Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 13/06/1999
← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 27, 79, 80, 83 en 137 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering "
Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 27, 79, 80, 83 en 137 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 27, 79, 80, 83 en 137 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID
13 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 27, 13 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 27,
79, 80, 83 en 137 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 79, 80, 83 en 137 van het koninklijk besluit van 25 november 1991
houdende de werkloosheidsreglementering (1) houdende de werkloosheidsreglementering (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de
maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7,
gewijzigd bij de wetten van 14 juli 1951, 14 februari 1961, 16 april gewijzigd bij de wetten van 14 juli 1951, 14 februari 1961, 16 april
1963, 11 januari 1967, 10 oktober 1967, de koninklijke besluiten nr. 1963, 11 januari 1967, 10 oktober 1967, de koninklijke besluiten nr.
13 van 11 oktober 1978 en nr. 28 van 24 maart 1982, de wetten van 22 13 van 11 oktober 1978 en nr. 28 van 24 maart 1982, de wetten van 22
januari 1985, 30 december 1988, 26 juni 1992 en 30 maart 1994, het januari 1985, 30 december 1988, 26 juni 1992 en 30 maart 1994, het
koninklijk besluit van 14 november 1996 en de wetten van 13 maart 1997 koninklijk besluit van 14 november 1996 en de wetten van 13 maart 1997
en 13 februari 1998, en artikel 8, ingevoegd bij de wet van 30 maart en 13 februari 1998, en artikel 8, ingevoegd bij de wet van 30 maart
1994 en gewijzigd bij de wetten van 13 februari 1998 en 7 april 1999; 1994 en gewijzigd bij de wetten van 13 februari 1998 en 7 april 1999;
Gelet op de wet van 7 april 1999 betreffende de Gelet op de wet van 7 april 1999 betreffende de
PWA-arbeidsovereenkomst; PWA-arbeidsovereenkomst;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de
werkloosheidsreglementering, inzonderheid op de artikelen 27, werkloosheidsreglementering, inzonderheid op de artikelen 27,
gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 29 juni 1992, 21 december gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 29 juni 1992, 21 december
1992 en 12 augustus 1994, 79, vervangen bij het koninklijk besluit van 1992 en 12 augustus 1994, 79, vervangen bij het koninklijk besluit van
28 november 1996, en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 12 28 november 1996, en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 12
augustus 1994, 30 maart 1995, 7 april 1995, 22 november 1995, 26 maart augustus 1994, 30 maart 1995, 7 april 1995, 22 november 1995, 26 maart
1996, 13 december 1996, 25 juni 1997, 16 juli 1997, 23 september 1998 1996, 13 december 1996, 25 juni 1997, 16 juli 1997, 23 september 1998
en 26 maart 1999, 80, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 en 26 maart 1999, 80, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22
juni 1992, 25 mei 1993, 22 november 1995 en 26 maart 1996, 83, § 1, juni 1992, 25 mei 1993, 22 november 1995 en 26 maart 1996, 83, § 1,
tweede lid, vervangen bij het koninklijk besluit van 28 november 1996 tweede lid, vervangen bij het koninklijk besluit van 28 november 1996
en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 december 1992 en 22 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 december 1992 en 22
november 1995, en 137, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 november 1995, en 137, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11
januari 1993, 25 mei 1993, 22 november 1995, 22 december 1995, 9 juni januari 1993, 25 mei 1993, 22 november 1995, 22 december 1995, 9 juni
1997 en 8 augustus 1997; 1997 en 8 augustus 1997;
Gelet op het advies van het beheerscomité van de Rijksdienst voor Gelet op het advies van het beheerscomité van de Rijksdienst voor
arbeidsvoorziening, gegeven op 15 april 1999; arbeidsvoorziening, gegeven op 15 april 1999;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26
april 1999; april 1999;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat
de Regering, onder meer op vraag van de werknemersorganisaties, zich de Regering, onder meer op vraag van de werknemersorganisaties, zich
ertoe verbonden heeft, in haar algemene politieke verklaring ter ertoe verbonden heeft, in haar algemene politieke verklaring ter
gelegenheid van de opening van het parlementair jaar 1997-1998, op 7 gelegenheid van de opening van het parlementair jaar 1997-1998, op 7
oktober 1997, om het statuut van de personen die werken in het stelsel oktober 1997, om het statuut van de personen die werken in het stelsel
van de plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen te verbeteren wat van de plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen te verbeteren wat
betreft het arbeidsrecht door het afsluiten van een betreft het arbeidsrecht door het afsluiten van een
arbeidsovereenkomst; dat terzake een wetsontwerp voorbereid, en voor arbeidsovereenkomst; dat terzake een wetsontwerp voorbereid, en voor
dringend advies voorgelegd werd, aan de Nationale Arbeidsraad op 6 dringend advies voorgelegd werd, aan de Nationale Arbeidsraad op 6
maart 1998; dat dit advies gegeven werd op 16 juni 1998; dat de maart 1998; dat dit advies gegeven werd op 16 juni 1998; dat de
Regering ondertussen dit ontwerp opgenomen heeft in het Belgisch Regering ondertussen dit ontwerp opgenomen heeft in het Belgisch
actieplan voor de werkgelegenheid 1998 opgesteld op basis van de actieplan voor de werkgelegenheid 1998 opgesteld op basis van de
Europese richtsnoeren inzake tewerkstelling 1998, hetwelk eind april Europese richtsnoeren inzake tewerkstelling 1998, hetwelk eind april
1998 ingediend werd bij de Europese Commissie; dat de Regering op 1998 ingediend werd bij de Europese Commissie; dat de Regering op
basis van een unaniem advies van de Nationale Arbeidsraad een basis van een unaniem advies van de Nationale Arbeidsraad een
aangepast ontwerp goedgekeurd heeft in de Ministerraad van 3 juli aangepast ontwerp goedgekeurd heeft in de Ministerraad van 3 juli
1998; dat over dit ontwerp het advies van de Raad van State gevraagd 1998; dat over dit ontwerp het advies van de Raad van State gevraagd
werd op 9 juli 1998 in toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van werd op 9 juli 1998 in toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van
de gecoöordineerde wetten op de Raad van State; dat dit advies gegeven de gecoöordineerde wetten op de Raad van State; dat dit advies gegeven
werd op 7 januari 1999 en overgemaakt werd op 11 februari 1999; dat de werd op 7 januari 1999 en overgemaakt werd op 11 februari 1999; dat de
Regering ondertussen haar engagement tegenover het Parlement opnieuw Regering ondertussen haar engagement tegenover het Parlement opnieuw
bevestigd heeft in haar algemene politieke verklaring 1998-99 van 13 bevestigd heeft in haar algemene politieke verklaring 1998-99 van 13
oktober 1998 ter gelegenheid van de opening van de parlementaire oktober 1998 ter gelegenheid van de opening van de parlementaire
zittijd 1998-99; dat het wetsontwerp, aangepast volgens het advies van zittijd 1998-99; dat het wetsontwerp, aangepast volgens het advies van
de Raad van State voorgelegd werd aan de Kamer van de Raad van State voorgelegd werd aan de Kamer van
Volksvertegenwoordigers op 24 februari 1999; dat dit wetsontwerp het Volksvertegenwoordigers op 24 februari 1999; dat dit wetsontwerp het
voorwerp heeft uitgemaakt van een dringende behandeling in toepassing voorwerp heeft uitgemaakt van een dringende behandeling in toepassing
van artikel 80 van de Grondwet; dat de hoogdringendheid van deze van artikel 80 van de Grondwet; dat de hoogdringendheid van deze
hervorming ook blijkt uit de parlementaire besprekingen; dat de wet hervorming ook blijkt uit de parlementaire besprekingen; dat de wet
betreffende de PWA-arbeidsovereenkomst houdende de definitieve tekst betreffende de PWA-arbeidsovereenkomst houdende de definitieve tekst
van dit ontwerp afgekondigd werd op 7 april 1999 en in het Belgisch van dit ontwerp afgekondigd werd op 7 april 1999 en in het Belgisch
Staatsblad gepubliceerd werd op 20 april 1999; dat ondertussen de Staatsblad gepubliceerd werd op 20 april 1999; dat ondertussen de
uitvoeringsbesluiten voorbereid werden; dat sommige van deze besluiten uitvoeringsbesluiten voorbereid werden; dat sommige van deze besluiten
voorgelegd werden voor dringend advies aan het beheerscomité van de voorgelegd werden voor dringend advies aan het beheerscomité van de
Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening; dat dit advies gevraagd werd op 2 Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening; dat dit advies gevraagd werd op 2
april 1999, verleend werd op 15 april 1999 en medegedeeld werd op 22 april 1999, verleend werd op 15 april 1999 en medegedeeld werd op 22
april 1999; dat eveneens een ontwerp van besluit voor dringend advies april 1999; dat eveneens een ontwerp van besluit voor dringend advies
voorgelegd werd aan de Nationale Arbeidsraad op 2 april 1999 en dat voorgelegd werd aan de Nationale Arbeidsraad op 2 april 1999 en dat
dit advies verleend werd op 27 april 1999; dat sommige ontwerpen, dit advies verleend werd op 27 april 1999; dat sommige ontwerpen,
aangepast volgens de voormelde adviezen goedgekeurd werden door de aangepast volgens de voormelde adviezen goedgekeurd werden door de
Ministerraad van 30 april 1999; dat het advies van de Raad van State Ministerraad van 30 april 1999; dat het advies van de Raad van State
gevraagd werd op 4 mei 1999 in toepassing van artikel 84, eerste lid, gevraagd werd op 4 mei 1999 in toepassing van artikel 84, eerste lid,
2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; dat deze wet 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; dat deze wet
van 7 april 1999 en de ontwerpen van besluiten die tot doel hebben het van 7 april 1999 en de ontwerpen van besluiten die tot doel hebben het
statuut van degenen die prestaties leveren in het stelsel van de statuut van degenen die prestaties leveren in het stelsel van de
plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen te verbeteren en te plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen te verbeteren en te
valoriseren, een hervorming betreffen in het kader van de valoriseren, een hervorming betreffen in het kader van de
werkgelegenheidspolitiek die als prioritair beschouwd wordt door de werkgelegenheidspolitiek die als prioritair beschouwd wordt door de
Regering en het Parlement; dat deze hervorming in het bijzonder de Regering en het Parlement; dat deze hervorming in het bijzonder de
herinschakeling van langdurige werklozen dient te bevorderen; dat in herinschakeling van langdurige werklozen dient te bevorderen; dat in
de huidige stand van de legislatuur en gezien de tijd die vereist was de huidige stand van de legislatuur en gezien de tijd die vereist was
voor de voormelde voorafgaande en verplichte raadplegingen, de enige voor de voormelde voorafgaande en verplichte raadplegingen, de enige
mogelijkheid voor de Regering om haar engagement ten overstaan van het mogelijkheid voor de Regering om haar engagement ten overstaan van het
Parlement en de Europese instanties te houden er in bestaat de nodige Parlement en de Europese instanties te houden er in bestaat de nodige
besluiten ter uitvoering van de beslissing van het Parlement binnen de besluiten ter uitvoering van de beslissing van het Parlement binnen de
kortst mogelijke tijd te nemen en dus een beroep te doen op het advies kortst mogelijke tijd te nemen en dus een beroep te doen op het advies
van de Raad van State met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de Raad van State met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°,
van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; dat deze nieuwe van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; dat deze nieuwe
bepalingen eveneens de bedoeling hebben de rechtszekerheid binnen het bepalingen eveneens de bedoeling hebben de rechtszekerheid binnen het
kader van het PWA-stelsel te verhogen door de precisering van de kader van het PWA-stelsel te verhogen door de precisering van de
respectievelijke rechten en verplichtingen van de werkgever, de respectievelijke rechten en verplichtingen van de werkgever, de
werknemer en de gebruiker; dat het tenslotte aangewezen is deze nieuwe werknemer en de gebruiker; dat het tenslotte aangewezen is deze nieuwe
bepalingen zo spoedig mogelijk ter kennis te brengen van de bepalingen zo spoedig mogelijk ter kennis te brengen van de
administraties belast met de uitvoering ervan opdat deze hervorming administraties belast met de uitvoering ervan opdat deze hervorming
binnen de kortste termijn en onder de beste voorwaarden in werking zou binnen de kortste termijn en onder de beste voorwaarden in werking zou
kunnen treden; dat daartoe een belangrijk voorbereidend werk dient kunnen treden; dat daartoe een belangrijk voorbereidend werk dient
geleverd, onder meer rekening houdend met de noodzakelijke termijnen geleverd, onder meer rekening houdend met de noodzakelijke termijnen
voor het opstellen en verdelen van de nieuwe documenten en voor het opstellen en verdelen van de nieuwe documenten en
formulieren, voor het informeren van de PWA's in alle gemeenten en formulieren, voor het informeren van de PWA's in alle gemeenten en
voor de vorming van meerdere honderden personeelsleden, dat eveneens voor de vorming van meerdere honderden personeelsleden, dat eveneens
rekening dient gehouden met de periode van de zomervakantie; dat rekening dient gehouden met de periode van de zomervakantie; dat
rekening gehouden met al deze elementen de datum van inwerkingtreding rekening gehouden met al deze elementen de datum van inwerkingtreding
vastgesteld werd op 1 oktober 1999; vastgesteld werd op 1 oktober 1999;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 27 mei 1999, met Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 27 mei 1999, met
toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde
wetten op de Raad van State; wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 27, 4°, van het koninklijk besluit van 25 november

Artikel 1.Artikel 27, 4°, van het koninklijk besluit van 25 november

1991 houdende de werkloosheidsreglementering wordt vervangen door de 1991 houdende de werkloosheidsreglementering wordt vervangen door de
volgende bepaling : volgende bepaling :
« 4° uitkering : de werkloosheidsuitkering, de bijzondere « 4° uitkering : de werkloosheidsuitkering, de bijzondere
werkloosheidsuitkering voor de minder-valide, de wachtuitkering, de werkloosheidsuitkering voor de minder-valide, de wachtuitkering, de
overbruggingsuitkering, de PWA-inkomensgarantie-uitkering en de andere overbruggingsuitkering, de PWA-inkomensgarantie-uitkering en de andere
uitkeringen bedoeld in hoofdstuk IV, afdeling 3; ». uitkeringen bedoeld in hoofdstuk IV, afdeling 3; ».

Art. 2.In artikel 79 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

Art. 2.In artikel 79 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

koninklijk besluit van 28 november 1996 en gewijzigd bij de koninklijk besluit van 28 november 1996 en gewijzigd bij de
koninklijke besluiten van 12 augustus 1994, 30 maart 1995, 7 april koninklijke besluiten van 12 augustus 1994, 30 maart 1995, 7 april
1995, 22 november 1995, 26 maart 1996, 13 december 1996, 25 juni 1997, 1995, 22 november 1995, 26 maart 1996, 13 december 1996, 25 juni 1997,
16 juli 1997, 23 september 1998 en 26 maart 1999, worden de volgende 16 juli 1997, 23 september 1998 en 26 maart 1999, worden de volgende
wijzigingen aangebracht : wijzigingen aangebracht :
A) § 2 wordt vervangen door de volgende bepaling : A) § 2 wordt vervangen door de volgende bepaling :
« § 2. De kandidaat-gebruiker omschrijft de te verrichten activiteit « § 2. De kandidaat-gebruiker omschrijft de te verrichten activiteit
die men niet aantreft in de reguliere arbeidscircuits op een die men niet aantreft in de reguliere arbeidscircuits op een
gebruikersformulier dat uitgereikt wordt door het plaatselijk gebruikersformulier dat uitgereikt wordt door het plaatselijk
werkgelegenheidsagentschap bevoegd voor de gemeente waar de activiteit werkgelegenheidsagentschap bevoegd voor de gemeente waar de activiteit
zal uitgeoefend worden. zal uitgeoefend worden.
Hij biedt het ingevulde gebruikersformulier ter validering aan bij het Hij biedt het ingevulde gebruikersformulier ter validering aan bij het
agentschap bedoeld in het vorig lid en betaalt desgevallend het door agentschap bedoeld in het vorig lid en betaalt desgevallend het door
het agentschap vastgestelde inschrijvingsrecht tot dekking van de het agentschap vastgestelde inschrijvingsrecht tot dekking van de
administratiekosten van het agentschap. administratiekosten van het agentschap.
Het agentschap valideert het gebruikersformulier voor een duurtijd van Het agentschap valideert het gebruikersformulier voor een duurtijd van
ten hoogste één jaar indien overeenkomstig de bepalingen van § 7 en ten hoogste één jaar indien overeenkomstig de bepalingen van § 7 en
van artikel 79bis, § 3, de aangegeven activiteit verricht mag worden van artikel 79bis, § 3, de aangegeven activiteit verricht mag worden
en bezorgt één exemplaar aan de gebruiker. Het tweede exemplaar wordt en bezorgt één exemplaar aan de gebruiker. Het tweede exemplaar wordt
door het agentschap behouden en is ter beschikking van de Rijksdienst. door het agentschap behouden en is ter beschikking van de Rijksdienst.
Het agentschap maakt de gegevens van het formulier over aan de Het agentschap maakt de gegevens van het formulier over aan de
uitgever van de PWA-cheques. uitgever van de PWA-cheques.
De gebruiker mag de activiteit slechts laten verrichten indien hij in De gebruiker mag de activiteit slechts laten verrichten indien hij in
het bezit is van een gevalideerd gebruikersformulier. »; het bezit is van een gevalideerd gebruikersformulier. »;
B) § 3 wordt vervangen door de volgende bepaling : B) § 3 wordt vervangen door de volgende bepaling :
« § 3. De gebruiker moet bij het beëindigen van de activiteit en in « § 3. De gebruiker moet bij het beëindigen van de activiteit en in
ieder geval vóór het einde van de kalendermaand, aan de PWA-werknemer ieder geval vóór het einde van de kalendermaand, aan de PWA-werknemer
voor elk begonnen arbeidsuur een PWA-cheque overhandigen. De voor elk begonnen arbeidsuur een PWA-cheque overhandigen. De
aanschafprijs van de PWA-cheque moet overeenstemmen met de door het aanschafprijs van de PWA-cheque moet overeenstemmen met de door het
plaatselijk werkgelegenheidsagentschap op het gebruikersformulier plaatselijk werkgelegenheidsagentschap op het gebruikersformulier
ingevulde aanschafprijs. ingevulde aanschafprijs.
De kandidaat-gebruiker die in het bezit is van een gevalideerd De kandidaat-gebruiker die in het bezit is van een gevalideerd
gebruikersformulier kan PWA-cheques, waarvan de aanschafprijs gebruikersformulier kan PWA-cheques, waarvan de aanschafprijs
overeenstemt met het bedrag van de verschuldigde aanschafprijs, overeenstemt met het bedrag van de verschuldigde aanschafprijs,
aankopen : aankopen :
1° bij de uitgever van de PWA-cheques; de bestelling bedraagt minstens 1° bij de uitgever van de PWA-cheques; de bestelling bedraagt minstens
tien cheques en de betaling geschiedt voorafgaandelijk; de cheques tien cheques en de betaling geschiedt voorafgaandelijk; de cheques
worden opgesteld op naam van de gebruiker; worden opgesteld op naam van de gebruiker;
2° bij het plaatselijk werkgelegeheidsagentschap; deze cheques zijn 2° bij het plaatselijk werkgelegeheidsagentschap; deze cheques zijn
naamloos en zij kunnen niet gebruikt worden voor activiteiten ten naamloos en zij kunnen niet gebruikt worden voor activiteiten ten
behoeve van de land- en tuinbouwsector. Indien de gebruiker een behoeve van de land- en tuinbouwsector. Indien de gebruiker een
rechtspersoon is kunnen deze cheques slechts gebruikt worden voor rechtspersoon is kunnen deze cheques slechts gebruikt worden voor
occasionele activiteiten. occasionele activiteiten.
De Minister bepaalt na advies van het beheerscomité : De Minister bepaalt na advies van het beheerscomité :
1° de periode gedurende dewelke de gebruiker bewijsstukken dient bij 1° de periode gedurende dewelke de gebruiker bewijsstukken dient bij
te houden; te houden;
2° de wijze waarop de uitgever van de PWA-cheques de gegevens 2° de wijze waarop de uitgever van de PWA-cheques de gegevens
overmaakt dienstig voor de toekenning van fiscale voordelen aan de overmaakt dienstig voor de toekenning van fiscale voordelen aan de
gebruiker. »; gebruiker. »;
C) in § 4 wordt het achtste lid vervangen door de volgende bepaling : C) in § 4 wordt het achtste lid vervangen door de volgende bepaling :
« Het agentschap bezorgt, vóór de aanvang van de prestaties, aan de « Het agentschap bezorgt, vóór de aanvang van de prestaties, aan de
werkloze die prestaties verricht in het kader van een plaatselijk werkloze die prestaties verricht in het kader van een plaatselijk
werkgelegenheidsagentschap, de PWA-arbeidsovereenkomst. »; werkgelegenheidsagentschap, de PWA-arbeidsovereenkomst. »;
D) § 4bis wordt aangevuld met het volgende lid : D) § 4bis wordt aangevuld met het volgende lid :
« De periode van vrijstelling van 6 maanden bedoeld in het eerste lid, « De periode van vrijstelling van 6 maanden bedoeld in het eerste lid,
kan op vraag van de werknemer verlengd worden met een aantal volledige kan op vraag van de werknemer verlengd worden met een aantal volledige
kalendermaanden gelijk aan het aantal maanden dat bekomen wordt door kalendermaanden gelijk aan het aantal maanden dat bekomen wordt door
samenvoeging van de dagen waarvoor de werkloze een uitkering in samenvoeging van de dagen waarvoor de werkloze een uitkering in
toepassing van de wetgeving op de verplichte ziekte- en toepassing van de wetgeving op de verplichte ziekte- en
invaliditeitsverzekering ontving. Hierbij wordt evenwel slechts invaliditeitsverzekering ontving. Hierbij wordt evenwel slechts
rekening gehouden met ziekteperiodes die gelegen zijn in de periode rekening gehouden met ziekteperiodes die gelegen zijn in de periode
van vrijstelling of die daar aansluitend op volgen. »; van vrijstelling of die daar aansluitend op volgen. »;
E) § 6 wordt vervangen door de volgende bepaling : E) § 6 wordt vervangen door de volgende bepaling :
« § 6. De Minister kan, in noodsituaties en omwille van het algemeen « § 6. De Minister kan, in noodsituaties en omwille van het algemeen
belang, afwijkingen voorzien op de voorwaarden inzake de belang, afwijkingen voorzien op de voorwaarden inzake de
werkloosheidsduur bepaald in § 4. »; werkloosheidsduur bepaald in § 4. »;
F) in § 7 wordt het derde lid opgeheven; F) in § 7 wordt het derde lid opgeheven;
G) § 8 wordt vervangen door de volgende bepaling : G) § 8 wordt vervangen door de volgende bepaling :
« § 8. In afwijking van artikel 44 en onverminderd de bepalingen van « § 8. In afwijking van artikel 44 en onverminderd de bepalingen van
dit besluit, kan de PWA-werknemer voor de inactiviteitsuren aanspraak dit besluit, kan de PWA-werknemer voor de inactiviteitsuren aanspraak
maken op een PWA-inkomensgarantie-uitkering die overeenstemt met de maken op een PWA-inkomensgarantie-uitkering die overeenstemt met de
uitkering waarop hij in toepassing van dit besluit recht heeft voor de uitkering waarop hij in toepassing van dit besluit recht heeft voor de
beschouwde maand, verminderd met 100 F per niet-ontwaarde PWA-cheque beschouwde maand, verminderd met 100 F per niet-ontwaarde PWA-cheque
waarop hij aanspraak kan maken voor de beschouwde maand. De eventueel waarop hij aanspraak kan maken voor de beschouwde maand. De eventueel
aan de PWA-werknemer betaalde vergoeding om zijn reële aan de PWA-werknemer betaalde vergoeding om zijn reële
verplaatsingskosten te dekken wordt niet als loon beschouwd. verplaatsingskosten te dekken wordt niet als loon beschouwd.
De PWA-werknemer bezorgt zijn PWA-cheques aan zijn De PWA-werknemer bezorgt zijn PWA-cheques aan zijn
uitbetalingsinstelling samen met zijn controlekaart voor de beschouwde uitbetalingsinstelling samen met zijn controlekaart voor de beschouwde
maand. De uitbetalingsinstelling moet de PWA-cheques die ingediend maand. De uitbetalingsinstelling moet de PWA-cheques die ingediend
worden door een werknemer die niet voldoet aan de vereisten van § 4 of worden door een werknemer die niet voldoet aan de vereisten van § 4 of
die betrekking hebben op activiteitsuren die de in § 6 voorziene die betrekking hebben op activiteitsuren die de in § 6 voorziene
grenzen overschrijden ontwaarden en terug overmaken aan de werknemer. grenzen overschrijden ontwaarden en terug overmaken aan de werknemer.
De PWA-werknemer heeft per niet-ontwaarde PWA-cheque recht op 250 F. De PWA-werknemer heeft per niet-ontwaarde PWA-cheque recht op 250 F.
De betaling geschiedt door de uitbetalingsinstelling. Die betaalt een De betaling geschiedt door de uitbetalingsinstelling. Die betaalt een
bedrag van 150 F per PWA-cheque die de werknemer bij haar heeft bedrag van 150 F per PWA-cheque die de werknemer bij haar heeft
ingediend. De uitbetalingsinstelling vordert dit bedrag, te verhogen ingediend. De uitbetalingsinstelling vordert dit bedrag, te verhogen
met een bedrag tot dekking van haar administratiekosten, terug van de met een bedrag tot dekking van haar administratiekosten, terug van de
uitgever van de PWA-cheques. Het resterende bedrag wordt uitbetaald uitgever van de PWA-cheques. Het resterende bedrag wordt uitbetaald
tesamen met de PWA-inkomensgarantie-uitkering. tesamen met de PWA-inkomensgarantie-uitkering.
De Minister bepaalt, na advies van het beheerscomité, het voormelde De Minister bepaalt, na advies van het beheerscomité, het voormelde
bedrag tot dekking van de administratiekosten. bedrag tot dekking van de administratiekosten.
Voor de toepassing van de bepalingen van de artikelen 110 en 114, § 4, Voor de toepassing van de bepalingen van de artikelen 110 en 114, § 4,
derde lid, die betrekking hebben op het inkomen van de werkloze of van derde lid, die betrekking hebben op het inkomen van de werkloze of van
zijn gezinsleden, wordt abstractie gemaakt van het bedrag van de zijn gezinsleden, wordt abstractie gemaakt van het bedrag van de
PWA-cheques dat aan de PWA-werknemer betaald wordt en van de daaraan PWA-cheques dat aan de PWA-werknemer betaald wordt en van de daaraan
verbonden vermindering van de uitkering, zoals bedoeld in § 8. »; verbonden vermindering van de uitkering, zoals bedoeld in § 8. »;
H) § 9 wordt vervangen door de volgende bepaling : H) § 9 wordt vervangen door de volgende bepaling :
« § 9. Het bedrag dat resteert nadat van de aanschafprijs van de « § 9. Het bedrag dat resteert nadat van de aanschafprijs van de
PWA-cheques het bedrag van 150 F en het bedrag van de PWA-cheques het bedrag van 150 F en het bedrag van de
administratiekosten van de uitbetalingsinstelling in mindering werd administratiekosten van de uitbetalingsinstelling in mindering werd
gebracht, wordt door de uitgever van de PWA-cheques : gebracht, wordt door de uitgever van de PWA-cheques :
1° naar rato van 80 %, te verminderen met het bedrag tot dekking van 1° naar rato van 80 %, te verminderen met het bedrag tot dekking van
de administratiekosten van de uitgever van de PWA-cheques met inbegrip de administratiekosten van de uitgever van de PWA-cheques met inbegrip
van de verzendingskosten, gestort aan de Rijksdienst; van de verzendingskosten, gestort aan de Rijksdienst;
2° naar rato van 20 % gestort aan het plaatselijk 2° naar rato van 20 % gestort aan het plaatselijk
werkgelegenheidsagentschap, bevoegd voor de gemeente waar de werkgelegenheidsagentschap, bevoegd voor de gemeente waar de
activiteit werd uitgeoefend. Het agentschap wendt deze middelen aan activiteit werd uitgeoefend. Het agentschap wendt deze middelen aan
voor het dekken van zijn administratiekosten, voor de terugbetaling voor het dekken van zijn administratiekosten, voor de terugbetaling
van de verplaatsingskosten van de PWA-werknemers en voor het van de verplaatsingskosten van de PWA-werknemers en voor het
financieren van plaatselijke werkgelegenheidsinitiatieven, met financieren van plaatselijke werkgelegenheidsinitiatieven, met
inbegrip van de opleidingen. Minstens één vierde van deze middelen inbegrip van de opleidingen. Minstens één vierde van deze middelen
dienen aangewend te worden voor de financiering van opleidingen ten dienen aangewend te worden voor de financiering van opleidingen ten
behoeve van de werklozen ingeschreven in het agentschap. behoeve van de werklozen ingeschreven in het agentschap.
Het agentschap moet, indien de verplaatsing ten minste 5 km bedraagt, Het agentschap moet, indien de verplaatsing ten minste 5 km bedraagt,
met behulp van de middelen voorzien in het voorafgaande lid, met behulp van de middelen voorzien in het voorafgaande lid,
tussenkomen in de verplaatsingskosten van de PWA-werknemers die hun tussenkomen in de verplaatsingskosten van de PWA-werknemers die hun
verblijfplaats hebben in het ambtsgebied van het agentschap en die verblijfplaats hebben in het ambtsgebied van het agentschap en die
tewerkgesteld zijn in dit ambtsgebied, behalve indien het deze tewerkgesteld zijn in dit ambtsgebied, behalve indien het deze
verplichting oplegt aan de gebruiker. »; verplichting oplegt aan de gebruiker. »;
I) § 10 wordt vervangen door de volgende bepaling : I) § 10 wordt vervangen door de volgende bepaling :
« § 10. De PWA-werknemer wordt verzekerd tegen arbeidsongevallen. « § 10. De PWA-werknemer wordt verzekerd tegen arbeidsongevallen.
De Rijksdienst sluit, bij een erkende verzekeringsmaatschappij met De Rijksdienst sluit, bij een erkende verzekeringsmaatschappij met
vaste premies of bij een erkende gemeenschappelijke verzekeringskas, vaste premies of bij een erkende gemeenschappelijke verzekeringskas,
een polis af die deze PWA-werknemer gelijkaardige voordelen waarborgt een polis af die deze PWA-werknemer gelijkaardige voordelen waarborgt
als deze die ten laste vallen van de verzekeraar door de wet van 10 als deze die ten laste vallen van de verzekeraar door de wet van 10
april 1971 op de arbeidsongevallen. april 1971 op de arbeidsongevallen.
In geval van tijdelijke arbeidsongeschiktheid ten gevolge van een In geval van tijdelijke arbeidsongeschiktheid ten gevolge van een
ongeval overkomen in het kader van een activiteit bedoeld in dit ongeval overkomen in het kader van een activiteit bedoeld in dit
artikel, geniet de werkloze, in afwijking van artikel 71 van artikel, geniet de werkloze, in afwijking van artikel 71 van
onderhavig besluit, vrijstelling van aanmelding ter gemeentelijke onderhavig besluit, vrijstelling van aanmelding ter gemeentelijke
controle en blijft hij, in afwijking van de artikelen 56, 58, 60, 61 controle en blijft hij, in afwijking van de artikelen 56, 58, 60, 61
en 62 van onderhavig besluit, gerechtigd op uitkeringen. en 62 van onderhavig besluit, gerechtigd op uitkeringen.
De verzekeringsmaatschappij betaalt in geval van tijdelijke De verzekeringsmaatschappij betaalt in geval van tijdelijke
arbeidsongeschiktheid, in afwijking van de artikelen 22 tot 23bis en arbeidsongeschiktheid, in afwijking van de artikelen 22 tot 23bis en
34 tot 39 van de voornoemde wet, per dag van ongeschiktheid met 34 tot 39 van de voornoemde wet, per dag van ongeschiktheid met
uitsluiting van de zondag : uitsluiting van de zondag :
1° aan de Rijksdienst, voor de werkloze gerechtigd op zes 1° aan de Rijksdienst, voor de werkloze gerechtigd op zes
daguitkeringen per week, een bedrag dat correspondeert met de daguitkeringen per week, een bedrag dat correspondeert met de
daguitkering waarop de werkloze de dag vóór het ongeval recht had, daguitkering waarop de werkloze de dag vóór het ongeval recht had,
gekoppeld aan het op de voormelde dag geldende indexcijfer; gekoppeld aan het op de voormelde dag geldende indexcijfer;
2° aan de Rijksdienst, voor de werkloze die als vrijwillig deeltijdse 2° aan de Rijksdienst, voor de werkloze die als vrijwillig deeltijdse
werknemer gerechtigd is op halve daguitkeringen, een bedrag dat werknemer gerechtigd is op halve daguitkeringen, een bedrag dat
correspondeert met de halve daguitkering waarop de werkloze de dag correspondeert met de halve daguitkering waarop de werkloze de dag
vóór het ongeval recht had, gekoppeld aan het op de voormelde dag vóór het ongeval recht had, gekoppeld aan het op de voormelde dag
geldende indexcijfer en vermenigvuldigd met 1/6e van het wekelijks geldende indexcijfer en vermenigvuldigd met 1/6e van het wekelijks
aantal halve uitkeringen; aantal halve uitkeringen;
3° aan de werkloze, een PWA-uikeringstoeslag van 150 F die toegekend 3° aan de werkloze, een PWA-uikeringstoeslag van 150 F die toegekend
wordt ter aanvulling van de uitkering bedoeld in het derde lid. wordt ter aanvulling van de uitkering bedoeld in het derde lid.
In geval van blijvende arbeidsongeschiktheid of overlijden betaalt de In geval van blijvende arbeidsongeschiktheid of overlijden betaalt de
verzekeringsmaatschappij aan de werkloze een bedrag dat, in afwijking verzekeringsmaatschappij aan de werkloze een bedrag dat, in afwijking
van de artikelen 34 tot 39 van de voornoemde wet, berekend wordt op van de artikelen 34 tot 39 van de voornoemde wet, berekend wordt op
een jaarlijks basisloon gelijk aan 13,85 maal het bedrag van het een jaarlijks basisloon gelijk aan 13,85 maal het bedrag van het
gemiddeld minimum maandinkomen gewaarborgd aan de werknemers die 21 gemiddeld minimum maandinkomen gewaarborgd aan de werknemers die 21
jaar oud zijn en geen anciënniteit hebben in de onderneming die hen jaar oud zijn en geen anciënniteit hebben in de onderneming die hen
tewerkstelt, bepaald bij collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten tewerkstelt, bepaald bij collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten
in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de waarborg van een gemiddeld in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de waarborg van een gemiddeld
minimum maandinkomen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk minimum maandinkomen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk
besluit. besluit.
De regeling inzake burgerlijke aansprakelijkheid voorzien in de De regeling inzake burgerlijke aansprakelijkheid voorzien in de
artikelen 46, 47 en 48 van de voormelde wet van 10 april 1971 is artikelen 46, 47 en 48 van de voormelde wet van 10 april 1971 is
toepasselijk op de in het eerste lid bedoelde ongevallen. Voor de toepasselijk op de in het eerste lid bedoelde ongevallen. Voor de
toepassing van deze artikelen worden zowel de gebruiker als het toepassing van deze artikelen worden zowel de gebruiker als het
plaatselijk werkgelegenheidsagentschap als werkgever aangemerkt. » plaatselijk werkgelegenheidsagentschap als werkgever aangemerkt. »

Art. 3.In artikel 80 van hetzelfde besluit wordt het 2°, gewijzigd

Art. 3.In artikel 80 van hetzelfde besluit wordt het 2°, gewijzigd

bij het koninklijk besluit van 26 maart 1996, aangevuld als volgt : bij het koninklijk besluit van 26 maart 1996, aangevuld als volgt :
« e) de uitkering bedoeld in artikel 79, § 8, voor zover het een « e) de uitkering bedoeld in artikel 79, § 8, voor zover het een
werkloze betreft die aanspraak zou kunnen maken op één van de in a) werkloze betreft die aanspraak zou kunnen maken op één van de in a)
tot d) bedoelde uitkeringen indien hij niet zou tewerkgesteld zijn in tot d) bedoelde uitkeringen indien hij niet zou tewerkgesteld zijn in
de PWA-regeling; ». de PWA-regeling; ».

Art. 4.Artikel 83, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen

Art. 4.Artikel 83, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen

bij het koninklijk besluit van 28 november 1996 en gewijzigd bij de bij het koninklijk besluit van 28 november 1996 en gewijzigd bij de
koninklijke besluiten van 21 december 1992 en 22 november 1995, wordt koninklijke besluiten van 21 december 1992 en 22 november 1995, wordt
vervangen door de volgende bepaling : vervangen door de volgende bepaling :
« De beslissing tot schorsing heeft uitwerking op : « De beslissing tot schorsing heeft uitwerking op :
1° de maandag volgend op de vervaldag van de overschrijding; 1° de maandag volgend op de vervaldag van de overschrijding;
2° de eerste dag van de zesde maand volgend op de vervaldag van de 2° de eerste dag van de zesde maand volgend op de vervaldag van de
overschrijding indien de werkloze deel nam aan een begeleidingsplan overschrijding indien de werkloze deel nam aan een begeleidingsplan
bedoeld in artikel 51, § 1, tweede lid, 5°, voor zover het bedoeld in artikel 51, § 1, tweede lid, 5°, voor zover het
begeleidingsplan niet werd stopgezet of niet mislukt is ten gevolge begeleidingsplan niet werd stopgezet of niet mislukt is ten gevolge
van een foutieve houding van de werkloze; van een foutieve houding van de werkloze;
3° de maandag volgend op de afgifte ter post van de brief waarbij de 3° de maandag volgend op de afgifte ter post van de brief waarbij de
beslissing ter kennis wordt gebracht van de werkloze, indien deze dag beslissing ter kennis wordt gebracht van de werkloze, indien deze dag
gelegen is na de in 1° of 2° vermelde dag. » gelegen is na de in 1° of 2° vermelde dag. »

Art. 5.Artikel 137, §1, 1° van hetzelfde besluit wordt vervangen door

Art. 5.Artikel 137, §1, 1° van hetzelfde besluit wordt vervangen door

de volgende bepaling : de volgende bepaling :
« 1° een "werkloosheidsbewijs", aan de werknemer wiens « 1° een "werkloosheidsbewijs", aan de werknemer wiens
arbeidsovereenkomst, niet bedoeld in artikel 79, § 4, een einde heeft arbeidsovereenkomst, niet bedoeld in artikel 79, § 4, een einde heeft
genomen, uiterlijk de laatste arbeidsdag; ». genomen, uiterlijk de laatste arbeidsdag; ».

Art. 6.Dit besluit treedt in werking op een door Ons bepaalde datum.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking op een door Ons bepaalde datum.

Art. 7.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de

Art. 7.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de

uitvoering van dit besluit. uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 juni 1999. Gegeven te Brussel, 13 juni 1999.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET Mevr. M. SMET
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad :
Besluitwet van 28 december 1944, Belgisch Staatsblad van 30 december Besluitwet van 28 december 1944, Belgisch Staatsblad van 30 december
1944; 1944;
Wet van 14 juli 1951, Belgisch Staatsblad van 16 december 1951; Wet van 14 juli 1951, Belgisch Staatsblad van 16 december 1951;
Wet van 14 februari 1961, Belgisch Staatsblad van 15 februari 1961; Wet van 14 februari 1961, Belgisch Staatsblad van 15 februari 1961;
Wet van 16 april 1963, Belgisch Staatsblad van 23 april 1963; Wet van 16 april 1963, Belgisch Staatsblad van 23 april 1963;
Wet van 11 januari 1967, Belgisch Staatsblad van 14 januari 1967; Wet van 11 januari 1967, Belgisch Staatsblad van 14 januari 1967;
Wet van 10 oktober 1967, Belgisch Staatsblad van 31 oktober 1967; Wet van 10 oktober 1967, Belgisch Staatsblad van 31 oktober 1967;
Koninklijk besluit nr. 13 van 11 oktober 1978, Belgisch Staatsblad van Koninklijk besluit nr. 13 van 11 oktober 1978, Belgisch Staatsblad van
31 oktober 1978; 31 oktober 1978;
Koninklijk besluit nr. 28 van 24 maart 1982, Belgisch Staatsblad van Koninklijk besluit nr. 28 van 24 maart 1982, Belgisch Staatsblad van
26 maart 1982; 26 maart 1982;
Wet van 22 januari 1985, Belgisch Staatsblad van 24 januari 1985; Wet van 22 januari 1985, Belgisch Staatsblad van 24 januari 1985;
Wet van 30 december 1988, Belgisch Staatsblad van 5 januari 1989; Wet van 30 december 1988, Belgisch Staatsblad van 5 januari 1989;
Wet van 26 juni 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juni 1992; Wet van 26 juni 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juni 1992;
Wet van 30 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 31 maart 1994; Wet van 30 maart 1994, Belgisch Staatsblad van 31 maart 1994;
Koninklijk besluit van 14 november 1996, Belgisch Staatsblad van 31 Koninklijk besluit van 14 november 1996, Belgisch Staatsblad van 31
december 1996; december 1996;
Wet van 13 maart 1997, Belgisch Staatsblad van 10 juni 1997; Wet van 13 maart 1997, Belgisch Staatsblad van 10 juni 1997;
Wet van 13 februari 1998, Belgisch Staatsblad van 19 februari 1998; Wet van 13 februari 1998, Belgisch Staatsblad van 19 februari 1998;
Wet van 7 april 1999, Belgisch Staatsblad van 20 april 1999; Wet van 7 april 1999, Belgisch Staatsblad van 20 april 1999;
Koninklijk besluit van 25 november 1991, Belgisch Staatsblad van 31 Koninklijk besluit van 25 november 1991, Belgisch Staatsblad van 31
december 1991; december 1991;
Koninklijk besluit van 22 juni 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juni Koninklijk besluit van 22 juni 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juni
1992; 1992;
Koninklijk besluit van 29 juni 1992 Belgisch Staatsblad van 8 juli Koninklijk besluit van 29 juni 1992 Belgisch Staatsblad van 8 juli
1992; 1992;
Koninklijk besluit van 21 december 1992, Belgisch Staatsblad van 30 Koninklijk besluit van 21 december 1992, Belgisch Staatsblad van 30
december 1992; december 1992;
Koninklijk besluit van 11 januari 1993, Belgisch Staatsblad van 21 Koninklijk besluit van 11 januari 1993, Belgisch Staatsblad van 21
januari 1993; januari 1993;
Koninklijk besluit van 25 mei 1993, Belgisch Staatsblad van 28 mei Koninklijk besluit van 25 mei 1993, Belgisch Staatsblad van 28 mei
1993; 1993;
Koninklijk besluit van 12 augustus 1994, Belgisch Staatsblad van 27 Koninklijk besluit van 12 augustus 1994, Belgisch Staatsblad van 27
augustus 1994; augustus 1994;
Koninklijk besluit van 30 maart 1995, Belgisch Staatsblad van 12 mei Koninklijk besluit van 30 maart 1995, Belgisch Staatsblad van 12 mei
1995; 1995;
Koninklijk besluit van 7 april 1995, Belgisch Staatsblad van 12 mei Koninklijk besluit van 7 april 1995, Belgisch Staatsblad van 12 mei
1995; 1995;
Koninklijk besluit van 22 november 1995, Belgisch Staatsblad van 8 Koninklijk besluit van 22 november 1995, Belgisch Staatsblad van 8
december 1995; december 1995;
Koninklijk besluit van 22 december 1995, Belgisch Staatsblad van 13 Koninklijk besluit van 22 december 1995, Belgisch Staatsblad van 13
januari 1996; januari 1996;
Koninklijk besluit van 26 maart 1996, Belgisch Staatsblad van 6 april Koninklijk besluit van 26 maart 1996, Belgisch Staatsblad van 6 april
1996; 1996;
Koninklijk besluit van 28 november 1996, Belgisch Staatsblad van 10 Koninklijk besluit van 28 november 1996, Belgisch Staatsblad van 10
december 1996; december 1996;
Koninklijk besluit van 13 december 1996, Belgisch Staatsblad van 31 Koninklijk besluit van 13 december 1996, Belgisch Staatsblad van 31
december 1996; december 1996;
Koninklijk besluit van 9 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 21 juni Koninklijk besluit van 9 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 21 juni
1997; 1997;
Koninklijk besluit van 25 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 3 juli Koninklijk besluit van 25 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 3 juli
1997; 1997;
Koninklijk besluit van 16 juli 1997, Belgisch Staatsblad van 23 Koninklijk besluit van 16 juli 1997, Belgisch Staatsblad van 23
augustus 1997; augustus 1997;
Koninklijk besluit van 8 augustus 1997, Belgisch Staatsblad van 9 Koninklijk besluit van 8 augustus 1997, Belgisch Staatsblad van 9
september 1997; september 1997;
Koninklijk besluit van 23 september 1998, Belgisch Staatsblad van 24 Koninklijk besluit van 23 september 1998, Belgisch Staatsblad van 24
september 1998; september 1998;
Koninklijk besluit van 26 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 3 april Koninklijk besluit van 26 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 3 april
1999. 1999.
^