← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan en van het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan "
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan en van het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan en van het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE |
12 DECEMBER 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van het | 12 DECEMBER 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van het |
koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels | koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels |
voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale | voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale |
tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels voor het | tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels voor het |
ten laste nemen hiervan en van het koninklijk besluit van 29 maart | ten laste nemen hiervan en van het koninklijk besluit van 29 maart |
2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van | 2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van |
de toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven | de toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven |
en de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan | en de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van | Gelet op de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van |
gasachtige producten en andere door middel van leidingen, artikel | gasachtige producten en andere door middel van leidingen, artikel |
15/11, § 1quinquies, ingevoegd bij de wet van 26 maart 2014 en | 15/11, § 1quinquies, ingevoegd bij de wet van 26 maart 2014 en |
gewijzigd bij de wet van 2 mei 2019; | gewijzigd bij de wet van 2 mei 2019; |
Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de | Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de |
elektriciteitsmarkt, artikel 21ter, § 3, ingevoegd bij de wet van 20 | elektriciteitsmarkt, artikel 21ter, § 3, ingevoegd bij de wet van 20 |
juli 2005 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 28 februari 2022; | juli 2005 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 28 februari 2022; |
Gelet op het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van | Gelet op het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van |
de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de | de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de |
sociale tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels | sociale tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels |
voor het ten laste nemen hiervan; | voor het ten laste nemen hiervan; |
Gelet op het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van | Gelet op het koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van |
de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de | de regels voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de |
sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en de | sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en de |
tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan; | tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan; |
Gelet op het advies (A)2462 van de Commissie voor de Regulering van de | Gelet op het advies (A)2462 van de Commissie voor de Regulering van de |
Elektriciteit en het Gas, gegeven op 6 oktober 2022; | Elektriciteit en het Gas, gegeven op 6 oktober 2022; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 |
oktober 2022; | oktober 2022; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, | Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, |
d.d. 27 oktober 2022; | d.d. 27 oktober 2022; |
Gelet op de regelgevingsimpactanalyse uitgevoerd overeenkomstig de | Gelet op de regelgevingsimpactanalyse uitgevoerd overeenkomstig de |
artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse | artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse |
bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; | bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; |
Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen die op 3 november 2022 | Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen die op 3 november 2022 |
bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § | bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § |
1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd | 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd |
op 12 januari 1973; | op 12 januari 1973; |
Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn; | Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn; |
Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van | Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van |
State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Overwegende de gecoördineerde wet van 14 juli 1994 betreffende de | Overwegende de gecoördineerde wet van 14 juli 1994 betreffende de |
verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen | verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen |
artikel 37, § 19, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 7 februari | artikel 37, § 19, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 7 februari |
2014; | 2014; |
Overwegende de noodzaak om financiële steun te verlenen aan | Overwegende de noodzaak om financiële steun te verlenen aan |
huishoudens met een laag inkomen om de energiearmoede te bestrijden; | huishoudens met een laag inkomen om de energiearmoede te bestrijden; |
Overwegende dat wanneer het lage inkomen van een huishouden wordt | Overwegende dat wanneer het lage inkomen van een huishouden wordt |
vastgesteld, het voordeel van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming | vastgesteld, het voordeel van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming |
wordt toegekend aan alle leden van het huishouden en dus aan de | wordt toegekend aan alle leden van het huishouden en dus aan de |
residentiële afnemer die deel uitmaakt van het huishouden; | residentiële afnemer die deel uitmaakt van het huishouden; |
Overwegende dat wanneer het voordeel van de verhoogde | Overwegende dat wanneer het voordeel van de verhoogde |
verzekeringstegemoetkoming op individuele basis wordt toegekend aan | verzekeringstegemoetkoming op individuele basis wordt toegekend aan |
een ten laste komend lid van het huishouden, vanwege zijn specifieke | een ten laste komend lid van het huishouden, vanwege zijn specifieke |
status, met uitsluiting van de andere leden van het huishouden en dus | status, met uitsluiting van de andere leden van het huishouden en dus |
van de residentiële afnemer, kan worden aangenomen dat het huishouden | van de residentiële afnemer, kan worden aangenomen dat het huishouden |
niet voldoet aan de definitie van huishoudens met een laag inkomen, | niet voldoet aan de definitie van huishoudens met een laag inkomen, |
zodat het duidelijk geen deel uitmaakt van de doelgroep die in dit | zodat het duidelijk geen deel uitmaakt van de doelgroep die in dit |
besluit wordt genoemd; | besluit wordt genoemd; |
Overwegende dat het daarom aangewezen is het voordeel van het | Overwegende dat het daarom aangewezen is het voordeel van het |
mechanisme ter ondersteuning van de energiefactuur alleen voor te | mechanisme ter ondersteuning van de energiefactuur alleen voor te |
behouden aan residentiële afnemers die behoren tot een huishouden met | behouden aan residentiële afnemers die behoren tot een huishouden met |
een laag inkomen en die dus persoonlijk genieten van de verhoogde | een laag inkomen en die dus persoonlijk genieten van de verhoogde |
verzekeringstegemoetkoming; | verzekeringstegemoetkoming; |
Overwegende dat de energieprijzen historisch hoge niveaus behalen op | Overwegende dat de energieprijzen historisch hoge niveaus behalen op |
alle groothandelsmarkten voor gas en elektriciteit, zoals bevestigd | alle groothandelsmarkten voor gas en elektriciteit, zoals bevestigd |
door de studie (F)2244 van 31 augustus 2022 van de Commissie voor de | door de studie (F)2244 van 31 augustus 2022 van de Commissie voor de |
Regulering van de Elektriciteit en het Gas over de gevolgen van de | Regulering van de Elektriciteit en het Gas over de gevolgen van de |
aanhoudende hoge groothandelsmarktprijzen voor gas en elektriciteit; | aanhoudende hoge groothandelsmarktprijzen voor gas en elektriciteit; |
Overwegende dat de kosten opgelopen door de energieleveranciers voor | Overwegende dat de kosten opgelopen door de energieleveranciers voor |
de levering van elektriciteit en aardgas aan de beschermde klanten | de levering van elektriciteit en aardgas aan de beschermde klanten |
vergoed worden met meerdere maanden vertraging, wat derhalve | vergoed worden met meerdere maanden vertraging, wat derhalve |
prefinancieringskosten teweegbrengt voor deze laatsten; | prefinancieringskosten teweegbrengt voor deze laatsten; |
Overwegende dat in het zevende lid, dat na de door dit besluit beoogde | Overwegende dat in het zevende lid, dat na de door dit besluit beoogde |
wijzigingen het negende lid wordt, van artikel 12bis van het | wijzigingen het negende lid wordt, van artikel 12bis van het |
koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels | koninklijk besluit van 29 maart 2012 tot vaststelling van de regels |
voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale | voor het bepalen van de kosten van de toepassing van de sociale |
tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels voor het | tarieven door de aardgasondernemingen en de tussenkomstregels voor het |
ten laste nemen hiervan en het koninklijk besluit van 29 maart 2012 | ten laste nemen hiervan en het koninklijk besluit van 29 maart 2012 |
tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de | tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de |
toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en | toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en |
de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan, inzake de niet | de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan, inzake de niet |
uitbetaling van de voorschotten ten gevolge van één van de in dit lid | uitbetaling van de voorschotten ten gevolge van één van de in dit lid |
opgesomde situaties, het woord "voorschot" klaarblijkelijk als | opgesomde situaties, het woord "voorschot" klaarblijkelijk als |
hyperoniem wordt gebruikt voor de voorschotten op de in artikel 12 van | hyperoniem wordt gebruikt voor de voorschotten op de in artikel 12 van |
voornoemde koninklijke besluiten van 29 maart 2012 bedoelde | voornoemde koninklijke besluiten van 29 maart 2012 bedoelde |
terugbetalingen, zij het "voorschot" bedoeld in artikel 12bis, eerste | terugbetalingen, zij het "voorschot" bedoeld in artikel 12bis, eerste |
lid van voornoemde koninklijke besluiten van 29 maart 2012, zij het | lid van voornoemde koninklijke besluiten van 29 maart 2012, zij het |
"aanvullend voorschot" bedoeld in de overige leden van hetzelfde | "aanvullend voorschot" bedoeld in de overige leden van hetzelfde |
artikel; | artikel; |
Op de voordracht van de Minister van Economie, de Minister van | Op de voordracht van de Minister van Economie, de Minister van |
Justitie, de Minister van Energie en de Staatssecretaris voor | Justitie, de Minister van Energie en de Staatssecretaris voor |
Consumentenbescherming en op het advies van de in Raad vergaderde | Consumentenbescherming en op het advies van de in Raad vergaderde |
Ministers, | Ministers, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 12bis van het koninklijk besluit van 29 maart |
Artikel 1.In artikel 12bis van het koninklijk besluit van 29 maart |
2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van | 2012 tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van |
de toepassing van de sociale tarieven door de aardgasondernemingen en | de toepassing van de sociale tarieven door de aardgasondernemingen en |
de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan, ingevoegd bij | de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan, ingevoegd bij |
het koninklijk besluit van 28 januari 2021 en laatstelijk gewijzigd | het koninklijk besluit van 28 januari 2021 en laatstelijk gewijzigd |
bij het koninklijk besluit van 18 september 2022, worden de volgende | bij het koninklijk besluit van 18 september 2022, worden de volgende |
wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
1° in het derde, vierde, vijfde en zesde worden de woorden "zevende | 1° in het derde, vierde, vijfde en zesde worden de woorden "zevende |
lid," vervangen door de woorden "negende lid,"; | lid," vervangen door de woorden "negende lid,"; |
2° tussen het zesde en het zevende lid worden twee leden ingevoegd, | 2° tussen het zesde en het zevende lid worden twee leden ingevoegd, |
luidende: | luidende: |
"Onverminderd het negende lid, wordt bij wijze van aanvullend | "Onverminderd het negende lid, wordt bij wijze van aanvullend |
voorschot op de in artikel 12 bedoelde terugbetaling met betrekking | voorschot op de in artikel 12 bedoelde terugbetaling met betrekking |
tot de levering van aardgas aan de beschermde residentiële afnemers | tot de levering van aardgas aan de beschermde residentiële afnemers |
die genieten van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming, aangewezen | die genieten van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming, aangewezen |
door de Koning overeenkomstig artikel 15/10, § 2/2, derde lid, van de | door de Koning overeenkomstig artikel 15/10, § 2/2, derde lid, van de |
wet, een bedrag van 424,3 miljoen euro (btw inbegrepen) uitbetaald | wet, een bedrag van 424,3 miljoen euro (btw inbegrepen) uitbetaald |
door de CREG aan de leveranciers uiterlijk vijftien dagen volgend op | door de CREG aan de leveranciers uiterlijk vijftien dagen volgend op |
de dag dat de CREG het voormelde bedrag ontvangt. Dit bedrag wordt | de dag dat de CREG het voormelde bedrag ontvangt. Dit bedrag wordt |
geput uit de in het fonds aanwezige middelen bedoeld in artikel 15/11, | geput uit de in het fonds aanwezige middelen bedoeld in artikel 15/11, |
§ 1bis/1, van de wet en wordt proportioneel verdeeld over de | § 1bis/1, van de wet en wordt proportioneel verdeeld over de |
leveranciers op basis van het aantal beschermde residentiële afnemers | leveranciers op basis van het aantal beschermde residentiële afnemers |
van elke leverancier per 31 december 2021. | van elke leverancier per 31 december 2021. |
Onverminderd het negende lid, wordt bij wijze van aanvullend voorschot | Onverminderd het negende lid, wordt bij wijze van aanvullend voorschot |
op de in artikel 12 bedoelde terugbetaling met betrekking tot de | op de in artikel 12 bedoelde terugbetaling met betrekking tot de |
levering van aardgas aan de beschermde residentiële afnemers zoals | levering van aardgas aan de beschermde residentiële afnemers zoals |
bedoeld in artikel 15/10, § 2/2, eerste lid, 1° tot en met 5° en | bedoeld in artikel 15/10, § 2/2, eerste lid, 1° tot en met 5° en |
tweede lid, van de wet en in artikel 4/1 van de programmawet van 27 | tweede lid, van de wet en in artikel 4/1 van de programmawet van 27 |
april 2007, een bedrag van 424,3 miljoen euro (btw inbegrepen) | april 2007, een bedrag van 424,3 miljoen euro (btw inbegrepen) |
uitbetaald door de CREG aan de leveranciers uiterlijk vijftien dagen | uitbetaald door de CREG aan de leveranciers uiterlijk vijftien dagen |
volgend op de dag dat de CREG het voormelde bedrag ontvangt. Dit | volgend op de dag dat de CREG het voormelde bedrag ontvangt. Dit |
bedrag wordt geput uit de in het fonds aanwezige middelen bedoeld in | bedrag wordt geput uit de in het fonds aanwezige middelen bedoeld in |
artikel 15/11, § 1bis, tweede lid, 3°, van de wet en wordt | artikel 15/11, § 1bis, tweede lid, 3°, van de wet en wordt |
proportioneel verdeeld over de leveranciers op basis van het aantal | proportioneel verdeeld over de leveranciers op basis van het aantal |
beschermde residentiële afnemers van elke leverancier per 31 december | beschermde residentiële afnemers van elke leverancier per 31 december |
2021.". | 2021.". |
Art. 2.In artikel 12bis van het koninklijk besluit van 29 maart 2012 |
Art. 2.In artikel 12bis van het koninklijk besluit van 29 maart 2012 |
tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de | tot vaststelling van de regels voor het bepalen van de kosten van de |
toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en | toepassing van de sociale tarieven door de elektriciteitsbedrijven en |
de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan, ingevoegd bij | de tussenkomstregels voor het ten laste nemen hiervan, ingevoegd bij |
het koninklijk besluit van 28 januari 2021 en laatstelijk gewijzigd | het koninklijk besluit van 28 januari 2021 en laatstelijk gewijzigd |
bij het koninklijk besluit van 18 september 2022, worden de volgende | bij het koninklijk besluit van 18 september 2022, worden de volgende |
wijzigingen aangebracht: | wijzigingen aangebracht: |
1° in het derde, vierde, vijfde en zesde lid worden de woorden | 1° in het derde, vierde, vijfde en zesde lid worden de woorden |
"zevende lid," vervangen door de woorden "negende lid,"; | "zevende lid," vervangen door de woorden "negende lid,"; |
2° tussen het zesde en het zevende lid worden twee leden ingevoegd, | 2° tussen het zesde en het zevende lid worden twee leden ingevoegd, |
luidende: | luidende: |
"Onverminderd het negende lid, wordt bij wijze van aanvullend | "Onverminderd het negende lid, wordt bij wijze van aanvullend |
voorschot op de in artikel 12 bedoelde terugbetaling met betrekking | voorschot op de in artikel 12 bedoelde terugbetaling met betrekking |
tot de levering van elektriciteit aan de beschermde residentiële | tot de levering van elektriciteit aan de beschermde residentiële |
afnemers die genieten van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming, | afnemers die genieten van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming, |
aangewezen door de Koning overeenkomstig artikel 20, § 2/1, tweede | aangewezen door de Koning overeenkomstig artikel 20, § 2/1, tweede |
lid, van de wet, een bedrag van 196,6 miljoen euro (btw inbegrepen) | lid, van de wet, een bedrag van 196,6 miljoen euro (btw inbegrepen) |
uitbetaald door de CREG aan de leveranciers uiterlijk vijftien dagen | uitbetaald door de CREG aan de leveranciers uiterlijk vijftien dagen |
volgend op de dag dat de CREG het voormelde bedrag ontvangt. Dit | volgend op de dag dat de CREG het voormelde bedrag ontvangt. Dit |
bedrag wordt geput uit de in het fonds aanwezige middelen bedoeld in | bedrag wordt geput uit de in het fonds aanwezige middelen bedoeld in |
artikel 21bis, § 1/1 van de wet en wordt proportioneel verdeeld over | artikel 21bis, § 1/1 van de wet en wordt proportioneel verdeeld over |
de leveranciers op basis van het aantal beschermde residentiële | de leveranciers op basis van het aantal beschermde residentiële |
afnemers van elke leverancier per 31 december 2021. | afnemers van elke leverancier per 31 december 2021. |
Onverminderd het negende lid, wordt bij wijze van aanvullend voorschot | Onverminderd het negende lid, wordt bij wijze van aanvullend voorschot |
op de in artikel 12 bedoelde terugbetaling met betrekking tot de | op de in artikel 12 bedoelde terugbetaling met betrekking tot de |
levering van elektriciteit aan de beschermde residentiële afnemers | levering van elektriciteit aan de beschermde residentiële afnemers |
bedoeld in artikel 20, § 2/1, eerste lid, 1° tot 5°, van de wet en in | bedoeld in artikel 20, § 2/1, eerste lid, 1° tot 5°, van de wet en in |
artikel 4/1 van de programmawet van 27 april 2007, een bedrag van | artikel 4/1 van de programmawet van 27 april 2007, een bedrag van |
196,6 miljoen euro (btw inbegrepen) uitbetaald door de CREG aan de | 196,6 miljoen euro (btw inbegrepen) uitbetaald door de CREG aan de |
leveranciers uiterlijk vijftien dagen volgend op de dag dat de CREG | leveranciers uiterlijk vijftien dagen volgend op de dag dat de CREG |
het voormelde bedrag ontvangt. Dit bedrag wordt geput uit de in het | het voormelde bedrag ontvangt. Dit bedrag wordt geput uit de in het |
fonds aanwezige middelen bedoeld in artikel 21bis, § 1, tweede lid, | fonds aanwezige middelen bedoeld in artikel 21bis, § 1, tweede lid, |
5°, van de wet en wordt proportioneel verdeeld over de leveranciers op | 5°, van de wet en wordt proportioneel verdeeld over de leveranciers op |
basis van het aantal beschermde residentiële afnemers van elke | basis van het aantal beschermde residentiële afnemers van elke |
leverancier per 31 december 2021.". | leverancier per 31 december 2021.". |
Art. 3.De minister bevoegd voor Economie en de minister bevoegd voor |
Art. 3.De minister bevoegd voor Economie en de minister bevoegd voor |
Energie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit | Energie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit |
besluit. | besluit. |
Gegeven te Brussel, 12 december 2022. | Gegeven te Brussel, 12 december 2022. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Economie, | De Minister van Economie, |
P.-Y. DERMAGNE | P.-Y. DERMAGNE |
De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
V. VAN QUICKENBORNE | V. VAN QUICKENBORNE |
De Minister van Energie, | De Minister van Energie, |
T. VAN DER STRAETEN | T. VAN DER STRAETEN |
De Staatssecretaris voor Consumentenbescherming, | De Staatssecretaris voor Consumentenbescherming, |
A. BERTRAND | A. BERTRAND |