijdende solidariteit door ook een regeling te voorzien | grensoverschrijdende solidariteit door ook een regeling te voorzien |
| voor de erkenning van in het buitenland gepleegde daden van | voor de erkenning van in het buitenland gepleegde daden van |
| terrorisme. Dit is een logisch uitvloeisel van de door artikel 42bis | terrorisme. Dit is een logisch uitvloeisel van de door artikel 42bis |
| aan de Koning geboden mogelijkheid, omdat artikel 42bis in de wet van | aan de Koning geboden mogelijkheid, omdat artikel 42bis in de wet van |
| 1 augustus 1985 ingevoegd werd door de wet van 1 april 2007 | 1 augustus 1985 ingevoegd werd door de wet van 1 april 2007 |
| betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme. | betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme. |
| De wet van 2007 kwam er niet ten gevolge van in België gepleegde daden | De wet van 2007 kwam er niet ten gevolge van in België gepleegde daden |
| van terrorisme, maar omwille van de aanslagen in New York op 11 | van terrorisme, maar omwille van de aanslagen in New York op 11 |
| september 2001 en later ook in Madrid en Londen. | september 2001 en later ook in Madrid en Londen. |
| Voor daden van terrorisme gepleegd in het buitenland wordt bijkomend | Voor daden van terrorisme gepleegd in het buitenland wordt bijkomend |
| advies gevraagd aan de minister van Buitenlandse Zaken . | advies gevraagd aan de minister van Buitenlandse Zaken . |
| De erkenning door België van een in het buitenland gepleegde daad van | De erkenning door België van een in het buitenland gepleegde daad van |
| terrorisme gebeurt enkel en alleen om slachtoffers van terrorisme | terrorisme gebeurt enkel en alleen om slachtoffers van terrorisme |
| financieel te kunnen bijstaan en houdt dus op geen enkele manier een | financieel te kunnen bijstaan en houdt dus op geen enkele manier een |
| inmenging in het beleid van het desbetreffend land in. | inmenging in het beleid van het desbetreffend land in. |
| Dit is de strekking van het koninklijk besluit dat ik u ter | Dit is de strekking van het koninklijk besluit dat ik u ter |
| ondertekening voorleg. | ondertekening voorleg. |
| Wij hebben de eer te zijn, | Wij hebben de eer te zijn, |
| Sire, | Sire, |
| Van Uwe Majesteit, | Van Uwe Majesteit, |
| de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, | de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, |
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
| K. GEENS | K. GEENS |
| De Minister van Buitenlandse Zaken, | De Minister van Buitenlandse Zaken, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |
| ADVIES 60.385/3 VAN 2 DECEMBER 2016 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING | ADVIES 60.385/3 VAN 2 DECEMBER 2016 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING |
| WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `HOUDENDE DE | WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `HOUDENDE DE |
| PROCEDURE VOLGENS DEWELKE DE KONING KAN OVERGAAN TOT ERKENNING VAN EEN | PROCEDURE VOLGENS DEWELKE DE KONING KAN OVERGAAN TOT ERKENNING VAN EEN |
| DAAD VAN TERRORISME IN DE ZIN VAN ARTIKEL 42BIS VAN DE WET VAN 1 | DAAD VAN TERRORISME IN DE ZIN VAN ARTIKEL 42BIS VAN DE WET VAN 1 |
| AUGUSTUS 1985' | AUGUSTUS 1985' |
| De griffier, De voorzitter, | De griffier, De voorzitter, |
| A. Goossens. J. Baert. | A. Goossens. J. Baert. |
| 16 FEBRUARI 2017. - Koninklijk besluit houdende de procedure volgens | 16 FEBRUARI 2017. - Koninklijk besluit houdende de procedure volgens |
| dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van een daad van | dewelke de Koning kan overgaan tot erkenning van een daad van |
| terrorisme in de zin van artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 | terrorisme in de zin van artikel 42bis van de wet van 1 augustus 1985 |
| FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op artikel 37 en 108 van de Grondwet; | Gelet op artikel 37 en 108 van de Grondwet; |
| Gelet op de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere | Gelet op de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere |
| bepalingen, artikel 42bis, eerste lid; | bepalingen, artikel 42bis, eerste lid; |
| Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 6 | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 6 |
| oktober 2016; | oktober 2016; |
| Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 27 | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 27 |
| oktober 2016; | oktober 2016; |
| Gelet op de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd | Gelet op de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd |
| overeenkomstig artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 | overeenkomstig artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 |
| houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; | houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; |
| Gelet op het advies 60.385/3 van de Raad van State, gegeven op 2 | Gelet op het advies 60.385/3 van de Raad van State, gegeven op 2 |
| december 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van | december 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van |
| de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. | de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. |
| Op de voordracht van de Minister van Justitie en de Minister van | Op de voordracht van de Minister van Justitie en de Minister van |
| Buitenlandse Zaken, | Buitenlandse Zaken, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1. Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt |
Artikel 1. Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt |
| verstaan onder : | verstaan onder : |
| 1° de wet van 1 augustus 1985 : de wet van 1 augustus 1985 houdende | 1° de wet van 1 augustus 1985 : de wet van 1 augustus 1985 houdende |
| fiscale en andere bepalingen; | fiscale en andere bepalingen; |
| 2° het Comité : het Comité bedoeld in artikel 5 van de wet van 1 april | 2° het Comité : het Comité bedoeld in artikel 5 van de wet van 1 april |
| 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door | 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door |
| terrorisme. | terrorisme. |
Art. 2.De Koning beslist, op voorstel van de minister bevoegd voor |
Art. 2.De Koning beslist, op voorstel van de minister bevoegd voor |
| Justitie, bij een in Ministerraad overlegd besluit, of een daad, een | Justitie, bij een in Ministerraad overlegd besluit, of een daad, een |
| daad van terrorisme is in de zin van artikel 42bis, eerste lid, van de | daad van terrorisme is in de zin van artikel 42bis, eerste lid, van de |
| wet van 1 augustus 1985. | wet van 1 augustus 1985. |
Art. 3.§ 1. Het dossier wordt samengesteld door de minister bevoegd |
Art. 3.§ 1. Het dossier wordt samengesteld door de minister bevoegd |
| voor Justitie. | voor Justitie. |
| Hij wint het advies in van het Comité en van de federale procureur. | Hij wint het advies in van het Comité en van de federale procureur. |
| Hij kan zich daarnaast alle nuttige informatie laten verstrekken door | Hij kan zich daarnaast alle nuttige informatie laten verstrekken door |
| onder meer het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse en de | onder meer het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse en de |
| procureur-generaal van het rechtsgebied waar de daad plaatsvond. | procureur-generaal van het rechtsgebied waar de daad plaatsvond. |
| § 2. Wanneer de daad in het buitenland plaatsvond, wordt ook het | § 2. Wanneer de daad in het buitenland plaatsvond, wordt ook het |
| advies van de minister van Buitenlandse Zaken gevraagd. | advies van de minister van Buitenlandse Zaken gevraagd. |
Art. 4.De minister bevoegd voor Justitie en de minister bevoegd voor |
Art. 4.De minister bevoegd voor Justitie en de minister bevoegd voor |
| Buitenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de | Buitenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de |
| uitvoering van dit besluit. | uitvoering van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 16 februari 2017. | Gegeven te Brussel, 16 februari 2017. |
| FILIP | FILIP |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
| K. GEENS | K. GEENS |
| De Minister van Buitenlandse Zaken, | De Minister van Buitenlandse Zaken, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |