Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 mei 2000 betreffende de samenstelling en de werkwijze van het raadgevend comité ingesteld bij het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 mei 2000 betreffende de samenstelling en de werkwijze van het raadgevend comité ingesteld bij het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen |
---|---|
FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN | FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN |
16 FEBRUARI 2016. - Koninklijk besluit tot wijziging van het | 16 FEBRUARI 2016. - Koninklijk besluit tot wijziging van het |
koninklijk besluit van 19 mei 2000 betreffende de samenstelling en de | koninklijk besluit van 19 mei 2000 betreffende de samenstelling en de |
werkwijze van het raadgevend comité ingesteld bij het Federaal | werkwijze van het raadgevend comité ingesteld bij het Federaal |
Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen | Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 4 februari 2000 houdende oprichting van het | Gelet op de wet van 4 februari 2000 houdende oprichting van het |
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, artikel 7, | Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, artikel 7, |
gewijzigd bij de wet van 27 december 2005; | gewijzigd bij de wet van 27 december 2005; |
Gelet op het koninklijk besluit van 19 mei 2000 betreffende de | Gelet op het koninklijk besluit van 19 mei 2000 betreffende de |
samenstelling en de werkwijze van het raadgevend comité ingesteld bij | samenstelling en de werkwijze van het raadgevend comité ingesteld bij |
het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen; | het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen; |
Gelet op de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen | Gelet op de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen |
inzake administratieve vereenvoudiging, artikel 8, § 1, 4° ; | inzake administratieve vereenvoudiging, artikel 8, § 1, 4° ; |
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 29 | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 29 |
oktober 2015; | oktober 2015; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op |
20 november 2015; | 20 november 2015; |
Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, die op 15 december 2015 | Gelet op de adviesaanvraag binnen 30 dagen, die op 15 december 2015 |
bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § | bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § |
1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd | 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd |
op 12 januari 1973; | op 12 januari 1973; |
Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn; | Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn; |
Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van | Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van |
State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Op de voordracht van de Minister van Landbouw en op het advies van de | Op de voordracht van de Minister van Landbouw en op het advies van de |
in Raad vergaderde Ministers, | in Raad vergaderde Ministers, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 2, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit |
Artikel 1.In artikel 2, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit |
van 19 mei 2000 betreffende de samenstelling en de werkwijze van het | van 19 mei 2000 betreffende de samenstelling en de werkwijze van het |
raadgevend comité ingesteld bij het Federaal Agentschap voor de | raadgevend comité ingesteld bij het Federaal Agentschap voor de |
Veiligheid van de Voedselketen, vervangen bij het koninklijk besluit | Veiligheid van de Voedselketen, vervangen bij het koninklijk besluit |
van 1 mei 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht : | van 1 mei 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht : |
a) de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt : | a) de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt : |
« 1° zeven vertegenwoordigers van de verbruikersorganisaties; »; | « 1° zeven vertegenwoordigers van de verbruikersorganisaties; »; |
b) de bepaling onder 9° wordt vervangen als volgt : | b) de bepaling onder 9° wordt vervangen als volgt : |
« 9° één vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst | « 9° één vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst |
Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu; ». | Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu; ». |
Art. 2.In artikel 2, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, |
Art. 2.In artikel 2, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, |
ingevoegd bij het koninklijk besluit van 1 mei 2006, worden de zinnen | ingevoegd bij het koninklijk besluit van 1 mei 2006, worden de zinnen |
« Wanneer een vertegenwoordiger niet langer de vergaderingen kan | « Wanneer een vertegenwoordiger niet langer de vergaderingen kan |
bijwonen, dan wordt deze door zijn plaatsvervanger opgevolgd voor de | bijwonen, dan wordt deze door zijn plaatsvervanger opgevolgd voor de |
verdere duur van zijn mandaat. In dat geval wordt een nieuwe | verdere duur van zijn mandaat. In dat geval wordt een nieuwe |
plaatsvervanger aangeduid. » opgeheven. | plaatsvervanger aangeduid. » opgeheven. |
Art. 3.Artikel 3 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk |
Art. 3.Artikel 3 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk |
besluit van 1 mei 2006, wordt vervangen als volgt : | besluit van 1 mei 2006, wordt vervangen als volgt : |
« Art. 3.De in artikel 2, § 1, 1° tot 8°, bedoelde organisaties, |
« Art. 3.De in artikel 2, § 1, 1° tot 8°, bedoelde organisaties, |
sectoren en hun aantal mandaten worden door de Minister aangeduid voor | sectoren en hun aantal mandaten worden door de Minister aangeduid voor |
een periode van vier jaar, hernieuwbaar. ». | een periode van vier jaar, hernieuwbaar. ». |
Art. 4.Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : |
Art. 4.Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : |
« Art. 4.§ 1. De in artikel 2, § 1, 1° tot 8°, bedoelde organisaties |
« Art. 4.§ 1. De in artikel 2, § 1, 1° tot 8°, bedoelde organisaties |
en sectoren dragen minstens twee vertegenwoordigers voor per mandaat. | en sectoren dragen minstens twee vertegenwoordigers voor per mandaat. |
§ 2. De in artikel 2, § 1, 9° en 10°, bedoelde leden worden | § 2. De in artikel 2, § 1, 9° en 10°, bedoelde leden worden |
voorgedragen door de voorzitters van de bedoelde Federale | voorgedragen door de voorzitters van de bedoelde Federale |
Overheidsdiensten en de in artikel 2, § 1, 11°, bedoelde leden worden | Overheidsdiensten en de in artikel 2, § 1, 11°, bedoelde leden worden |
voorgedragen door de respectieve bevoegde Ministers. | voorgedragen door de respectieve bevoegde Ministers. |
§ 3. De helft van de in artikel 2, § 1, 9°, 10° en 11°, bedoelde leden | § 3. De helft van de in artikel 2, § 1, 9°, 10° en 11°, bedoelde leden |
moet tot de Nederlandse taalrol behoren en de andere helft moet tot de | moet tot de Nederlandse taalrol behoren en de andere helft moet tot de |
Franse taalrol behoren. Voor de toepassing van deze bepaling wordt de | Franse taalrol behoren. Voor de toepassing van deze bepaling wordt de |
vertegenwoordiger van de Duitstalige Gemeenschap geacht te behoren tot | vertegenwoordiger van de Duitstalige Gemeenschap geacht te behoren tot |
de Franse taalrol. | de Franse taalrol. |
§ 4. De leden en plaatsvervangers van het Comité worden door het | § 4. De leden en plaatsvervangers van het Comité worden door het |
Comité aangeduid op voorstel van de Voorzitter. | Comité aangeduid op voorstel van de Voorzitter. |
Indien het Comité niet rechtsgeldig kan vergaderen, duidt de minister | Indien het Comité niet rechtsgeldig kan vergaderen, duidt de minister |
bij beslissing de effectieve leden en plaatsvervangers van het Comité | bij beslissing de effectieve leden en plaatsvervangers van het Comité |
aan. | aan. |
§ 5. Het mandaat van de leden en van de plaatsvervangers eindigt | § 5. Het mandaat van de leden en van de plaatsvervangers eindigt |
wanneer het mandaat van de sector of organisatie is verstreken. | wanneer het mandaat van de sector of organisatie is verstreken. |
§ 6. Indien een lid of een plaatsvervanger ontslagnemend is, hetzij op | § 6. Indien een lid of een plaatsvervanger ontslagnemend is, hetzij op |
eigen vraag, hetzij omdat hij niet langer zijn voordragende | eigen vraag, hetzij omdat hij niet langer zijn voordragende |
organisatie, sector, federale overheidsdienst, gewest of gemeenschap | organisatie, sector, federale overheidsdienst, gewest of gemeenschap |
vertegenwoordigt of niet voldoet aan de bepalingen van het in artikel | vertegenwoordigt of niet voldoet aan de bepalingen van het in artikel |
6 bedoelde huishoudelijk reglement, stelt de voordragende organisatie, | 6 bedoelde huishoudelijk reglement, stelt de voordragende organisatie, |
sector, federale overheidsdienst, gewest, gemeenschap, voorzitter of | sector, federale overheidsdienst, gewest, gemeenschap, voorzitter of |
minister een nieuwe vertegenwoordiger voor. ». | minister een nieuwe vertegenwoordiger voor. ». |
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 17 december 2015. |
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 17 december 2015. |
Art. 6.De minister bevoegd voor de veiligheid van de voedselketen is |
Art. 6.De minister bevoegd voor de veiligheid van de voedselketen is |
belast met de uitvoering van dit besluit. | belast met de uitvoering van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 16 februari 2016. | Gegeven te Brussel, 16 februari 2016. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Landbouw, | De Minister van Landbouw, |
W. BORSUS | W. BORSUS |