| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een tewerkstellings- of een opleidingspremie aan de bouwwerkgevers en hun bouwvakarbeiders | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een tewerkstellings- of een opleidingspremie aan de bouwwerkgevers en hun bouwvakarbeiders |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 15 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 15 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, |
| gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de | gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de |
| toekenning van een tewerkstellings- of een opleidingspremie aan de | toekenning van een tewerkstellings- of een opleidingspremie aan de |
| bouwwerkgevers en hun bouwvakarbeiders (1) | bouwwerkgevers en hun bouwvakarbeiders (1) |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| 28; | 28; |
| Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf; | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Werk, | Op de voordracht van Onze Minister van Werk, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten |
| in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning | in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning |
| van een tewerkstellings- of een opleidingspremie aan de bouwwerkgevers | van een tewerkstellings- of een opleidingspremie aan de bouwwerkgevers |
| en hun bouwvakarbeiders. | en hun bouwvakarbeiders. |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
| besluit. | besluit. |
| Gegeven te Brussel, 15 december 2005. | Gegeven te Brussel, 15 december 2005. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| P. VANVELTHOVEN | P. VANVELTHOVEN |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Bijlage | Bijlage |
| Paritair Comité voor het bouwbedrijf | Paritair Comité voor het bouwbedrijf |
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001 |
| Toekenning van een tewerkstellings- en of opleidingspremie aan de | Toekenning van een tewerkstellings- en of opleidingspremie aan de |
| bouwwerkgevers en hun bouwvakarbeiders (Overeenkomst geregistreerd op | bouwwerkgevers en hun bouwvakarbeiders (Overeenkomst geregistreerd op |
| 9 november 2001 onder het nummer 59595/CO/124) | 9 november 2001 onder het nummer 59595/CO/124) |
| HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| de werkgevers van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor | de werkgevers van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor |
| het bouwbedrijf ressorteren en op de arbeiders die zij tewerkstellen. | het bouwbedrijf ressorteren en op de arbeiders die zij tewerkstellen. |
| Deze overeenkomst heeft tot doel de verordenende bepalingen vast te | Deze overeenkomst heeft tot doel de verordenende bepalingen vast te |
| stellen in verband met de toekenning van de tewerkstellingspremie voor | stellen in verband met de toekenning van de tewerkstellingspremie voor |
| de bouwwerkgevers en de opleidingspremie voor de bouwvakarbeiders. | de bouwwerkgevers en de opleidingspremie voor de bouwvakarbeiders. |
| HOOFDSTUK II. - Tewerkstellingspremie | HOOFDSTUK II. - Tewerkstellingspremie |
Art. 2.Het "Fonds voor vakopleiding in de bouwnijverheid" (FVB) kent |
Art. 2.Het "Fonds voor vakopleiding in de bouwnijverheid" (FVB) kent |
| een eenmalige tewerkstellingspremie toe aan de in artikel 1 beoogde | een eenmalige tewerkstellingspremie toe aan de in artikel 1 beoogde |
| werkgevers die arbeiders aanwerven met een arbeidsovereenkomst van | werkgevers die arbeiders aanwerven met een arbeidsovereenkomst van |
| tenminste 6 maand, en die, voor deze aanwervingen niet kunnen genieten | tenminste 6 maand, en die, voor deze aanwervingen niet kunnen genieten |
| van de voordelen van het banenplan of van het begeleidingsplan voor | van de voordelen van het banenplan of van het begeleidingsplan voor |
| werklozen. | werklozen. |
Art. 3.De tewerkstellingspremie wordt toegekend aan de in artikel 1 |
Art. 3.De tewerkstellingspremie wordt toegekend aan de in artikel 1 |
| beoogde werkgevers die, onder de voorwaarden vermeld in artikel 2, pas | beoogde werkgevers die, onder de voorwaarden vermeld in artikel 2, pas |
| afgestudeerden tewerkstellen onmiddellijk na hetzij een voltijdse TSO | afgestudeerden tewerkstellen onmiddellijk na hetzij een voltijdse TSO |
| en/of BSO-opleiding bouw die met vrucht werd beëindigd, hetzij een | en/of BSO-opleiding bouw die met vrucht werd beëindigd, hetzij een |
| alternerende deeltijdse BSO-opleiding bouw (ILW of koninklijk besluit | alternerende deeltijdse BSO-opleiding bouw (ILW of koninklijk besluit |
| nr. 495) die met vrucht werd beëindigd. | nr. 495) die met vrucht werd beëindigd. |
Art. 4.De tewerkstellingspremie bedraagt 371,84 EUR per in artikel 3 |
Art. 4.De tewerkstellingspremie bedraagt 371,84 EUR per in artikel 3 |
| bedoelde aanwerving. | bedoelde aanwerving. |
| Om te kunnen genieten van de tewerkstellingspremie moet de werkgever | Om te kunnen genieten van de tewerkstellingspremie moet de werkgever |
| het bewijs leveren van een tewerkstelling van minstens 6 maanden | het bewijs leveren van een tewerkstelling van minstens 6 maanden |
| onmiddellijk na de in artikel 3 bedoelde bouwopleiding. | onmiddellijk na de in artikel 3 bedoelde bouwopleiding. |
| HOOFDSTUK III. - Premies voor de werklieden | HOOFDSTUK III. - Premies voor de werklieden |
| Afdeling 1. - Opleidingspremie-basisopleiding | Afdeling 1. - Opleidingspremie-basisopleiding |
Art. 5.Onder basisopleiding verstaat men de praktijkopleidingen-bouw |
Art. 5.Onder basisopleiding verstaat men de praktijkopleidingen-bouw |
| die door de VDAB, Bruxelles-Formation, de FOREm of het Arbeitsamt aan | die door de VDAB, Bruxelles-Formation, de FOREm of het Arbeitsamt aan |
| volledige werklozen worden verstrekt, hetzij in eigen centra, hetzij | volledige werklozen worden verstrekt, hetzij in eigen centra, hetzij |
| in door hen en het FVB erkende opleidingscentra. | in door hen en het FVB erkende opleidingscentra. |
| Voor het vaststellen van de duur van de basisopleiding bouw wordt dus | Voor het vaststellen van de duur van de basisopleiding bouw wordt dus |
| geenszins rekening gehouden met de eventuele vooropleidingen. | geenszins rekening gehouden met de eventuele vooropleidingen. |
Art. 6.Het FVB kent de opleidingspremie-basisopleiding slechts toe |
Art. 6.Het FVB kent de opleidingspremie-basisopleiding slechts toe |
| aan bouwvakarbeiders die de in artikel 5 bedoelde basisopleiding-bouw | aan bouwvakarbeiders die de in artikel 5 bedoelde basisopleiding-bouw |
| volledig hebben gevolgd en gunstig hebben beëindigd, en die binnen de | volledig hebben gevolgd en gunstig hebben beëindigd, en die binnen de |
| daaropvolgende 24 maanden een tewerkstelling bij een bouwwerkgever | daaropvolgende 24 maanden een tewerkstelling bij een bouwwerkgever |
| kunnen bewijzen van 6, 12 en 18 maanden. | kunnen bewijzen van 6, 12 en 18 maanden. |
Art. 7.De opleidingspremie-basisopleiding bedraagt 3,72 EUR per |
Art. 7.De opleidingspremie-basisopleiding bedraagt 3,72 EUR per |
| gevolgde opleidingsdag van 8 uur en wordt toegekend voor alle dagen | gevolgde opleidingsdag van 8 uur en wordt toegekend voor alle dagen |
| aanwezigheid. Het toegekend voordeel kan evenwel niet meer dan 371,84 | aanwezigheid. Het toegekend voordeel kan evenwel niet meer dan 371,84 |
| EUR bedragen op jaarbasis. | EUR bedragen op jaarbasis. |
| Het FVB keert na de tewerkstellingsperiodes bepaald in artikel 6 | Het FVB keert na de tewerkstellingsperiodes bepaald in artikel 6 |
| telkens 1/3e van de premie-basisopleiding uit. De rechthebbende voegen | telkens 1/3e van de premie-basisopleiding uit. De rechthebbende voegen |
| bij hun aanvraag een kopie van de sociale identiteitskaart van de | bij hun aanvraag een kopie van de sociale identiteitskaart van de |
| trimesters waarin de tewerkstelling plaatsvond. | trimesters waarin de tewerkstelling plaatsvond. |
| Afdeling 2. - Opleidingspremie-vervolmaking | Afdeling 2. - Opleidingspremie-vervolmaking |
Art. 8.Onder "vervolmakingsopleiding" verstaat men : de |
Art. 8.Onder "vervolmakingsopleiding" verstaat men : de |
| bijscholingsopleidingen-bouw die door de VDAB, Bruxxels-Formation, de | bijscholingsopleidingen-bouw die door de VDAB, Bruxxels-Formation, de |
| FOREm of het Arbeitsamt worden georganiseerd in samenwerking met het | FOREm of het Arbeitsamt worden georganiseerd in samenwerking met het |
| FVB en die in hun eigen of in erkende centra worden verstrekt aan | FVB en die in hun eigen of in erkende centra worden verstrekt aan |
| tijdelijk werkloze bouwvakarbeiders. | tijdelijk werkloze bouwvakarbeiders. |
Art. 9.Het FVB kent slechts de opleidingspremie-vervolmaking toe aan |
Art. 9.Het FVB kent slechts de opleidingspremie-vervolmaking toe aan |
| de tijdelijke werkloze bouwvakarbeiders, die een in artikel 8 beoogde | de tijdelijke werkloze bouwvakarbeiders, die een in artikel 8 beoogde |
| vervolmakingsopleiding volgen. | vervolmakingsopleiding volgen. |
Art. 10.De opleidingspremie-vervolmaking bedraagt 12,39 EUR per |
Art. 10.De opleidingspremie-vervolmaking bedraagt 12,39 EUR per |
| opleidingsdag van minimum 8 uur. Deze premie wordt toegekend voor alle | opleidingsdag van minimum 8 uur. Deze premie wordt toegekend voor alle |
| dagen aanwezigheid. | dagen aanwezigheid. |
| Zij wordt onmiddellijk na het gunstig beëindigen van het volledige | Zij wordt onmiddellijk na het gunstig beëindigen van het volledige |
| opleidingspakket uitbetaald aan de bouwvakarbeiders, bedoeld in | opleidingspakket uitbetaald aan de bouwvakarbeiders, bedoeld in |
| artikel 9. Zij moeten hun aanvraag staven met een kopie van hun C.3.2. | artikel 9. Zij moeten hun aanvraag staven met een kopie van hun C.3.2. |
| formulier waaruit blijkt dat zij op het ogenblik van het volgen van de | formulier waaruit blijkt dat zij op het ogenblik van het volgen van de |
| vervolmakingsopleiding effectief het statuut hadden van tijdelijk | vervolmakingsopleiding effectief het statuut hadden van tijdelijk |
| werkloze bouwvakker. | werkloze bouwvakker. |
| Afdeling 3. - Opleidingspremie voor zaterdagopleiding en | Afdeling 3. - Opleidingspremie voor zaterdagopleiding en |
| opleidingspremie voor avondopleiding | opleidingspremie voor avondopleiding |
Art. 11.Onder zaterdagopleiding en avondopleiding verstaat men de |
Art. 11.Onder zaterdagopleiding en avondopleiding verstaat men de |
| vervolmakingsopleidingen-bouw die op zaterdag of 's avonds door de | vervolmakingsopleidingen-bouw die op zaterdag of 's avonds door de |
| VDAB, Bruxelles-Formation, de FOREm of het Arbeitsamt in samenwerking | VDAB, Bruxelles-Formation, de FOREm of het Arbeitsamt in samenwerking |
| met het FVB, of door opleidingscentra erkend door het FVB, worden | met het FVB, of door opleidingscentra erkend door het FVB, worden |
| verstrekt aan bouwvakarbeiders die worden tewerkgesteld in artikel 1 | verstrekt aan bouwvakarbeiders die worden tewerkgesteld in artikel 1 |
| bedoelde ondernemingen. | bedoelde ondernemingen. |
| De bij lid 1 bedoelde vervolmakingsopleidingen moeten betrekking | De bij lid 1 bedoelde vervolmakingsopleidingen moeten betrekking |
| hebben op de activiteiten die de betrokken arbeiders uitoefenen of die | hebben op de activiteiten die de betrokken arbeiders uitoefenen of die |
| ze zouden kunnen uitoefenen in de onderneming die hen te werk stelt. | ze zouden kunnen uitoefenen in de onderneming die hen te werk stelt. |
Art. 12.Het FVB kent aan bouwvakarbeiders, die een in artikel 11 |
Art. 12.Het FVB kent aan bouwvakarbeiders, die een in artikel 11 |
| bedoelde zaterdagopleiding volledig hebben gevolgd en gunstig hebben | bedoelde zaterdagopleiding volledig hebben gevolgd en gunstig hebben |
| beëindigd, een opleidingspremie voor zaterdagopleiding toe van 74,37 | beëindigd, een opleidingspremie voor zaterdagopleiding toe van 74,37 |
| EUR/per opleidingsdag van minimum 8 uur. | EUR/per opleidingsdag van minimum 8 uur. |
| Deze premie wordt toegekend voor alle aanwezigheden op de gunstig | Deze premie wordt toegekend voor alle aanwezigheden op de gunstig |
| beëindigde opleidingsmodule-zaterdagopleiding. | beëindigde opleidingsmodule-zaterdagopleiding. |
Art. 13.Het FVB kent aan bouwvakarbeiders, die een in artikel 11 |
Art. 13.Het FVB kent aan bouwvakarbeiders, die een in artikel 11 |
| bedoelde avondopleiding volledig hebben gevolgd en gunstig hebben | bedoelde avondopleiding volledig hebben gevolgd en gunstig hebben |
| beëindigd, een opleidingspremie voor avondopleiding toe van 24,79 EUR | beëindigd, een opleidingspremie voor avondopleiding toe van 24,79 EUR |
| per effectief gevolgde opleidingsavond van minimum 4 uur. | per effectief gevolgde opleidingsavond van minimum 4 uur. |
| Deze premie wordt toegekend voor alle aanwezigheden op de gunstig | Deze premie wordt toegekend voor alle aanwezigheden op de gunstig |
| beëindigde opleidingsmodule-avondopleiding. | beëindigde opleidingsmodule-avondopleiding. |
Art. 14.De opleidingspremie voor zaterdagopleiding en de |
Art. 14.De opleidingspremie voor zaterdagopleiding en de |
| opleidingspremie voor avondopleiding worden onmiddellijk uitbetaald na | opleidingspremie voor avondopleiding worden onmiddellijk uitbetaald na |
| het gunstig beëindigen van het volledige opleidingspakket aan de | het gunstig beëindigen van het volledige opleidingspakket aan de |
| bouwvakarbeiders, bedoeld in de artikelen 12 en 13. | bouwvakarbeiders, bedoeld in de artikelen 12 en 13. |
| De raad van bestuur van het "Fonds voor vakopleiding in de | De raad van bestuur van het "Fonds voor vakopleiding in de |
| bouwnijverheid" bepaalt de regels voor de indiening van de aanvraag | bouwnijverheid" bepaalt de regels voor de indiening van de aanvraag |
| van de premie evenals de eventueel bij deze aanvraag te voegen | van de premie evenals de eventueel bij deze aanvraag te voegen |
| documenten. | documenten. |
Art. 15.De raad van beheer van het FVB kan in functie van de |
Art. 15.De raad van beheer van het FVB kan in functie van de |
| moeilijkheidsgraad van sommige vervolmakingscursussen beslissen de | moeilijkheidsgraad van sommige vervolmakingscursussen beslissen de |
| tegemoetkomingen voor zaterdag- en avondopleidingen, zoals bepaald in | tegemoetkomingen voor zaterdag- en avondopleidingen, zoals bepaald in |
| de artikelen 12 en 13, pro rata toe te passen. | de artikelen 12 en 13, pro rata toe te passen. |
| Deze raad kan eveneens beslissen de betaling van de bij de artikelen | Deze raad kan eveneens beslissen de betaling van de bij de artikelen |
| 12 en 13 bedoelde premies te beperken tot een door haar vast te | 12 en 13 bedoelde premies te beperken tot een door haar vast te |
| stellen grensbedrag dat per jaar en per bij artikel 11 bedoelde | stellen grensbedrag dat per jaar en per bij artikel 11 bedoelde |
| arbeider wordt vastgesteld. | arbeider wordt vastgesteld. |
| HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen |
Art. 16.De bijzondere gevallen die niet op grond van de bepalingen |
Art. 16.De bijzondere gevallen die niet op grond van de bepalingen |
| van deze collectieve arbeidsovereenkomst kunnen worden opgelost, | van deze collectieve arbeidsovereenkomst kunnen worden opgelost, |
| worden door de meest gerede partij voorgelegd aan de raad van beheer | worden door de meest gerede partij voorgelegd aan de raad van beheer |
| van het FVB. | van het FVB. |
Art. 17.De raad van beheer van het FVB zal een permanente evaluatie |
Art. 17.De raad van beheer van het FVB zal een permanente evaluatie |
| en een jaarlijks rapport opmaken van de weerslag van de | en een jaarlijks rapport opmaken van de weerslag van de |
| tegemoetkomingen bedoeld in deze overeenkomst, met als vooropgestelde | tegemoetkomingen bedoeld in deze overeenkomst, met als vooropgestelde |
| doelstelling, een grotere en blijvende tewerkstelling in de | doelstelling, een grotere en blijvende tewerkstelling in de |
| bouwsector. De raad van beheer maakt dit jaarlijkse rapport over aan | bouwsector. De raad van beheer maakt dit jaarlijkse rapport over aan |
| het Paritair Leercomité-bouw dat hierover de gepaste conclusies zal | het Paritair Leercomité-bouw dat hierover de gepaste conclusies zal |
| trekken om alsnog de beoogde hogervermelde doelstelling te bereiken. | trekken om alsnog de beoogde hogervermelde doelstelling te bereiken. |
Art. 18.Het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het |
Art. 18.Het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het |
| bouwbedrijf" wordt belast met de administratieve, boekhoudkundige en | bouwbedrijf" wordt belast met de administratieve, boekhoudkundige en |
| financiële controles van de verrichtingen die voortspruiten uit de | financiële controles van de verrichtingen die voortspruiten uit de |
| aanpassing van deze overeenkomst. | aanpassing van deze overeenkomst. |
Art. 19.Het voordeel bedoeld in artikel 3 van de collectieve |
Art. 19.Het voordeel bedoeld in artikel 3 van de collectieve |
| arbeidsovereenkomst van 29 maart 1984 betreffende de toekenning door | arbeidsovereenkomst van 29 maart 1984 betreffende de toekenning door |
| het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het | het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het |
| bouwbedrijf" van zekere voordelen aan werklieden die een door de | bouwbedrijf" van zekere voordelen aan werklieden die een door de |
| Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening georganiseerde volledige cyclus | Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening georganiseerde volledige cyclus |
| voor versnelde beroepsopleiding hebben gevolgd met het oog op het | voor versnelde beroepsopleiding hebben gevolgd met het oog op het |
| aanleren van een bouwvak, zoals gewijzigd door de collectieve | aanleren van een bouwvak, zoals gewijzigd door de collectieve |
| arbeidsovereenkomst van 3 oktober 1991, wordt niet meer toegekend aan | arbeidsovereenkomst van 3 oktober 1991, wordt niet meer toegekend aan |
| de arbeiders die vanaf 1 januari 1993 één van de opleidingen aanvingen | de arbeiders die vanaf 1 januari 1993 één van de opleidingen aanvingen |
| die in de huidige collectieve arbeidsovereenkomst zijn bedoeld. | die in de huidige collectieve arbeidsovereenkomst zijn bedoeld. |
Art. 20.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een |
Art. 20.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een |
| bepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 juli 2001 en houdt op van | bepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 juli 2001 en houdt op van |
| kracht te zijn op 31 december 2002. | kracht te zijn op 31 december 2002. |
Art. 21.In afwijking op artikel 20, zijn de bedragen die in deze |
Art. 21.In afwijking op artikel 20, zijn de bedragen die in deze |
| collectieve arbeidsovereenkomst zijn uitgedrukt in euro geldig vanaf 1 | collectieve arbeidsovereenkomst zijn uitgedrukt in euro geldig vanaf 1 |
| januari 2002. | januari 2002. |
| Voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2001, gelden | Voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2001, gelden |
| in plaats van de bedragen uitgedrukt in euro, de bedragen uitgedrukt | in plaats van de bedragen uitgedrukt in euro, de bedragen uitgedrukt |
| in Belgische frank, overeenkomst de volgende tabel : | in Belgische frank, overeenkomst de volgende tabel : |
| Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december |
| 2005. | 2005. |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| P. VANVELTHOVEN | P. VANVELTHOVEN |