Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, betreffende het tijdskrediet | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, betreffende het tijdskrediet |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
12 DECEMBER 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 12 DECEMBER 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober |
2015, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de | 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de |
scheikundige nijverheid, betreffende het tijdskrediet (1) | scheikundige nijverheid, betreffende het tijdskrediet (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de |
scheikundige nijverheid; | scheikundige nijverheid; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2015, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2015, |
gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige | gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige |
nijverheid, betreffende het tijdskrediet. | nijverheid, betreffende het tijdskrediet. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 12 december 2016. | Gegeven te Brussel, 12 december 2016. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid | Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2015 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2015 |
Tijdskrediet (Overeenkomst geregistreerd op 3 maart 2016 onder het | Tijdskrediet (Overeenkomst geregistreerd op 3 maart 2016 onder het |
nummer 132075/CO/207) | nummer 132075/CO/207) |
Toepassingsgebied | Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
de werkgevers van de ondernemingen die ressorteren onder de | de werkgevers van de ondernemingen die ressorteren onder de |
bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden uit de | bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden uit de |
scheikundige nijverheid en op de werknemers verbonden met deze | scheikundige nijverheid en op de werknemers verbonden met deze |
werkgever door een arbeidsovereenkomst van bediende. | werkgever door een arbeidsovereenkomst van bediende. |
Art. 2.Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden, |
Art. 2.Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden, |
overeenkomstig artikel 4, § 1, 3° van de collectieve | overeenkomstig artikel 4, § 1, 3° van de collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een | arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een |
stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, voor | stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, voor |
de bedienden die 5 jaar anciënniteit bereikt hebben in de onderneming | de bedienden die 5 jaar anciënniteit bereikt hebben in de onderneming |
en die voldoen aan alle voorwaarden van collectieve | en die voldoen aan alle voorwaarden van collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 103, de opnamevormen voltijds tijdskrediet of | arbeidsovereenkomst nr. 103, de opnamevormen voltijds tijdskrediet of |
halftijdse loopbaanvermindering voorzien in het kader van het | halftijdse loopbaanvermindering voorzien in het kader van het |
tijdskrediet met motief van maximaal 36 maanden over de loopbaan. | tijdskrediet met motief van maximaal 36 maanden over de loopbaan. |
Art. 3.De ondernemingen kunnen, rekening houdend met de goede |
Art. 3.De ondernemingen kunnen, rekening houdend met de goede |
werkorganisatie, overeenkomstig artikelen 6 en 9 van voornoemde | werkorganisatie, overeenkomstig artikelen 6 en 9 van voornoemde |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, |
de concrete toepassingsmodaliteiten bepalen van het stelsel van 1/5de | de concrete toepassingsmodaliteiten bepalen van het stelsel van 1/5de |
loopbaanvermindering voor de voltijdse bedienden die in ploegen zijn | loopbaanvermindering voor de voltijdse bedienden die in ploegen zijn |
tewerkgesteld. | tewerkgesteld. |
Art. 4.Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden, |
Art. 4.Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden, |
overeenkomstig artikel 8, § 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst | overeenkomstig artikel 8, § 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst |
nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een stelsel van | nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een stelsel van |
tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, voor de bedienden | tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, voor de bedienden |
die voldoen aan alle voorwaarden van collectieve arbeidsovereenkomst | die voldoen aan alle voorwaarden van collectieve arbeidsovereenkomst |
nr. 103, wordt, in afwijking van artikel 8, § 1, de leeftijd op 50 | nr. 103, wordt, in afwijking van artikel 8, § 1, de leeftijd op 50 |
jaar gebracht voor de werknemers die hun voltijdse betrekking | jaar gebracht voor de werknemers die hun voltijdse betrekking |
verminderen ten belope van één dag of twee halve dagen per week en die | verminderen ten belope van één dag of twee halve dagen per week en die |
voorafgaand aan deze vermindering een beroepsloopbaan van ten minste | voorafgaand aan deze vermindering een beroepsloopbaan van ten minste |
28 jaar hebben doorlopen. | 28 jaar hebben doorlopen. |
Art. 5.In geval een bediende overstapt van een vorm van |
Art. 5.In geval een bediende overstapt van een vorm van |
loopbaanvermindering in het kader van tijdskrediet (collectieve | loopbaanvermindering in het kader van tijdskrediet (collectieve |
arbeidsovereenkomst nr. 103) naar een vorm van stelsel van | arbeidsovereenkomst nr. 103) naar een vorm van stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag zal de aanvullende vergoeding ten | werkloosheid met bedrijfstoeslag zal de aanvullende vergoeding ten |
laste van de werkgever, als bepaald in de voor de sector geldende | laste van de werkgever, als bepaald in de voor de sector geldende |
desbetreffende collectieve arbeidsovereenkomsten, berekend worden op | desbetreffende collectieve arbeidsovereenkomsten, berekend worden op |
basis van een voltijds loon. Deze aanvullende vergoeding wordt | basis van een voltijds loon. Deze aanvullende vergoeding wordt |
geproratiseerd met de verhouding van de periodes voltijdse en | geproratiseerd met de verhouding van de periodes voltijdse en |
deeltijdse tewerkstelling over de gehele loopbaan. | deeltijdse tewerkstelling over de gehele loopbaan. |
Deze regeling doet geen afbreuk aan gelijkwaardige of gunstiger | Deze regeling doet geen afbreuk aan gelijkwaardige of gunstiger |
modaliteiten die op het vlak van de onderneming bestaan. | modaliteiten die op het vlak van de onderneming bestaan. |
Art. 6.In toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 118 |
Art. 6.In toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 118 |
van de Nationale Arbeidsraad wordt voor de duur van deze collectieve | van de Nationale Arbeidsraad wordt voor de duur van deze collectieve |
arbeidsovereenkomst de leeftijdsgrens op 55 jaar gebracht voor wat de | arbeidsovereenkomst de leeftijdsgrens op 55 jaar gebracht voor wat de |
toegang tot het recht op uitkeringen betreft voor de bedienden die in | toegang tot het recht op uitkeringen betreft voor de bedienden die in |
toepassing van artikel 8, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst | toepassing van artikel 8, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst |
nr. 103 van 27 juni 2012 hun arbeidsprestaties verminderen tot een | nr. 103 van 27 juni 2012 hun arbeidsprestaties verminderen tot een |
halftijdse betrekking of verminderen met 1/5de en die : | halftijdse betrekking of verminderen met 1/5de en die : |
- ofwel, voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in artikel 6, § 5, | - ofwel, voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in artikel 6, § 5, |
2° en 3° van het koninklijk besluit van 12 december 2001, zoals | 2° en 3° van het koninklijk besluit van 12 december 2001, zoals |
gewijzigd door artikel 4 van het koninklijk besluit van 30 december | gewijzigd door artikel 4 van het koninklijk besluit van 30 december |
2014; | 2014; |
- ofwel, voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in artikel 6, § 5, | - ofwel, voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in artikel 6, § 5, |
1° van het koninklijk besluit van 12 december 2001, zoals gewijzigd | 1° van het koninklijk besluit van 12 december 2001, zoals gewijzigd |
door artikel 4 van het koninklijk besluit van 30 december 2014, indien | door artikel 4 van het koninklijk besluit van 30 december 2014, indien |
de betrokken onderneming erkend is als onderneming in moeilijkheden of | de betrokken onderneming erkend is als onderneming in moeilijkheden of |
in herstructurering en naar aanleiding hiervan een collectieve | in herstructurering en naar aanleiding hiervan een collectieve |
arbeidsovereenkomst heeft afgesloten die uitdrukkelijk verwijst naar | arbeidsovereenkomst heeft afgesloten die uitdrukkelijk verwijst naar |
de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 118 van de Nationale | de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 118 van de Nationale |
Arbeidsraad. | Arbeidsraad. |
Geldigheid | Geldigheid |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een |
bepaalde duur en treedt in werking op 1 januari 2015 en houdt op van | bepaalde duur en treedt in werking op 1 januari 2015 en houdt op van |
kracht te zijn op 31 december 2016. | kracht te zijn op 31 december 2016. |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst zal worden neergelegd ter Griffie | Deze collectieve arbeidsovereenkomst zal worden neergelegd ter Griffie |
van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de | van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de |
Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg en | Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg en |
de algemeen verbindende kracht bij koninklijk besluit wordt gevraagd. | de algemeen verbindende kracht bij koninklijk besluit wordt gevraagd. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 december | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 december |
2016. | 2016. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |