Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, tot vaststelling van het bedrag en de wijze van toekenning en uitkering van de eindejaarspremie door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de begrafenisondernemingen", opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2013 | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, tot vaststelling van het bedrag en de wijze van toekenning en uitkering van de eindejaarspremie door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de begrafenisondernemingen", opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2013 |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
12 MEI 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 12 MEI 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2013, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2013, |
gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, tot | gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, tot |
vaststelling van het bedrag en de wijze van toekenning en uitkering | vaststelling van het bedrag en de wijze van toekenning en uitkering |
van de eindejaarspremie door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de | van de eindejaarspremie door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de |
begrafenisondernemingen", opgericht bij collectieve | begrafenisondernemingen", opgericht bij collectieve |
arbeidsovereenkomst van 7 mei 2013 (1) | arbeidsovereenkomst van 7 mei 2013 (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de |
begrafenisondernemingen; | begrafenisondernemingen; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2013, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2013, |
gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, tot | gesloten in het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen, tot |
vaststelling van het bedrag en de wijze van toekenning en uitkering | vaststelling van het bedrag en de wijze van toekenning en uitkering |
van de eindejaarspremie door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de | van de eindejaarspremie door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de |
begrafenisondernemingen", opgericht bij collectieve | begrafenisondernemingen", opgericht bij collectieve |
arbeidsovereenkomst van 7 mei 2013. | arbeidsovereenkomst van 7 mei 2013. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 12 mei 2014. | Gegeven te Brussel, 12 mei 2014. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen | Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2013 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2013 |
Vaststelling van het bedrag en de wijze van toekenning en uitkering | Vaststelling van het bedrag en de wijze van toekenning en uitkering |
van de eindejaarspremie door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de | van de eindejaarspremie door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de |
begrafenisondernemingen", opgericht bij collectieve | begrafenisondernemingen", opgericht bij collectieve |
arbeidsovereenkomst van 7 mei 2013 (Overeenkomst geregistreerd op 11 | arbeidsovereenkomst van 7 mei 2013 (Overeenkomst geregistreerd op 11 |
oktober 2013 onder het nummer 117354/CO/320) | oktober 2013 onder het nummer 117354/CO/320) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder | de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder |
het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen. | het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen. |
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt |
onder "werknemers" verstaan : de mannelijke en de vrouwelijke | onder "werknemers" verstaan : de mannelijke en de vrouwelijke |
bedienden, de mannelijke en vrouwelijke arbeid(st)ers. | bedienden, de mannelijke en vrouwelijke arbeid(st)ers. |
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt |
onder "fonds" verstaan : het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de | onder "fonds" verstaan : het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de |
begrafenisondernemingen". | begrafenisondernemingen". |
HOOFDSTUK II. - Eindejaarspremie | HOOFDSTUK II. - Eindejaarspremie |
Art. 2.Bij toepassing van artikel 6 van de statuten vastgesteld bij |
Art. 2.Bij toepassing van artikel 6 van de statuten vastgesteld bij |
de beslissing van 7 mei 2013 tot oprichting van een fonds voor | de beslissing van 7 mei 2013 tot oprichting van een fonds voor |
bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten wordt ten | bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten wordt ten |
laste van het fonds, een eindejaarspremie toegekend. | laste van het fonds, een eindejaarspremie toegekend. |
Deze eindejaarspremie wordt toegekend aan de werknemers tewerkgesteld | Deze eindejaarspremie wordt toegekend aan de werknemers tewerkgesteld |
in de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de | in de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de |
begrafenisondernemingen. | begrafenisondernemingen. |
Art. 3.Een eindejaarspremie wordt toegekend aan de werknemers die |
Art. 3.Een eindejaarspremie wordt toegekend aan de werknemers die |
tijdens de referteperiode tewerkgesteld waren in één of meer | tijdens de referteperiode tewerkgesteld waren in één of meer |
ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de | ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de |
begrafenisondernemingen. | begrafenisondernemingen. |
Art. 4.Onder "referteperiode" wordt verstaan : de periode vanaf 1 |
Art. 4.Onder "referteperiode" wordt verstaan : de periode vanaf 1 |
juli van het voorafgaand kalenderjaar tot en met 30 juni van het | juli van het voorafgaand kalenderjaar tot en met 30 juni van het |
lopende jaar. | lopende jaar. |
Art. 5.Het bedrag van de eindejaarspremie is gelijk aan : |
Art. 5.Het bedrag van de eindejaarspremie is gelijk aan : |
§ 1. Voor de arbeid(st)ers : 8,33 pct. van de onbegrensde brutolonen | § 1. Voor de arbeid(st)ers : 8,33 pct. van de onbegrensde brutolonen |
aan 108 pct. verdiend tijdens de referteperiode en vermeld op de | aan 108 pct. verdiend tijdens de referteperiode en vermeld op de |
driemaandelijkse aangifte voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. | driemaandelijkse aangifte voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. |
§ 2. Voor de mannelijke en vrouwelijke bedienden : 8,33 pct. van de | § 2. Voor de mannelijke en vrouwelijke bedienden : 8,33 pct. van de |
onbegrensde brutolonen aan 100 pct. verdiend tijdens de referteperiode | onbegrensde brutolonen aan 100 pct. verdiend tijdens de referteperiode |
en vermeld op de driemaandelijkse aangifte voor de Rijksdienst voor | en vermeld op de driemaandelijkse aangifte voor de Rijksdienst voor |
Sociale Zekerheid. | Sociale Zekerheid. |
§ 3. De eerste dertig dagen zonder loon, het is te zeggen wegens | § 3. De eerste dertig dagen zonder loon, het is te zeggen wegens |
ziekte, beroepsziekte, arbeidsongeval van gemeen recht, bevallingsrust | ziekte, beroepsziekte, arbeidsongeval van gemeen recht, bevallingsrust |
en vaderschapsverlof worden gelijkgesteld in de berekening van de | en vaderschapsverlof worden gelijkgesteld in de berekening van de |
eindejaarspremie. | eindejaarspremie. |
Art. 6.Het minimumbedrag per betalingsmandaat is vastgesteld op 50 |
Art. 6.Het minimumbedrag per betalingsmandaat is vastgesteld op 50 |
EUR netto. Wanneer de eindejaarspremie de 50 EUR netto niet bereikt, | EUR netto. Wanneer de eindejaarspremie de 50 EUR netto niet bereikt, |
wordt er geen betalingsmandaat opgemaakt. | wordt er geen betalingsmandaat opgemaakt. |
Art. 7.Volgende rechthebbenden ontvangen eveneens een |
Art. 7.Volgende rechthebbenden ontvangen eveneens een |
eindejaarspremie als zij in het lopende jaar de sector verlieten : | eindejaarspremie als zij in het lopende jaar de sector verlieten : |
- bruggepensioneerde of gepensioneerde werknemers; | - bruggepensioneerde of gepensioneerde werknemers; |
- werknemers die zelf de onderneming op rechtmatige wijze verlaten; | - werknemers die zelf de onderneming op rechtmatige wijze verlaten; |
- ontslagen werknemers, behalve om dringende redenen; | - ontslagen werknemers, behalve om dringende redenen; |
- rechthebbenden van de overleden werknemers. | - rechthebbenden van de overleden werknemers. |
Art. 8.Voor iedere rechthebbende maakt het fonds een persoonlijke |
Art. 8.Voor iedere rechthebbende maakt het fonds een persoonlijke |
titel op. De titels worden vóór 1 december van het lopende jaar aan de | titel op. De titels worden vóór 1 december van het lopende jaar aan de |
rechthebbenden verstuurd. Deze titels vermelden de onbegrensde | rechthebbenden verstuurd. Deze titels vermelden de onbegrensde |
brutolonen, die de werknemer in de referteperiode verdiende bij de | brutolonen, die de werknemer in de referteperiode verdiende bij de |
betrokken werkgevers van de sector. | betrokken werkgevers van de sector. |
Art. 9.De eindejaarspremie is in beginsel uitbetaalbaar vanaf 15 |
Art. 9.De eindejaarspremie is in beginsel uitbetaalbaar vanaf 15 |
december van het lopende jaar. De effectieve uitbetalingsdatum wordt | december van het lopende jaar. De effectieve uitbetalingsdatum wordt |
vóór 15 november van elk lopend jaar vastgelegd door de raad van | vóór 15 november van elk lopend jaar vastgelegd door de raad van |
beheer van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de | beheer van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de |
begrafenisondernemingen". | begrafenisondernemingen". |
Art. 10.De rechthebbenden die lid zijn van één van de representatieve |
Art. 10.De rechthebbenden die lid zijn van één van de representatieve |
interprofessionele werknemersorganisaties die op nationaal niveau zijn | interprofessionele werknemersorganisaties die op nationaal niveau zijn |
verbonden en die in het Paritair Comité voor de | verbonden en die in het Paritair Comité voor de |
begrafenisondernemingen zijn vertegenwoordigd, leggen hun titel ter | begrafenisondernemingen zijn vertegenwoordigd, leggen hun titel ter |
betaling voor aan hun werknemersorganisatie. De andere rechthebbenden | betaling voor aan hun werknemersorganisatie. De andere rechthebbenden |
dienen hun titel rechtstreeks bij het fonds in. | dienen hun titel rechtstreeks bij het fonds in. |
Art. 11.De titel blijft geldig gedurende 5 jaar. De titels die ter |
Art. 11.De titel blijft geldig gedurende 5 jaar. De titels die ter |
betaling worden aangeboden na 15 december van het vijfde jaar dat | betaling worden aangeboden na 15 december van het vijfde jaar dat |
volgt op het lopende jaar waarop de titel slaat, zijn niet meer | volgt op het lopende jaar waarop de titel slaat, zijn niet meer |
geldig. | geldig. |
HOOFDSTUK III. - Geldigheidsduur | HOOFDSTUK III. - Geldigheidsduur |
Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is voor onbepaalde tijd |
Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is voor onbepaalde tijd |
gesloten en treedt in werking op 1 januari 2014. De | gesloten en treedt in werking op 1 januari 2014. De |
algemeenverbindendverklaring wordt aangevraagd. | algemeenverbindendverklaring wordt aangevraagd. |
Zij kan door één der partijen worden opgezegd mits een opzegging van | Zij kan door één der partijen worden opgezegd mits een opzegging van |
12 maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan | 12 maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan |
de voorzitter van het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen. | de voorzitter van het Paritair Comité voor de begrafenisondernemingen. |
De organisatie die het initiatief van opzegging neemt, verbindt er | De organisatie die het initiatief van opzegging neemt, verbindt er |
zich toe de reden ervan bekend te maken. | zich toe de reden ervan bekend te maken. |
Art. 13.De bepalingen uit deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn |
Art. 13.De bepalingen uit deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn |
niet van toepassing op de werknemers die ten laatste op 31 december | niet van toepassing op de werknemers die ten laatste op 31 december |
2013 de sector verlaten hebben. Zij kunnen evenwel recht hebben op een | 2013 de sector verlaten hebben. Zij kunnen evenwel recht hebben op een |
eindejaarpremie op basis van de collectieve arbeidsovereenkomst 106908 | eindejaarpremie op basis van de collectieve arbeidsovereenkomst 106908 |
van 21 oktober 2011, artikel 8. | van 21 oktober 2011, artikel 8. |
Art. 14.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt het artikel 8 |
Art. 14.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt het artikel 8 |
(hoofdstuk III, punt E) van de collectieve arbeidsovereenkomst loon- | (hoofdstuk III, punt E) van de collectieve arbeidsovereenkomst loon- |
en arbeidsvoorwaarden van 21 oktober 2011 (registratienummer | en arbeidsvoorwaarden van 21 oktober 2011 (registratienummer |
106908/CO/320), koninklijk besluit van 21 januari 2013, gepubliceerd | 106908/CO/320), koninklijk besluit van 21 januari 2013, gepubliceerd |
in Belgisch Staatsblad van 3 mei 2013. Ze annuleert en vervangt de | in Belgisch Staatsblad van 3 mei 2013. Ze annuleert en vervangt de |
collectieve arbeidsovereenkomst 115023 van 7 mei 2013. | collectieve arbeidsovereenkomst 115023 van 7 mei 2013. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 mei | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 mei |
2014. | 2014. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |